Advertentiën en Adressen. F. JANSE, Photografien Wed, Tjebbes Soon, domburg. AAN ZEE. In Domburg voor drie honderd jaren. Antiquiteiten (Delftsch Aardew., Porcelein, Zilverw.) W. G. BAL, Middelburg, Krommeweele L 27. Badartikelen. Badartikelen. Kruidenierswaren. Minerale wateren. Speelgoederen. Suikersbakkerswaren. Bierhalle. LP A DT? TT7T QT? middelbtteg, IIAJDILIJjJuÖJj, Langeviele K 388. K RUI DEN IERS WAR EN, CO MEST I BLES. Mlinchener Bierhalle en Café Restaurant. „ZEM FRANZISKANER-BRAU." Dagelijks IJSKOUD BIER op natuurlijk koolzuur. P. L. BRIELS, Propriétair. Bloemisterij. van DOMBURG en OMSTREKEN, Ruisehend zwelt de waterspiegel Onder 't hoog gewelfde blauw Springvloed schatert uit de verte, Rimpelt, groeft het deinend grauw, Roept de vlugge golvenrijen, Wenkt den zeewind, blazensreê Golfgebruis en golfgeklater Woelend, wentlend, plassend water, Zilte geuren, ritslend schuim, Blank als duifjes donzen pluim, Komen op d' adem der zee. Vang dien adem op; hij zwiere Door de longen, door den geest; Laat natuur naar binnen stroomen. Open 'toog, de ziele, 'tmeest! Lange toeft gij en 't aanschouwen Brengt ontzag, aanbidding mee. 't Maakt u stil? Vergeet een pooze 't Eindige voor 't eindelooze Reiner beeld en reiner zang, Hoog gevoel en heiige drang Komen op d' adem der zee. Mabie Boddaebt. ~ïT „A propos!" zeide Koeijman op eens, „wie was toch dat knappe meisje, dat heden middag met dien langen slungel over de kermis liep, met wien ik nog onaan genaamheden gehad heb. Hij noemde haar Mabtine, als ik goed verstaan heb? Dat is er eentje die de zonde wel waard is, ik zou wel eens kennis met haar willen maken!" „Ben je gek, kerel!" zeide Kees, „dat was de dochter van den schout!" „Nu, wat zou dat Papa behoeft er niet bij te zijn als ik de dochter vrij en zij behoeft niet te weten, dat ik de ver oordeelde en verbannen Koeijman ben Mij dunkt," vervolgde hij, zijne haren en knevel opstrijkende, „ik ben nog best in staat een meisje het hof te maken en vooral zoo'n zottinnetje als zij mij schijnt te zijnBovendien was zij nog een kind toen ik weg ging, en zal mij dus niet herkennen, evenmin als ik haar herkend heb. Gij moet eens zien Kees of gij mij geen onderhoud met haar kunt bezorgen „Ik zou dat, in jou plaats, liever aan haar vrijer Sihon de Lavalle vragen; maar waarachtig, als men van den duivel spreektdaar gaat Simon juist voorbij, wat zou die hier doen in den Schotschen hoek, en nog wel zonder Mabtine P" Het was werkelijk Simon die, den wonderdokter niet meer bij zijn stellaadje vindende, en vernemende dat hij waar schijnlijk reeds naar zijn logement ver trokken was, door den Schotschen hoek naar de Heerenstraat wandelde, om te trachten hem in den Witten Leeuw te vinden. „Als ik wist dat hij mij zocht," zeide Koeijman, „dan zou ik hem wel eens te woord willen staan; dat heertje had straks zooveel praats, dat zou ik hem wel willen afleeren „Ik zou mij waarachtig maar geene on aangenaamheden meer op den hals halen," zeide Kees, „gij hebt reden genoeg om je stil te houden „Ik kan mij door zoo'n windbuil, toch niet laten uitschelden „Kom, zwijg daar nu maar over en laat hem loopen," antwoordde Kees, „zie liever dezen kant maar eens uit, wat daar aan komt; maar als gij nu met haar een praatje wilt maken dan laat ik u alleen en ga nog een tijdlang naar de kroeg." En terwijl Kees den weg opging, dien ook Simon was gegaan, zag Koeijman aan de andere zijde Maetientje met haren broeder naderen en hoorde hij dezen tegen haar zeggen „Zie zoo, Maetientje, nu zult gij wel alleen thuis komen, ik zie hier niemand in de straat en ik ga nog even terug naar de vrinden. Als Simon straks komt, zal ik hem zeggen, hij u te huis kan vinden „Och, van Simon begrijp ik niets van avond," zeide Mabtine „waar kan hij nu zijn, alle andere schutters waren in de herberg. Als hij denkt dat ik hem na zal loopen, zal hij lang wachtenvoor mijn part zoeke hij zich eene andere kermisvrijster „Hoor eens, Mabtine," viel haar broeder in, „dat meent gij niet; gij weet ook zeer goed, dat Simon veel van u houdt; maar als gij hem zoo behandelt als heden avond, zal hij u werkelijk nog laten zitten en dat zoudt gij toch ook niet willen, wel?" Na die woorden keerde hij zich om en liet Mabtine alleen en in gedachten haren weg naar huis vervolgen. Zij was nog maar weinige schreden ge gaan, toen Koeijman op haar toetrad en met de volgende woorden aansprak „Goeden avond, schoone jufier! mag ik u mijn geleide aanbieden en met u de kermis nog eens rondwandelen Mabtine herkende den wonderdokter niet, daar hij zijn valschen baard in het huisje van Kees had achtergelaten, maar zij deed toch een stap terug van schrik, toen zij zich door een vreemde zag aan gesproken. „Mijnheer! ik ken u niet, ik ben op weg naar huis hier vlak bij, op den hoek van de Lieve Tijdstraat; ik ben de dochter van den schout Cbaen „Juist", zeide Koeijman, „wie zou de mooie dochter van den schout niet kennen, en ik zegen mijn gesternte dat u nu op mijn weg heeft gevoerd. Sta mij toe, u een eind te begeleiden En te gelijk trachtte hij Mabtine een arm te geven. Het meisje was nu wer kelijk verschrikt, maar hield zich zoo be daard mogelijk en naar hare woning voort stappende zeide zij „Mijnheer, het staat u fraai, een meisje op straat aan te houden; 't is maar jammer, gij niet iets vroeger gekomen zijt, dan zou mijn broeder u dergelijke dingen wel hebben afgeleerd!" Koeijman liet zich door die woorden echter niet afschrikken, maar zeide„Een zoen zult gij toch van mij hebben, schoon kind, dan kunt gij vrijelijk huiswaarts gaan." Maetientje, op dat oogenblik in de verte voetstappen meenende te hooren, riep nu om hulp terwijl zij zich te gelijk tegen Koeijman verweerde, die door dien tegenstand nog meer werd aangezet, zijn voornemen te volvoeren. Te midden van die schermutseling voelde hij zich op eens van achteren bij zijn kraag gepakt en achterover gesleurd, terwijl Simon de Lavalle hem toeschreeuwde: „Vat! zou jij hier fatsoenlijke meisjes op straat aanrandenSchurk! Wiebenje?" „Wie ik ben, gaat jou niets aan en ik zie niet in, waarom gij voor uwe kermis vrijster, die je toch in de steek gelaten heeft, zoo in de bres springt," antwoordde Koeijman, wiens bloed begon te koken. „Ik hoor al wie gij zijt, ik herken je stem, signor d'Aveeeniente, maar ik zal je nu eens met een paar Domburgsche knuisten doen kennis maken, dat je de lust wel zal vergaan om hier de meisjes na te loopen „Grootspraak en bluf!" antwoordde Koeijman, „ik wacht je af!" Spoedig daarop waren zij handgemeen, terwijl Mabtine er handen wringend bij stond en voortdurend om hulp riep. Koeijman gevoelde weldra dat hij niet tegen Simon was opgewassen, en begrij pende dat er hoe dan ook een einde aan moest komen, daar er op het roepen van Mabtine wel de een of ander zou opdagen, maakte hij van een oogenblik dat hij eene hand vrij had, gebruik, om een mes uit zijn gordel te trekken en dat Simon in de zijde te stooten, zeggende„Zie zoo, nu zul je vooreerst wel genoeg hebben." „O, God, Mabtine! ik sterf!" riep Simon terwijl hij nederstortte. Koeijman wachtte de verdere gevolgen van zijne daad niet af, maar vluchtte zoo dra hij Simon zag vallen, en menschen hoorde aankomen, het huisje van Kees Leinsz. binnen, waar hij zijn baard en verdere spullen bijeen raapte en zich door de achterdeur zoo snel mogelijk naar den Vitten Leeuw begaf. (Wordt vervolgd.) J. A. W. 1)1) BOIS, Middelburg, Lauge St. Pieterstraat A 79. D O M B U R G. W. J. E. GO VERS, Coiffeur, Middelburg, Langedelft B 121. Apotheek. L. K. VAN DER HARST J.Jz., Middelb., Pottenmarkt K 412. A. A. NONHEBEL, Middelburg, Langedelft A 88. Badstoelen. J. E. SCHEIJBELER, Middelb., Vlasmarkt L 17 (Reparatie). Bedden en Matrassen. Fabriek van BEDDEN en MATRASSEN- Magazijn van MAHONIEHOUTEN en GESCHILDERDE MEUBELEN. Reparatiën aan Bedden <*n Matrassen. J. LAGTER, Middelburg, Vlasmarkt L 13. BADCOSTUMES. PAARD EN RIJTUIG TE HUUR. Langedelft II «3, MIDDELBURG, in de nabijheid van de Groote Markt. Alleen verkoop voor Zeeland op fust en gebotteld van het beroemde FRANZISKANER BRAU van Jos. Sedlmayeb, Miinchen. Den ganschen dag REST AURA AT. Nette inrich ting. Billijke prijzen. A. BLAAS, Middelb., buiten de voormalige Dampoort T 105. Boekhandel. 11 f.1 MIDDELBURG Kortedelft. OUDE EN NIEUWE BOEKHANDEL. COSTUMES, STADSGEZICHTEN van Middelburg, Vlissingen enz. in uitgebreide sorteering voor handen. F. P. DHUIJ, Middelburg, Lange Burg B 10.

Krantenbank Zeeland

Domburgsch Badnieuws | 1888 | | pagina 2