het gedenkboek Gewelde grond'
De eerste en tweede druk van een rampdocument over
Schouwen-Duiv eland
door Joop van Loo en Cor Pols
In het voorjaar van 2003 ondervroegen studenten sociale geografie van de Universi
teit van Amsterdam een paar honderd bewoners van Schouwen-Duiveland naar
hun mening over de moderne ontwikkelingen op het platteland. Daarbij werden
ook vragen gesteld over de Watersnood van 1953- Onder de boeken over die
ramp bleek 'Gekwelde grond' een belangrijke plaats in te nemen: zeer velen had
den het gelezen of hadden het in de boekenkast staan.
Het nu volgende artikel gaat over de totstandkoming van het boek 'Gekwelde
grond in ramp en herstel'. De eerste auteur bespreekt de wording van de eerste
druk uit 1958. Het is opvallend dat in 'Gekwelde grond' niet de Watersnoodramp
in de tijd wordt gevolgd, maar dat voor een thematische aanpak werd gekozen,
waarbij een groot aantal medewerkers een bijdrage leverde. De achtergrond van
deze schrijvers wordt belicht en juist dat is niet in het boek zelf te vinden.
De tweede auteur behandelt de geheel herziene druk van 1977, waarvoor hijzelf
een kwart eeuw na de Watersnood het initiatief nam. In 1983 opende hij de
Zeeuwsche Boekhandel in Zierikzee. De verschillen tussen de eerste en tweede
druk krijgen in dit gedeelte van het artikel ook de aandacht.
Stichting Nieuw Schouwen-Duiveland
Vrij kort na de Watersnoodramp van 1 februari 1953 kwamen een aantal promi
nente inwoners van Schouwen-Duiveland tot de conclusie dat er tengevolge van
de ramp een bestuursvacuüm op het eiland was ontstaan. Verschillende gemeente
besturen waren uit de dorpen verdreven. Ook zagen zij dat de problemen rond
de herstelwerkzaamheden, de wederopbouw, de financiële afwikkeling en derge
lijke de grenzen van de bestaande gemeenten zouden overschrijden.
Het gevolg was de oprichting van de 'Stichting Nieuw Schouwen-Duiveland'. Op
30 maart 1953 verschenen voor Paul Heering, notaris te Zierikzee de volgende heren.
1. Albert Brand, hoofd ener school te Zierikzee.
2. Marinus Doeleman H.J. zn, industrieel te Zierikzee.
3. Adrianus Arie van Eeten, burgemeester van Nieuwerkerk.
4. Jan Klompe, landbouwer te Serooskerke.
5. Jan Stevense, dierenarts te Renesse.
De comparanten hebben verklaard tezamen af te zonderen een bedrag van vijf
en twintig gulden en daarmede in het leven te roepen een stichting, waarvoor zij
de volgende statuten vaststelden.
artikel 1. "De Stichting is genaamd: 'Stichting Nieuw Schouwen-Duiveland'.
Zij is gevestigd te Zierikzee".
artikel 2. "De stichting heeft ten doel de middelen te onderzoeken, te propageren
en toe te passen, welke kunnen strekken tot herstel en bevordering van de door
de ramp van één Februari negentienhonderd drie en vijftig geschonden welvaart
van Schouwen-Duiveland".
109