Tiende jaargang No. 13, EIST YBEEMDBLUsTGElTLIJST. Sluiting der Zeebaden Woensdag 28 September. Aangekomen vreemdelingen. Het Badseizoen Yan 1892. :-iti >-■ >n?Sb l3»t!rt-7^ Het Domburgsch Badnieuws verschijnt iederen Zaterdag, gedurende het Badseizoen. A bonnement voor Nederland f 1.voor het Buitenland f 1.25; afzonderlijke Nommers f 0.10. Advertentiën 10 cent per regel; abonnement voor het seizoen 5 cent per regel. Adressen, bevattende naam en woonplaats, tegen 0.60 voor het geheele seizoen. Bureaux; te DOMBURG, bij den Heer H. M. Kesteloo; te MIDDELBURG, ter drukkerij van C. H. J. van Benthem Jutting St. Pieterstraat F 33. Hoogwater te Domburg. Zaterdag 24 Sept. nam. 2.40 Zondag 25 3.7 Maandag 26 3.57 Dinsdag 27 4.41 Woensdag 28 5.38 Donderdag 29 vrm. 6.24 E. K. "Vrijdag 30 7.50 Zaterdag 1 Oct. 9.11 van 15 tot 22 September. In het dorp: dhr. F. L. Bouwens Mej. F. van 't Hooft dhr. Linchet In het Badhötel: Mevr. de wed. de Boer J dhr. H. A. de Boer Mej. A. de Boer Mej. A. Frederiks In „Villa Marina." De familie Kiréeif Aantal personen Ierseke. Vlaardingen. Brussel. Bennekom. id. Zutphen. id. 5 St. Petersburg. Gebruikte Baden. Heeren. Dames. Totaal. Vrijdag 16 Sept. 13 20 33 Zaterdag 17 2 13 15 Zondag 18 9 12 21 Maandag 19 4, 5 9 Dinsdag 20 4 3 7 Woensdag 21 4 3 7 Donderdag 22 1 5 6 37 61 98 Openbare Godsdienstoefening. Zondag 25 September. Ned. Herv. Gemeente. Voorm. 9 uren Ds. P. Ch. Geebling. Nam. Geen dienst. Gereformeerde Gemeente. Voorm. 9 uren Ds. B. B. van den Hoobn. Nam. 2 uren Ds. B. B. van den Hoobn. Domburg;, 21 September. Een paar opmerkingen naar aanleiding van Een •pleidooi voor Domburgin de Middelburg- fiehe courant van 20 Sept. De M. C. zegt „wij begrijpen ten volle dat zij (de van wege Dr. Mezgeb afgelegde verklaringen in het nommer van 13 Sept.) een schok zoude te weeg brengen"dat kan zijn, maar dan toch alleen een schok van verontwaardiging over de scheeve en een zijdige voorstelling van den toestand te Domburg. Wanneer nu later in ingezon den stukken daarover geklaagd wordt, werpt zij de schuld van zich en zegt: „Vraagt het maar aan Dr. Mezgeb." De M. C., die zoo gaarne raad geeft, had toch eerst wel eens verder op Domburg kunnen informeren, alvorens de beweringen van Dr. Mezgeb te plaatsen en onnoodig verscheidene personen te grieven. Dat het stuk in het nommer van 13 Sept. van Dr. Mezgeb was, hebben wij daarin niet kunnen lezen. Wij hielden en houden het voor het gevoelen van de redactie der M. C., gevormd naar het oordeel van Dr. M., wiens woorden, wanneer zij die ge bruikt tusschen aanbalingsteekens of met groote letters gedrukt zijn. Wij meenden dus „en régiete zijn, door ons schrijven aan de M. C. en niet aan Dr. Mezgeb te richten. Waar hij patiënten behandeltdaar brengt hij voordeel aan"toegestemd, maar om daaruit de gevolgtrekking te maken, dat het drukker bezoek aan onze badplaats in 1890 en 1891, het gevolg is zijner be handeling der vorstelijke familie von Wied en Cabmen Sylva in 1889, vinden wij wel wat kras. Waren die personen alleen om de liefelijke omstreken van Domburg ge komen, zouden wij het kunnen toegeven, maar men gaat toch geen plaats bezoeken omdat een vorig jaar een vorst daar onder behandeling van een dokter geweest is? „Is er bij hem geen verschil tusschen gasten en gastei"Zeker, maar weet de M. C. niet, dat waar er enkelen zijn die van de hooge bezoekers voordeelen trekken, er velen zijn die twintig gewone badgasten verreweg de voorkeur geven, vooral wan neer die hooge bezoekers, patiënten van Dr. Mezgeb zijn, die naar zijn voorschrift, zich aan een vasten leefregel moetende houden, volstrekt geene buitengewone voor deelen aan hotelhouders en dergelijken bezorgen, maar wel, daar zij om zoo te zeggen, eene aparte spijskaart moeten heb ben, veel drukte, moeite en kosten. En nu zou er misschien wel een hotel komen dat aan alle eischen van Dr. Mezgeb voldeed, maarde dokter wil „zich financieel niet verbinden bij den bouw van een hotelomdat hij dan in het oog der wereld niet vrij meer zou zijn tegenover zijne patiën tenwaar hij hun een verblijf zou aan- of Hoe nu? Eerst verklaart men: „Dom- burg vindt als gezondheidsoord in Europa zijns gelijke nietenz., en dan zou men zijne patiënten niet kunnen raden daar heen te gaan, omdat men financiëel bij den bouw van een hotel betrokken is, een bouw, die zonder die hulp niet zou tot stand geko men zijn, een bouw, die aan alle eischen voldoet, een bouw, die die plaats zoo moge lijk nog voortreffelijker maakt, dan zij van nature reeds is Begrijpe dat wie kan Maar het behoort nu eenmaal tot de eigen aardige karaktertrekken van Dr. Mezgeb, dat hij zich geen band wil laten aanleggen dat hij onafhankelijk wil blijven Juist dat is het, die eigenaardigheden beletten, dat men maar zoo dadelijk op de plannen van Dr. Mezgeb ingaat en zijn geld steekt in eene onderneming van zoo onzekere toekomst. Deskundigen hoor den wij beweren, dat de exploitatie van een dergelijk hotel, wanneer Dr. M. zijne patiënten slechts zoo korten tijd bier be handelt, onmogelijk voordeelig kan zijn en als dat waar is, schijnt Dr. Mezgeb in dit geval zelf wel eenigzins op de ziekelijke pbilantropie zijner medemenschen te specu- leeren. (Zie bet stuk in de M. C. van 13 Sept. aan het einde.) De „kwestie der coterie"zullen wij maar laten rusten, alleen meenen wij, ten minste even goed als de M. C. en Dr. Mezgeb, met den toestand, omgeving, belangen enz. van Domburg bekend te zijn, om eene gevestigde opinie daaromtrent te hebben, die wij nu maar niet zoo op eens prijs geven, na bet lezen van een dagbladartikel waarin „aan de hand van Dr. Mezgeb de toestand van Domburg wordt blootgelegd." Vermeiden wij ons daardoor in zelfgenoeg zaamheid, het zij zoomaar nog eens her halen wij wat wij reeds in het Ie nommer van den vijfden jaargang van dit blaadje schreven„hoe gaarne wij ook zien dat „Domburg wijd en zijd bekend wordt en „dat ieder jaar meer bezoekers van het „frissche, heldere zeebad en de schoone „omgeving komen genieten, toch zouden „wij het voor Domburg niet wenschelijk „achten, dat het tot een badplaats van den „eersten rang werd opgevoerd, gedachtig „o. a. aan het woord van Voltaibe; „„Tel „„brille au second rang, qui s'éclipse au „„premier En hiermede nemen ook wij afscheid van deze kwestie en van den schrijver in de Middelburgsche courant. De beide artikelen „Domburg en Dr. Mezgeren Een pleidooi voor Domburgkunnen in elk geval als reclame dienst doen, en zeker zullen een volgend jaar wel eens bezoekers komen om te zien of bet er zoo vuil en zoo schoon, zoo stinkend en zoo gezond, zoo onrein en zoo zindelijk is. H. J. Boogaebt. In dit laatste nommer van den 10e jaargang van ons Badnieuws wil ik nog een kort overzicht geven van den afge- loopen zomer, die hier bijzonder druk was. In Augustus waren alle hotels overvol en alle optrekjes en kamers, die maar eenig zins geschikt waren, bezet. Het getal vreemdelingen in de verschil lende lijsten opgenomen was weêr iets hooger dan vroeger en bestaat uit 928 personen verdeeld als volgt:

Krantenbank Zeeland

Domburgsch Badnieuws | 1892 | | pagina 1