115 Er noest dus door de overgeblevenen hard worden aangepaktaanvankelijk - met slechts geringe middelen (keileem b„v. was er in het geheel niet). Dit was ook de hoofdoorzaak, dat men het gat in de Westhavendi j'k te Zie- rikzee in de eerste dagen niet kon dichten. Bovendien kon men niet rijden over de Havendijk» Ook het herstel van de binnendijken kon in het begin niet vlot verlopen, o.a. doordat er toen geen rijshout was, 's Woensdags hebben de heren Koning en Blok en van der Straaten per boot van do Visserijpolitie "Westerschelde" een vaartocht rondom het eiland gemaakt, via Zijpe-Scharendijke-Burghsluiswaarbij zij van de buiten kant af de gaten in de dijken hebben geteld en deze in*kaart hebben ge bracht. Die dag zijn ook de Minister van Verkeer en Waterstaat, de heer Algera en de directeur-generaal van de Rijkswaterstaat, Ir. Maris, op bezoek ge weest, die met de heren Overbeeke en Hageman besprekingen hebben gevoerd. Minister en Directeur-Generaal hadden gezegds"Alles doen, wat er gedaan kan worden". Ook kwamen er 's Woensdags nog twee vreemde opzichters om hulp te verle nen. Gezamenlijk hebben zij doorgewerkt tot 9 Februari, toen Ir. "Slot boom uit Maastricht naar Zierikzee kwam om de algehele leiding op zich te nemen. Een van de Waterstaatsambtenaren kreeg toen zitting op het bureau van het Waterschap. - De heer v.d. Straaten heeft veel moeten lopen en varen om waar te nemen, wat er overal aan de hand was. Hij heeft ook de opdracht van de heer Argelo (de werkzaamheden in Zierikzee geschiedden door de Centrale Dienst), dat aan de havendijken te Zierikzee gewerkt moest worden, gestimuleerd en materiaal verzameld. Het werk kon niet krachtig genoeg doorgaan, wegens gebrek aan materiaal (500 zandzakken waren slechts aanwezig). Waterstaat had wel gezegd, overal voor te zullen zorgen, maar de polder besturen moesten trachten aan materiaal te komen. Dit werd aan al deze besturen doorgegeven, met de mededeling er echter bij, dat, als zij meen den iets te kunnen doen, zij dat zeker niet moesten nalaten en dat de kosten- hiervan vergoed zouden worden. Toen Ir. Slotboom' arriveerde, werden er direct met hem besprekingen ge voerd over het dijkherstel, waarbij hij mededeelde, dat over enkele da gen mensen en materiaal van de Zuiderzeewerken zouden aankomen. Eerst had Ir. Slotboom de leiding van de herstelwerkzaamheden, doch la ter ging die over op Ir. Geers uit den Haag.Op de stafvergadering van Donderdag 5 Februari gaf de heer Blok, toen als hoofdopzichter Van de Rijkswaterstaat de hoogste waterstaatsautoriteit op het eiland, wat betreft 1 de dijkherstellingen, een uiteenzetting van de waterstaatkundige toestand. Toen waren alleen de polder "Zonnemaire" en een kleine polder ten zuiden van Noordgouwe nog droog. Het gat bij Schelphoek was toen reeds bijna 200 meter breed en bij de haven van Burghsluis was een gat van 30 meter breedte, wat het gebruik van deze haven erg bemoeilijkte. Ook de gaten in de havendijken baarden veel zorg door uitslijting bij eb en vloed, waardoor een gevaarlijke dwarsstroom in de haven ontstond. Ook vreesde men toen nog voor de "Lange Dijk" tussen Brouwershaven en Scharendijke Ook in Duiveland waren enige "lelijke" dijkgaten, o.a. bij Ouwerkerk, het haventje van Viane en bij Sirjansland. Opvallend was, dat de meeste dijkgaten ontstaan waren op plaatsen, waar reeds een onderbreking van het doorgaande dijklichaam bestónd, bijv. door een haventje, een stoomgemaal of een duiker. Nog in de eerste week kwamen de grote aannemers uit "Holland" om alles in grofer verband te bespreken. Toen werd ook de grote; basis voor het herstel gelegd. Veel moest echter geïmproviseerd worden. De havendijken van Zierikzee en enkele binnendijken waren stuk, de Le- verdijk bleek iets afgekalfd te zijn en in de Ruigendijk zaten gaten en afkalvingen. De buitendijken bij Zierikzee hadden ook diverse gaten, maar bleken daarenboven ook aan de binnenkant op j;ele plaatsen beschadigd te-zijn, In-de buitendijk van de Zuider Nieuwlandpolder zat een' groot gat. Ir. Koning heeft, aan de Heidemaatschappij opdracht gegeven, de oude Pol derdijk op te knappeni de gaten langs het Dijkwater te dichten en de

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1954 | | pagina 116