1 ad I. WATERVER LIES EN DE DAARTEGEN GENOMEN MAATREGELEN In de ochtend van 1 Februari bleeks dat een lekverlies aanwezig was van 150 - 200 m' per uur. De waterlevering naar de ontvangkelders van de N.V. Waterleiding Mij. "Midden-Zeeland" was gestoord als gevolg van de vernieling van de transport leiding circa 400 meter vóór het opjaagstation op Walcheren ten westen van de Sloedam. In verband daarmede was de toevoer naar Walcheren dezerzijds afgesloten. Het bovengenoemde lekverlies betrof dus uitsluitend het eigen verzorg gingsgebied op Zuid-Beveland. Na verkenning bleek, dat het grote lekverlies in hoofdzaak te wijten was aan vier factoreni 1. Volledige vernieling van de toevoerleiding (diameter 125 ehh) naar Waarde tengevolge van dijkdoorbraak; 2. volledige vernieling van de hoofdleiding (diameter '80 mm) in de Laven- deldijk tegenover de School in Oostdijk als gevolg van dijkdoorbraak; 3. totale vernieling van de toevoerleiding (diameter 80 mm.) naar Bath als ge volg van doorbraak van de weg on 4- vele plaatselijke lekken in dienstleidingen als gevolg van instortingen der huizen en tengevolge v/d overhaaste vlu-cht der bevolking, waaroij op ver schillende plaatsen de tapkranen openstonden. De eerste maatregel was derhalve deze lekverliezen onder de knie te krij gen, opdat onder alle omstandigheden druk op het leidingnet zou kunnen worden gehandhaafd. Indien het niet mogelijk zou zijn de druk op het leidingnet te handhaven, waardoor onderdruk of vacuum zou kunnen ontstaan, dan zou dit zeer gevaarlijk zijn in verband met de hygiënische betrouwbaarheid van het vrater. Vooral in het overstroomde gebied zou bij het wegvallen van de druk door openstaande kranen en langs breuken het overstromingswater in het leidingnet vloeien. Afb. 1 Blootgespoelde hoofd leiding i/d Lavendel- dijk nabij de aanslui ting aan de Rijksweg.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - brochures | 1953 | | pagina 6