ZATERDAG. <2 SEPTEMBER 1896. ieist" Aangekomen vreemdelingen Veertiende jaargang No. 11. Het Domburg-sch BacliiieuTvs verschijnt iederen Zaterdaggedurende het Badseizoen. Abonnement voor Nederland f 1,voor het Buitenland f 1,25; afzonderlijke Nommers f 0,10, Advertentiën 10 cent per regel; abonnement voor het seizoen 5 cent per regel. Adressen, bevattende naam en woonplaats, tegen f 0,60 voor het geheele seizoen. Bureaux: te DOMBURG, bij den Heer H. M. Kesteloo; te MIDDELBURG, ter drukkerij van C. H. J. van Benthem Jutting St. Pieterstraat F 33. ZEEBADEN. Het bad is geopend van des morgens 8 ure tot zonsondergang. Prijs van een Zeebad 35 cent, met gebruik van een badcostuum (voor dames) of zwembroek en één handdoek. Bij abonnement 30 kaartjes. f 10, 100 80,— Voor het gebruik van meerdere hand doeken zijn kaartjes te bekomen a 5 cent per stuk. Bad- en handdoekenkaartjes verkrijgbaar aan het Badpaviljoen en op het strand abonnementen alleen aan het Badpaviljoen. Badkaartjes zijn geldig voor het geheele seizoen. Temperatuur van lucht en water wordt dagelijks op het strand kenbaar gemaakt. In het Badhotel en in het Badpaviljoen bestaat gelegenheid tot het nemen van koude en warme binnenbaden. ran 3 tot 10 September. In het dorp: Aantal personen Mevr. L. van Dam van Isselt-Drabbe Arnhem. Mevr. Drabbe-Baronesse v. Heeckeren van Brand- senburg id. Mej. J. A. Dormaar Middelburg. Mej. Betsv van Oost veen id. dbr. Jhr. W. Schorer Haarlem Mej Stoel en familie 2 Middelburg. dbr. en Mevr. Henri van de Velde 2 Brussel. Mej. Wolff Middelburg. In het Badhötel: Freule Collot d'Escury den Haag. dhr. W. Hanegraaff Utrecht. dhr. en Mevr. Stork 2 Hengelo. dhr. J. Baron Taets van Amerongen den Haag. In het Schuttershof: dhr. de Bavay Brussel. dhr. Aug. Crabley id. dhr. P. van Eelst id. dhr. en Mevr. Alphonse de Koek en familie 4 Antwerpen. dhr. Em. Mabiele Brussel. dhr. Ed. Mantel id. dhr. Florent Wildiers Antwerpen. dhr. J. Wouters Brussel. dhr. en Mevr. Baron van Zuijlen van Neyevelt 2 den Haag, In het hötel „de l'Europe" Mej. van den Bosch Ginneken. dhr. von Doemming Hamburg. dhr. en Mevr. Göring-Lups en familie 4 Londen. Mej. L. Heng id. Mevr. de wed. van Nieu- wenhoven den Haag. dhr. R. Schelleckes Crefeld. In „de Roode Leeuw'7. dhr. A. Basin Brugge. dhr. 0. Oevaer Kortrijk. dhr. C. de Roo den Haag. Hoogwater te Domburg Zaterdag 12 Sept. nam. 4,37 Zondag 13 Maandag 14 Dinsdag 15 Woensdag 16 Donderdag 17 Vrijdag 18 Zaterdag 19 5,39 6,47 E. K. vrm. 8, 9,18 10,14 10,58 11,34 Gebruikte Baden. Heeren. Dames. Totaal. Vrijdag 4 Sept. 16 23 39 Zaterdag 5 23 14 37 Zondag 6 37 19 56 Maandag 7 20 19 39 Dinsdag 8 w 33 27 60 Woensdag 9 fj 20 23 43 Donderdag 10 14 22 36 163 147 ~~3Ï0 De Baddokter J. H. Ddijvis is dagelijks te consulteeren in bet Badpa viljoen of op het badstrand des morgens tussoben 11 en 12 uren. Openbare Godsdienstoefening. Zondag 13 September. Ned. Herv. Gemeente. Voorm. 9'/2 uur Ds. C. v. d. Hoeven Je. Nam. Geen dienst. Gereformeerde kerk. Voorm. 9 uur Ds B. B. van den Hooen. Nam. 2 uur Ds. B. B. van den Hooen. Koomsch-Katholieke Kerk. Godsdienstoefening voorm. 11 uur. Reisgelegenbeden. Dagelijks van Middelburg naar Domburg een tramomnibus des nam. l'/2 ure (afrit Groote Markt, Nederlandseb koffiehuis J. M. van dee Habst) en terug van Domburg des nam. 7 '/2 ure (afrit Hótel Schuttershof). Prijs f 0,75 enkele reis en f 1,25 voor heen en terug op den zelfden dag. Op Zeeduin is een cement latvntennis- baan gemaakt, die, na aanvrage aan de badgasten ten gebruike zal worden afge staan. DE STROOHOED. Domburgsehe Novelle. 6) V. „Toe dan! vooruit maar!" scheen de wind te roepen en vooruit ging het nu pijlsnel naar den kant der duinen. Daar! Wat was dat? Als men zoo juist een fermen wedloop heeft gehouden, is men wel ter dege wakker. Aan droomen viel dus niet te denken en, nimfen of elven kiezen zich in den regel een ander uur dan den blijden morgenstond voor haar verleidend optre den! Nochtans als een bekoorlijke ver schijning uit een andere wereld daalde daar voor Habmen's verbaasden blik een allerliefste jongemeisjes gestalte van de mulle zandhoogte. Was zij reeds een tijd lang getuige geweest van zijn onwillekeurige harddra verij? Hoe zou Habmen het weten; hij had haar eerst nu opgemerkt. Vóór hare voeten, in een laatsten stuip trek van jolige onbezonnenheid, huppelde de ondeugende vluchtelingzijn hoed, de jonge dame tegemoet. Het meisje bukte zich om de weerspan nige te grijpen en trad toen op Habmen toe, hem met een schalkschen glimlach op 't lief gelaat zijn eigendom ter hand stellend. Toen zag Habmen dat zij een weinig mank ging en aanstonds daarop volgde de wederzijdsche herkenning, waarbij zij de opmerking maakte dat er reeds hier en daar een zilveren draadje blonk tusschen den vollen gitzwarten haardos van haar's broeder's vriend. Beider oogen straalden van blijde ver rassing bij het onverwachte wederzien en bijna tegelijkertijd klonk het: van haar, „U hier meneer WendlebP Welkom! Welkom! Weet Willem al dat u hier bent? Of is het eene verrassing?" En uit zijn mond: „O, miniatuurtje! pardon, juffrouw Nelly, wil ik zeggen, is U dat? Wat ben ik blij u weer te zien! Neen, neen niemand weet dat ik hier ben en 't was ongetwijfeld mijn goed gesternte, dat mij hierheen voerde, het eerst in uwe tegenwoordigheid Daarop besloten zij, doch niet dan na een kleine, schoon dan edelmoedige woor denschermutseling, waarbij hij haar ver zekerde, volgaarne om 't genoegen van haar gezelschap te kunnen smaken, nog eens denzelfden weg te willen gaan en zij schalksglimlachend volhield, dat het met het oog op den vrij harden wind en de weinig vertrouwbare lichtheid van zijn hoed, wellicht verstandiger was over de duinen en door de bosschen naar huis te gaan; besloten zij, zeg ik, de vrij hooge en steile duin te beklimmen en van daar door de manteling huiswaarts te keeren. Zoo gingen zij langzaam stijgend vooruit. Hij had gemeend en gehoopt haar hierbij te zullen kunnen en mogen steunen, maar 't bleek hem weldra dat, zij meer dan hij aan dergelijke klauteringen gewend, dien steun, niet alleen niet behoefde, maar dat zij integendeel hem spoedig een goed eind vooruit was. Lachend om zijn onbeholpenheid, die hem telkens deed terugglijden, stak zij hem nu en dan de hand toe hem tevens wijzend hoe hij 't best den voet in 't zand had te zetten, ten einde gemakkelijker op te klimmen. Onder 't voortgaan zei ze hem nog dat

Krantenbank Zeeland

Domburgsch Badnieuws | 1896 | | pagina 1