BRESKENSCHE COURANT
Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D.
Een Schoonheidsprinses.
Verschijnt iederen DINSDAG' en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895
Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens
FEUILLETON
'n Migraine op komst?
AKKERTJES
47ste Jaargang
Dinsdag 25 Januari 1938
Nummer 4307
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden f 1.40
Franco per post
Buitenland per jaar f 6.50 Alles bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEPRIJS
Van 1-5 regels f0,75. Iedere regel meer f0;15. Ingez. Med. 30 ct. per regel
Abonnements-advertenties groote korting.
Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels I 0.40 (bij vooruitbetaling)
Japan in China.
De Japansche minister van buiten
landsche zaken, heeft de uiterst ondank
bare taak, de militairen, die thans in
Noord-China feitelijk de baas zijn en
den lust vertoonen er geheel op eigen
gezag de zaken te regelen, in toom te
houden, aldus het Alg. Hbld. Hij heeft
thans in enkele weken tijds tweemaal
bij de groote mogendheden den onaan-
genamen indruk moeten wegnemen,
gewekt door interviews van een admi
raal en van een generaal Admiraal
Soeêtsoegoe, de tegenwoordige minis
ter van binnenlandsche zaken, had aan
het tijdschrift „Kaizo" verklaard, dat
het tijdstip aangebroken was dat Japan
zijn heilige missie in Azië integraal ver
vulde en de blanken met pak en zak
uit Azië verdreef. Generaal Matsoei,
de opperbevelhebber der Japansche
troepen in China, had aan hetzelfde
tijdschrift verklaard, dat hij de neutra
liteit der buitenlandsche concessies te
Sjanghai niet erkent en voornemens
was, zelf de souverelniteitsrechten over
de concessies waar te nemen, zoodat
de vreemdelingen gedwongen worden
het Japansche gezag te aanvaarden.
De zegsman van bet-departement van
buitenlandsche zaken heeft de pijnlijke
situatie trachten te redden door te ver
klaren, dat, evenals in het geval admi
raal Soeêtsoegoe, ook in dat van ge
neraal Matsoei het interview verminkt
in bovengenoemd tijdschrift is opge
nomen De Japansche ambassade te
Parijs, niet op de lumineuze gedachte
gekomen, dat er wel eens opnieuw
verminking in het spel kon zijn, schreef
de opzienbarende verklaring van gene
raal Matsoei toe aan opgewondenheid,
welke de verovering van Nanking, de
hoofdstad van China, bij hem had ge
wekt, en trachtte de wederom gewekte
ongerustheid te sussen doot er op te
wijzen, dat slechts het woord van den
keizer gezag had. Dat de „Kaizo" twee
maal achtereen een interview van voor
aanstaande militairen zoodanig verminkt
zou weergeven, dat de zin ervan teloor
gaat, of dezen geweld wordt aange
daan, is nauwelijks aan te nemen. In
de verklaringen van admiraal Soeêt
soegoe en generaal Matsoei en de ge
camoufleerde desavoueeringen van To
kio kan men dan ook niet anders zien
dan een voortzetting van den, zich in
verschillende vormen openbarenden,
strijd om de uiteindelijke leiding van
de Japansche buitenlandsche politiek
ten aanzien van China.
Sedert het oogenblik, dat in 1931
29.
Naar het Engelsch.
Er is in het geheel geen veer
in! riep zij triomfantelijk.
Er is hier geen plekje, waar iets ver
borgen kan zijnl
Samen bogen zij zich over het han
gertje, eindelijk had hij het alleen in
handen, hield het vlak onder het licht,
maar kon ook niets ontdekken.
Zie je wel, die man is een be
drieger: er is geen opening in het zil-
verl
Kind!Daar had Breslau de
veer gevonden. Daar tusschen het schit
terend klaverblad lag de kleine krul van
blauw zwart babyhaar.
Een kreet ontsnapte hem en sprake
loos staarde hij haar aan.
Willoos liet zij zich op de bank
vallen.
Na wat den man op den drempel
een eeuwigheid scheen, sprak hij:
een Japansch leger Kwantoeng tot ba
sis koos voor de eerste operaties tegen
Mandsjoerije, heeft deze strijd voor
het buitenland duidelijke vormen aan
genomen. Generaal Doihara heeft aan
vankelijk aan de militaire politiek in
Noord-China het agressieve karakter
verleend, dat voor de geheele verhou
ding tusschen Japan en China zoo vér
strekkende gevolgen heeft gehad. De
beruchte opstand in Februari 1936
van een aantal ongeduldige jonge Ja
pansche officieren, was wellicht het
meest karakteristieke symptoom van
den strijd achter de schermen tusschen
het militaire en het burgerlijke element
over het tempo van de militaire poli
tiek tegenover China. In de jongste
incidenten tusschen de zegevierende
Japansche militairen in China, voorna
melijk te Sjanghai en te Nanking, en
de buitenlanders kan men eveneens
het streven der militaire kaste herken
nen, met verwaarloozing van de re
geering te Tokio, van diplomatieke
overwegingen, tegenover het buitenland
zelfstandige politiek te voeren. Andere
ernstige incidenten liggen nog versch
in het geheugen. Evenals de inter
views in quaestie, hebben ook al die
incidenten de regeering te Tokio tel
kens in verlegenheid gebracht, en
evenals wat betreft de interviews, zoo
is zij ook wat betreft de incidenten
telkens tusschen den toorn van de
generaals en de gevoeligheden der
mogendheden doorgezeild, door deze
incidenten als „vergissingen" te be
stempelen.
De militairen eischen als de recht-
streeksche vertegenwoordigers van den
Keizer het recht op. in China zooveel
luister aan zijn persoon bij te zetten
als zij slechts vermogen, en verwach
ten, dat Tokio onbekrompen de kos
ten van het feest betaalt. De oude
strijd, die de afgeloopen jaren herhaal
delijk tot conflicten in den Landdag
heeft geleid. De eischen der militaire
partij hadden het evenwicht der be
grooting zoozeer verstoord, dat de mi
nisters van financiën op den duur geen
raad meer wisten. De militairen had
den voor deze ministers een standaard
recept: hen wegzenden, zonder dat de
nieuwe het gestelde pi obleem vermocht
op te lossen. Het gewapend conflict
met China heeft het probleem gewel
dig vergroot en de lange onbereken
bare duur ervan stelt Tokio voor eco
nomische en flnancleele moeilijkheden,
die op den duur de krachten van het
Japansche volk verre te boven gaan en
bet ontzaggelijk verarmen. In den tijd
van anderhalf jaar is de totale Japan-
En wil je mij nu alles vertellen,
Fifi?
Ja, ja, LouislMaar ik weet
haast niet, wat ik zegl
Tracht kalm te denken en je ge
dachten te regelen, want anders kon
hier wel eens iemand binnenkomen,
bijvoorbeeld Mulhern of de O'Regan.
Voor den dag er mee, Fifi, en nu ook
dadelijk!
Louis, zei ze en vatte zijn hand,
ik heb dit hart gevonden in een ouden
koffer, die behoorde aan de moeder
van Nancy Carton. Het ding stond op
de kamer, die ik in Kingstown had.
Ik herkende het dadelijk als een van
het stel smaragden: het juweel, dat de
oom van Desmond gegeven zou heb
ben aan de vrouw, met wie hij ver
loofd was, dus het stuk, waaraan men
haar dochter zou kennen. O, Louis, ik
schreef een brief, dien ik voorgaf, dat
kwam van een réligieuse uit Dublin en
sloot daarin het hart voor den zaak
waarnemer in LondenO, wat is
dat?Wie is daar?
Ze sprong op, met een woesten kreet
en keek met verschrikte oogen in de
duisternis.
't IsDesmondï
Het volgend oogenblik kraakte de
sneeuw onder zware, terugtrekkende
sche staatsschuld gestegen van ongeveer
10 milliard tot 13l/s milliard jen, waar
van nog geen 10 pCt. op rekening
komt van de buitenlandsche schuld.
De goudvoorraad, die bij het begin
van het conflict op 420 millioen jen
werd berekend, is sedert Juli naar schat
ting met 300 millioen verminderd; ter
wijl de jaarlijksche goudproductie in
Korea en Mandsjoerije op slechts 180
millioen jen wordt geraamd.
De drastische economische maatre
gelen, die de Japansdie regeering se
dert de laatste maanden heeft getrof
fen, geven den indruk, dat Japan den
druk van het gewapend conflict met
China hoe langer hoe zwaarder begint
te gevoelen.
De richting, waarin Japan zijn goud-
verslindende politiek tegenover China
zal voortzetten, is nog niet duidelijk.
Het stelt zich, als consequentie van
de militaire politiek, voor, China in
autonome provincies uiteen te rukken,
die onder het oppertoezicht staan van
Japan, maar het is de vraag, of de
Japanners zelf zich reeds een voorstel
ling hebben gemaakt van de practijk
dezer autonomie.
In ieder geval wijst de jongste re
devoering van minister Hirota er op,
dat Tokio, nog steeds meer bezonnen
dan de vurige er> roemzuchtige mili
tairen, elke verscherping in de betrek
kingen van Japan met het buitenland
angstvallig tracht te vermijden. Mili
tair moge Japan ste:k en paraat zijn,
economisch en financieel is het zwak.
Daar zit de Japansche Achilleshiel.
Het zal van het gedrag der Japansche
militairen, van Draufganger als gene
raal Matsoei, afhangen, of de betrek
kingen tusschen Japan en de groote
mogendheden dragelijk zullen blijven
of niet.
Het beginsel der
collectieve beveiliging.
Het hoofdbestuur van de Vereeni-
ging voor Volkenbond en Vrede ver
zoekt opneming van het volgende:
In haar jongste algemeene vergade
ring op 17 en 18 December 1937 te
Wageningen gehouden, heeft Vereeni-
ging voor Volkenbond en Vrede zich
uitgesproken in dezen zin, dat men aan
den gevaarlijken toestand, waarin de
staten-samenleving verkeert, alleen een
einde kan maken door aan het begin
sel der collectieve verantwoordelijkheid
en beveiliging vast te houden en daar-
voetstappen en Narcissa viel in zwijm,
in de armen van Louis.
HOOFDSTUK XVII.
(Besluit)
Twee jaar later. Het tooneel speelt
in een kamp in Canada, mijlen ver
verwijderd van eenige bewoonde plek.
Bulten blies de wind onder het doek
van de tent van een paar jagers op
groot wild.
Een van hen lag op een lage bank.
De brandende plekken op zijn wangen
en het vuur in zijn oogen duidden op
koorts, dien kwaadaardigen vorm
van prairiekoorts.
Hij wierp zich rusteloos van de eene
zijde op de andere.
Wil je wat drinken, kerel? Dit is
de sterke bouillon Die zal je kracht
geven.
Kracht zal ik nooit meer hebben,
Bentleyl Nu ditmaal is het met mij
gedaan.
Tut! Tut! Wat praat je nu, Des-
mond! Eer het een maand verder is,
gaan we weer op jacht; of anders
Anders, wat?
Misschien dat je dan naar huis
gaat.
Och, zoo lang maak ik het niet
aan practische uitwerking te geven, en
dat er alles aan gelegen moet zijn om
het Nederlandsche volk meer dan tot
dusverre van de noodzakelijkheid van
collectieve beveiliging en verantwoor
delijkheid en van het vinden van mid
delen ten einde de collectieve beveili
ging te verwezenlijken, te doordringen.
Sindsdien volgden aanslagen op den
Volkenbond elkander in verbijste
rende snelheid op en men kan bij vele
voorname instanties een stemming waar
nemen van moedeloosheid en scepticis
me met betrekking tot zijn toekomst
zoo goed als ten aanzien van de mo
gelijkheid tot een collectieve beveili
ging te komen.
Allerwegen ziet men thans de groote
staten hun heil zoeken bij een voort
gezette bewapening waarvan De Ko
ningin in het beroemde telegram, dat
zij in Mei 1933 uit naam van het Ne
derlandsche volk tot president Roose
velt richtte, heeft verklaard, dat zij
„leidt tot wedloop in bewapening en,
gelijk pijnlijke, doch al te spoedig ver
geten ondervinding bewijst, tat onver-
mijdelijken oorlog."
De vereeniging, welke het bestrijden
van den oorlog en de verbreiding van
de vredesbeginselen in haar vaan heeft
geschreven en aan den Volkenbond als
internationale rechtsorganisatie, als
machtig hulpmiddel op den weg naar
een duurzamen vrede, onverzwakt vast
houdt, wenscht zich met klem te kee-
ren tegen een neiging om aan zulk een
stemming toe te geven.
Men rechtvaardigt deze stemming
met een beroep op het belang, dat in
nuchtere beschouwing van de realiteit
is gelegen. Zulks is zeker noodzake
lijk, doch het mag er nimmer toe lei
den, in die realiteit, ook als wij haar
betreuren, misschien zelfs verafschuwen,
te berusten in stede van met vuur voor
wat wij wenschelijk oordeelen, te blij
ven ijveren.
De beste uitzichten op zegevieren
van de beginselen van recht en vrede,
opent naar onze overtuiging de ver
wezenlijking van het denkbeeld der col
lectieve verantwoordelijkheid en bevei
liging. Blijkens de op Oudejaarsdag
verschenen memorie van antwoord op
de algemeene beschouwingen van de
Eerste Kamer over de begrooting voor
1938, houdt tot onze voldoening de
Nederlandsche regeering eveneens vast
aan het begrip van collectieve veilig
heid als beste middel om den vrede
te helpen verzekeren. Ook indien tij
delijk de sanctiebepalingen van het Vol
kenbondsverdrag buiten de werking
blijven, zal dit niet mogen worden be-
meer, dat ik thuis kan komen. man.
O, kon ik toch maar vijf minuten te
rug zijn mijn geliefd, oud kasteel, in
het land daar ver weg, Bentleyl
Maar dat gaat nu eenmaal niet meer.
Wel moet ik éèn ding in orde bren
gen, eer ik ga. Haal papier en inkt: ik
moet een boodschap verzenden.
Ben je daar van avond toe in staat,
kerel? Zou je niet liever wachten tot
morgen-ochtend?
Neen, ik wil 't niet uitstellen.
Dit klonk zoo beslist, dat Bentley
antwoordde:
Goed. Drink jij dan den bouillon,
in den tijd, dat ik papier haal. Het is
al lang geleden Desmond, dat wij een
van beiden een brief hebben geschre-
venl
Ja, en dit zal wel mijn laatste zijn.
Het is een eigenaardige brief, Bentley.
Het is beter, dat ik je eerst een ge
schiedenis vertel: Vóór ik naar den
Transvaal ging, had ik in Dublin een
jong meisje ontmoet; het was een al
lerliefst kind
Blond of donker?
Donker. Blauw-zwart haar en grijze
oogen. Ze was allerliefst om Ce zien
en allerliefst van karakter.
Je voelde natuurlijk liefde voor
haar?
(Ingez. Med.)
schouwd als een voorgoed loslaten van
de eenmaal in het Volkenbondsverdrag
door zeer vele staten (onder welke ook
Nederland) aanvaarde beginselen. Moge
de collectieve veiligheid voor het oogen
blik slechts een ideaal zijn een ide
aal dat thans helaas zelfs verder schijnt
dan eenigen tijd geleden. die om
standigheid mag er allerminst toe lei
den. het ideaal prijs te geven; integen
deel men zal er met de meeste kracht
telkens weer voor moeten pleiten, dat
de volkeren naar de verwezenlijking
ervan blijven streven. Ook hier geldt
wat minister Colijn 14 Januari j.l inde
Eerste Kamer heeft gezegd: dat wij
ook ongunstige omstandigheden klaar
onder de oogen moeten zien, doch dat
de werkelijkheid ons nooit mag ont
moedigen, dat integendeel naarmate
wij klaarder en duidelijker zien, hoe
de toestand is, wij naar die zelfde mate
onze inspanning moeten vergrooten om
uit de moeilijkheden te geraken.
if Als 's morgens dat onbehaaglijke
t - - gevoel weer zoo'n ellendige
aanval van migraine aankondigt,
voorkom dan die misère met 1 of 2
Volgens recept van Apotheker Dumont
AKKER.CACHETS
(Ingez. Med.)
Ja en neen. Het vreemde van het
geval is, dat ik dit zelf eigenlijk in het
geheel niet merkte. Met iederen keer,
dat ik haar ontmoette, vond ik haar
aardiger. Ze ging veel om met een
anderen jongen man en ik geloof, dat
dit feit maakte, dat ik mij eenigszins
afzijdig hield. In ieder geval zag ik
haar in dien tijd heel veel en de He
mel weet, hoe alles nog geloopen zou
zijn, als zij niet dat auto-ongeluk had
gehad.
Werd zij gedood?
Neen, erger dan dat, was haast
de algemeene opvatting: ze bleef ver
lamd aan één zijde. En nu, Jack, zou
ik zoo graag hebben, dat je uic mijn
naam aan dat meisje schreef, en wel,
of ze mijn vrouw wilde worden.
Wat nu, Desmond? Dat lijkt toch
niet veel op je plan, om dood te gaan,
is 't wel?
Ja, het voorstel is maar, of ze
mijn weduwe wil worden, moet je
denken.
Maar ik zal mijn verhaal nog even
voortzetten, dat je het beter begrijpt.
Mijn oom, de O'Regan, heeft een on
billijke bepaling in zijn testament ge
maakt.
(Wordt vervolgd).