Advertentiën en Adressen.
ÏTa. WILLEKES DU BOIS, Middelb., L. St. Pieterstraat a. 79.
KINA LAROCHE
L.I. van der Harst
luteijn
Hulp-Post- en Telefoonkantoor
te Domburg.
Postkantoor:
Geopend: op werkdagen van 8,302,30
en 5,306,30 uren.
Op Zondagen van 7,tot 8,en van
10,3011,30 uren voorm.
Bodeloop MiddelburgDomburg.
Yertrek van Middelburg vrm. 3,55 nm. 12,40
Domburg 5,10 1,55
Aankomst te Domburg 7,05 3,55
Middelburg 8,25 5,10
Vertrek van Domburg vrm. 7,15 nm. 4,
Westkapelle 3,50 12,05
Aankomst te Domburg 5,05 1,50
Westkapelle 8,25 5,15
Bodeloop DomburgAagtekerke.
Vertrek van Domburg vrm 7,15 nm. 3,55
Aagtekerke 6,35 3,25
Aankomst te Domburg 7,10 4,
Aagtekerke 7,40 4,30
NB. Zondags vertrekken van Middel
burg, Domburg, Westkapelle, Oostkapelle
en Aagtekerke alleen de eerste posten.
Telefoonkantoor:
Geopend op werkdagen van 8,301,30 en
5,306,30 u.
Zondagen 8,30-11,30 u.
Alles Spoortijd.
DE STROOHOED.
Dombnrgsche Novelle.
4) III.
In zijn logement gekomen doorsnuffelde
hij aanstonds zijn koffers en vond weldra
het kleine memorandum. Sapristi't was
maar net aan. Maar 't zou toch lukken.
Ten was, daar stond het duidelijk, 26 Juni
jarig, dat was dus Donderdag. Ja, ja
't was maar net aanmaar hij kon er toch
nog juist bij tijds zijn: Morgen Dins
dag naar Keulen en Woensdag met
den snel in eens door naar Vlissingen of
Middelburg, dan kon hij Donderdag al
vroeg present zijn.
Zich verkneukelend bij de gedachte,
zich uitermate verheugend op het weder
zien, werden nu onmiddelijk de noodige
maatregelen genomen tot een vroegtijdig
vertrek op morgen. In de eerste plaats
aan Feans 's heeren Wendler's ge
trouwe knecht opgedragen, de koffers
te pakken en alles tot vertrek ingereedheid
te brengen. „Morgen vroeg Feans
heette het verlaten we Berlijn, morgen,
laat eens zien en, de reiswijzer werd
even geraadpleegd „juist „sieben fünfzig",
verstaje, om zeven uur vijftig gaan we van
hier. Ik ga nog uit, ik heb nog 't een
en ander te beredderen, je behoeft me
van avond niet te wachten, je kunt dus
gaan slapen; als je 't morgen maar niet
verslaapt, opgepast hoor."
„Meneer kan gerust zijn" antwoordde
Feans glimlachend en met een zijdeling-
schen blik op zijn heer, waarmee hij blijk
baar wilde zeggen „ik begrijp meneer wel,
maar ik verslaap 't toch niet altijd
vervolgde hij met waardigheid „tegen hoe
laat wil meneer gewekt worden?"
„„Kwartier vóór zessen en je kunt al
m'n spullen inpakken, ik ben al gekleed
voor de reis, leg de sleutels van de koffers,
als je gaat slapen, op de bekende plaats,
goeiën nacht Feans.""
Feans trok zijn jas uit streek zijn
hemdsmouwen omhoog en ging aanstonds
aan 't werk, terwijl zijn heer zich verwij
derde, om nog enkele kunstvrienden vaar
wel te zeggen en zijn maatregelen te nemen
voor 't inpakken van Ten's schilderijvan
zoo iets had Feans geen verstand.
Alles was dus naar wensch van stapel
geloopen en nu we Wendler in den trein
vinden, puffend van de warmte de raampjes
neerlatend, heeft hij al meer dan de helft
van de vermoeiende spoorreis achter den
rug-
Eerst laat in den avond bereikte hij
Zeeland's hoofdplaats.
Het weer was geheel veranderd, 't scheen
wel dat hier of daar een frissche donder
bui zich had ontlast en de ondragelijke
warmte verjaagd, mogelijk ook meende
Haemen was 't de nabijheid van de
zee, die de atmosfeer zoo veel koeler en
aangenamer maakte.
Wat hiervan mocht zijn 't was een
heerlijke avond. Haemen bedacht zich
niet lang, hij nam een open rijtuig en liet
zich zooals hij zich uitdrukte, naar Dom
burg karren.
Hier vond hij, schoon 't reeds midder
nacht was, toen hij er aanklopte, in 't van
ouds zoo gunstig bekend hotel „Het Schut
tershof", voor zich zelf, zoowel als voor
zijn dienaar, een gastvrij onthaal en een
heerlijk bed.
IV.
Na een goeden nacht en verkwikkelijken
slaap, was Haemen den volgenden morgen
reeds vroeg op de beentrouwens hij was
in tegenstelling met de meeste jongelieden
van onzen tijd, geen liefhebber van lang
slapen en hield het nog met 't blijkbaar
sedert lang verouderde en uit de mode
geraakte spreekwoord:
Hij had aan menige morgenwandeling
zijn beste impressies te danken. Hij had
alzoo de stille morgenuren lief.
De andere logeergasten er waren er
nog niet vele schenen er evenwel anders
over te denken. Alle kamers bleven nog
gesloten en slechts de stillekens en voor
zichtig door 't huis sluipende dienstboden
gaven eenig teeken van leven. Hun voor
beeld volgend begaf Haemen zich met
stillen tred naar beneden. Zijn weg zoe
kend door de portalen en gangen landde
hij weldra aan in de groote ouderwet-
sche keuken. Daar vond hij eenige aar
dige dienstmeisjes in den kleederdracht van
't land reeds druk aan 't werk.
Bewonderend rustte zijn blik gedurende
eenig oogenblikken op 't schilderachtig
groepje en in stilte dankte hij zijn vriend,
die niet had gerust voor hij hem hierheen
had getroond. Voorwaar, hier was wat
moois te zien, die goede Ten had wel
gelijk.
„Wil iemand mij den weg eens aanwij
zen naar 't strand sprak hij tot een
van de deerntjes, die met een vriendelijk
,,goe' morgen meneer" hem bij zijn
binnentreden had begroet. „Zeker me
neer" klonk het beleefd en onbe
schroomd „As u 'ier 't plein oversteekt
en deu' de boschjes loopt nae' de dune
dan kriegt u an je linker'and 't badpa
viljoen en dan vindt u den weg nae'
't strange van zeivers
„Dank je lieve meid" zei Haemen,
glimlachend om de eigenaardige taal
„dank je en kun je me nu ook nog zeggen
waar ergens in 't dorp meneer en mevrouw
Ten Hove wonen, je kent ze misschien
wel, ze komen hier bijna iederen zomer
„Nou of 'k ze kenne, m'n eige zuster
is 't er we' a' drie jaer an 'n stik voor
't kind, 'n lieven schat, die kleine Geintje,
me' zuster is er zuver dol op. Ze wone
'ier vlak bie, kiek a's meneer t'ekke deu'
gaet dan 'n endje verder rechts, vlak over
gunter straetje, da's te zeie over 't karre-
gat; mae' 'k zou meneer nie raeë noe a'
te gae, want ze bin geen lief'ebbers van
vroeg opstae meneer en mevrouw Ten
'Ove. Alleenig die joenge dame, meneer'
z'n zuster, die za'k mae' zeie lozee is, die
is nog al 's dikkels vroeg op en dan gaet
ze mae' alleenig uut wandele', mae' me
neer en mevrouw Ten 'Ove, die ou'e in
's ge'eel nie van vroeg opstae, me' zuster
oeft nooit nie vóór 'alf acht te komme,
zegt mevrouw al tie', noe 't is makkelik
genoeg voor m'n zuster da's zeker."
Wendlee stuitte den woordenvloed, die
als een relletje ging en waarvan hij de
helft nauwlijks verstond, met een „Ik dank
je wel voor je aanwijzing en je goeden
raad, 'k zal dezen volgen en eerst nog
een wandelingje doen, dus door die boschjes,
kom ik bij de duinen niet waar?"
„Jae, zoo aol mae' recht uut, dan kan
meneer nie misse."
„Dank je lieve meid, een dezer dagen
zal ik je vragen een poosje stil te zitten,
als je dat ten minste kunt, dan zal ik je
portret maken levensgroot!" en met een
vriendelijken groet aan allen wilde hij zich
verwijderen, maar zich nog even omkee-
rend hernam hij„zeg eens deerntje, hoe
is je naam?"
„Maatje meneer, Maatje Louweese van
Piee van
„Goed zoo, nu dan Maatje, daar jij of
je zuster meneer Ten Hove zoo goed
kent, zou je me wel eens met iets kunnen
helpen, kun je goed een boodschap ont
houden en overbrengen?"
,,Da' zou 'k we' dienke meneer 'k za' m'n
beste doe" zei Maatje voorzichtig.
„Nu dan, ik heb voor meneer Ten Hove,
die van daag z'n verjaardag viert"
„Jae' da' weet ik van me' zuster"
viel de pratebol hem weer aanstonds in
de rede.
,,'k Heb voor hem iets meegebracht en,
nu wilde ik hem dit als verrassing sturen
vóórdat ik zelf bij hem kom, begrijp je
me?"
„Jae me wa' goed meneer, gae je gank
mae, je wilt 'm da' presentje nie' zeivers
geve' mae 't m laete' brienge, ik begriep
je, noe as'kje dae genoege' mee kan doe,
wi' 'k 't mee alle plezier voor je doe'
'oor."
„Dank je wel maar dat behoeft niet,
want je zou' de kist met het present niet
kunnen dragenmaar als straks m'n knecht
die slaapkop die nu nog op één oor ligt
te ronken voor den dag komt, moet jij
hem zeggen dat hij de kist, die ik gisteren
avond meebracht, bij den heer Ten Hove
aan huis brengt. En wil jij hem dan den
weg daarheen wijzen en zorgen dat 't
present wordt binnen gebracht als de
familie aan 't ontbijt zit?"
„Jaeme meneer 'k za' der voor zurge',
je kunt'r staet op maeke' 'oor!"
Haemen lachte tevreden om haar ernst,
die hem vertrouwen inboezemde, en haar
een ruime belooning toezeggend als ze
haar belofte hield en zijn opdracht goed vol
bracht, ging hij na een vriendelijken groet
en een „denk er aan eerstdaags maak ik
je portret," nu ten tweeden male op weg.
(Wordt vervolgd.)
Antiquiteiten (Delftsch Aardew., Porselein, Zilverw.)
W. G. BAL, Middelburg,, Erommewcele L 27.
Apotheek.
MET- EN ZONDER STAAL f l,^ÏO per flacon,
wordt bereid door en is verkrijgbaar bij
TELEPOONNUMIIEK lOi. MIDDELBURG
Wed. A. A. NONHEBEL ZOON, Middelb., Langed. A 88.
Assurantiën.
M. J. DOORENBOS, Middelburg, Markt C 8.
Badstoelen.
J. F. SCHEIJBELER, Middelb., Vlasmarkt L 17 (Reparatie).
Behanger en Stoffeerder.
M. J. BEEKES, Middelburg, Balans D 4.
Bierbrouwerij.
Bierhalle.
F. JANSE, Domburg (Paard en Rijtuig te huur).