en deze is tot in verre toekomst te handhaven, terwijl de be
staande hoofdwaterkeringen een zeer te waarderen tweede
waterkering gaan vormen. Voorts worden mede een aantal
belangen gediend, die in het Zuid-Westen van het land op het
gebied van het verkeer, de recreatie, het tegengaan van ver-
zilting, de landaanwinning en de zoetwatervoorziening een rol
spelen.
Door de Delta Commissie werd ingevolge de door de Minister
van Verkeer en Waterstaat op 21 Februari 1953 verstrekte
opdracht een interim-advies uitgebracht over de afdamming
van de zee-armen (3e interim-advies van 27 Februari 1954,
uitgegeven bij de Staatsdrukkerij). Aan het eind van het kort
gehouden rapport spreekt de Commissie als haar mening uit,
dat de in het advies beschouwde afsluiting der zeegaten zo
spoedig mogelijk dient te worden verwezenlijkt.
De dienst van de Provinciale Waterstaat van Zuid-Holland
schaart zich gaarne achter hen, die deze conclusie opstelden.
Volgens de aan de Commissie verstrekte opdracht behoren
de Westerschelde en de Rotterdamse Waterweg met het oog op
de betrokken scheepvaartbelangen als open vaarwegen te
worden gehandhaafd. De Commissie heeft in verband hiermede
geen advies omtrent afsluiting van deze wateren gegeven.
Indien de Rotterdamse Waterweg steeds open moet blijven voor
de scheepvaart, ook in tijden van zeer zware storm, dan zal het
nodig zijn om langs de Nieuwe Waterweg, Het Scheur, de
Nieuwe Maas, de Lek en de Noord aan beide zijden van deze
riviergedeelten zeer belangrijke en kostbare dijksverhogingen
tot stand te brengen. Ten aanzien hiervan moge worden opge
merkt dat het allerbelangrijkste deel van deze kostbare werken
niet behoeft te worden uitgevoerd, indien zou worden over
gegaan tot het bouwen van een kunstwerk in de nabijheid van
de mond van de Nieuwe Waterweg, dat normaal de scheep
vaart in staat stelt om ongehinderd te passeren, doch dat in
tijden van zeer hoge stormvloeden gedurende korte tijd wordt
gesloten.
Een nadere bestudering van deze mogelijkheid lijkt gewenst.
316