60 Alvorens dit gedeelte te "besluiten, dient echter nog een en an der vermeld te worden, over hetgeen de eerste Zondag in de stad ge "beurde. Tussendoor is hierover al een en ander meegedeeld, doch dit vereist nog enige aanvulling. Wie, toen het licht was geworden de stad inging, schrok van de vre selijke aanblik, die verschillende stadsgedeelten boden. Kapotte straten, waarvan in vele nog water stond, omgevallen muren, ingestor-r te en beschadigde huizen, meubelen en voorwerpen van allerlei aard her en der verspreid, het leek werkelijk een hopeloze toestand. Men zag tractoren met aanhangwagens, die vluchtelingen vervoer den, soms ook met enig lijfgoed en huisraad erop. Uit verschillende straten kwamen mensen vluchten,-sommigen na genoeg in nachtgewaad, vele huilende, maar allen met de sporen op hun gezicht vandoorgestane'angst en ellende. Zoals gemeld, waren er al vroeg helpers en helpsters in actie, o.a. Rode Kruiscolonnis- ten, politieagenten, vissers.en particulieren, die zelf weinig of geen water in huis hadden gehad. Het karakter van de Zondag was he lemaal verdwenen. Vanzelfsprekend konden geen kerkdiensten worden gehouden. De gebouwen van de Gejef.Kerk, Geref.Gemeente en R.K, Pa rochie waren niet of heel moeilijk te.bereiken en in béide eerstge noemde kerken had behoorlijk wat water gestaan (zie blz. 23). Bij de president-kerkvoogd van de Ned,Herv.Gemeente, dhr. A. Groenendijk (Grachtweg), werd 's Zondagsmorgen^ om 9 uur namens de organist van de Grote Kerk (waar juist het Heilig Avondmaal door ds, van Roon zou worden bediend) gevraagd, of de kerkdienst daar nog door zou gaan. Vanzelfsprekend- luidde het antwoord ontkennend. Ds. van Roon, die evenals zijn college, Ds. C.J. v.Royen vanwege het water zijn woning niet kon verlaten, kon dus onmogelijk voorgaan, gesteld het geval, dat er kerkgangers zouden komen. Ook ds. IJ.J, Tiemersma, de Gerefpredikantkon 's morgens moeilijk uit zijn pas torie ('t Vrije) komen. Kapelaan de Haan, die 's morgens een heel korte H. Mis in de Cörneliastichting had opgedragen, de Chr,Geref. predikant, Ds. M.v.d. 'Klis en de luitenant J.W. Gelderman en G.Wie- gers van het Leger des Heils, waren 's morgens al gauw aan het hulp verlenen. Pastoor J. Dekker wijdde zich al direct aan de zieken en vluchtelingenzorg in de Cörneliastichting. De niet getroffen en goed bereikbare gebouwen werden 's Zondagsmorgens om half 11 open gesteld om vluchtelingen op te nemen. In het Leger des Heils gebouw werd eerst de doorlichtingsin stallatie voor het te houden onderzoek op T.B.C.- veilig gesteld (zie blz. 10) Zoals ook reeds gemeld, was de hulpkoster van de Grote Kerk, Jac.Botvliet(Hoofdpoortstraat) 1s Zaterdagsavonds om 11 uur naar de kerk gegaan, om de kachels te verzorgen. Hij had totaal niets, van wat er die nacht gebeurd.was, vernomen, tot hij 's morgens op geschrikt werd door gerammel aan de hekken. Het bleek, dat opzichter de Jonge van de Centrale Dienst en enkele politieagenten bezig waren de sloten te forceren. Botvliet heeft toen snel de deuren geopend, waarna hij de mededeling kreeg, dat de kerk open moest blijven, om eventuele vluchtelingen op te nemen. Dit gebouw, evenals het Burger weeshuis, de Cörneliastichting-, de openbare 'Uloschool, de .R.K.Be waarschool, de R.K, lagere- en Naaischool, werd niet lang daarna als vluchtelingencentrum in gebruik genomen. Werd er zodoende geen kerk gehouden, des avonds hielden Ds. v.d. Klis en luitenant Gel de rman in enkele gebouwen -dagsluitingen. Onvermeld mag echter.niet blijven, dat er 's morgens toch nog een kerkgangster was (zeer waarschijnlijk de enige), nl.mw.de wed. Vermeirssen uit de Meelstraat, die vermoedelijk 's nachts niets ge hoord had, noch iets van water had gezien en tegen lo uur s morgens rustig naar de Chr.Geref.Kerk wilde stappen. Haar overbuurman, dhr. J.A, Bienefelt (hulpbode van het stadhuis) deed haa,r de mededeling, dat er geen dienst werd gehouden, waaro.p ze huiswaarts keerde. Hier volgt nog een en ander van de activiteit van enkele geestelijke voorgangers, naast de reeds genoemden, Ds. M.v.d. Klis begaf zich bijna direct na het horen van de sirene naar het politie bureau. Om half 5 Had hij reeds de eerste vluchtelingen in huis, nl. de families Johs. Saman-de Graaf (Vigslop) en J. den Boer-Saman (Mo lenstraat) die hij meegenomen had, 6oen hij hen op straat had aan getroffen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 61