Opzet en inhoud brochure
Voorjaar 1978
Het is goed belangrijke gebeurtenissen na een bepaald
aantal jaren weer in herinnering te brengen. Zij hebben
namelijk altijd belangrijke gevolgen, die vaak nog lang
nawerken.
Zeker is dat het geval met de watersnood van 1 februari
1953, nu dus een kwart eeuw geleden. In de vroege uren
van die 1e februari trok een stormvloed als een razende
zwarte schim over het zuidwestelijk deel van ons land. Het
zeewater brak door de dijken, het land liep onder. Het
water verraste talloze duizenden die nacht en liet een
breed spoor van dood en vernieling achter. Bij deze wa
tersnoodramp verloren meer dan 1800 mensen het leven.
Tienduizenden moesten worden geëvacueerd. Het
woedende water vernielde dijken, huizen en wegen. Het
menselijk leed was groot, vaak onherstelbaar. De mate
riële schade was enorm.
Na de ramp kwam een gigantische hulpoperatie op gang.
Hulp in de eerste nood. reddingen in het rampgebied,
daarna dijkherstel. En de conclusie na dit alles was: zoiets
moest niet nóg eens kunnen gebeuren. Het land kreeg
extra beveiligingen tegen het gevaar van de zee. Het
Deltaplan kwam in uitvoering en tal van andere maatre
gelen werden genomen.
Aan de februari-ramp zaten tal van aspekten. Er zijn
daarom ook diverse kanten van de zaak. die belicht kun
nen worden. Déze brochure bevat het verhaal van wat de
ramp en de periode van het herstel daarna hebben bete
kend voor de provincie Zuid-Holland. Centraal in dit ver
haal staat de organisatie en de technische kant van de
hulpverlening, het dijkherstel en de waterstaatkundige
maatregelen om het land beter te beveiligen tegen de zee.
En dan in hoofdzaak voorzover ze betrekking hebben op
het gebied van Zuid-Holland. Dat alles vooral gezien uit de
gezichtshoek van de provinciale waterstaat in Zuid-Hol
land. die bij al deze zaken een belangrijke rol vervuld
heeft.
Het is goed in deze brochure terug te kijken naar een
belangrijke gebeurtenis als de februari-ramp. en te zien
wat inmiddels is gedaan om herhaling van een dergelijke
ramp te voorkomen.
Bij de beschrijving van de ramp en van de eerste periode
daarna is gebruik gemaakt van wat daarover in het Pro
vinciaal Verslag van 20 jaar geleden was opgenomen. Dat
verslag is op de voet gevolgd in de hoofdstukken II (over
de ramp) en III (over dijkherstel en dijkbeveiliging). In
hoofdstuk IV is weergegeven, hoe de beveiliging van het
land tegen de zee verder is aangepakt en uitgewerkt en
wat aan dijkbouw nog nodig is.
3