en het binnenbeloop ter plaatse verzwaard en onder een helling
van 1 2 gebracht.
Door het waterschap „De Westdijken van het eiland IJssel-
monde" werd het gedeelte van de Heersdijk (dijkvak 11), ge
legen tussen de hm palen 0 en 3, op de voorgeschreven hoogte
(3.80 m N.A.P.) gebracht.
De Pastoriedijk (dijkvak 14) eveneens behorende tot het
waterschap voornoemd, werd tussen de hm palen 3 en 4 op de
voorgeschreven hoogte gebracht en aangesloten op de omge
legde waterkering ter plaatse van het gedempte deel van de
Pernissehaven (zie vorig verslag).
Verder werd cle Deyffelsbroeksedijk, onderdeel van het 15e
dijkvak behorende tot het waterschap de Westdijken van het
eiland IJsselmonde, verhoogd tot 4.00 m N.A.P. en verzwaard
en wel door middel van een tuimelkade, met een kruinsbreedte
van 1.00 m en taluds onder een helling van 1 2 aan de buiten
zijde en 1 li/, aan de binnenzijde, op de dijkskruin langs de
buitenzijde van de betreffende waterkering.
De in voornoemde dijk gelegen uitwateringssluis van de pol
der Deyffelsbroek, welke reeds geruime tijd geen dienst meer
doet en ook in de toekomst niet meer zal worden gebruikt,
werd in dit verslagjaar, na afsluiting door middel van een dam
aan de buitenzijde vóór deze sluis, gesloopt, waarna het dijks-
lichaam ter plaatse werd aangevuld tot dijkshoogte en onder
profiel gebracht.
6. Door het Waterschap „De Westdijken van het eiland
IJsselmonde" werd vergunning verleend aan de gemeente
Rotterdam tot het leggen van een stalen hevelleiding 0 0.65 m
als kruising door de hoofdwaterkering langs de Oostzijde van
de 2e Petroleumhaven (Butaanweg) te Rotterdam, ten behoeve
van de opspuiting van de loswallen Roozand en Lombardijen.
Het plan daartoe, dat met bovengenoemde vergunning als toe
lichting bij besluit van 14 April 1953, G.S. no. 285, de vereiste
goedkeuring van Gedeputeerde Staten verkreeg, kwam in dit
verslagjaar tot uitvoering en gereed.
Eveneens door het waterschap voornoemd werd vergunning
verleend aan de gemeente Rotterdam, tot het leggen van een
persleiding als kruising door bovengenoemde waterkering. Het
plan daartoe, dat met de benodigde vergunning van het water
schapsbestuur bij besluit van 8 Juli 1953, no. 37763 (afd. W.R.)
121
