124 Dinsdagsmorgens was'hij wederom- hij Flaauwers. Het was toen laag wa ter en er moesten twee motörvletten over de dijk worden gezet. Dit ge.s.chi.edde 'door .acht mannen met een 2-tons vrachtwagen. Ook kwamen er Marinemannen en pontonniers helpen. Schot heeft' later nog schepen helpen losser, o.a.toen zeven Scheve- ningso hoten o.l.v. Bas Groen waren aangekomen met aan "boord aller lei goederen en levensmiddelen. Deze werden vervoerd naar de Grote Kerk en het pakhuis van L„A, Verseput (Nieuwe Havën) Schot heeft voorts gedurende enkele weken goederen uit ondergelopen huizen helpen vervoeren. Ito zes dagen heeft hij geen warm eten .gehad, vaak was hij zelfs te moe orn -te eten. De mosselschipper Louis Blommaert (Sint Domusstraat) heeft met zijn uit vijf personen bestaand gezin vanaf 1 Februari een dag of tien aan boord van zijn schip gewoond, daar zijn huis veel water had ge had (plm. 3 'm, Blommaert is s'Maandagsmorgens vroeg, aan boord van de ZZ 4 aaar Flaauwers gevaren. Dit schip voer samen met de ZZ 9 en de ZZ 24, die echter naar do Schelphoek doorvoeren. Aan Flaauwers heeft de ZZ 4 een kleine 90 mensen ingeladen, waaron der 'verscheidene bejaarden, ongelukkigen en babies, In de haven van Zierikzee gekomen, bemerkten zij, dat daar veel stroom stond, zodat het schip achteruit de haven weer is uitgavaren. Alle geredden, op-acht na, hebben zij overgezet op de Ye 94? die juist kwam aanvaren. De ZZ 4 keerde vervolgens terug naar Flaau?;ers, waar opnieuw 60 a 70 mensen werden 'ingeladen, onder, wie zich eon bejaarde hartpatiënt bevönd, die in het ruim werd neergelegd. Ditmaal kon het schip de haven invaren, waar het aan het Luitje meerde. De zieke man werd naar het ziekenhuis gebracht, Dinsdag, de volgende dag, voer de schipper Blommaert, weer naar Flaauwers, waar de boot in de haven bleef liggen. De zonen van Blommaert trokken aan boord van roeibootjes en een motorboot de pol der in, eenmaal tot Brijdorpe, Zij hebben moeilijke reizen gemaakt en soms pech gehad. Onderweg deden zij, wat hun hand vond om te doen, zo hebben zij o.a„ vee gevoederd, een klok geluid en verscheidene mensen uit huizen en boerderijen gehaald. Sommige mensen 'wilden niet mee. Eens zagen zij een huis op tien - meter afstand van hun schip, instorten en de bewoners verdrinken. Ook hebbon zij mensen zien verdrinken, die al zwaaiden van blijd schap, toen zij de redders zagen aankomen, 's Avonds keerden de gebr. Blommaert weer in Zierikzee- terug, s Woensdags ging het voor de derde maal naar Flaauwers, waar nog steeds veel mensen op redding wachtten. Marinemannen en Belgen waren daar ook in volle actie, 's Nachts brachten Marinemannen boten aan wal die gedragen moesten worden naar café "Heerenkeet". Tot in de nacht gingen de jongens de polder in, Ze kwamen dan ook doodop in café "Heerenkeet" aan, waar zij koffie en een borreltje konden gebruiken en waar sigaretten werden uitgereikt, In genoemd café was het die dagen zo druk, dat de heer M.Hart, caféhouder, niet meer kon spreken van inspanning. Later hebben Blommaert en zijn zoons met hun schuit .voedsel en ma teriaal vervoerd, Daarna hebben zij in de omgeving van Zierikzee wat gevist en zijn zij naar de Waddenzee en het IJsselmeer .geweest,-: Blommaert vertelde nog, dat hij de reddingen ook ee.n sloep v.an de Provinciale boot is gebruikt, die per ZZ 8 naar Flaauwers-was ge bracht, Later moesten de schippers de sloep gaan ophalen, daar iemand uit Schouwen die had gebruikt om huisraad te bergen. Met zijn vijftienen zijn,zij toen over de dijken in de richting van 'Flaauwers gegaan.'De dijken bleken aan de buitenkant goed te zijn, maar op vole plaatsen aan do binnenkant waren zij afgekalfd. De sloep werd aan'de zeedijk in de buurt van de boerderij van "Cashoek" teruggevonden,. De ZZ 8 bracht haar weer naar Zierikzee, Blommaert -zelf .was in Zierikzee een bootje kwijtgeraakt. Het werd eind Februari in de Regenboogstraat teruggevonden en met moeite kon het in do haven worden gedeponeerd. Hoewel de vissers veel mensen hebben kunnen redden, betreurden

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 125