HOOFDSTUK 3
De Krimpenerwaard en Stormpolder
a. De Krimpenerwaard.
I. Van de waterkeringen van het Hoogheemraadschap van
de Krimpenerwaard hebben vooral de dijken langs de Hol-
landsche IJssel en de Nieuwe Maas het tijdens de stormvloed
van 1 Februari ernstig te verduren gehad. Eerstgenoemde,
omdat deze grotendeels loodrecht op de windrichting is ge
legen en beide, omdat meerdere dijksgedeelten daarvan nog
niet op de gewenste hoogte waren gebracht (zie vorig verslag).
Langs de Lekdijk, boven Krimpen a/d Lek, heeft de vloed
de kruin van de dijk niet bereikt en alle waterkerende muren
en opkistingen waren in staat het water te keren.
De beschadiging door golfslag aan het buiten-talud beperkte
zich tot het gedeelte dat boven de steenglooiing is gelegen.
Hierbij werd over grote lengten ook de buitenkant van de
wegverharding vernield.
Voorts is tussen 4 en 8 uur 's ochtends over een totale lengte
van 1600 m veel water over de dijk gestroomd, waarbij het
binnenbeloop zwaar werd beschadigd (zie foto 4), plaatselijk
tot meer dan half in de kruin, met een diepte van 1.5 tot 3 m
daar beneden.
Het dijkleger, gesteund door een groot aantal vrijwilligers,
heeft hierbij getracht om het water met behulp van zandzakken,
zakken veevoeder, pakken stro en andere voorhanden zijnde
of met moeite aangevoerde materialen nog zoveel mogelijk
te keren.
Het overlopende water en de hoog tegen de waterkering
slaande golven maakten practisch het wegverkeer gedurende
enige uren onmogelijk.
Mede dank zij de aanwezigheid van een gesloten wegdek
op de kruin van de dijk is deze slechts op één plaats geheel
bezweken.
68