Voor het herstelwerk werd wederom 130 meter van kabel II opgegraven. Door de samenwerking tussen P.N.E.M., Heide-Mij, en P.Z.E.M. was de volgende dag, 28 Februari, de stroomlevering aan de stations St. Philipsland-Koelhuis en Bruintjeskreek hervat. Ook de h.s.-voeding naar Tholen werd van deze gevaarlijke plaats verlegd in richting van het nood- station der P.N.E.M. Gelijktijdig werd de telefoon kabel van de P.N.E.M. aan de kabel naar Tholen gelast, zodat een rechtstreekse verbinding Roosen- daal-Oud-Vossemeer ontstond. Op 28 Februari te 17.30 uur werd het l.s.-net Anna Jacobapolder voor het eerst na de ramp onder spanning gezet. Station Noordweg diende uitslui tend voor doorvoeding naar Rumoirt, welk station tijdelijk alleen het l.s.-net voedde. De voornaamste aansluitingen waren de politiewachtpost en de ge meentekeuken, in de graanmaalderij ondergebracht. Vele aansluitingen stonden nog onder water. Pas op 11 Maart werd het station Noordweg in bedrijf ge nomen. Inmiddels was een nieuwe hulpploeg, bestaande uit monteurs van het G.E.B. Eindhoven, aange komen. Deze groep belastte zich met het wegnemen van heetwaterapparaten uit het overstroomde ge bied voor reparatie en later met het herstel van meterleidingen. Ook tijdelijke aansluitingen voor verlichtings- en krachtinstallaties bij het dijkherstel vroegen onze aandacht. Een pompinstallatie van 13 pk werd nabij St. Philipsïand aangesloten en was van 28 Februari tot en met 24 Maart ononderbroken in bedrijf. De P.N.E.M. had in Nieuw-Vossemeer een noodstation met meetinrichting gebouwd, waarin de voedende kabel naar St. Philipsïand werd onderge bracht. Op 3 Maart werd dit station in gebruik genomen. Door eigen personeel werd een begin gemaakt met het herstellen van transformatorstation Anna Jacobapolder-Haven. De transformator werd uitge wisseld en de eindsluitingen opnieuw gemonteerd, de h.s.-voeding vanaf Rumoirt werd bedrijfsklaar gemaakt en het l.s.-net gerepareerd. Op 19 Maart te 16.10 uur ging dit station met het bijbehorende l.s.-net in bedrijf, met uitzondering van slechts enkele aansluitingen. De hulpploeg uit Eindhoven werd afgelost door een groep van 6 monteurs met 2 montagewagens van het G.E.B. Zaandam. Gezamenlijk met eigen personeel werd de waterschade in de verschillende l.s.-netten en de straatverlichting verder hersteld, evenals de inrichting van enkele transformator stations, welke reeds in bedrijf waren. De laatste hulpploeg in St. Philipsïand keerde op 22 April huis waarts. Eind Maart was het waterpeil zodanig ge zakt, dat met het herstel van transformatorstation St. Philipsland-Oostdijk kon worden begonnen. De tijdelijke h.s.-verbinding in de kabel I Nieuw-Vosse- meer-Zijpe buiten dit station om, werd opnieuw in gevoerd. Hoewel nog niet geheel gereed, kon op 17 April de l.s.-zijde in bedrijf worden genomen en vanaf 1 Mei nam dit station de gehele l.s.-distributie aan St. Philipsïand over; het transformatorstation Koelhuis werd tijdelijk buiten bedrijf gesteld. Op 29 April werden de transformatorstations Anna Jacobapolder-Rumoirt en -Noordweg overge schakeld op de h.s.-voeding vanuit Zierikzee via Zijpe. Dit gebeurde i.v.m. het eerder beschreven h.s.-kabelwerk bij Oostdijk. Na inbedrijfname ont ving ook dit laatste station stroom vanuit Zierikzee. Deze voeding werd op 22 Mei weer grotendeels op de P.N.E.M. teruggeschakeld, slechts het transfor matorstation Anna Jacobapolder-Haven werd nog gevoed vanuit Zierikzee. Dit was noodzakelijk ge worden door de verbouwing van de aanlegsteiger voor de veerboot met koplading en omlegging van de Rijksweg. Hiervoor moesten de telefoon-, hoog- en laagspanningskabels worden omgelegd. Om 12.25 uur op 8 Juni trad een storing op in de h.s.-kabel I nabij de waterkruising Brumtjeskreek, waardoor het gehele eiland spanningsloos kwam. De h.s.- en telefoonkabels waren door een dragline kapot getrokken. Na het tussenlassen van 25 meter kabel kon dezelfde dag de stroomlevering worden hervat. Twee dagen later werd de h.s.-voeding vanuit Nieuw-Vossemeer over Anna Jacobapolder-Haven tot Zijpe en Bruinisse doorgevoerd in verband met de storing in de h.s.-kabel Nieuwerkerk-Zijpe nabij Rampaartsedijk. Hiervoor moest een verbinding wor den gemaakt tussen de kabels I en II, daar de kabel tussen Rumoirt en Haven op 22 Mei was beschadigd. In de tweede helft van Juni werd met de opbouw en inrichting van een noodstation te St. Philipsïand begonnen en op 28 Juni werd dit in bedrijf genomen. Het station Oostdijk werd uitgeschakeld en gede monteerd. zodat met de ombouw hiervan kon worden begonnen. Ook het station Anna Jacobapolder- Haven was nog steeds niet gereed. Het deed slechts dienst voor h.s.-doorvoeding naar Bruinisse en voor de l.s.-distributie. Op 11 Augustus werden twee opjaagstations voor de watervoorziening van Schouwen en Duiveland in bedrijf genomen, één te Bruintjeskreek, het andere nabij Anna Jacobapolder-Haven. In de volgende maanden kwamen herhaaldelijk storingen voor in het voedende h.s.-tracé Nieuw- Vossemeer-Zijpe I door beschadiging bij het dijk herstel en verkaveling. Op 9 Maart 1954 werd de waterkabel I door het Zijpe beschadigd. Nadat enige voorzieningen in het station Anna Jacobapolder-Haven waren getroffen, kon worden overgeschakeld op de 2e waterkabel. Aan het herstel van de landkabel II tussen Nieuw-Vossemeer en Anna Jacobapolder-Haven werd in de eerste maanden van 1954 begonnen. Ook deze kabel moest over grote lengten worden om gelegd i.v.m. de nieuwe aanlegsteiger van het veer en de wijziging van de Rijksweg. Het algehele herstel van de l.s.-netten was in middels ver gevorderd, hoewel het ook hier nog ge ruime tijd zal duren, voordat alle sporen van de watersnood zullen zijn verdwenen. 27

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1956 | | pagina 16