Op aanraden van de assistent havenmeester vragen we de kolonel aan
onder vermelding: „Dringend regerings noodgeval". En inderdaad
zo is de zaak toch. Steeds meer wordt het ons duidelijk, dat alleen
doortastend handelen, bij het brutale af, ons de weg kan verschaffen
om ons doel te bereiken. Tot nu toe zijn we nog steeds burgelijk
netjes gebleven. Dit bracht ons niet verder we zullen nu iets anders
proberen, gewoon net doen of je heel wat bent
Daar gaat de telefoon! Vaag horen we een stem: „Hallo, met luite
nant de Bruine, adjudant van kolonel Wanning, met wie spreek ik?"
Snel schiet het door ons heen, dat militaire autoriteiten, geen op
drachten van burgers zullen accepteren. Wel nu, dan zijn we plotse
ling maar militair! „Ja hallo, spreekt met luitenant die en die;
Wilt U zo spoedig mogelijk twee grote schepen met laadmasten stu
ren naar Bergen op Zoom. Het is zeer belangrijk! Opdracht van
majoor Bril. „Luitenant we zullen ons best doen!" Dat is ons te vaag.
„Hallo hallo". Ach geen gehoor meer, de verbinding is verbroken.
Weer komen enkele jongens om de hoek kijken. „Zeg hoe zit dat
nou, komen we nog weg of niet." Steeds ongeduldiger worden ze.
Gelukkig is er nu een lichtpuntje. Maar voor de zekerheid vragen
we nogmaals een „Dringend regerings noodgeval" aan met Zierik-
zee, en werkelijk na een uurtje wachten krijgen we nogmaals luite
nant de Bruïne, die ons nu kan mededelen, dat de schepen zodra
het tij gunstig is, koers zullen zetten naar Bergen op Zoom. Dit is
een pak van ons hart. Alle mannen worden bijeen getrommeld.
Enkele zijn naar de polder Moerstraten geweest, en het blijkt dat de
jongens daar een 35 koeien gered hebben.
We zullen zien of wij hen direct kunnen ophalen, dan kunnen ze
gelijk met ons mee! In de Wilhelmina kazerne zoeken we contact
met de transportofficier, die ons dadelijk helpt aan twee kraanwagens
en daar gaat het gauw terug naar Wouw.
De ene praam die nog op de trailer lag, wordt voorlopig op de
havenwal gezet, zodat wij nu minder hijshoogte nodig zullen hebben.
Het hijsen gelukt heel wat beter dan het lossen deze nacht. Vanmor
gen zes uur dreef de praam. Het is weer zes uur, nu in de avond, dat
de praam weer rustig op de trailer ligt. Drie man van ons hebben in
deze twaalf uur 35 koeien gered. Hoewel ze zwaar hebben moeten
werken, hebben ze het beter gehad dan de rest, die deze twaalf uur
rondgeslenterd hebben, terwijl ze inwendig zichzelf liepen op te
vreten.
Gelukkig zijn er inmiddels drie grote schepen van rederij Koppe
de haven binnengelopen en als we met onze praam arriveren, wordt
9