BRESKENSCHE COURANT
Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D.
Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 2L Postgiro 50895
Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens
3®weexv\e 3voe^e-
FEUILLETON
Een-glimp van Canada.
Ingezonden.
48ste Jaargang
Dinsdag 22 November 1938
Nummer 4391
ABONNEMENTSPRIJS:
Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden f 1 40
Franco per post
Buitenland per jaar t 6.50 Alles bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEPRIJS
Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer f(>,15. Ingez. Med. 30 ct. per regel
Abonnements-advertenties groote korting.
Kleine Advertenties tot Koogstens 5 regeb f 0.40 (bij vooruitbetaling)
-o
Het gemeentebestuur van Groede
maakt bekend, dat de onbruikbaar-
making van vee en vleeschwaren als
bedoeld In de Vleeschkeuringswet niet
meer zal mogen plaats vinden, zooals
tot nu toe geschiedde, doch in het
vervolg vanwege het destructiebedrijf
„Gekro" ter onbruikbaarmaking zal
worden afgehaald.
Moreele en Geestelijke
Herbewapening
In verscheidene landen heeft men
den 20-jarigen vrede herdacht. Ook
in ons land heeft men daaraan aan
dacht geschonken. Hooggespannen was
de stemming daarbij niet. Men vreest
oorlog. Niemand wil oorlog, maar men
voelt dat hij in aantocht is. Wat heb
ben wij voor den vrede gedaan? Van
waar komt de oorlog?
Vanwaar komt Jodenvervolging? Als
er geen Jodenhaat was in de harten
van vele menschen kon ei geen Joden
vervolging zijn. Wat er in de wereld
gebeurt, is voor een groot deel het
gevolg van wat er in duizende men-
schenharten leeft. Is het haat, zelf
zucht, achterdocht, dan drijft het tot
oorlog. Is het liefde en vertrouwen,
dan steunt het den vrede.
Het wonderlijke is, dat veel menschen
over deze dingen, die ons toch wel
zeer ter harte gaan zoo slordig heen
kunnen leven. Even zien wij iets in
een gedachtenflits. Wij geven het toe
en gaan weer aan ons dagehjksch
werk. Laten wij nu die gedachte eens
iets langer vasthouden: zelfzucht drijft
tot oorlog.
Ik verfoei den oorlog, maar zou het
kunnen zijn, dat het kleine beetje
zelfzucht, het weinigje antipathie, het
vleugje wantrouwen, hetwelk ik ge
voel in mijn verhouding tot enkele
personen, tot een zekere klasse, of
tot bepaalde volken en wellicht ook
in millioenen andere menschenharten
33.
(Nadruk verboden).
Het laatste moet den beroemden
schrijver ongetwijfeld wel het beste
bekomen zijn, want indien alle ver
halen waarheid konden bevatten, zou
hij in plaats van rustig zijn ganzeveer
te hanteeren wel zooiets van een
snelheidsmaniak moeten geweest zijn,
voor wien de fiets veel te laat is uit
gevonden. Maar thans stonden we
toch echt voor het huisje, waar Kleine
Nel heeft gewoond, wier geschiedenis
door Dickens zoo treffend in het boek
van dien naam is beschreven. Niets is
sedert Kleine Nel er huisde aan het
knusse oude gebouwtje veranderd.
Musea zijn er teveel, dan dat wij
ze in het paar dagen dat we nog voor
Londen konden bestemmen, zouden
kunnen bezoeken. In het Britsch Mu
seum staarden wij op het stukje van
het oudste evangelie geschreven 150
jaar na Christus. We zagen er den
Rosettasteen, die de sleutel werd tot
leeft, zou het kunnen zijn, dat dit,
vermenigvuldigd met evenzooveel mil
lioenen. zooveel zelfzucht, haat en
wantrouwen oplevert, dat er wrijvingen
door blijven bestaan, dat er oorlog
door komt? Zou het kunnen, dat ik
dus onbewust aan den oorlog mee
werk?
Maar dan ik ook door het tegen
overgestelde meewerken tot den vrede
en tot oplossing van allerlei andere
grootere en kleinere problemen. Welk
een lokkende taak! Dan worden al
mijn kleine gedragingen, dan wordt
alles wat ik denk en doe van het
allergrootste belang. Dan is iedere
daad, iedere gedachte een bijdrage
tot de catastrophe of tot opbouw
negatief of positief.
Besef ik dit diep, dan kan ik niet
meer slordig voortleven, dan wordt de
verantwoordelijkheid mij zoo zwaar,
de mogelijkheid om iets goeds te be
reiken zoo groot, dat ik gehoor moet
geven aan dien inwendigen drang, die
een gansche ommekeer brengt in mijn
houding en mijn daden. Deze verant
woordelijkheid en dit perspectief
brengen mij tot inkeer. Nu mag en
wil ik niet meer handelen naar eigen
wensch, eigen inzicht, maar ik begin
mij te onderwerpen aan een hoogere
wereldorde. Ik kan mij niet langer
slap onttrekken zonder mijn eigen
vonnis te teekenen en met nauwgezet
heid begin ik te trachten mijn daden
af te meten naar de maatstaven van
die wereldorde: de eeuwige wetten
van trouw, onzelfzuchtigheid, offer,
in één woord van naastenliefde.
Maar nu begint de moeilijkheid
eerst recht, want, ga ik nu eens heel
ernstig na wat die eischen voor mij
beteekenen, dan ontdek ik weldra een
groot tekort. Ik kan wel eens vrien
delijk gestemd zijn, maar altijd en 100
pCt.? Niet slechts versierd te zijn met
een beetje vriendelijke welwillendheid,
maar vervuld van werkelijke tot zelf
opoffering vaardige liefde, dat is een
hooge eisch. Toch is ieder geschipper,
ieder beetje zelfzucht, verraad aan den
vijand Hoe kom ik hier uit? Ik moet
iets hebben, dat mij uitheft boven mij
zelf, dat mij losmaakt, dat mij vervult
met een hoogere geestkracht, dat
mij moreel en geestelijk herbewapent.
Als er verantwoordelijkheid, plicht
roeping is, dan is er ook een roeper,
een heer, een eischer: „Wie plicht
zegt, zegt God" (Bakels).
Het leven is geen vreede' alhier,
Geen wapenstilstand vragen,
Het leven is de kruisbanier
Tot in Gods handen dragen.
(Guido Geelle).
ontcijfering der Egyptische hiërog-
lypiien. In grijzen steen gebeeldhouwd
waren er voorts een groot aantal
tafereelen voorstellende de geschiede
nis van den beroemden Assyrischen
veroveraar Assur Nasir Pal.
En uit dit land is Assur uitge
gaan en heeft gebouwd: Nineve,
Rehoboth, Ir en Kalach en Resen
tusschen Nineve en tusschen Ka-
lach: deze is die groote stad
[Genesis X. Vers 11 en 12].
Behalve een groot veldheer was
Assur Nasir Pal ook een groote
wreedaard Vorsten of legerhoofden
welke vergeefs getracht hadden zich
tegen het Assyrische juk te verzetten,
werden op zijn bevel levend gevild;
maar dit gruwel vonden wij nergens
op de steenen tafereelen vereeuwigd.
We hebben ook nog gedwaald door
het Science Museum, het daaraan
grenzende Natuurhistorisch Museum
en de National Gallery. We woeker
den met den tijd. Beiden gevoelden
wij dat we vele kostbare uren te kort
kwamen en er feitelijk nog een dagje
zouden moeten bijnemen. Maar geen
van beiden kwam hier rond voor uit.
We moesten om zoo te zeggen een
stootje hebben. En dit kwam nog on
Maar als ik God zeg, dan zeg ik
niet alleen Schepper, dan zeg ik ook
Helper. Dan is er Een die mij uitheft
boven, die mij losmaakt van mijzelf,
die mij vervult met hoogere geest
kracht. Ik (en ik spieek nu geheel
persoonlijk) zie geen kans tot moreele
en geestelijke herbewapening zonder
Gods hulp, zonder gehoorzaamheid
aan God
Buiten verantwoordelijkheid der redactie.
„OPGANG" IN OOSTBURG.
Donderdagavond in Oostburg in de
Beurs een toneeluitvoering. Een tame
lijk' zeldzaam gebeuren in ons oude
vestingstadje. De zaal is zeer goed
bezet. Met bussen is men ook van
elders gekomen om de opgaande pres
taties der voor enige jaren opgerichte
vereniging „Opgangte bewonderen
en vooral te genieten met een lach
en een traan.
Een Bestuurslid, dat de avond opent,
krijgt dan ook 'n warm applaus als
hij zegt, dat wij voor een goede toneel
uitvoering nu niet meer naar het buiten
land behoeven te gaan.
Verleden jaar was het stuk niet zo
bi, maar wij hebben zeer goede her
inneringen aan uitvoeringen der H.B.S.-
vereniging, waarv r deze „Opgang"
min of meer een voortzetting is. Zeer
terecht, want in die H.B.S. vereniging
waren krachten, waarvan het jammer
zou zijn, als zij voor onze winteravon
den verloren gingen. In onze kleine
plaats moeten we zuinig zijn met zulke
jonge mensen.
En hoe was nu de avond?
Laat ons zwijgen over de regie,
over het spel, over de dialoog, over
alles wat antwoord geeft op de vraag:
wat hebben vertaler, leider, en spelers
van het stuk gemaakt? Dit alles zinkt
ditmaal in het niet bij de vraag: wat
was het voor een stuk? Ik aarzel niet
te zeggen, dat het een zedelijk-slecht
stuk was, waarvan ik de opvoering ten
zeerste betreur.
Niet zedelijk slecht omdat het rea-
listiesch was. Het kan geen kwaad, als
het toneel ons de werkelijkheid ver
toont. Integendeel. Dat moet helaas
vaak een heel erg lelijke werkelijkheid
zijD, een stinkende poel van ongerech
tigheid, van echtbreuk, van moord en
meineed; al zou ik persoonlijk zulk een
stuk niet verkiezen voor .een avond
van ontspanning, om eens uit te zijn
uit de verschrikkelijke dingen onzer
verwachts, toen we voot Albert Hall
stonden, waar Mengelberg zijn vele
triomfen vierde.
Hiawatha!
De groote letters op het aanplak
biljet knalden den naam op ons toe
van den held en profeet uit Long
fellow's dramatisch gedicht: „Song of
Hiawatha". In een der laatste werken
van den grooten vlaamschen bard
Guido Gezelle geeft deze ons in den
hem eigen pakkenden dichtvorm op
roerende wijze de vertaling weer van
Longfellow's werk. En reeds een week
lang ging thans avond aan avond in
Albert Hall de opera van denzelfden
naam, opgevoerd door de Koninklijke
Koorvereeniging en orkest onder di
rectie van Dr. Malcolm Sargznt.
Voor dezen avond was de schouw
burg uitverkocht en toen herinnerden
wij ons opeens dat Britsch Museum
en National Gallery nog geen halve
beurt gehad hadden en zóóveel an
dere bezienswaardige dingen. Begin
dan eens uit Londen weg te loopen
Slot: telegram naar huis, dat we nog
een dagje langer wegbleven. Hiawatha
gaf den doorslag. Albert Hall bevindt
zich ver van den op dien dag door
ons gevolgden weg. Het leek waarlijk,
of een magnetische kracht ons er
dagen Doch om dat eiselijke realisme
is het stuk nog niet zedelijk slecht.
Het hangt er maar vanaf in welk licht
deze dingen gesteld worden Zo, dat
wij er een afschuw van krijgen, Wor
den wij er beter van? Bouwen wij
onszelf er door op tot krachtiger strij
ders in deze waanzinnig slechte wereld?
Worden de slechte sentimenten en
begeerten, die er diep in.de bodem
van ons klein-menselijke hart leven
erdoor teruggedrongen en liefst over
wonnen, of - ja, 't is eigenlijk onge
looflijk en te slecht om te veronder
stellen; worden die afschuwelijke din
gen, die het levensgeluk der mensen
kinderen altijd bedreigd en in menig
geval verpest hebben, nu openlijk'aan-
geprezen en in een schijn-redelijk en
sympathiek licht geplaatst?
Het is haast te dwaas om dit laatste
voor mogelijk te houden. En toch -
zonder de. minste aarzeling, na rustig
overleg, meen ik neer te mogen schrij
ven, dat dit laatste het geval was met
het opgevoerde stuk, dat dit om de
gepredikte moraalom de tendenz een
zedelijk slecht stuk is.
Daar is een moeder, die wegens
haar „begrijpen", haar wijze zachtmoe
digheid de sympathieke rol speelt, Zij
praat de echtbreuk van haar kinderen
onder de meest stuitende omstandig
heden goed. Zij acht de2e beter dan
de zware strijd, die zij in haar jonge
jaren te voeren heeft gehad in een
geval, waarbij het echter in 't geheel
niet ging om echtbreuk.
Daar is een vriend met rijpe levens
ervaring, iemand die het Recht gediend
heeft, ook een zeer sympathieke en
bezadigde baas die zich niet Iaat inti
mideren, die scherp door de dingen
heenziet; doch die bij eventuele schuld
adviseert tot zelfmoord.
En daar is een pleegzuster, aan wie
van het begin af aan een onsympathieke,
ontaktiese rol is toebedeeld, maar die
de enige is die de dingen bij hun
ware naam noemt: echtbreuk, moord.
En pas heel aan 't slot, als haar de
ware levenswijsheid van moeder en
vriend geopenbaard is, wordt zij ein
delijk ook wijs en sympathiek als zij
verklaart bij eventueel onderzoek der
justitie een vals getuigenis te zullen
afleggen.
Ziedaar de moraal van dit stuk.
In watjjvoor wereld zijn wij geraakt,
waar de mensen zulke zaken verdragen.
Persoonlijk ben ik zeer gehecht aan
de volksvrijheden, en ik heb tot nu
toe altijd een afkeer gehad van burge-
meesterlijk ingrijpen ten aanzien van
openbare toneeluitvoeringen enz. Maar
hier zou ik toch geneigd zijn te zeg
heen getrokken had.
Aan leuke zitjes in of voor een
café is Londen even arm als Montreal.
Behalve in een der parken weet men
er nauwelijks waar uit te ruAen. Als
iets Londen ongenietbaar maakt voor
den vreemdeling is het dat. Aan het
noordelijk eind van Charing Cross
ontdekten wij dien avond een vrij
aardig café, waar we zonder op onze
stoelen ce klimmen iets van het straat
gewoel konden begluren. Van vier tot
zes uur in den namiddag zijn in.Lon
den alle gelegenheden van dien aard
gesloten, waarna ze weer geopend
worden tot des avonds elf uur. Om
dien tijd zaten we dan in de „Hor
seshoe," als plotseling de helft der
verlichting uitdoofde. Onder een een
tonig geroep schoof de gerant door
de zalen en toen hij een keer of zes
zijn klacht geuit had begrepen wij wat
hij zeide: „Time gents please!" Het
was de bede zijn huls te verlaten.
Voot nu de tweede helft der lampen
haar medewerking in de verduisterings
proef zou verleenen, volgde nog een
ware bestorming van het buffet door
een drom goedmoedige burgermannetjes.
De bedienden sprongen binnen het
buffet rond als kanaries in een keoitje.
Ze drukten de bierflesschen in vaste
gen: wat jammer dat onze burgemees
ter dit heeft laten passeren. Ik kan mij
echter goed voorstellen, dat hij ge
dacht heeft: de keus en de leiding van
het stuk zijn in goede handen,
waarom zou ik zo'n taai manuscript
geheel lezen.
Wij horen wel eens uit Duitsland
berichten over een dwaze strijd tegen
moderne kunst, Ik heb tot nu toe deze
levensuiting van Hitler-Duitsland altijd
gezien in hetzelfde licht als alles wat
wij van het Heilvolle Rijk vernemen.
Doch voor 't eerst is nu de gedachte
bij mij opgekomen: zou er in die strijd,
bij veel dwaasheid, niet verborgen
kunnen zijn iets van een heilige afkeer
tegen de brutale afbraak in onze jaren
van zuivere, hoog-menselijke moraal?
En nu is zelfs de gedachte bij mij op
gekomen: is het dan terwllle van dat
ene, dat het nationaal-socialisme vóór
heeft op ons liberalen en democraten,
nl. de medogenloze strijd tegen alles
wat het zedelijke levenspeil naar om
laag haalt, wel goed, dat het lidmaat
schap der N.S.B. voor de leraren der
H.B.S. verboden is?
God beware ons en onze gezinnen
voor die geest uit de afgrond, die
onze volksvrijheden geniepiger en daar
door met meer succes naar de keel
grijpt dan duizend nazi's, de geest van
echtbreuk, moord en meineed, de
ondermijning van het zesde, zevende
en negende gebod, die de eeuwige
en onmisbare fundamenten onzet samen
leving vormem
Tegen deze dingen zullen wij allen
moeten komen tot krachtige herbe
wapening.
M.
Esperanto-nieuws.
Esperanto-onderwijs in Frankrijk.
De verleden jaar te Parijs gehouden
Internationale Conferentie: „Esperanto
in het Moderne Leven" heeft in Frank
rijk reeds zeer belangrijke resultaten.
In de radio, bij de douane, de pos
terijen, in leger en vloot en bij de
luchtvaart, reeds overal hebben officl-
eele circulaires Esperanto ingevoerd in
de practijk. Thans heeft de Minister
van Nationale Opvoeding bepaald, dat
men in alle lycea, college's, gymnasia,
kweekscholen en technische scholen het
recht heeft Esperanto te onderwijzen
als niet-verplicht vak.
Nieuwe Zamenhofstraat.
In het Fransche stadje Rosendael bij
Duinkerken is een straat genoemd naar
capsuleafnemers aan den rand der
toonbank, of goochelden door middel
van een handpomp zeer donker bier
uit den wand te voorschijn. Er was
een aanzwellen van stemmengeraas,
geschuifel van vele voeten en groot
gedaver van dikke koperstukken
kostelijk!
Toen nam de maalstroom ons mede
naar buiten
Cijfers vervelen gauw. Toch zullen
wij er enkele noemen. Den derden
dag hebben wij door Londen geden
derd in een hooge roode autobus,
zoo'n dubbele, precies of er twee
boven op elkaar gesoldeerd zijn. Wel
nu, zulke bussen met een bovenver
dieping loopen er in Londen 5800.
Dan zijn er nog een paar duizend andere.
We kwamen dicht langs het Dor
chester Hotel waar één nacht logies
2 kost of 18 gulden. „En als je
snorkt" zei een grappenmaker „betaal
je 3
Onze tea namen wij in een van
Lyons' Cornerhouses in een zaal zoo
groot, dat we in den hoek tegenover
gesteld aan dien waar het orkest was,
dit wel zagen spelen maar niet hoorden
vanwege het geraas van honderden
praters.
(Wordt vervolgd).