vooruit tegen de stroom en de wind. Toch vinden we de windrichting wel geschikt, omdat ze bij terugkeer naar de dijk, als de boot geladen is, de wind mee zullen hebben. Ik ga overal nog eens kijken. Eef vergezelt me op mijn tochten langs de ramen, hoewel haar moeder haar flink achterna zit, bang als ze is dat Eef kou zal vatten. Natuurlijk gaat mijn blik weer naar onze boerderij en wat ik zie is water, water en nog eens water. Nooit heb ik me kunnen voorstellen dat hier zoveel water zou kunnen staan. Op het ogenblik zijn er door de storm grote golven en ik zie hoe deze tegen ons huis en onze schuur slaan. Alle deuren zijn open of zijn verdwenen en het is nog steeds onwennig het kippenhok, het varkenshok en het wagenhuis niet meer te zien. Als ik dit allemaal zo zie, denk ik regelmatig: "Is het wel echt waar wat ik zie? Is het geen droom? Hoe kan zoiets waar zijn?." Maar dan besef ik dat het wel degelijk de rauwe werkelijkheid is, dat het allemaal echt is. Het is geen droom, het is gewoon waar! Wat we bezaten is echt weg; voorgoed verdwenen! Het vee is voorgoed weg en zal niet meer terugkeren. We hebben deze dagen vaak tegen elkaar gezegd: "Als we maar gered worden, als we er zelf maar levend vanaf komen! Dan komt de rest vanzelf wel!" Maar we lieten daarop ook wel eens volgen: "Toch is dat wellicht niet helemaal juist, want als we straks gered zijn gaan we natuurlijk aan alle dingen denken, die we verloren hebben. We gaan dan bepaalde dingen missen, die er niet meer zijn." Een poosje later ga ik weer naar het gaatje in de voorgevel van de school om richting Moriaanshoofd te kijken. Ik zie dat de "reddingboot" juist van Moriaanshoofd komt. Hij zal zo voorbij Gilles Hanse varen. Maar dan zie ik dat hij niet voorbij vaart, maar bij Gilles Hanse aanlegt. Ze zullen dus Gilles en Maarten Hanse ook mee willen nemen. Omdat ze daar een erker met een plat dakje hebben, kunnen ze vanuit het zolderraam daar eerst op gaan staan, waardoor ze gemakkelijker in de boot kunnen. Maar al met al is het toch heel wat voor Gilles Hanse om dat met zijn 85 jaar mee te moeten maken! Omdat het donker is kan ik niet alles goed zien. Ik zie wel hoe ze van de erker in de boot komen. Het duurt tamelijk lang voor ze klaar zijn en verder deze kant op komen. Ze komen nu snel vooruit omdat ze zowel de stroom als de wind mee hebben. Het is een heel bijzonder gezicht zo'n grote boot over de weg te zien varen. We zijn inmiddels bezig om een heleboel spullen van de familie Van der Vegt van de huiszolder naar de schoolzolder te brengen, omdat we ervan uitgaan dat ze daar veiliger zijn. Als ik daar mee bezig ben, hoor ik ineens een geroep en geschreeuw vanuit de kinderslaapkamer. Ik ren er direct heen en wat zie ik: de reddingboot, die van Moriaanshoofd kwam, ligt voor. Ik dacht dat deze boot voorbij zou varen, regelrecht naar de dijk. Uit het geroep en geschreeuw maak ik op, dat de boot lek geslagen is. Er moeten direct twee ledikanten weggehaald worden, om het mogelijk te maken alle mensen uit de boot naar binnen te hijsen. Als in een flits schiet het door me heen, dat dit een heel ernstige zaak is. Wat kan er al niet gebeuren als zo'n boot met al die mensen erin is lek geslagen! Met alle kracht en vlugheid die in me is, pak ik de bedden op en breng ze naar de plek die we als keuken gebruiken. Dat doe ik ook met een spiraal en vraag aan de vrouwen of ze voor de bedden willen zorgen. In een minimum van tijd zijn de twee ledikanten verwijderd. Onderwijl zijn ze al bezig om de eerste mensen vanuit de boot naar binnen te hijsen. Als er echter drie binnen zijn hoor ik roepen: "Genoeg, ik zegje genoeg, we gaan verder!" Door het raam zie ik de reddingboot vol mensen: mannen, vrouwen en kinderen. In het midden zie ik de oude Gilles Hanse zitten, terwijl hij zijn paraplu tussen zijn kieën houdt. Ook valt me de vrouw van de bakker op, met haar kinderen tegen zich aan gedrukt. Verder zie ik Piet Beije met zijn vrouw en de vrouw van Martien Hart. Het is een heel bizar gezicht dat allemaal zo te zien in die op de golven dobberende boot. Vooral de vrouwen kijken angstig. 31

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 2003 | | pagina 17