HOOFDSTUK 7
IJsselmonde
I. Beschadigingen, noodherstel en droogmaking.
1. Op de meeste plaatsen wordt de hoofdwaterkering van
het eiland IJsselmonde gedekt door polders met hoogwater-
kerende dijken, opgespoten terreinen of havencomplexen. In
de rampnacht zijn echter alle buitenpolders en nagenoeg alle
voorliggende terreinen ondergelopen, waardoor de hoofdwater
kering direct waterkerend werd.
Door de aanhoudende golfslag werd het buitentalud op tal
van plaatsen beschadigd, terwijl de dijk in het zuiden op ver
scheidene plaatsen bezweek. De aanwezigheid van de al of
niet beschadigde voorliggende dijken was echter van groot
belang, omdat hierdoor in vele gevallen de instroming van de
binnen de hoofdwaterkering gelegen polders werd geremd,
terwijl later, na het dalen van het buitenwater, de vorming
van stroomgaten in de hoofdwaterkering, tengevolge van de
normale eb- en vloedbeweging, werd voorkomen.
Door het bezwijken van de zuidelijke dijken en het over
stromen van de Essendijk kwam het middendeel van het eiland
tussen de Oude Maas en het opgespoten terrein langs de Waal
haven onder water; daardoor werd het eiland nagenoeg in
tweeën gedeeld.
Het bezwijken van de Zuidpolderse zeedijk en het instromen
van de Zuidpolder, had mede tot gevolg, dat de belangrijkste
toegangsweg naar de Barendrechtse brug onder water kwam
te staan. Bovendien stond de Groene Kruisweg ten zuiden van
de Waalhaven onder water, zodat al het transport naar de
eilanden Voorne en Putten en Goeree Overflakkee over de
Vondelingenweg moest geschieden.
Hoewel de hoofdwaterkering op verscheidene plaatsen door
het watergeweld is bezweken, werd op andere plaatsen de strijd
tegen het water met succes bekroond. Dit laatste is voorname-
102