Door deze ontwikkeling naar een organisatorische samenle vingsvorm zijn de dorpelingen anders tegenover elkaar komen te staan dan vroeger. Voor iets dat georganiseerd is kan men betalen en daarmee is de kous af. Verder hoeft men zich met niets en niemand in te laten. Doordat zodoende de onder linge verhoudingen veel zakelijker worden, w'orden ze ook veel losser. De dorpeling komt dientengevolge veel meer op zich zelf te staan. Ook dat heeft voordelen. De gesloten dorpsgemeenschap, zoals we die tot in het begin van deze eeuw kenden, wordt gekenmerkt door sterke onderlinge bindingen. En al mogen deze bindingen in Zeeland, Zuid-Holland en West-Brabant misschien nimmer zo sterk zijn geweest als in de Saksische dorpen in het Oosten van ons land, ze hadden wel degelijk een sterk imperatief karakter. Ook in de dorpen in het Zuid-Westen van het land onderwierp men zich aan de dorpszede. De ontwikkeling in de richting van een organisato rische samenleving heeft deze bindingen nu voor een groot deel hun dwingend karakter ontnomen, daarmede de mens los makende uit de beklemming van de dorps gemeenschap. De dorpeling werd vrij! Maar na eeuwen lang handel en wandel gericht te hebben naar de dorpszede, was het voor menig plattelander geen eenvoudige zaak deze plotseling verworven vrijheid op de juiste wijze te gebruiken. Zeker, de mogelijkheden tot persoonlijke vorming die zich gelijktijdig aandienden, openden tal van perspectieven, maar hoevelen hebben deze mogelijkheden benut? En wanneer men er al gebruik van maakte, waartoe deed men het dan: tot een algemene persoonlijke vorming, tot verdieping van geloof en inzicht, of tot scholing op een bepaald gebied ten einde beter in het leven te kunnen slagen, een stap hoger op de maat schappelijke ladder te kunnen klimmen, of op een andere wijze er practisch resultaat van te zien? Wie het Zuid-Westen van ons land kent, weet hoe hij deze vraag zal moeten beantwoorden. De plattelander die van huis uit reeds op het practische is ingesteld vraagt ook hier in de eerste plaats naar het prac- 16

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1953 | | pagina 18