DE ARCHIEVEN EN DE WATERSNOOD
60
er buiten moeten laten. De begrippen dynamisch en statisch archief zijn aar
dig gevonden voor een dispuut, waarin men zich op controversen toelegt,
maar zij deugen m.i. niet, en zeker niet voor vulgarisatie.
Men voere mij daartegen niet aan, dat deze tijd een evolutionnair (of
zelfs revolutionnair) karakter heeft en dat de begrippen administratie en ar
chief dus noodwendig dienen gewijzigd te worden om de wereld te redden,
en men. knope er niet de nabetrachting aan, dat het archief, als slechts het
gevolg van de administratie, daarbij noodzakelijk het loodje moet leggen.
Zo doende maakt men een verkeerd gebruik, zowel van zijn kennis als van
zijn ondervinding.
J. P. W. A. SMIT
ii
DE ARCHIEVEN DER NEDERLANDSE HERVORMDE KERK
De ondervindingen met de archieven der Hervormde Kerk tengevolge van
de watersnood van 31 Jan. op 1 Febr. 1953 zijn ongeveer gelijk aan die van
de gemeentelijke en waterschapsarchieven. Ook hier geen rampzalige ver
liezen over enkele gemeenten op Duiveland waren eind Jan. 1954 nog
geen afdoende gegevens aanwezig maar hier en daar wel gevoelige schade.
In aanluiting op de per radio uitgegeven aanwijzingen der Overheid hoe
te handelen met nat geworden archieven werd door mij in Maart, in het
14-daags orgaan der Hervormde Kerk, eveneens een advies gegeven voor
de Hervormde gemeenten. Daar de getroffen gebieden langdurig onbereik
baar zouden zijn, heb ik onmiddellijk een kaartsysteem aangelegd van alle
Hervormde gemeenten in de rampgebieden. Het betrof 123 steden en dorpen;
het kaartsysteem deed veel groter nut dan ik aanvankelijk zelf vermoedde.
Alle berichten die mij, hoe dan ook bereikten, werden daarop aangetekend.
Al spoedig bleek, dat een zeer groot aantal gemeenten geen schade aan
haar archieven had opgelopen. Het aantal niet getroffen archieven bleek 93,
het aantal wel "getroffene 30 te bedragen.
Intussen werd mijn arbeid voor de watersnoodgebieden geïncorporeerd
in het door de Hervormde Kerk ingestelde Commissariaat tot herstel der
archieven der Ned. Herv. Kerk in de watersnoodgebieden, tot commissaris
waarvan werd benoemd prof. dr J. N. Bakhuizen van den Brink te Leiden.
Van de 30 nat geworden gemeenten bleken 9 niet ernstig getroffen. De
21 overblijvende gevallen verdienen een nadere beschouwing. Hier zij opge
merkt, dat, zodra mij bekend werd dat er kans op schade in een gemeente
was, daaraan pakketten vloeipapier werden gezonden. Provinciegewijs be
handeld, bleek de schade aldus tc zijn verdeeld.
Z u i d-H o 11 a n d
Op Voorne en Putten werden archiefstukken te Hellevoetsluis ten dele
nat; het archief van de Kerkeraad te Zuidland liep onder. Zij werden resp