Aangekomen vreemdelingen Uit het leven aan eene kleine Zeebadplaats. 6. Naar Aagtekerke en over Oostkappel terug. (2 uren). 7. Naar Westkappel en over Aagtekerke terug; de zeedijk en lichttoren te be zien. (3 >/2 uren). Aan de bezoekers der hadplaatsen is het wandelen over deze landgoederen door de eigenaren welwillend vergund. In 1883 werd niet ver achter het Bad-Hótel een slingerend schelpenpad door het dichte kreupelhout gemaakt naar een duin van waar men een vergezicht over bosch, beemd en zee heeft. Yan daar voert een harde weg naar de schilderachtige zoogenoemde Bovenmanteling, waardoor ook dit jaar, door de vriendelijke bezorging van de eigenares van Duinvliet, een ge makkelijk wandelpad is aangelegd. tot 4 Juli. In het dorp: Aantal personen H. L. Fagginger Aner Middelburg. Mej. H. de Bats id. Mevr. de wed. Boom v. Adrichem Zierikzee. Mej. Gobius du Sart Utrecht. dhr. dr. J. H. Gunning J.Hz. Wilhelminadorp. dhr. Hugenholtz Utrecht. dhr. E. A. Koch Middelburg. Dames Luteijn 4 id. dhr. Is. Luteijn Vlissingen. Mej. B. van der Mieden Middelburg. dhr. Nagtglas en familie 3 Utrecht. dhr. C. D. Nagtglas Versteeg Delft. Mej. A. M. Ruyghart Arnhem. Mej. v. d. Horst Serlé Middelburg. dhr. C. A. Sprenger id. dhr. mr. F. J. Sprenger id. dhr. J. J. I. Sprenger en fam. id. Mej. P. Tak id. dhr. C. J. J. A. van Teijlin- gen en familie 8 id. dhr. C. M. v. Visvliet en fam. 7 id. dhr. P. van Visvliet. id. In het Bad-Hötel: MejI. L Bunge en bediende 2 Rotterdam. Mevr. douairière de Bruijn- Boddaert Middelburg. dhr. eu mevr. Hoek 2 Kampen. dhr. P. H. Kortlandt Rotterdam. Mevr. Kortlandt-Vermaes id. dhr. W. E.Matthes en fam. 5 Amsterdam. Mej. Molewater 's Gravenhage. Mevr. Paradies-Kortlandt Rotterdam. dhr. Ruyghart en familie 2 Arnhem. In het Schuttershof: Dames van Adrichem 3 Zierikzee. dhr. C. Erbschloe Brussel. Mej. de Wit Hamer Goes. dhr. van der Harst Middelburg. Mej. van Hoek id. Dames Hoos 2 Antwerpen, jgr Mej. Kruseman Middelburg. dhr. en mevr. Luteijn 2 id. Mej. van der Mandere Goes. Mej. van der Meij Middelburg. dhr. Moolenburgh en fam. 5 Breda. dhr. de Smet Brussel. dhr. Stern en familie 5 id. dhr. Spijker Hilversum. Aantal personen dhr. E. v. d. Straeten Antwerpen. Mej. Sweem Middelburg, dhr. Versluijs id. In het pension Duinoord: Mej. L. V. Nagel Oosterheek. Mej. M. de Famars Testas Utrecht, dhr. C. de Veer Arnhem. door H. J. I. MtTDBOEG. Een der liefste zeeplaatsen van ons latyk is voorzeker wel Mudborg, aan den voet van het duin, vlak aan zee gelegen, met heerlijke wandelingen, boschrijke streken en hooge duinen, die een prachtig ver gezicht opleveren over het omliggende landschap. Geen wonder dan ook, dat het plaatsje des zomers door vele vreemden wordt bezocht en dat het spoedig als zeebadplaats eenigen naam heeft verworven slechts het afgelegene van het dorp (men kan het per spoor niet bereiken, maar moet van het naaste station nog ongeveer anderhalf uur rijden) maakt, dat het zich nog niet tot eene badplaats van den eersten rang kan verheffen. Het is meer een rustplaats voor hen die eene schoone natuur boven wereldsche amusementen verkiezen, voor schilders en voor huishoudens, die met een meer of minder talriik kroost zijn cezeeend. Voor kinderen is het een waar paradijs. De hosschen, de zee, de duinen, het strand en bovendien vacantie, waarlijk het kind dat niet van Mudborg houdt, als het er eenmaal geweest is, moet nog geboren worden. Langzamerhand wordt het er 's zomers ook al drukker, daar zij, die het reeds bezocht hebben, die liefelijke omgeving nog gaarne eens terugzien en tevens vrienden en bekenden een zomerverblijf te Mudborg sterk aanraden. De inwoners zien dan ook in, dat het verhuren van kamers nog zoo onvoordeelig niet is en beginnen hunne woningen wat te veranderen en te verbeteren, om aan vreemden gelegenheid te geven bij hen hun intrek te nemen. Tegen Mei en Juni ziet men overal witten en schilderen en opknappen en komen de bordjes met „te huur" voor de ramen en zitten, als alles zoo wat in orde is, de eigenaars rustig op de loer, even als spinnen in hun net, af te wachten en na te denken hoe zij van vreemden het meeste voordeel zullen halen. De prijzen zijn wel niet naar evenredig heid van de kamers, maar er is niet veel, de hotels zijn ook duur en de Mudborgers beweren dat, als men te Scheveningen en andere badplaatsen veel geld verdient, het niet meer dan billijk is, dat men bij hen ook goed betaalt. En de toeloop is, het aantal optrekjes in aanmerking genomen, tamelijk groot, vooral daar er altijd een aantal vaste bezoekers uit de nabijgelegen stad komen, die, wel gedeeltelijk hunne eigene woningen hebben, maar waarvan de meesten toch ook hun intrek bij menschen op het dorp moeten nemen en die er dus al vroeg bij zijn om kamers te huren, zoodat er voor vreemden niet veel meer overblijft, die dan wel genoodzaakt zijn de prijzen te betalen, die hun met een ffen gezicht en als of zij het nog als een gunst mogen beschouwen, worden afge vraagd. Maar iedereen weet dat het aan een i badplaats duur is en schikt zich in zijn lot en de Mudborgers zijn tevreden en nemen zich vast voor, het volgende jaar de huur nog een weinig op te slaan. De badinrichting is nog in hare kinds heid en zeer eenvoudig ingericht; er zijn slechts een twaalftal handkoetsjes, waarvan zes voor dames en zes voor heeren bestemd, maar aangezien het aantal baden in het seizoen in den regel niet meer dan 2000 beloopt, is het voldoende. Daar het strand te Mudborg zeer langzaam glooiend af loopt en er, wanneer een noorden- of noordwesten wind waait, gewoonlijk veel zee staat, is er geene gelegenheid, om zooals op andere badplaatsen, booten in zee te houden, voor redding of hulp aan badenden, maar zoowel op het dames- als op het heeren badstrand is over eene lengte van 120 meters ongeveer, langs palen een touw in zee gespannen, zoodat voor badenden zelfs bij hooge zee of sterke strooming geen of althans weinig gevaar bestaat. Ongelukken hebben dan ook nooit plaats gehad, waarvan men op andere badplaatsen nog wel hoort, misschien wel juist omdat zwemmers er te veel op bouwen, dat er reddingsmiddelen in over vloed voorhanden zijn. Het badpersoneel bestaat uit eene bad- vrouw en een badman voor de dames en een badman voor de heeren, en aangezien het slechts zelden van hen verlangd wordt mede in zee te gaan en het baantje dus vrijwel een sinecure is, kan men begrijpen er altijd liefhebbers genoeg zijn, wanneer sollicitanten voor die betrekking worden opgeroepen. Het volgende briefje moge dienen als staaltje, hoe men zich soms uit om dat baantje te krijgen: An de Hoog Edele Heeren van de Bad dereksee te Mudborg. „Onderlest las ik in de krant, alsdat „er een badman gevraagd wier en nou „bin ik zoo vrei mij zei vers an te prisenteere. „Ik gaai goed te water en swem als een „end en heb dan ook al een vrouw, twee „kinders en een besope seldaat er uit ge- „haald. Ik heb ook al twee redding „medaljes. Ik bin veertig jaar en zoo „nodig vrei van sterkendrank. Dus laat „mijn nou weete hoe of wat, van ja of „nee. Ik blijf op hoop van zeege Jan Pieteese. Souwerman en reder van menseleeves. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Domburgsch Badnieuws | 1884 | | pagina 2