0.70 m2, als gevolg waarvan enige zakking boven de sluis was ontstaan. Dit herstel vorderde een uitgave van rond 3.600,—. m. Aan de waterkeringen van het eiland Rozenburg werden de navolgende werken ter definitief herstel uitgevoerd. Over de aangebrachte noodkering in het stroomgat in de bij de polder Rozenburg en Blankenburg in beheer en onderhoud zijnde Bossedijk werd de definitieve dijk gemaakt met een kern van zand afgedekt met een kleilaag ter dikte van 1.00 m op het buitenbeloop en op de kruin en ter dikte van 0.60 m op het binnenbeloop. De dijk verkreeg ter plaatse van de doorbraak een kruins hoogte van 5.00 m N.A.P., een kruinsbreedte van 2.50 m en een buiten- en binnenbeloop met respectievelijk, een helling van 1 3 en 1 2. Aan de buitenzijde werd voorts een berm gemaakt met een breedte verlopende van 11 tot 21 m. Het nieuwe buitenbeloop werd over een oppervlakte van circa 600 m2 met stromatten belegd. Dit werk vorderde een uitgave van rond 67.500,—. Het herstel van de steenglooiing, die ter plaatse van de door braak geheel was vernield, werd vanwege het Rijk (Waterstaat) hersteld en wel na voorts ter plaatse een zinkstuk, groot 20 X 30 m, te hebben aangebracht. Van het herstelde dijksgedeelte is op bijlage 13 (profiel 7) een algemeen dwarsprofiel gegeven. Het beschadigde binnentalud van het gedeelte Bossedijk, gelegen binnen de afdamming van de Brielse Maas, werd even eens hersteld. De kosten hiervan beliepen rond 1.200,—. Enige schade aan het buitenbeloop van de Krabbedijk langs het Scheur, een dijk in beheer en onderhoud bij het waterschap de Gecombineerde Krabben- en Graspolders, werd met klei hersteld. De kosten beliepen in totaal rond 3.600,—. n. Verder werden van Rijkswege (Rijkswaterstaat Arrondis sement Rotterdamse Waterweg) de navolgende werken in het kader van dijksherstel uitgevoerd. 1) De buitendijk van de God zij Dankpolder werd gelijktijdig 152

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 154