18.
de molenstraat:
van waterf uitslaande ruiten en deuren en maakten benauwde ogenblik
ken door. 'De zoon Wim Willemse en zijn oom Ko hebben tot 's morgens
5 uur op de zolder aan een balk'gehangen. Evenals bij de meeste be
woners van de straat was beneden bij hen ongeveer alles weggespoeld»
Ook zijn twee van hun paardjes verdronken, die in het pakhuis aan
de Molenstraat gestald waren. Het derde paardje, dat zich in de
schuur aan het Karsteil bevond en dat de volgende morgen naar Rot
terdam gebracht zou worden om verkocht te worden, had de poten op
het raam gezet en had door de open deur weg kunnen komen. Het be
landde tenslotte in de achtertuin van de heer J.W, v.d. Doel. Deze-
trof het daar Zondag, half in een dennenboom hangend aan. Het duur
de 3 kwartier om het dier over het puin heen te halen. Het paardje
was aan een der poten gewond. De heer v.d. Doel besloot het s mid
dags naar het "Huis van Nassau" te brengen, maar op de Oude Haven
kwam hij Wim Willemse tegen, die zijn vaders paardje overnam, waar
na het al gauw weer voor de groentewagen stond. Deze wagen was uit
de Kapellestraat door de St. Domusstraat heengespoeld en door twee
etalageruiten van de fa. Gebr. Lokker heengeslagen. Tenslotte werd
de wagen achter het huis van mej. Kingmans in de Krepelstraat aan
getroffen. Wonder boven wonder is in de Venkelstraat niemand ver
dronken, ondanks het feit, dat er veel oude mensen woonden.
De wed. R.P. Peijen zat op het dak en werd door de buurman
Plandsoen (die maar één hand heeft) door het dak heengetrokken.
Plandsoen heeft ook de kinderen van de fam. Vis gered.
Vróuw Saman zat met haar kinderen, waaronder één van 14 dagen
'oud, ook enige uren op het dak.
Ongeveer gelijk waren de belevenissen van de bewoners van
Hier stond aan de zijde van de Nieuwe Haven om kwart over 1
het water ook al tegen de vloedplanken. Het kwam echter eerst van
beneden, dus van de zijde van de St. Domusstraat de straat inlopen.
Later sloeg het ook over de vloedplanken (die evenwel niet gebroken
zijn) heen en stroomde het van de achterzijde de huizen binnen. Het
ging hier toen erg vlug en de meeste mensen moesten snel naar boven
vluchten. Over 't algemeen kon men maar weinig meer redden. Door
de kracht van het water, dat in dit smalle straatje hoog heeft ge
staan, werden ramen en deuren ingedrukt.
Bij de fam. L. van Dijke-Feleüs heeft 2.18 m.-water in huis
gestaan. Het gezin heeft tot s morgens half 8 op de bovenverdieping
gezeten. Hun buurman A. de Looze, die tot 7 uur met vrouw en kind
boven had moeten zitten, kwam hen toen halen. Hij moest nog door
-g- m. water waden. Via, de Nieuwe Haven konden ze' de stad ingaan.
Vele Molenstraters hebben op 't dak moeten zitten, zoals de
families a, de Vrieze, C. de Graaf en C. v.d. Werf, welke laatste
op z'n blote voeten achter zijn schoorsteen heeft gezeten. "Piet de
Graaf zat op het pakhuis van de graanhandelaar L.A. Verseput,
Toen de sirene ging, waren de meeste mensen in deze straat al
in volle actie. Teunis Klink en Piet Willemse hadden verscheidene
mensen tevoren al gewaarschuwd voor het water.
Eerst probeerden sommigen nog met een bezem hun stoep schoon
te vegen, doch spoedig bleek dat dit nutteloos was,
Teunis Klink moest met zijn gezin het dak'op vluchten, daar op
z'n zolder 30 cm. water kwam. Ze hebben verscheidene pannen uit het
dak gelicht en daarvoor matrassen in de plaats gelegd. Ze zaten wel
gevaarlijk tegen een oud pakhuis aan, maar moesten daar toch enkele
uren blijven. Later zijn ze naar het huis van Pieter Willemse ge
gaan, die met zijn gezin en ook zijn moeder (de wed. Willemse-Boot)
op de zolder van zijn woning zat, waar geen water opgekomen is. Via
een dakraam kon de fam. Klink bij hen komen.
De weel. Ka v.d. Berge, die met haar kleindochter Katrien Mal-
lander Ld. uit de Ravenstraat bij zich had, moest ook het' dak op
vluchten.
De vrouw van Krijn Saman gooide een brandende kaars om, waar
door de gordijnen vlamvatten. Haar man had de tegenwoordigheid van
geest deze af te rukken en in 't water te gooien.
's Zondagsmorgens kwam een bootje in de straat, waarin B.W. Schot-
v.d. Wekken en twee Blommaerts zaten, bij wie zich later de twee
jongste zonen van Schot en Teunis Klink voegden. Deze hebben vele
mensen uit hun huizen en van de daken gehaald en met het bootje naar
