OOMBURGSGH BADNIEDWS
No. 10. Zaterdag, 8 September 1883.
EN
ATI^EElVniDEmsrCxEiTLXvJST.
Het Bad is geopend
Aangekomen vreemdelingen
Het I>ojh1>iii'gs<'li Badnieuws versoliijnt iederen Zaterdaggedurende liet Badseizoen. Abonnement
voor Nederland ƒ0,75; voor liet Buitenland ƒ1.afzonderlijke Nommers 0.07 f. Advertentiën 10 cent
per regel, abonnement voor liet seizoen tegen verminderde prijzen. Bureaux: te DOMBURG, bij den Heer
H. M. Kesieloo, te MIDDELBURG, ter drukkerij van C. H. J. van Benthem Jutting St. Pieterstraat F. 33.
Plaatst
men zich op het duin op de hoogte van
het badpaviljoen, dan heeft men aan de
zeezijde, zoo ver het oog reikt, voor zich
de opene Noordzee, wier golven prachtig
en statig komen aanrollenWendt
men zich om dan aanschouwt men een heer
lijk panorama over het eiland Walcheren,
„Rapport uitgebracht in de verga
dering van de af deeling Zeeland der
Maatschappij ter bevordering der ge-
(April 1867>
van 1 Juli tot 30 September,
dagelijks van des morgens tot des
namiddags 4 uren.
Prijs van een Zeebad 30 cents, met
inbegrip van een badkostuum (voor dames)
of één zwembroek en één banddoek.
Meerdere banddoeken per stuk 5 cents.
Bad- en banddoekenkaartjes zijn te ver
krijgen bij den Heer H. M. Kesteloo
en in het paviljoen.
Temperatuur van lucht en water wor
den dagelijks op bet strand kenbaar ge
maakt.
Voor Binnenbaden is in bet Bad-Hotel
gelegenheid.
Badgasten en logées hebben vrijen toe
gang tot bet Bad-paviljoen, de Leeskamer
en verdere inrichtingen.
Badstoelen te buren voor 10 cents
gedurende den tijd, dat de huurder ach
tereenvolgend den stoel bezet houdt.
Gebruikte Baden.
Hoeren. Dames. Totaal.
Vrijdag 31 Aug. 11 12 23
Zaterdag 1 Sept. 19 12 31
Zondag 2 25 17 42
Maandag 3 3 5 8
Dinsdag 4 12 5 17
Woensdag 5 12 5 17
Donderdag 6 9514
91 61 152
De Baddokter J. M. Janssen
in het dorp (Weststraat) is dagelijks te
consulteeren op het strand des voormid
dags tusschen 11 en 12 uren.
Hulpkantoor der posterijen te
Domburg.
Aankomst en vertrek der posten, alles
van en naar Middelburg:
Vertrek van Middelburg voorm. 6.30
10.30
Domburg 4.45
nam. 1.30
voorm. 9.45
nam. 1.45
Middelburg voorm. 8.
nam. 4.45
Het hulpkantoor is geopend: op werk
dagen, van 9 uren voorm. tot 3 uren nam.
en van 89 uren 's avonds.
Op Zondagen, van 123 uren nam. en
van 89 uren 's avonds.
Aankomst te Domburg
Het telephoonkantoor is voor alsnog ge
opend 's morgens van 9-12, 's middags van
24, en 's avonds van 89 uur.
Hoogwater te Domburg.
Zaterdag 8 Sept. nam. 4.54
Zondag 9 5.52 E.K.
Maandag 10 vrm. 6.41
Dinsdag 11 8.
Woensdag 12 9.14
Donderdag 13 10.12
Vrijdag 14 11.—
Zaterdag 15 11.45
tot 7 September.
In hei dorp:
dlir. Scholteu van Aschat, Roosendaal.
dhr. Danckaerts en familie, Cortgene.
dhr. van Endt, Utrecht.
Mej. J. E. van Adrichem, Zieriksee.
dhr'. Bartelman, Amsterdam.
Mej. A. A. de Ligny, Middelburg.
dames Janssen, id.
Mej. J. van der Horst Serie, id.
dhr. A. Baron van Styrum, Ueerenveen.
Mevr. P. Verbist en familie, Antwerpen.
Mej. Herklots, Middelburg.
Mej. van Deinse, id.
Mej. Keiler, Mülheim a/Rur.
In het Bad-Höfel:
dhr. F. Gebhardt en familie, Mberfeld.
dhr. H. Grevelink en familie, Ordingen.
dhr. P. H. Kortlandt, Rotterdam.
Mej. M. Löllner, id.
Mej. B. van Meurs, Arnhem.
dhr'. Pannot en familie, Londen.
Mevr. de Baronesse van Boetzelaer van Dubbeldam,
Utrecht.
dhr. Dirk ter Haar, Nijmegen.
Frau Kiibisch, Munster.
Fraul. E. Lühl, Gemen (Westfalen).
Mejkvr. Nepveu, Vorden.
dhr. C. Sommerhoff en familie, Twickenham.
Jhr. E. de Borchgrave en familie, Gent.
Mej. M. J. van Dam, Rotterdam.
Mej. W. E. Trenité, id.
dhr. Aug8. Bansa en familie, Frankfort a/M.
dhr. Baertson, Gent.
Fraul. Feldhoff, Langenberg.
dhr. H. vou Kuapp, Barmen.
Mej. A. vou Knapp, id.
dhr. G. Metcalfe eu familie, Richmond.
dhr. de Rosky, Parijs.
Mevr. de wed. J. Rueb, Rotterdam.
In hei Schuttershof:
dhr. F. Girl en familie, Rotterdam.
dhr. van Overbeelce,
dhr. Michiels en familie,
dhr. Verploegh,
dhr'. P. Graaf d' Hemptine en familie, Gent.
MejCool, Amsterdam.
dhr. La Grange, Rotterdam.
dhr. Montens en familie, Antwerpen.
Mej. Nagel, Oosterbeek.
dhr. Clavel en familie,
Domburg 4 Sept. Gisteren avond
hadden eenige dames en heeren van de
badgasten zich op het paviljoen vereenigd,
waar zij, zeer tot genoegen van het aan
wezige publiek eenige muziek- en zangstuk
ken ten gehoore brachten. Het ware te
wensehen dat op eene hadplaats als Dom
burg, waar groote concerten wegens te groote
kosten eene zeldzaamheid zijn, meer derge
lijke avondjes plaatshadden, die niet alleen
de kennismaking en de gezelligheid onder
de badgasten bevorderen, maar ook wer
kelijk kunstgenot verschaffen.
Eene oude geschiedenis naverteld.
Op een stillen zomeravond zaten eenige
vrienden voor het badpaviljoen te Domburg.
Duister lag de onmetelijke, wiegelende wa
terplas vóór hen, waarvan de laatste golven,
bestrooid met vonken, op het effen strand
wegvloeidenin het noordoosten glinsterde
tegen de donkere lucht het draaiend kust-
vuur van Schouwen, en in het westen wierp
nu en dan llikkerend weerlicht een vluchtig
schijnsel op donkere wolkgevaarten ver in
zee. Meer dan ooit deed de oceaan zich
geheimzinnig voor, en het was niet vreemd
dat het gesprek kwam op de wonderen, die
de groote wateren in haren schoot verber
gen. De onverklaarbaar klagende stemmen
der zee, die sommigen meenen te hooren,
en de historie van den vliegenden Hollander
of het verdoemde schip door menigeen
gezien, waren reeds besproken en er waren
onder het gezelschap die van eigen avon
turen wisten te verhalen. Tot nog toe had
de oudste der vrienden zich weinig in het
gesprek gemengd, niet wegens gebrek aan
stof, want hij had een groot deel zijns
levens onder de keerkringen doorgebracht
en was de Kaap meermalen omgevaren,
maar omdat hij als een echt oudgast zich
gewend had liever toe te luisteren dan
zelf te spreken. Het was hem echter nu
aan te zien dat hij ook wel wat vertellen
wilde en het verhaal dat hij deed ga ik
mededeelen.
„Het was in het jaar dertig en zooveel,
dat ik als passagier met de Samarang,
een mooie driemaster van 400 last, uit Oost-
Indië terugkwam. Bezuiden de Kaap had
den we veel stormweer en donkere lucht
gehad, maar sedert een paar dagen was er
verbetering te zien. Alsof het gisteren was,
ligt mij de eerste zonnige morgen in het
geheugen, waarop het schip in de voormid-
dagwacht vlug en vroolijk voorwaarts liep
met een gladde koelte en alles bij.
Eensklaps roept de uitkijk: „Een zeil
dwars te loefwaart". Men moet een lange
zeereis gemaakt hebben, om den indruk van
zulk een kreet te gevoelen na weken lang
niets dan water en lucht te hebben gezien.
Ieder aan boord kijkt scherp in de aange
wezen richting en de kapitein geeft last om
zooveel mogelijk naar den vreemdeling te
koei'sen. Met de kijkers konden wij spoe
dig zien dat het een laag gebouwde brik
was met een zwarte romp en witte masten,
en niet lang daarna werd zij door deskun
digen voor een Amerikaan herkend. Aan
boord was echter niets te bespeuren en
hoewel wij de driekleur toonden en later
verschillende seinvlaggen heschen, bleef de
vreemdeling zijn koers vervolgen. En welk
een koers.' Als een vaartuig dronken kon we
zen, dan zou men het van dit schip hebben
gezegd, want als een „aangeschoten ma
troos' aan den wal, gierde en hobbelde
de brik scherp bij den wind door de golven.
Een oogenblik dacht onze gezagvoerder
aan zeeroovers en aan eene poging om ons
te misleiden, doch de vaart getuigde van
zoo weinig zeemanschap, dat onze officieren
gisten of niet de geheele bemanning soms
te diep in het glas had gekeken en bewus
teloos het vaartuig aan het spel van wind
en golven overliet. De kapitein wilde er
echter het zijne van hebben en beval de
boot te strijken." Als ge lust hebt is er