204 HET VERHAAL VAN KOOS VAN BEMMELEN, DESTIJDS INGEZET ALS RESERVEPOLITIEMAN TE LEPELSTRAAT De oproep 's Morgens om, denk ik, een uur of zes, half zeven, werd ik gebeld door de groepscommandant en die zei dat ik, in uniform, moest komen naar de Kladde, want ,daar is een ernstige ramp'. Ik ben er onmiddellijk op de fiets heengegaan. Die heb ik ergens aan de Kladseweg neergezet en ik ben te voet verder gegaan, want er was daar niet meer te rijden. Je kon komen tot de boerderij waar nu Blom woont. Daar ergens heb ik mijn fiets neergegooid, maar ik weet niet meer precies waar. Toen ben ik doorgelopen; de hele weg af. Daar waren ze druk bezig bij Jan van Meer, daar zaten nog koeien en paarden in de stal. Die hebben we losgemaakt en eruit gejaagd. En verder ben ik helemaal doorgelopen naar de Kladde. Reservepolitieman Koos van Bemmeien(midden). Evacuatie Op dat moment kreeg ik een bericht, maar ik weet niet wie het gelijk doorgaf, dat de mensen daar geëvacueerd moesten worden. Nou ja, dat kon je wel zien, want ze liepen allemaal maar op de dijk. Die moesten dus

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1993 | | pagina 40