Maar de dijken en duinen beschermen ons en ze beschermen ons goed. Zolang wij
ze tenminste in de gaten houden en goed onderhouden.
De duinen zijn door de natuur gemaakt, zoals jullie natuurlijk weten. De zee heeft
het zand aangespoeld en de wind heeft het op hopen geblazen, hele rijen achter en
naast elkaar. Maar de dijken zijn uitsluitend het werk van ménsen. Van ons Neder
landers. Daarom zeggen de buitenlanders wel eens: 'God heeft de hele wereld
geschapen, behalve Nederlanddat schiepen de Nederlanders zelf.' En daar is heel
veel van waar. Een groot deel van ons land hebben we aan de zee ontworsteld. We
hebben het de zee afgenomen door zware en lange dijken te bouwen en het land
achter die dijken droog te malen. Maar soms, zoals vandaag bijvoorbeeld, is het net
of de zee daar nog altijd kwaad over is. Alsof ze dat maar niet kan vergeten en ver
geven. Alsof ze nog een oude wrok tegen ons koestert over wat we haar aangedaan
hebben. Soms ook niet. Soms berust ze in haar verlies. Dan is ze glad en kalm en
vriendelijk. Dan is het net of ze zegt: zand erover. Laten we weer goede vrienden zijn
net als vroeger en alles vergeten. Maar nu en dan lijkt het alsof ze het niet vergeten
kan. Dan is het net of al dat oude hartzeer over haar verlies en nederlagen ineens
weer bovenkomt en haar weer in de greep krijgt. Dan begint ze te razen en te brullen:
'Terug dat land! Geef terug dat land dat jullie me met jullie sluwe streken voor en
na hebben afgenomenHet is van mij. Geef het terug! En als jullie het niet vrijwillig
géven, zal ik het némen. Niet goedschiks dan maar kwaadschiks, maar ik wil het in
elk geval terug!'
Maar bij al haar gebulder en geloei - hoor maar eens hoe de storm tekeergaat -
vergeet de zee één ding. Ze vergeet dat het land voor het van haar was, van óns was.
Want dat zij het ook maar heeft gestolen in de tijd toen zij sterker was en hier nog
niet zoveel mensen woonden, mensen die haar nog niet aan konden.
Dat was lang voor de geboorte van Christus, dus een paar duizend jaar geleden.
Toen zaten de landen die nu Nederland en Engeland heten, nog aan elkaar vast.
Het Kanaal bestond nog niet en de Noordzee was nog maar heel klein. Op de plaats
Vier van elke tien Zes van elke tien
Nederlanders Nederlanders
Land boven de zeespiegel Land beneden de zeespiegel
6/10 deel 4/10 deel
8