11 Voor politie en brandweer werden al gauw de taken verdeeld om mensen uit ondergelopen straten en huizen te halen en eventueel lij ken te bergen. Zo werkten na korte tijd diverse officiële en niet-officiële organen en kon men zich langzamerhand een beeld gaan vormen van wat er zich in en nabij de gemeente had afgespeeld. In het begin werd dit al even aangestipt, maar er dient toch ook uitvoeriger op te worden ingegaan. Zoals gezegd werden vloedplanken en muren onderloops en braken en het water spoelde ook over de vloedplanken heen. Door de opeen hoping van water en door de opstuwing door de storm stroomde het met geweldige kracht de stad van de havenzijde aan verschillende kanten binnen, via de Hoofdpoortstraat en zijstraten, Lange St.Jan straat en zijstraten, Nieuwe Boogerdstraat en zijstraten, Venkel straat, Molenstraat, Lange Groendal, KapellestraatKarsteil (waar de muur het begaf), Oude Haven en zijstraten, van welke laatste het Vrije het zwaar te verantwoorden kreeg. In het hooggelegen centrum der stad en aan de Noordzijde ble ven slechts enige straten watervrij. In de Korte St. Janstraat kwam het ongeveer tot aan de huizen van J. Verschiere/W. Aalbregtse, op de Appelmarkt tot E. v.d. Bijl en Café de Vos. De Poststraat bleef droog van de hoek Korte St. Janstraat tot aan het Leger des Heils/kantoor Mr. du Croo, de Dam practised geheel, de Meelstraat van de Dam tot aan dokter Schilstra, Maarstraat, straten als Bode Dorp, SteiltjesstraatMinnebroerstraat, Lammermarkt, Varremarkt en enkele zijstraatjes kregen weinig of geen water. Ook in de Wande lingen, de Grachtwegen, Blokweg en Kadeweg was toen nog nagenoeg geen water. Door sommige straten stroomde wel iets water, dat even wel in de opengezette rioolputten e.d. verdween. Vanzelfsprekend hadden de laagst gelegen stadsdelen, de kleine en oude huizen het het zwaarst te verantwoorden, evenals de buiten de stad gelegen wijken, .zoals 's Heer Lauwendorp, de Zuidhoek, Eijksstraatweg, Platteweg, Gouweveer, doordat buitendijken door braken. Op de Nieuwe Haven liepen alle z.g. kelderkamers vol en kwam er ook nog aardig wat water in de gelijkvloers verdiepingen. Enkele huizen stortten in en enkele werden onderspoeld. Vanzelfsprekend spoelde er veel inboedel weg. Veel erger was het echter in de zij straten? Hoofdpoortstraat, Lange St.JanstraatNieuwe Boogerdstraat, Venkelstraat, Molenstraat, Lange Groendal en Kapellestraat, maar ook de St. Domusstraat, Visstraat, Breedstraat, Bagijnestraat Ponteine, PieterseliestraatEegenboogstraatHavenstraat, Schut tershof straatWevershoek, Raamstraa.t en Weststraat. In dit verband mag nogmaals Het Vrije genoemd worden, waar de straat enorm veel schade leed en allerlei dingen zoals olievaten (waarvan vele open sprongen) pakken stro en hout van het werk aan de Ambachtsschool ronddreven en veel schade aan de huizen toebrachten. Kwam er hier veel water in huizen en tuinen en maakten de bewoners moeilijke en wellicht ook spannende uren door, toch was dit niet te vergelijken met wat hun stadgenoten in het haven kwartier e.o. moesten doormaken. Wie daar de verwoestingen de vol gende dagen en ook na het droogvallen heeft aanschouwd, zal het zich enigszins kunnen indenken hoe erg het daar geweest is. Daarop zien de staat men er verbaasd over, dat er niet meer slachtoffers zijn gevallen, want vele dezer straten boden een werkelijk troosteloze' aanblik doo^r de vernielingen aan de gebouwen, de instortingen en het water', dat in sommige straten nog verscheidene weken in de gleu ven en kuilen zou blijven staan. We willen uit enige straten nog wat details geven. Op de NIEUWE HAVEN stond het water om 1 uur s nachts tegen de stoepen en bijna een kwartier later tegen de huizen. Omstreeks die tijd kon de toestand dan ook als ernstig worden beschouwd. Opzichter Ornée kreeg het ca. half 2 daar op zijn zenuwen, omdat hij een ramp voorzag. Tussen 2 uur- half 3- kwart voor3 stroomde het vele huizen binnen. Om kwart voor 3 kwam er een geweldige stijging, doch na drie uur kwam er niet veel water meer bij. Toen de sirene ging, stond het water er halverwege de vloedplanken. Om ca. half ging het water zakken, doordat de polders volliepen. Van de meerpalen langs de kant, waren de kopjes juist vrijgebleven. De schepen zijn alle op hun plaatsen blijven liggen, doordat de wind gunstig was,

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 12