BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 2L 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens De Burgeroorlog. F EU ILL ETON Een glimp van Canada. Nasleep van den Anschluss, 47ste Jaargang Dinsdag 9 Augustus 1938 Nummer 4361 ABONNEMENTSPRIJS: Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden f 1 40 Franco per post Buitenland per jaar f 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75 Iedere regel meer fO,15. Ingez. Med. 30 ct. per regel Abonnements-advertenties groote korting Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels f 0.40 (bij vooruitbetaling) De militaire medewerker van de Haagsche Post behandelt de lessen van den Spaanschen Burgeroorlog, waaraan wij het volgende ontleenen: De oorlog, die nu reeds meer dan twee (aar in het Iberische schiereiland woedt, geeft in ruime mate gelegen heid, de uitwerking der nieuwste strijd middelen te onderzoeken, teneinde van de uitkomst gebruik te maken voor verbetering van de techniek en voor de vaststelling der strijdmethodes. De krijgsgod „Mars'' zou misschien een dichter bezet slagveld wenschen, waar bij de nieuwste vernielingsinstrumenten in die groote massa's optreden, die een toekomstige oorlog zou te zien geven. Maar als „proefveld", als gelegenheid om te „experimenteeren'' ter voorbe reiding van een nieuwen grooten oor log, heeft Spanje toch een beteekenis, die uit militair oogpunt allerminst te onderschatten is. Geen wonder dan ook, dat de daar verkregen ervaringen vooral bij de groote mogendheden en alom op militaire bureaux met aandacht worden gevolgd, terwijl, naar het heet, de wapenfabiieken een practisch maar gruwzaam gebruik maken van de mo gelijkheid, hier de nieuwste vindingen op levend „wild" te beproeven. Over de ervaringen in dezen oorlog heeft de bekende militaire schrijver Helmut Klotz een bijzonder interessant boek geschreven, dat hij onder den titel: „Militarische Lehren des Bürger- krieges in Spanien" aan het begin van dat jaar te Parijs in eigen uitgave heeft laten verschijnen. De schrijver is ge wezen Duitsch zee-officier; hij is uit geweken en van zijn vroegere vader land vervreemd. Kennelijk staat hij thans met zijn sympathieën aan de zijde van de Spaansche regeering Hij heeft echter gestreefd naar de grootst mo gelijke objectiviteit wat hem in de politieke beschouwingen niet bijster goed Is gelukt, daarentegen wel in het militairtechnische gedeelte. Dit laatste vormt trouwens den hoofdschotel en verleent aan het hier gebodene een groote waarde. Nu alle landen bezig zijn, hun bewapeningen te versterken en te vernieuwen, is het van het grootste belang, dat er acht wordt ge slagen op de, in de practijk, verkregen uitkomsten, die hier zaakkundig en overzichtelijk zijn verzameld. Al is de schrijver op politiek terrein partijdig, dit neemt niet weg, dat ook hier zijn beschouwingen de aandacht waard zijn. Zoo komt hij in de inlei 3. (Nadruk verboden). Kalm en ingetogen doch niettemin met graagte verorberden zij al die vreemde heerlijkheden. Al wat hun overigens zoo ernstig gelaat op zulke oogenblikken te kennen gaf, was lou ter het genot van het smullen. Was er soms een muziekuitvoering aan boord of andere vermakelijkheid voor meerdere klassen tegelijk, de landverhuizers waren mede genoodigd en bekwamen goede plaatsen, waar de gratie van hun landelijke kleeding meer bekoorde dan avondtoiletje en smoking. Na het diner op den eersten avond aan dek gekomen, zagen we vlak bij ons de havens van Terneuzen. We vorderden dus snel. N. N W. voor liggend liepen we over naar Borselen. Een lange rij lichten in het westen wees ons waar Breskens lag. Zou men daar ons naderen nog gewaar worden ondanks het late uur en de duisternis? Zouden onze verlichte sa ding op tegen de veel verbreide voor voorstelling, als zou de opstand der z.g. nationalisten indertijd een nood zakelijk verweer tegen bolsjewisatie zijn geweest. De opstand was al ontwor pen vóór de democratische overwin ning bij de verkiezingen van Februari en Maart 1936. Het Spaansche leger leed onder de Bourbons aan een over maat van officieren: op 7 soldaten telde het één officier, op 660 soldaten één generaal, tegen bijv. Frankrijk 1 officier op 17 soldaten, en Zwitserland 1 op 25. De jonge republiek zond de helft dier officieren naar huis. Daardoor kreeg zij het geheele offi cierskorps tegen zich, zoodat bij den opstand slechts 200 van de 15.000 offi cieren hun eed getrouw bleven. Het gevolg was, dat het regeeringsleger numeriek wel ver in de meerderheid Was, maar officieren miste, terwijl bo vendien de geoefendheid en tucht der manschappen zeer veel te wenschen overlieten Aan de andere zijde stond een klein leger, maar van uitmuntende kwaliteit. Bovendien kreeg Franco al spoedig hulp van Duitschland en Italië. Dat de regeeringstroepen onder gene raal Miaja eveneens hulp van buiten ontvingen, wordt in het boek met geen enkel woord vermeld I Niettemin staat het vast, dat de partij van Franco, vooral in den aanvang, sterk overmach tig was in kwaliteit en bewapening. Het is de groote verdienste van Miaja geweest, dat hij er in is geslaagd, al terugtrekkende zijn leger zoo te orde nen en te verbeteren, dat het voor Madrid stand kon houden. De illusie, dat de moderne oorlog hevig maar kort zou zijn, moet worden opgegeven: hevig en lang, is 't motto. De oorzaak is, dat door de verhoog de wapenwerking de kracht der ver dediging het meest is toegenomen. Ook zijn het niet de nieuwe wapenen, die het slagveld beheerschen: de in fanterie is als vanouds „de koningin van het slagveld" gebleven; vliegtuig en tank dienen in hoofdzaak slechts om haar taak te verlichten. Uitvoerig behandelt de schrijver de werking van deze beide soorten strijdmiddelen en de wijze, waarop zij worden bestreden. In tegenstelling met andete wapens, die zich geleidelijk plegen te ontwik kelen, is het moderne vliegtuig eigen lijk een nieuw instrument geworden, dat nog maar weinig meer gemeen heeft met dat van den grooten oorlog. In al zijn prestaties overtreft het vele malen die van zijn voorgangers. De zeer zware bommen van 1000 kg e.d. voldoen echter niet aan de verwachting: lons nog opvallen tusschen de vele passeerende schepen, mede- en tegen liggers? We wisten toen nog niet, dat oogen met de zeevaart vertrouwd ons reeds lang volgden. Men had ons te Breskens al in de gaten, toen we nog nauwelijks om den hoek van Baarland liepen, hoe ongeloofelijk het ook klin ken moge. Voor Vlissingen kwam de loods aan boord. Toen stevenden wij recht het zeegat uit met gespannen verwachting turend naar het punt op de verre kust zuidwaarts, van waar men trach ten zou met een schijnwerper ons een laatst vaarwel over te seinen. Meerdere kennissen waaronder Herr Schmidt zochten de richting te ontdekken, waar dat geheimzinnige kustplaatsje lag, dat kleine stukje Holland verloren in het donker van den nacht. Opeens lichtte een felle straal in de verte, verdween, schoot weer op als een uiteenspattende ster. Hoeral Dat waren ze, drie, vier, vijf, tien maal. Begrepenl Saluut - we zien jullie! En toen kwam het teeken: „Goeie reis!" Wat was dat fijn ondanks een af stand van vier kilometer, ondanks de dikke duisternis nog met elkaar te spreken. We gaven tegenseln meteen met twintig van 50 kg wordt veel meer bereikt dan met één van 1000 kg. Van een stelselmatige vernieling door bom bardementen komt niet veel terecht. Wel is het resultaat tegenover troepen buitengewoon groot. Zoo waren de regeeringstroepen er bijna in geslaagd, door een landing op Majorca dit eiland te heroveren. Een luchtaanval deed de kans keeren en den aanval mislukken: een prestatie, die speciaal voor onze verdediging van Indië de aandacht ver dient. De uitwerking van het luchtdoelge schut wordt algemeen geprezen. Voor lage en middelbare afstanden voldoet vooral het kleine beweeglijke en zeer snel vurende kanon van 20 mm. Voor grootere hoogten is een zwaarder ka liber (van 88 mm) noodig. De schrijver is echter buitengewoon verrukt over het kleine kanon, omdat daarmede de snelle beweging van het vliegtuig kan worden gevolgd, terwijl het groote aantal projectielen, dat in korten tijd ermede kan worden verschoten, een goede kans op uitwerking geeft. Het zelfde soort kanon is bovendien z.i. het best geschikt voor de bestrijding van tanks. De tanks zijn in den Spaan schen oorlog beneden de verwachting gebleven. Met name heeft de lichte Duitsche tank groote teleurstelling ge bracht althans aan de partij van Franco. Bij deze tank is n.l. veel op geofferd aan de snelheid, die in den strijd echter geen voordeel opleverde, aangezien bij de groote snelheden de uitwerking zeer gering wordt. Vooral bleek hij, evenals de lichte Italiaansche, in het geheel niet bestand tegen het lichte afweergeschut. Trouwens, ook de middelbare tanks leggen het tegen dit geschut af. Tenslotte treedt de schrijver terug in politieke beschouwingen, n.l. over Spanje als Italiaansch-Duitsche operatie basis. Zijn beschouwingen zijn hier eenzijdig gekleurd, zoodat zij niet zonder voorbehoud te aanvaarden zijn Zij bevatten echter veel merk waardigs. Tal van overeenkomsten, af spraken en onderhandelingen tusschen Duitschland, Italië en Franco worden er vermeld, die zouden wijzen op een omsingeling van de Westersche mo gendheden, op een afsnijding van Frankrijk van zijn Afrlkaansche hulp bronnen, en op een vernietiging van Engeland's macht in de Middellandsche Zee. De schrijver ziet een herhaling van hetgeen voorafging aan 1914. Spe ciaal voor ons land is daarbij van be lang de herinnering aan een tot Duitschland gericht vertoog van Sa- lantaarn in vage hoop, dat men ook onze teekens zien zou. Zooals uit de brieven later bleek, was dit ook wer kelijk het geval geweest. En weer barstten de lichtstralen op, terwijl met elk teeken uit de verte het „Wunderbar, wunderbarl" van Herr Smidt over het dek schalde. Uit een paar laatste lichtcirkels konden we be grijpen: „Adieu lui, goeie reis en be houden thuiskomst". Toen schoof de met lichtjes bestippelde kust van Bres kens achter de duinenrij Rustig draaide op den zeedijk van Nieuwesluis de blinkende lamp van den vuurtoren in zijn schitterende glazen kast rond, onzichtbare lijnen over het water trekkend waarlangs de zeeman sturen moet. De vele stormen hadden dien rustigen gang daarboven in dat krachtige bouwwerk nog niet kunnen verstoren. Aan land let nie mand op het trouwe licht. Soms kijkt een minnend paartje, dat onder langs den toren wandelt, even op naar de wentelende lichtkern, die daar even haar zacht schijnsel op het pad deed vallen en op twee gelukkige gezichten. Het draailicht staat er ook niet voor geliefden maar om aan de schepen den weg te wijzen, pinkend met zoo iets van: wij weten 't wel. letta, den Italiaanschen chef van den Generalen Staf, waarin (in 1900) werd aangedrongen op een gemeenschappe- lijken opmarsch door Zwitserland tegen Frankrijk Het plan heeft wellicht ac- tueele beteekenis, Maar in den ge- dachtengang van den schrijver maakt deze opmarsch slechts een deel uit van de algemeene omsingeling van West- Europa door Duitschland en Italië. Wij meenen, dat hier zijn voorstellingen wat al te somber zijn. Maarwie zal et voor instaan, dat het somberste niet eenmaal de waarheid zal worden? Omtrent de zaak van den bisschop van Rothenburg, die zich bij het ple bisciet inzake de „Anschluss" van stemmen heeft onthouden is in diverse Duitsche bisdommen een officieele kerkelijke uiteenzetting van deze ge beurtenissen gegeven, waarin o.m. ge zegd wordt: „Op last van den Heiligen Stoel was de bisschop van het diocees Rothenburg, mgr. dr. Johan Baptista SproII, op 15 Juli naar zijn residentie teruggekeerd. Officieel werd hiervan aan den Rijksstadhouder van Wurtem- burg kennis gegeven. De volgende avonden kwam het tot ernstige too- neelen voor en in het bisschoppelijk paleis, alsmede in de ambtsgebouwen van het bisschoppelijk ordinariaat. Meer dan honderd menschen, meest jonge personen, verzamelden zich op de trappen van het paleis op den Hindenburgplatz. De menschen waren geen inwoners van Rothenburg. Een uur later werden diverse spreekkoren aangeheven, zeer beleedigend voor den bisschop, terwijl borden werden meegedragen, waarop leuzen voorkwa men als „bisschop Sproll volksverra der". „Wij willen een Duitschen bis schop". De menigte nam een steeds opge wondener houding aan. Nadat her haalde malen gepoogd was het bis schoppelijk paleis binnen te dringen, forceerde men de deuren en drong door het kanselarijgebouw in de bis schoppelijke woning. Men verspreidde zich over de eerste en tweede verdie ping om den bisschop te zoeken. De deuren, die waren gesloten, werden met geweld geforceerd. Men vond den bisschop In biddende houding in de huiskapel voor het altaar. Dit ziende trok men terug. De ka De lucht versombert. Met aandrij vende wolkslierten komt een zwalp van donkerheid, waarin de wereld wegduikt. Onwillekeurig blijven onze gedachten hangen bijjde dwaze dingen, welke ook den politieken hemel zoo verduisteren. Het nijpt weer in Europa. Nauwelijks is het rustig te houden, zooals een plompsterke kerel moet stil gehouden worden, die de domme kracht in zijn botten voelt. Nog is hij te bedwingen door sterkeren. Maar wat zal het zijn, als de dronkenschap geheel over hem komt, de waanzin, het delirium Maar kom, zijn dat nu gedachten voor plezierreizigers? Weg er meel Hoort hoe fijn de Noordzee tegen den boeg begint te klotsen, er sissend langs henen schuurt - dat fijne liedje dat ons straks in slaap zal zingen. We ruiken de zee, zien in gedachten haar verre einders, voelen haar kracht, voelen de geheimzinnigheid, waar onze schuit zich inwerpt. En onze oude Montclare kent haar partners. Rustig en met zelfvertrouwen schuift ze dat donkere veld in, dat ons morgen zijn duizenden lichtpuntjes zal toepinken en om ons heen zal zaaien, van ons schip tot aan den gezichtseinder, naar de schoonheid, waarnaar wij verlang pel werd gesloten. Kort daarop keerde een andere groep naar de kapel, en toen men de deur gesloten vond, werd deze gerammeid. Nog steeds trof men den bisschop in biddende houding aan, waarop men zich ander maal terugtrok. Een vijftal personen met den leider van de „Flammen- zeichen" uit Stuttgart naderde den bisschop en gaf hem te verstaan, dat hij zich moest verwijderen. De bis schop antwoordde: „Ik onderhandel niet met ulieden. Zeker niet op deze plaats, waar ik liever sterf dan te vertrekken". Intusschen hadden andere indringers de ambtelijke- en particuliere vertrek ken van den bisschop gevonden. Hier werd alles kort en klein geslagen. Een hunner haalde o.a. een misgewaad uit een kast, sleepte dit door verscheidene kamers en liet het ten slotte op een der gangen liggen. In de overige vertrekken van het paleis werden deuren vernield en ven sters ingeslagen. Daarna verlieten de demonstranten met hun leiders het paleis. Buiten hoorde men roepen: „Ga er nu uit. De politie zal den bisschop gevangen nemen. Wij zullen zoolang terugkeeren, tot de bisschop Rothen burg verlaat". Het Deutschland- en het Horst Wessel-Iied werden gezongen. Daarna trok men af. Dienzelfden avond had een Gestapo- beambte een onderhoud met den vicaris-generaal, waarin hij hem om een persoonlijk onderhoud met den bisschop vroeg. De beambte zeide tot den bisschop: „Ik heb opdracht ge kregen, U dringend aan te raden, om onder deze omstandigheden Rothen burg te verlaten. De demonstraties zul len herhaald worden". De bisschop ancwoordde: „ik heb uitdrukkelijk last van den Heiligen Stoel, om naar mijn bisschopszetel terug te keeren. Ik ben bisschop van Rothen burg en blijf in Rothenburg, wat er ook gebeure". De beambte bleef aandringen, waarop de bisschop verklaarde: „Ik blijf in mijn residentie, al zal het mijn leven kosten". Daarna bezichtigde de beambte de schade, welke in het paleis was aan gericht en verliet omstreeks midder nacht het paleis. Op 18 Juli volgde een nieuwe de monstratie. Het aantal demonstranten bedroeg toen vijftienhonderd tot twee duizend. De menschen waren weer grootendeels van buiten de stad af komstig. Een der demonstranten hield een den al weer een Jaar lang We waren reeds drie dagen lang op zee. Wat waren de krijtbergen weer mooi, vóór we Southampton aanliepen. Eigenlijk zouden wij ze met den kunstenaarsblik van een Cor Visser moeten kunnen bekijken om de kleur- schakeering in al haar teere schoon heid te kunnen aanvoelen. Want tel kens verandert het licht op die rij van witte reuzen door den afstand, zon- hoogte, het vorderen van den dag. De engelsche krijtbergen zijn toch steeds mooier dan die aan de fransche kust, al behooren ze feitelijk bij el kaar. Want waar wij nu varen was eenmaal land en tippelden de mam moets van Bré- naar Brittanje. Waar schijnlijk werd na den laatsten ijstijd bier die hap uit het land genomen, al boorde de Rijn, afstuitend op den ijs- gordel in het noorden, zich waarschijn lijk reeds vroeger doordelandengteheen. Reeds Julius Caesar had om zijn man netjes van Boulogne, dat toen een anderen naam had, naar Engeland te brengen 800 schepen noodig. Dit was 54 jaar voor Chr. Sedert zijn de af brokkeling en verwijdering der beide kusten nog slechts langzaam voortge gaan, zooals ze nog heden ten dage doen. (Wotdt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1938 | | pagina 1