n. De Papendijk.
Deze dijk kreeg geen schade. Wel werd het buitenbeloop van
de voorliggende opspuiting over een lengte van 665 m vernield,
terwijl de Willemspolder overstroomde.
o. De Zanddijk.
Ook dit deel van de hoofdwaterkering bleek na de storm
vloed onbeschadigd te zijn. Omstreeks 2.30 uur liep de voor
liggende Wolvenpolder in. In de buitendijk van deze polder
ontstonden 4 gaten met een gezamenlijke lengte van 78 m.
Voorts werd langs de noordzijde het binnentalud door overslag
vernield.
p. De Aaldijk.
Dank zij de in 1950 plaats gehad hebbende dijksverhoging
heeft dit deel van de hoofdwaterkering stand gehouden en is
de achterliggende polder de Oude- en Nieuwe Uitslag van
Putten voor overstroming gespaard gebleven. Door golfslag
werd het buitenbeloop nabij de kruin over een lengte van 450 m
licht beschadigd.
O
cp De Oud Schuddebeurse dijk.
Ondanks het feit, dat het water over het zuidwestelijk deel
van deze dijk is gestroomd, is deze onbeschadigd gebleven.
Door dit overstromen werd in de polder Oud Schuddebeurs
ongeveer 30 ha dras gezet.
r. De Spuidijk van de polders Nieuw Schuddebeurs en
Nieuw Velgersdijk.
Omstreeks 4.50 uur v.m. vond een doorbraak in het westelijk
deel van de dijk van Nieuw Schuddebeurs plaats. Het ontstane
gat (foto 13) had een lengte van 130 m, terwijl de drempel 5 m
beneden de kruin lag.
Ook in de buitendijk van de polder Nieuw Velgersdijk ont
stond een doorbraak met een lengte van 22 m en een diepte
van 1.70 m beneden de kruin. Bovendien werd hier het binnen
talud door het overstortende water ernstig beschadigd.
Door de intact gebleven kaden van de voorliggende polders
hebben deze twee gaten zich niet tot stroomgaten kunnen
ontwikkelen.
130