De koeien liggen rustig te herkauwen of te slapen en bewegen zelfs nauwelijks hun kop als de twee mannen de kettingen losmaken. Het is allemaal samen een werkje van twee, drie minuten. Alleen bij het paard is het lastiger, want dat trilt op zijn benen en houdt zijn hoofd geen ogenblik stil. Terry de hond volgt vader als zijn schaduw en is nog nooit zo nerveus geweest. De pannen klepperen als razend en de brede staldeur rukt aan haar hengen en sloten alsof ze met alle geweld los wil zijn. Terry jankt. 'Stil nou', zegt vader een beetje kwaad. En omdat het zo koud is, haasten de mannen zich weer naar de kamer. Maar op hetzelfde ogenblik dat vader de deur openmaakt, horen ze buiten ineens een verschrikkelijk lawaai. Een gebrul als het geweld van een horde aanstormende wilde beesten. 65

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1969 | | pagina 67