BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. PRESTO Internationaal Jeugd-congres Verschijnt iedcren DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 2L Postgiro 50895 Uitgave E. B00M-BL1EK - Breskens Spoorweghistorie. Land- en Tuinbouw. i/ MET rilLO I M -SOP \1 J'KNAPT DE WAS WEER OP% 48ste Jaargang Vrijdag 17 Maart 1939 Nummer 4^23 ABONNEMENTSPRIJS Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden f 1 40 Franco per post Buitenland per jaar I 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer 10; 15. Ingez Med. 30 ct. per regel Abonnements-advertenties groote korting. Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels 0.40 (bij vooruitbetaling) Hoe de verkeerschaos niet opgelost moet worden. li Eenlgen tijd geleden heeft de Re geering bij de Tweede Kamer twee wetsontwerpen ingediend, een voor het vervoer van goederen, het andere voor het vervoer van personen. Als deze wetsontwerpen wet zouden wor den, zou de Overheid in den vervolge al het vervoer regelen. Want het ont werp bepaalt, dat er geen vervoer mag geschieden zonder een vergunning van de Regeering, die dan bovendien daar aan allerlei bepalingen kan verbinden en de tarieven kan voorschrijven, welka voor het vervoer gerekend mogen worden. Het vervoer van goederen en personen zal dan geheel moeten ge schieden volgens de wijze, waarop dit door de Regeering Is voorgeschreven. Wat heeft er de Regeering nu toe gebracht om deze wetsontwerpen in te dienen? De Regeering zelf spreekt van een verkeerschaos, d.w.z. zij meent, dat het verkeer niet zoo voordeelig voor het land als geheel gebeurt als wel het geval zou kunnen zijn, indien het van één punt uit geregeld werd. Want dan zou men, zoo meent althans de Regeering, aan lederen tak van vervoer de taak kunnen opdragen, waarvoor dit vervoer het best geschikt is. Men zou bijv. kunnen zeggen, dat de spoorweg al het vervoer over lange afstanden zou krijgen, terwijl de auto alleen het vervoer over kleine afstan den mag bewerkstelligen. Maar als het vervoer dan op het oogenblik niet goed geregeld zou zijn, dan zou men aannemen, dat de Re geering tevens aantoonde, wat er dan door de huidige concurrentie verkeerd was. Want als men iets wil verbeteren, dan moet men toch eerst aantoonen wat er fout is en hoe men denkt het beter te kunnen doen. Maar de Re geering geeft alleen aan welk systeem zij denkt te gaan volgen, n.l. de ver plichting van een vergunning en een voorgeschreven tarief. Maar zij toont niet aan, dat dit systeem betere ga ranties zou kunnen bieden om de meest voordeelige taakverdeeling te bereiken dan het tot dusverre gevolgde stelsel van concurrentie. De Regeering is ten aanzien van het verkeer niet alleen overheid, maar te vens belanghebbende. De spoorwegen hebben n.l. jaarlijks een groot tekort, dat uit de staatsfinanciën moet worden bijgepist Dit tekort hoopt de Regee Slot. Er zou voor financiering van de aanleg een leening worden uitgeschre ven, waarop de koning persoonlijk 4 */a pCr. rente garandeerde. Zoo was dus het voorspel van de aanleg van de twe .de spoorweg in ons land. Er blijkt wel uir, dat Koning Willem I een uitstekende kijk had op de beteekenis van de spoorweg voor de toekomst De meeste Nederlanders schoten in dat opzicht toen wel schro melijk te kort. Deze spoorweg werd in gedeelten voltooid en in gebruik gesteld. Amsterdam-Utrecht In 18-43, daarna Utrecht-Driebergen. Drieber- gen-Veenendaal en het laatste gedeel te tot A'nhem in 1845 In 1856 werd de lijn verbonden met de Dultsche spoorwegen. De financieele uitkomsten van het bedrijf waten echter na eenige jaren verre van schitterend De basis, waar op het rustte verhinderde een gunsti ge ontwikkeling. De nieuwe spoorweg was n.l. staats-, noch particulier bedrijf, De nieuwe koning Willem II was in 1840 zijn vader opgevolgd - vreesde, dat de zaak scheef zou gaan en had daar, door de financieele verplichtingen, door zijn vader aangegaan, natuurlijk ring nu weg te werken. Zij zal met behulp van de vergunningen een deel van het vervoer aan de spoorwegen kunnen terugbezorgen, wat deze eerder aan de auto verloren hadden. Zij zal bovendien de auto en de binnenvaart kunnen dwingen aanzienlijk hoogere tarieven te berekenen, waardoor ook de spoorwegen meer Inkomsten door tariefverhooging kunnen krijgen. Zoo hoopt men het tekort weg te werken. Uiterlijk zal er dan welvaart heerschen In de vervoersondernemingen, welke allemaal hooge prijzen krijgen. Maar dat wil nog niet zeggen, dat het ver voer dan zoo voordeelig mogelijk voor de maatschappij als geheel zal geschie den. Want als de ondernemingen goed verdienen, dan doen zij dit niet in de eerste plaats omdat zij zoo zuinig wer ken, maar omdat de Overheid hun een monopoliepositie heeft gegeven en iedere concurrentie verhindert. Als de Regeerittg vergunningen moer gaan geven aan wie het verkeer zal mogen bewerkstelligen, dan zal zij daarvoor maatstaven moeten kiezen. Want anders is geen taakverdeeling mogelijk. Nu kennen wij de taakver deeling al eenlgszins. De commissies, welke de vergunningen moeten uitrei ken voor de autobussen, geven deze veelal niet, als er een spoor- of tram weg Is, die ongeveer hetzelfde traject berijdt. En als er toch een vergunning wordt gegeven, dan komt deze meestal in handen van de onderneming, welke reeds het vervoer over het parallel- loopende traject verzorgt. De Regee ring wil daarvan trouwens min of meer een systeem maken. Dat beteekent dus, dat zij monopolies gaat instellen voor bepaalde trajecten. Maar is dat nu de beste manier om het vervoer zoo goedkoop mogelijk te doen geschieden? Wij moeten dat be twijfelen. Want als er geen concur- re tie is, dan is er ook geen drang om verbeteringen aan te brengen Zouden de spoorwegen de diensten zoo ver beterd hebben en de tarieven verlaagd hebben als er geer ooncurrentie was geweest? En zou het platteland nu over zooveel gemakkelijke en snelle autobus- diensten beschikken, Indien reeds van den beginne af voor lederen autobusdienst was overwogen of het oudere vervoermiddel het ook niet kon doen? Wij meenen, dat men dan veel sneller er toe was overgegaan alles maar bij het oude te laten. Als de ondernemer tegen een door de overheid vastgesteld tarief mag ver voeren, dat natuurlijk vrij hoog is, en het grootste belang bij. In 1844 vond hij het daarom noodig een commissie in te stellen om de financieele aange legenheden van de aanleg en de ex ploitatie van de Rijnspoorweg te on derzoeken. Deze commissie heeft tal rijke fouten aan het licht gebracht en de wegm aangegeven tot verbetering. De belangrijkste maatregel is ge weest de oprichting van een maat schappij. De obligaties werden omge zet in aandeden, waarop de koning eveneens 4 Va pC' garandeerde. De koning nam zelf 200 aandeelen, de rest kwam bijna geheel in handen van buitenlanders. Deze Maatschappij was de Nederlandsche Rhijnspcorweg Maat schappij, de N. R. S. Het aanral concessies voor spoorwe gen breidde zich nadien spoedig sterk uit. Het spoorwegnet in ons land begon flink te groeien. Het waren echter mees tal lijnen van korte lengte, die tot stand kwamen, en een groot bezwaar was dat die onderling zoo weinig samen werkten. Links en rechts werd con cessie verleend en ten slotte is zelfs een speciaale wet noodig geble ken, om de noodige uniformiteit bij het verleenen daarvan te verkrijgen. Deze wet was de spoorwegwet van 1859, die de voorwaarden bevatte, waaraan men had te voldoen, om voor daarbij geen concurrentie ondervindt, dan zal de echte ondernemingsgeest al spoedig verdwijnen. Want dan is er geen drang meer om verbeteringen aan te brengen. Toch hebben wij die In het verkeer juist op het oogenblik bij zonder sterk noodig. Want een ieder kan zien, dat het verkeer nog geens zins vast verdeeld is, maar het is juist aan vele sterke veranderingen onder hevig. Hoe zullen de auto's over vijf jaar verbeterd zijn en hoe zal dan hun verhouding tot de spoorwegen zijn Niemand kan het zeggen. Maar als men dat dan niet weet, dan kan men alleen proefondervindelijk door de vrije con currentie te weten komen, wat nu wel het voordeeligste vervoermiddel is. Als de Regeering nu monopolies gaat ver leenen, moet zij dat dan doen op grond van ve,houdingen, welke over een of twee jaar al verouderd zijn Wij hebben altijd een maatstaf noo dig om te meten wat het voordeeligste Is en de eenige maatstaf is de vrije concurrentie. Daarom geen monopolies, geen voorgeschreven taakverdeeling, maar alleen de vrije concur! entle kan zorgen voor een zoo goed mogelijk vervoersapparaat. De wereld-jeugdcongres-beweging heeft op 11 en [2 Maart te Reims een conferentie over het onderwerp „Hulp aan vluchtelingen en slachtoffers van den burgeroorlog" georganiseerd. Bijna zeventig deelnemers uit zestien landen waren daar vereenigd, als ver tegenwoordigers van jeugdverenigin gen van alle mogelijke richtingen. Uit Nederland waren afgevaardigden van het Nederlandsche jeugdleidersin stituut, de Vrijzinnig-democratische jon gerenorganisatie, destudentengroep van „Waakzaamheid", de jeugdactie „Hulp aan noodlijdenden" ed het comité tot hulp aan jeugdige Dultsche vluchte lingen. In zijn openingswoord legde de Voorzitter van het organiseerend co mité er den nadruk op, dat hulp aan vluchtelingen, voor de jeugd geen po litiek, maar een humanitair karakter moet dragen. De werkzaamheden worden verdeeld over drie sub-comité's: voor China, voor de vluchtelingen uit Centraal- Etiropa en voor die uit Spanje. een spoorwegconcessie in aanmerking te komen. De willekeurige aanleg van spoor wegen overal in het land, zonder ee- nig onderling verband, heeft ten slot te de regeering toch genoopt, in te grijpen. Wanneer op deze weg werd voortgegaan, zou er in ons land nim mer een spoorwegnet tot stand komen, terwijl het was voor een gezonde ont wikkeling van de spoorwegen in Ne derland, als geheel gezien, absoluut noodig dat er van hoogerhand leiding gegeven werd. In velschillende op zichten gingen alle spoorwegmaat schappijen maar naar eigen inzichten te werk en hielden in het geheel geen rekening met de toestanden bij de zustermaatschappijen. Een voorbeeld hiervan is de kwestie van de spoor- wijdte, de afstand dus tusschen de twee wielen van een gewoon rijtuig genomen en lange tijd heeft iedere spoorwegmaatschappij die kwestie maar naar eigen inzicht opgelost. In ons land lagen de rails eerst twee meter van elkaar. Het was toen al onmoge lijk om Nederlandsche spoorrijtulgen op de Duitsche spoorwegen te laten rijden, zoodat er groote moeilijkhedei ontstonden bij het goederenvervoer naar dat land. In 1852 is men toen in samenwerking met de regeering, ook in financieel opzicht, overgegaan tot In de vergaderingen van elk comité werden de rapporten uit de vertegen woordigende janden besproken, metho den van hulp vergeleken en tenslotte de richtlijnen voor de toekomst ge trokken. Zondagmiddag kwam men In plenaire zitting bijeen, waarin de resultaten der sub-comité's werden medegedeeld. Wat China betreft, zal een interna tionale jeugd-campagne georganiseerd worden, een brochure over den toe stand der Chlneesche jeugd samenge steld, zoo mogelijk ook een periodiek bulletin en over de geheele wereld een China-week gehouden worden. Het sub-comité voor Centraal-Europa besprak de houding der diverse ver eentgingen t.a.v. immigratie van (oden waarbij men zich ten volle bewust was van de groote moeiten en opofferin gen, die hiervoor noodig zijn. Toch moet men de vele voorbeelden, dat juist door die immigratie werkverrui ming voor eigen landgenooten volgde, meer onder de a indacht van het pu bliek brengen. Er zal ook voor deze categorie vluch telingen een permanente sectie in het algemeene hulpcomité komen, die con tact houdt met de nationale groepen. Ten slotte werd de mogelijkheid om een documentair geschrift over anti- semletische maatregglen uit te geven, besproken en gunstig beoordeeld. De nood in Spanje kan in verband met de politieke omstandigheden moei lijk door een organisatie als de onder havige worden gelenigd. Behalve de 500 000 vluchtelingen in de kampen zijn er pl.m. 140.000 vrou wen en kinderen over de verschillende Fransche departemenlen verdeeld. Belde categorieën hebben gebrek aan de meest directe benoodlgdheden, terwijl de gezondheidstoestand zeer slecht is. Er werd besloten zoo spoe dig mogelijk een commissie uit de Fransche, Engelsche, Belgische en Scandinavische jeugd te vormen ten einde zich van den toestand In de kampen op de hoogte te stellen. In Engeland is zeer veel gedaan voor de voedselvoorziening van Spanje, ook voor de vluchtelingen. Beigiê heeft vele Spaansche kinderen opgenomen en uit vele landen Is financieele hulp gekomen. Een moeilijk probleem blijft het, hoe de demoraliseerende nivloed van het nietsdoen in de kampen weg te nemen. Hier ligt een taak voor de studenten: men zende boeked, spelen, materiaal voor vakonderwijs. De over de grens komenden, be rooid van alles en vaak ondervoed, moeten van het meest noodige worden voorzien. Wat het over Frankrijk verspreiden betreft, moet men verbinding zoeken met de prefecturen, die zorg voor hen dragen. In elk district zou een afge vaardigde moeten zijn, b.v. door in elk land een district voor speciale hulp aan te wijzen. Het vraagstuk van adoptatie en verfransching der jeug dige Spanjaarden werd besproken, en aangedrongen op maatregelen door de Fransche regeering. De slotzitting vereenigde weer alle deelnemers, die voordien nog op het stadhuis waren ontvangen. Met een resolutie aan de jeugd der geheele we reld: „Jeugdigen, ziet naar wat rondom u leeft en lijdt en vluchten moet, en helpt" werd de bijeenkomst gesloten. Bemesting van zomer granen. Het voorjaar nadert een menige landbouwer zal weldra genoodzaakt zijn de bemesting te overwegen van de zomergranen, welke zich binnenkort, zoodra de temperatuur zich wat heeft hersteld, gaan ontwikkelen. Wanneer dan ook straks de planten zich in de eerste groeiperiode bevin den, zal het wel gewenscht zijn, hier bij den groei te helpen bevorderen door toediening van een stikstofmest stof. PRESTO ZEEPPOEDER SLECHTS 5ct. PER PAK spoorversmalling en men heeft de spoorwijdte toen gebracht op de te genwoordige maat 1.43'/j meter. Van de spoorweghistorie kan verder nog gemeld worden de stichting van de S. S., de staatsspoorwegen dus. Deze maatschappij werd opgericht om de spoorwegen, die door de staat werden aangelegd na 1859-men was dus eindelijk tot het besef gekomen, dat de spoorwegen een landsbelang vormden - te exploiteeren. In het jaar 1863 kwam deze maatschappij tot stand, die ten slotte, naast de H. IJ. S. M., de belangrijkste spoorwegmaat schappij in ons land werd. Van de overige spoo wegmaatschappijen heeft de N. R. S. zich het langst kunnen handhaven; in 1890 werden haar lijnen door de N. S. overgenomen. De re geering heeft toen, om de sterkte van de beide maatschappijen ongeveer gelijk te doen blijven, verschillende Staatsspoor - lijnen aan de H. IJ S. M. hebben daarna tot de wereldoorlog naast elkaar bestaan als concurrenten. Toen Is aan deze toestand, die on getwijfeld In verschillende opzichten een ongunstige invloed heeft gehad op de ontwikkelingsmogelijkheden van het spoorwegbedrijf, een einde gemaakt. De vaak felle concurrentie werd vervangen door een hechte samenwer king tusschen de beide maatschappijen. In 1916 werd een belangengemeen schap gevormd, de beide spoorweg netten werden in het vervolg als één geheel geexploiteerd. Zoo is de toe stand nu nog. Wel zijn er twee spoor wegmaatschappijen, maar het Neder landsche spoorwegbedrijf is naar bui ten volkomen eenheid. Het is wel overbodig hier nog in te gaan op de geschiedenis van de spoor wegen in de laatste jaren. Men kent de concurrentie tusschen spoor en autobus, men weet, hoe deze kwestie thans o.a. door de maatregelen tegen de „wilde" bussen op de spits wordt gedreven en men beseft uit dat alles wel, dat de toekomst van de spoor wegen niet even zeker is, als men die om verschillende redenen wel zou wil len wenschen. Een historisch overzicht behoeft echter niet tevens een toe komst voorspelling te bevatten; be sloten kan dan ook worden met op te merken, dat de spoorwegen door een vermeerdering van comfort, snel heid en veiligheid zeker niet ongewa pend de strijd In de toekomst tege moet gaat. EINDE.

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1939 | | pagina 1