wateringssluis tussen Oostgat en Veerhaven, waar de dijk
in ernstige mate werd ondermijnd door de belangrijkste
stroomgeul van de Veerhaven. Het aanbrengen van de
zinkstukken, waarmede dit punt moest worden verdedigd,
heeft wegens de moeilijke bereikbaarheid van deze plaats
in de polder veel kostbare tijd in beslag genomen en derhalve
tot een niet onaanzienlijke vertraging van het gehele werk
geleid.
Uitvoering
Achtereenvolgens zullen nu worden behandeld:
het herstel van de binnendijk tussen Waarde en Kruiningen,
de dichting van het oostelijke gat in de Scheldedijk, de
dichting van het westelijke gat en tenslotte de blokkering
van het gat in de Veerhaven.
Herstel binnendijk
Het herstel van de binnendijk (fig. 4) zou van twee
kanten tegelijk worden aangevangen, waarbij het gat bij
Oostdijk zou worden gedicht met een tot jukken verenigde
dubbele paalrij, gevuld met zandzakken, terwijl in het
zuiden de gaten in de Kadijk zouden worden aangepakt met
een grote perszuiger. Het middengedeelte bij de Rijksweg
bleef het langst open en zou worden afgesloten door twee
nagenoeg haaks op elkaar staande dammen: de een over
het maaiveld lopende, te vormen van kleine stalen pontons,
de andere op de Rijksweg gelegen het sluitgat van
zandzakken.
Het werd een zeer zware strijd, waarvan de uitkomst
door de vele onzekere en wisselvallige omstandigheden
die dit moeilijk toegankelijke werk midden in de polder
kenmerkten lange tijd onzeker zou blijven.
Wanneer men de vloedstroom met volle kracht de polder
Waarde zag intrekken (fig. 5), leek deze onderneming een
onbegonnen werk. Van de Kadijk, een laag, zwaar be
groeid en daardoor als waterkering waardeloos geworden
dijkje was immers niet veel overgebleven (fig. 6), terwijl ter
plaatse van sommige bressen 10 m diepe kommen waren
ontstaan.
De Lavendeldijk was er beter afgekomen, waarschijnlijk
dank zij de asfaltweg, die er over heen liep (fig. 7). Het
grote gat in deze dijk, midden in het dorpje Oostdijk, zag
er echter erg lelijk uit (fig. 8) en was helaas niet bereikbaar
vanaf het water.
Het heien van de 100 m lange palendam (fig. 9) door
deze ruim 2 m diepe geul was een moeizaam en tijdrovend
werk. Het gat kon echter na taaie strijd op 11 Maart worden
gesloten. Een van de zwaarste gevechten van het gehele
werk werd hier geleverd, toen daags voor de definitieve
sluiting een deel van de palendam doorbrak en er bijna 24
uur onafgebroken moest worden geploeterd om de geslagen
bres weer met zandzakken, gevuld met stortsteen, te dich
ten.
Het was daarbij een groot geluk, dat de geulbodem
Fig. 6. Van de Kadijk bleef niet veel over.
Fig. 7. Aantasting van de Lavendeldijk.
Fig. 8. Gat van de Lavendeldijk in de plaats Oostdijk.
Fig. 9. Palenrij door gat in La
vendeldijk.
18