53 jaren 19301934 bracht aan de landbouw en veeteelt gevoelige slagen toe. Tegen het eind van de dertiger jaren trad langzaam het economisch herstel in. De oorlog brak uit. In Februari 1944 werd de bevolking overrompeld door de verplichte evacuatie, op last van de bezetter. In April van dat jaar werd het gehele eiland geïnundeerd door het zeewater, dat door de sluizen werd binnen gelaten. Deze toestand duurde tot na de bevrijding in Mei 1945. Ook toen keerde de bevolking terug in een kale steppe, al waren hun huizen minder vernield. Ook toen was er geen eten voor het vee, al was dit bij de evacuatie niet verdronken. Ook toen was dc grond verzilt, al waren cr geen kreken en zandbanken binnen de polders. Waar vóór ons vele geslachten in veiligheid en vrede hebben gewoond en gewerkt, daar is nu in tien jaar tijds de bevolking twee keer verjaagd, werd het eiland tweemaal door zeewater overstroomd, terwijl alles wat met moeite was opgebouwd, twee keer werd verwoest. Het is dan ook geen wonder dat de mentaliteit van de mens hier een verandering ondergaat. Hij is meer bereid offers te bren gen om in algemene zin meer te kunnen bereiken. Hij heeft in andere streken gewoond, hij heeft andere mensen gesproken en is uit de gewone sleur gehaald. Hij staat nu wéér voor een weder opbouw. Nog meer dan vlak na de oorlog is er gelegenheid ge bruik te maken van het wetenschappelijk en technisch kunnen. Ook op bestuurlijk gebied heersen moderne opvattingen t.a.v. concentratie en samenbundeling van krachten. Uit de geschiedenis blijkt, dat na tegenslagen of rampen door een vergroting van de persoonlijke weerstand en een streven naar vooruitgang een al gehele opbloei kan ontstaan. U heeft door het dichten der dijken het verleden weer aan de toekomst vastgeknoopt. De nabije toe komst is uit bittere noodzaak het aangewezen tijdvak om de problemen mede door de steeds groter wordende eisen in groot verband te bezien en op te lossen. Millioenen worden weer door de burgers, de landbouwers en het Rijk geïnvesteerd bij de wederopbouw en de herverkaveling. Deze investering komt ons verantwoord voor, maar zijn de zeedijken hoog en sterk genoeg om deze verantwoording mede te dragen? Het aanrakingsvlak tussen Rijks- en Provinciale Waterstaat èn de landbouw zal groter worden dan tot nu toe het geval was. Dit blijkt b.v. reeds in de Herverkavelingscommissie Zeeland. Moge

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 55