aanwezige bebouwing niet goecl mogelijk was, te weten tussen
de dijkpalen 112+J60 en 113+47, is langs de buitenzijde van
de waterkering een gewapend betonnen muur met een keer-
hoogte van 4.65 m N.A.P. aangebracht. De kruin van de
herstelde waterkering werd onder een helling van 1 40 a 50
aangesloten aan de kruin van de bestaande waterkering.
Het buitenbeloop van het herstelde dijksgedeelte en van de
aansluiting werd tot kruinshoogte (4.85 m N.A.P.) met
Belgische zetsteen en gedeeltelijk met van de bestaande steen
glooiing afkomstige basalt bekleed.
Het plan tot de uitvoering van dit werk verkreeg bij besluit
van 17 Augustus 1953, no. 46637 (afd. W.R.) de vereiste goed
keuring van de Minister van Verkeer en Waterstaat.
Om aan weerszijden van de doorbraak een goede aansluiting
tussen het nieuwe dijkslichaam en de bestaande hoofdwater
kering te verkrijgen, werden twee aan de buitenzijde staande
woningen, alsmede het gemeentelijk brandspuithuisje en één
aan de binnenzijde staande woning, gesloopt.
Aan de dichting van genoemde doorbraak en het definitief
herstel van de waterkering ter plaatse werden onder meer
verwerkt: circa 103.000 zandzakken, 19.000 ms zand, 5.200 m3
klei, 3.000 ton stortsteen, 480 m2 zinkstuk, 1000 m2 rijsbeslag,
2515 m2 steenglooiing, 1245 perkoenpalen en 17 m3 ge
wapend beton.
De kosten van de feitelijke dichting en het ter plaatse defini
tief herstellen van de hoofdwaterkering hebben in totaal rond
800.000,— bedragen.
Het volspuiten van het ter plaatse van de doorbraak aan de
binnenzijde ontstane wiel, waarin circa 20.000 m3 zand is ver
werkt, vorderde een uitgave van rond 64.000,—.
11. Verder werd door het Hoogheemraadschap de plaatse
lijk ontstane afslag aan het buiten- en binnenbeloop en de
kruin van de Noorddijk en aan het buitenbeloop van de Lek
dijk hersteld.
III. Normale dijkszaken.
12. Behalve de hierboven genoemde werken in het kader
van dijksherstel, werden in dit verslagjaar door het Hoogheem
raadschap verscheidene verbeteringswerken als buitengewoon
91