BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. PRESTO Het vreeselijk geheim, Uit de oorlogvoerende landen 47ste Jaargang Vrijdag 11 Maart 1938 Nummer|{4320 Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens FEUILLETON Land- en Tuinbouw. Buitenland Binnenland ABONNEMENTSPRIJS: Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden t 1 40 Franco per post Buitenland per jaar I 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75 Iedere regel meer f0;15. Ingez. Med. 30 et. per regel Abonnements-advertenties groote korting. Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels I 0.40 (bij vooruitbetaling) Uitbreiding van de sterkte der lichting 1938. De regeeringspersdienst deelt het volgende mee: Bij de wet van 21 Februari 1938 (Staatsblad nr. 500), tot wijziging van de Dienstplichtwet, is o.a. bepaald, dat de verhooging van de sterkte van de jaarlijksche lichting zal aanvangen met de lichting 1938, die reeds voor een groot gedeelte is ingelijfd en waarvoor de inlijving van andere gedeelten nog moet plaats vinden. Bij Kon. Besluit zijn thans regelen vastgesteld omtrent de wijze, waarop de versterking van de lichting 1938 zal worden verkregen. Hierbij vallen drie groepen te onderschelden: 1. de vrijgestelden en de vrijgelo- ten, die zonder voorbehoud en met in stemming van hun wettelijken vertegen woordig schriftelijk te hebben verklaard, liever te willen dienen; 2. zij, die vrijgeloot zijn; 3. een gedeelte van hen, die de voorkeur hebben gegeven aan behoud van vrijstelling of die aan hun voorkeur omtrent dienen eenlg.voorbehoud heb ben verbonden. Wie tot de derde groep zullen ko men te behooren. wordt uitgemaakt aan de hand van de lotingsnummers, wat ook in de lijn ligt van de aanvan kelijke samenstelling van het contin gent. Het gedeelte, dat van laatstbe doelde groep alsnog tot gewoon dienstplichtige zal worden bestemd, bedraagt ongeveer '/s van de geheele sterkte van deze groep. Voor die groep van personen wordt in elke gemeente of groep van ge meenten begonnen bij het laagste lo tingsnummer. Voor de lichting 1938 werd indertijd uitgeloot de naam Carel Fredrik Brandse, geboren 14 Januari. Bij dezen naam of bij den naam, die alphabetisch op dezen volgt, wordt dus in elke gemeente of groep van gemeen ten begonnen en hierbij worden uit den aard der zaak overgeslagen de namen van hen, die reeds tot gewoon dienstplichtige bestemd zijn of om de een of andere reden, zooals afkeuring, niet voor bestemming tot gewoon dienstplichtige in aanmerking komen. Tot welken naam het extra-contin gent van deze lichting zal loopen, valt niet nauwkeurig te voorspellen. Het zal ook eenigermate verschillen tusschen de onderscheidene gemeenten of groe pen. Wel echter bestaat de verwach ting, dat dit contingent voor de meeste 12. Zij schijnt echter niet van deze meening te zijn. hernam ik. Dit goed bekoort en verontrust haar niet. Zij is een bijzonder edel en be langeloos meisje. Ik moet erkennen, dat zulk een vooruitzicht mij veel meer zou verontrusten. Mij is de ge dachte, dat het goed aan een vreemde zal overgaan, onverdragelijk. Eenige oogenblikken daarna kwam Robert zeer dicht bij mij staan. Juffrouw Halm, zeide hij, mijn nicht schijnt veel sympathie voor u te ge voelen. Dat is weder een bewijs van hare belangelooze goedheid, hernam ik. Misschien is het zoo; gij schijnt haar volle vertrouwen te bezitten. Ik wilde zoo gaarne dat gij mij hielp. Waaraan, mijnheer Wemeck? Als Irmgard vóór den zevenden Ja nuari niet huwt, dan verliest zij Allen- hof. Ballerstedt en Normann heeft zij gemeenten niet verder zal reiken dan tot de geslachtsnamen die beginnen met een G of H. Jn dat geval zullen degenen, wier geslachtsnamen beginnen met een I, een J enz. en ook met een A of een B voor zoover de naam alphabetisch vooraf gaat aan Brandse, hiervoor genoemd buiten aanwijzing tot gewoon dienstplichtige blijven dus de hun indertijd verleende vrijstel ling wegens broederdienst behouden. De nadere aanwijzing tot gewoon dienstplichtige zal niet tekort doen aan het recht op vrijstelling wegens kost winnerschap of persoonlijke onmisbaar heid en evenmin de gelegenheid ver minderen tot het verkrijgen van uitstel, voorzoover belanghebbenden naar de algemeene, daarvoor bestaande regelen in aanmerking komen. Belanghebbenden zullen zoo spoedig mogelijk van den burgemeester bericht van hun nadere aanwijzing ontvangen. Spoedig daarna kunnen zij een nader bericht verwachten omtrent het korps, waarbij zij woeten dienen, en den tijd van opkomst. Voor het meerendeel zal de opkomst moeten plaats hebben einde Maart of begin April a.s. Zij die vrij stelling of uitstel willen vragen, doen het best om zich hiervoor te wenden tot den burgemeester, zoodra mogelijk zij h$t eerste van de hierbedoelde be richten zullen hebben ontvangen. Wat den duut van de eerste oefe ning betreft, zullen de nieuwe gewone S&c&ts Scis.pjeA fzaê, VOOR WAS EN VAAT HET LAAGST IN PRIJS EN BOVENAAN IN KWALITEIT! (Ingez. Med.) afgewezen. Wilt gij trachten haar over te halen mij te huwen? U te huwen? herhaalde ik, door het gehoorde verrast. Maar gij bemint Irmgard immers niet! Zeker bemin ik haar. Ik heb haar steeds bemind, maar ik heb nooit dur ven wagen het haar te zeggen. Terwijl ik hem aankeek, zag ik, dat zijn lippen zeer bleek en zijn woorden niet in overeenstemming waren met de uitdrukking van zijn gelaat. Het zal volstrekt niets baten, hernam ik. Irmgard zal de eenige liefde van haar leven niet ontrouw worden. Maar denk eens aan het vermogen, juffrouw Halm! Het is toch erg jam mer, dat zulk een schoon, talentvol en door iedereen bewonderd meisje haar eigendom zal verliezen. In het vuur zijner rede was hij zoo dicht bij mij gekomen, dat zijn heete adem mijn wangen beroerde en mij scheen te branden. Door een instinct- matigen tegenzin deinsde ik van schrik terug. Het spijt mij, dat ik u niet helpen kan, mijnheer Werneck, zeide ik. Ik kan in deze zaak niets voor u doen. Dan moet ik maar alleen al het mogelijke beproeven, hernam hij. Ik zal u echter daarom niet minder dank dienstpllchtigen nog niet vallen onder de verlenging, die eveneens door de wetswijziging over eenlgen tijd zal in treden, althans indien zij opkomen op den thans voor hen bepaalden tijd. In dien zij uitstel vragen en eerst op een lateren tijd de eerste oefening volbren gen, bestaat er kans, dat de verlenging van oefentijd ook op hen zal worden toegepast. Het grasland vraagstuk. Er zijn in de laatste jaren tallooze proefveldresultaten bekend geworden, waaruit op overtuigende wijze is ge bleken, dat op grasland een bemesting met stikstof een zeer duidelijke oogst- vermeerdering geeft. Uit de meeste ge gevens valt af Ie leiden, dat het meeste grasland behoefte aan stikstof heeft. Toch is het gebruik van stikstof op grasland nog verre van algemeen. Op de gemengde bedrijven vindt hetstik- stofgebruik op het grasland in ruimere mate toepassing dan in de zuivere weidebedrijven. Dit komt ten deele, doordat in het gemengde bedrijf in het algemeen meer gebruik wordt gemaakt van hulpmest stoffen en de toepassing van kunstmest en dus ook van een stikstofbemesting in het zuivere weidebedrijf meer overleg en beleid vereischt dan voorheen, om de voorziening van het vee met het gras zoo voordeelig mogelijk te regelen. Er is op dit gebied veelal ervaring noodig om te kunnen beoordeelen, welke verandering in de bedrijfsorga nisatie noodig is om de stikstof zoo danig aan te wenden, dat inderdaad ten volle van de meerdere productie wordt geprofiteerd. De voorlichtings dienst en andere instanties hebben voldoende aangetoond, dat stikstof op vrasland opbrengstvermeerdering be- teekeni en wel niemand zal in twijfel trekken, dat stikstof oogstvermeerde- rend werkt. Maar dan is er nog een lange weg af te leggen voor het ge bruik ervan in het weidebedrijf inge burgerd en systematisch doorgevoard is. De moeilijkheid zit bij de bedrijfs organisatie; die rust op den peiler van jarenlange ervaring en die gewijzigd moH worden. Nu is het wintertijd en het zou voor de veehouders van groot belang zijn, wanneer zij zich eens re kenschap gaven van hetgeen in hun bedrijf bereikt zou kunnen worden. Momenteel zitten zij reeds ook nu weer met de vrij hooge krachtvoeder- baar zijn, juffrouw Halm, voegde hij lachend er aan toe. VI. Elke droppel van een regenbui heeft zijn bepaalde bestemming en wordt door de Voorzienigheid naar het voor hem bestemde blaadje of halmpje ge zonden. Deze woorden had ik op een herfstmorgen juist onder een teekening geschreven, toen Robert Werneck mij naderde en over ntijn schouder het geschrevene las. Gelooft gij daaraan? vroeg hij mij. ja, met mijn g insche hart, hernam ik. De onbeduidendste handelingen leiden vaak tot groote gevolgen, Ieders lot is bepaald. Hij stond eenige minuten in ge dachten. Ik wenschte. zeide hij daarna, dat het mijn lot was, mijn nicht naar het altaar te kunnen leiden. Ik bemin haar zoo hartstochtelijk, dat Ik In staat zou kunnen zijn, om harentwil iets wan hopigs te doen. Pas op, dat gij vreemden niet te veel toevertrouwd! zeide ik en hij lachte. Later herinnerde ik mij dit onder houd. Terwijl de tijd voortging, nam de onrust van den landheer zichtbaar toe. rekeningen. Dit kan mede aanleiding geven om eens aandachtig te overwe gen. hoe men hierop kan besparen. Voor grasland beteekent dit, dat door een zwaardere stikstofbemesting de opbrengst aan gras en de kwaliteit hiervan belangrijk moet stijgen. Uit vele proefnemingen is inderdaad ge bleken, dat door vroeg in het vooijaar een flinke bemesting te geven, "een flinke grasopbrengst kan worden ver kregen. Door vroeg te maaien (de bemesting heeft de grasgroei sterk bevordert en vervroegd) krijgt men veel gras en tevens veel eiwitrijk voedsel. Dit moet bewaard worden, waarvoor tijdig hooien of inkuilen noodzakelijk is. Wanneer de veehouder hiermede rekening houdt, zal dit voor den vol genden winter een flinke besparing op de krachtvoederrekening kunnen geven. SPANJE. Groote veldslag bij Saragossa. Reuter meldt uit Saragossa, dat de rechtsche troepen Woensdagochtend over een front van 100 kilometer bij Saragossa tot een offensief zijn over gegaan. Stefani meldt dienaangaande, dat een groote, verwoede veldslag is ont ketend aan het front van Fjuentes de Ebto, ten Z.W. van Saragossa, tot Alfambra. Het zou hier dus gaan om de geheele terreinstrook, welke zich van Saragossa uit, via Belchite, tot dichtbij Teruel uitstrekt. CHINA. De Japansche troepen die de Gele Rivier bij Ezetsjoei in Noord-Horan zijn overgetrokken handhaven zich nog steeds op den zuidelijken oever. Beide partijen melden dat hun troe pen den vijand aan de overzijde van de Gele Rivier bestoken, dat het ver keet langs de „Loenghai'-spoorweg verbroken is en dat vliegtuigen eikaars stellingen bombardeeren De Chlneezen passen de Guerrilla tactiek voortdurend toe. Zij hebben er klaarblijkelijk succes mee. in zooverre, dat de japanners daardoor hun troepen niet snei genoeg aan het front brengen om zich meester te maken van den Loenghai-spoorweg. Slechts eenige weken nog, zeide hij eens tot mij, en dan zal mijn dochter een van de beste goederen van het land verliezen. Wat moet Ik met haar beginnen? Ik ben ten einde raad en lijd er voortdurend onder. Irmgard sprak nooit over het ver lies. dat haar wachtte, doch zij werd mager en bleek en een donkere scha duw lag in haar vroeger zoo schitte rende oogen. Dikwijls, wanneer ik in haar kamer binnenkwam, vond ik haar in tranen en het scheen, dat zij in stilte nog een hoop gevoed had, die nu langzamerhand uit haar gefolterde ziel verdween. De bange zorg van den landheer werd tot koortsachtige gejaagdheid, toen op zekeren dag Robert uit het naburig stadje terugkeerde en aan tafei mededeelde, dat hij voor zeker vernomen had, dat nog kort geleden een mijnheer Salberg zich daar acht dagen opgehouden en zeer nauwkeu rig naar alle bijzonderheden van Allen- hof onderzoek gedaan had. Dat is de man op wien het goed zal overgaan! riep de landheer uit. Hij kan, naar het schijnt, den tijd niet afwachten, waarop het in zijn bezit zal geraken. Nog slechts zes weken, voegde hij er vertwijfelend aan toe; Om het lot van Oostenrijk. Zondag [zal in ge(heel Oostenrijk een volksstemming gehouden worden over het beleid van de regeering. Een absolute meerderheid van de stemmen maakt het ja of neen van het plebisciet uit. Ondanks den korten tijd van voorbereiding vreezen de Oosten- rijksche autoriteiten niet dat de rege ling te kort zal schieten. Alle Oosten- rijksche burgers zijn bij een vorige gelegenheid In het bezit gesteld van een speciale identiteitskaart. Verder hebben zij een verblijfkaart van de politie. Deze laatste kaarten zijn trou wens reeds geruimen tijd in gebruik. De provinciale gouverneurs zijn belast met de regeling van de onderdeelen van het plebisciet. Men gelooft te Weenen dat wan neer het plebisciet een behoorlijke meerderheid voor de regeering ople vert, Schuschnigg vrijer zal zijn, bij het nemen van maatregelen tegen het op treden van de nazi's, maar wanneer 'n meerderheid neen zegt, gelooft men, dat Schuschnigg zal aftreden en dat een nationaal socialistische of half na tionaal socialistische regeering hem zal opvolgen en dat vroeg of laat de An schluss een feit zal zijn. Prins Bernhard en Prins Aschwin bij Koningin Mary. Prins Bernhard en Prins Aschwin, die heden weer per s.s. „Mecklenburg"' van de Maatschappij Zeeland naar Ne derland terugkeeren, hebben gisteren het noenmaal gebruikt ten huize van onzen vroegeren gezant jhr mt. R. de Marees van Swinderen, waar, bij af wezigheld in Amerika van den heer en mevrouw Van Swinderen, de honneurs werden waargenomen door hun doch ter mevrouw Hoyer Miliar en haar echt genoot en waar o.a. aanzaten Prins Frederik van Pruisen, de vriendin van Prinses Juliana miss Massey, de doch ter van den Hongaarschen gezant. In den namiddag werden de Prinsen in Marlborough House ontvangen door Koningin Mary met wie zij de thee gebruikten, waarna Prins Bernhard een bezoek bracht aan den Hertog en de Hertogin van Kent in Belgrave Square. nog slechts zes weken en dan moet de zaak beslist zijn. Op zekeren morgen zag ik den landheer met zijn neef den hof ver laten. Beiden waren in een gesprek verdiept en ik weet niet hoe het kwam, dat bij dien aanblik mijn hart vervuld werd met bange zorg omtrent Irmgard. Dit voorgevoel werd bewaar heid. Ongeveer twee uren later, toen ik met Iranprd wat zat te werken, kwam mijnheer Wemeck met Robert binnen. Het verheugt mij, dat ik u hier vind, mijn kind, begon de landheer. Ik zou gaarne eens met u praten. Neen blijf hier, juffrouw Bertha, zeide hij, toen ik de kamer wilde verlaten. Gij zijt een getrouwe vriendin mijner dochter, help ons haar tot rede brengen. Hij beproefde met vastheid te spre ken, doch het gelukte hem niet en zijn geheele gestalte beefde van in wendige aandoening. Irmgard, vervolgde hij, gij zijt mijn eenig kind. Ik heb u steeds al mijn liefde gewijd. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1938 | | pagina 1