onder leiding van de ploegcommandant ging naar de Vissersdijk
en Visserstraat, om de evacuatie van de daar wonenden te be
werkstelligen, terwijl enkele bestuursleden naar de Oudelandsche-
dijk gingen om te trachten assistentie te verlenen bij de redding
van de bewoners van het Oostvoorgors en het woonwagenkamp.
De ploegcommandant werd als ambtenaar van de Provinciale
Waterstaat, in dienst geroepen, zodat hij helaas voor het Rode
Kruis-werk niet verder beschikbaar was. Reeds diezelfde morgen
verstrekte de Burgemeester aan het Rode Kruis alle nodige vol
machten, mits alles in zijn naam geschiedde, waaruit de goede
samenwerking tussen Overheid en Rode Kruis-afdeling moge blij
ken. Er werd een ziekenzaaltje ingericht in de Groen van Prinste-
rerschool, koffie gezet, en gelegenheid gegeven om natte kleding
tegen droge te verwisselen, terwijl door de Landbouwhuishoud-
school te Sommelsdijk soep werd gekookt en de melkfabriek voor
grote bussen water zorgde.
Spoedig zag de leiding in, dat bij eventueel onderlopen van Mid-
delharnis deze vluchtplaats niet gehandhaafd zou kunnen blijven,
waarna in overleg met de Burgemeester de Technische School
gevorderd werd en ingericht tot onderkomen voor lopende zieken,
ouden van dagen en daklozen.
Inmiddels had men vernomen, dat de ramp veel groter van om
vang was, dan men zich in den beginne had voorgesteld. Er stond
een Noord-Westerstorm. De Pallandtpolder en de ten Oosten
daarvan liggende polders waren ondergelopen. Doch dat de storm
met de daarmede gepaard gaande watervloed juist het Zuidelijke
deel van het eiland zo ontzettend zou teisteren, had in het begin
van de dag vrijwel niemand zich gerealiseerd.
Het bleek, dat het Rode Kruis op een dergelijke ramp, die het
gehele eiland trof, niet ingesteld was. Immers het ontbrak de red
ders vrijwel geheel aan reddingsmateriaal, vooral aan boten.
De voormelde reddingspoging aan het Oostervoorgors onder
leiding van enkele bestuursleden was slechts mogelijk, doordat met
de grootste moeite de enige in wijde omtrek beschikbare boot met
behulp van een tractor en een vrachtauto uit een sloot kon worden
opgevist en vervolgens naar de plaats van het onheil worden ge
sleept. Omdat de later inderhaast georganiseerde autolampen-ver-
lichting nog niet functionneerde, moest de boot in het pikdonker
worden afgeladen en te water gelaten. Toen was er nog gebrek
aan touwen enz. Had dit alles klaargestaan resp. klaargelegen, wie
weet, of niet sommige slachtoffers nog gered hadden kunnen wor
den. Doch ook het reddingswerk in de omgeving van Middelharnis
en Sommelsdijk, om van Stad aan het Haringvliet en Den Bommel
maar te zwijgen (door een breuk in de Oudelandse Dijk waren die
plaatsen al heel snel niet meer bereikbaar), werd hierdoor ontzag
gelijk belemmerd. Er werd, bij gebrek aan beter materiaal, met alles
wat maar varen kon, geprobeerd te redden, niet alleen door de
colonnisten, doch ook door particulieren, waarvan enkelen werke-
88