BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens ^voe&e. Gemeente Nieuwvliet. FEUILLETON Een Schoonheidsprinses. 47ste Jaargang Dinsdag 9 November 1937 Nummer 4286 ABONNEMENTSPRIJS Per drie maanden I 1 25. Buiten Breskens per drie maanden 1 40 Franco per post Buitenland per jaar f 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer 10; 15. Ingez Med. 30 ct. per regel Abonnements-advertenties groote korting. Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels f 0 40 (bij vooruitbetaling) 0 Er wordt op gewezen, dat bijdragen voor het kleeding-, schoeisel- en dek kingsfonds, zullen worden in ontvangst genomen door den Secretaris van het Werkloozencomité en dat overigens op de postrekening 141400 van dat fonds te 's-Gravenhage gelden kunnen worden gestort. o Bijdragen van het kleeding, schoeisel- en dekkingsfonds worden in ontvangst genomen door den Administrateur van het Werkloozencomité de heer P. Brak man, overigens kunnen voor dat doel gelden worden gestort op postrekening 141400 van dat fonds te's-Giavenhage. Engeland's ommekeer o De vluchtende negus en de Ita lianen aan de bronnen van den Nijl: dat was het eerste ontwaken. Daar op volgden de druk van Frankrijk en de opstand in Palestina, de mone taire crisis in Parijs, de Duitsche herbewapening, de bedreiging van Tsjecho-Slowakije. Op het oogenblik staat Engeland te midden van een gigantische her bewapening. Engeland's ambassa deurs en gezanten werken koorts achtig. De dominions werken mede. In Engeland's politiek vindt een ommekeer plaats. Zoowel de massa als de strengste individualisten wor den beheerscht door het gevoel: de toekomst laat zich niet meer door de grootheid van ons verleden ga randeeren. Deze verandering heeft natuurlijk verrassingen met zich mede gebracht. Voor ons ligt een eenigen tijd ge leden gepubliceerde humoreske. Twee Engelschen spreken met el kaar. De een spreekt als oppositie, de ander als regeeringsman, die zich 8. Naar het Engelsch. „Pat," vroeg Mr. Carton, hem noemende met een naam, nog over uit den tijd, toen hij nog „de jonge Mulhern" was, alias Pat, en zijn vader „oude Mulhern," de koet sier: „zou je het niet aardig vinden, om met Miss Nancy en mij een reis om de wereld te maken?" „Kijk eens hier, sir. Ik heb nu nooit zooveel gevoel voor reizen, want mijn eigen land vind ik altijd goed genoeg; maar om met u en Miss Nancy te kunnen meegaan, wel, daar zou ik een uitstapje voor onder de Zwartjes willen maken!" „Dat is dan zoo afgesproken, Pat! Ik laat een groot jacht bouwen voor Miss Nancy en dan ga jij mee en je zult op die manier heel wat van de wereld zien, dat verzeker ik je!" De oude butler hield de deur al open, want zijn heer was op het punt, weg te gaan, toen hij ineens van alle volkomen juiste bezwaren van den oppositioneel met een Jantje van Leiden afmaakt. „Malta?" meent hij geringschattend. „Malta is een eiland, zooals zoovele andere, maar wij hadden reeds bij het Abessijn- sche conflict ontdekt, dat het geen groote strategische beteekenis heeft 1 Palestina?Onbelangrijk! Men zal op den duur ook Egypte geheel moeten prijsgevenDe 'Balea ren?... Nu ja, eilanden in de Mid- dellandsche Zee, verder niets!" En op deze wijze spreekt de man verder. Op het oogenblik spreekt de re geering anders. In vele jaren heeft men niet zulke droge woorden ge hoord als die. welke Eden de Vorige week tot den heer Mussolini richtte. Geen spoor van geheime diplomatie. Een duidelijke, droge, afwijzende taalEn de bladen hebben deze taal tot de hunne gemaakt. Sinds dagen vinden wij denzelfden zin voor de werkelijkheid weer. Velen meenen, de herbewapening is reeds zoover gevorderd, dat En geland, steunend op zijn wapens, duidelijker-kan gaan spreken. An dere, voorzichtiger lieden, denken, dat de regeering niet de eigen effec tieve militaire macht reeds zoo hoog aanslaat, maar veeleer de groote economische zorgen van Duitschland en Italië naar hun juiste wparde beoordeelt en het eerstgenoemde land rijp houdt voor een politiek van verzoening, terwijl het het tweede als geïsoleerd begint te beschou wen Vast staat dit: de Britten keeren juist ter wille van den vrede den weg naar het pacifisme den rug toe. De Stemming, welke in toon aangevende parlementaire kringen heerscht, bewijst, dat Engeland be sloten is, een al te eenzijdige La bour-beoordeeling van het niet-in- mengingsprobleem te verhinderen. Zelfs in ietwat naar links neigende regeeringskringen wordt gewezen op het feit, dat de Spaansche rebellen evenmin zonder vteemde hulp tot de behaalde successen hadden kun nen geraken als de strijdkrachten van de regeering hadden kunnen stand houden zonder de gigantische leveringen van Rusland. En men stelt de brutale bekentenissen van Mussolini over zijn hulp aan Franco tegenover de niet minder brutale Russische statitsiek, waarin wordt aangegeven, dat de Russische uit voer naar Spanje met 300 pCt. ge stegen is. vroeg „Zeg, Nan, wie was die jonge da me, die Alleen Blake bij zich had?" „O, een Miss Ivers, Aileen heeft haar te. Iqgeeren gevraagd op Cla- ragh. Dat is haar foto; naast die'van Desmond". „Had je haar al eens meer in persoon gezien?" „Neen, ik kende haar niet". „Ze is opvallend mooi". „Dat schijnt zoo algemeen de op vatting". „Heeft mijn klein meisje zich in het hoofd gezet, die twee tot een paar te maken, dat ze daar zoo naast elkaar hangen?" Mulhern sloot de deur, zoodat de oude heer niet meer de wolk van droefheid zag, die er trok over het gelaat van zijn dochter. „Desmond, Aileen, Mulhern, en nu Vader!Ze vonden haar allen even mooi. O, wat had ze hen toch betooverd door haar schoonheid!" HOOFDSTUK V. Eer J4arcissa een week op Cla- ragh Lodge had gelogeerd, begon zij al een gevoel te krijgen, of alle her innering aan Mrs. Chertsey en de flat op Battersey nog maar heel vaag was. Het leven had zooveel Wat is het nu, dat de laatste om mekeer ten gunste van Franco te voorschijn heeft geroepen? Ingewijden kenden reeds lang de richting van den Engelschen weg. De oorzaken zal men samenvattend wel als volgt kunnen formuleeren: Engeland weet, dat alle vriend schap tusschen de volken hoofdza kelijk opangst berust. Angst is bijna altijd op gemeenschappelijke grenzen gebaseerd. Daar Spanje en Duitschland geen gemeenschappelij ke grenzen hebben, behoeft het zich voor het Derde Rijk ook niet ang stig te maken. Zal Franco eenmaal werkelijk in Spanje heerschen, dan zal hij niet zijn gevoelens, maar zijn verstand laten spreken. Terwijl het arme Duitschland hem.zoo goed als niets bieden kan, vermag Engeland hem alles te bieden: in de eerste plaats geld En daarmede zal Londen de vriendschap van Franco wel kunnen winnen. En de vriendschap van Franco voor Italië zal in de toekomst wel gaan afhangen van de krachts verhouding tusschen de Engelsche en Italiaansche vloten. Wat heeft Engeland daarentegen van een communistisch Spanje te verwachten? In de eerste plaats een spoedige bolsjewiseering van Portu gal. Lissabon als steunpunt van de Komintern beteekent echternu ja, de Komintern in Zuid-Oost-Afri- ka, in Laurenco-Marques, in Angola, op de Azoren. En in Spaansch-Gui- nea, in Fernando-Po Welk be lang kan Engeland bij een dergelijke nabuurschap voor zijn koloniale be zittingen hebben? Zeer zeker, men mint aan de Theems de dictaturen niet. Maar bij de keuze tusschen bedreiging van het wereldrijk en de dictatuur in de duidelijke positie van schuldenaar is men toch sterk voor de laatste oplossingEngeland's kracht berust op orde en particulier kapitalisme. Het schijnt zoo te zijn, dat Groot-Brittannië uit deze waar heid van het verleden de leer voor de toekomst zal afleiden. De staat en de loterijen. o De Vereeniging van Hoofdagenten van Particuliere Loterijen heeft zich tot den Minister van Jutsitie gewend. Het verzoek aan de Regeering om het particuliere loterijbedrijf aan ban nieuws en bekoorlijks voor haar ge had, sinds het oogenblik, dat zij op de pier te Kingstown stapte, dat ze er tegenop zag, om den draad weer op te vatten. Claragh Lodge was het type van een oud Iersch goed. Op den avond van haar komst vonden ze overal in de vazen dub bele witte narcissen staan, zoodat Mrs. Blake dan ook zei: „Je hebt tal van broers en zusters om je heen, Cis!" „Hoe komt dat heerlijke buiten hier toch zoo ver weg uit de bewoon de wereld?" „Kijk, dit huis heeft al behoord aan Jims bèt-bètovergrootvader en toen wij trouwden, is er hier wel wat geverfd en behangen, maar ove rigens is de heele inrichting dezelfde gebleven". „Maar de huishouding is toch an ders uiterst modern. Wil je wel ge- looven. dat ik niet anders had ver wacht, dan dat ze vanmiddag spek en kool zouden opdisschen?" „Nu, en heb je dat dan niet ge had?" „Jawel, maar met een gebraden kuikentje en wie weet wat niet al voor lekkernijen er bij! Wie voert de huishouding voor je?" den te leggen, dat door die vereeni ging is gedaan, heeft een sensa- tioneelen kant. Want de vereeniging stelt in uitzicht, dat een „redelijke belasting" van het particuliere lo terij-bedrijf, de schatkist een bate zou bezorgen van let wel, 1 mil- lioen 'sjaars. Wij nemen aan, aldus het Alg. Hbl., dat de hoogte" van dit bedrag velen mèt ons met verbijstering vervult. Want ten eerste moet men zich afvragen, wat dan wel de om zetten moeten zijn van een bedrijf, dat blijkbaar zoo floreert, dat de belasting van 1 millioen den ver schillenden ondernemers tezamen, geen schade oplevert. Ten tweede blijkt eruit, dat het aantal vergun ningen, dat door de overheid aan bona fide exploitanten van loterij- bedrijven wordt verleend, veel groo- ter is dan men gemeenlijk aanneemt. Altijd, indien de schatting der be treffende vereeniging den toets der controle kan doorstaan. Zooals bekend, is jn Nederland het houden van loterijen afhankelijk van een vergunning van de overheid. Volgens de Loterijwet van 1905, die in deze materie geldt, moeten bij het houden van loterijen bovendien de krachtens de wet gestelde voor schriften en voorwaarden nauwkeu rig worden nageleefd. Nu heeft het verzoek der vereeniging kennelijk ten doel, de blijkbaar welig tierende beunhazerij op dit gebied, tegen te gaan. Er is dan ook niet veel scherp zinnigheid voor noodig, om vast te stellen, dat één der hoofddoeleinden der loterijwet bescherming van het individu tegen bedrog en mis leiding in de practijk blijkbaar niet wordt bereikt. De gevallen, waarin de mala fide exploitanten in staat zijn, tusschen de mazen der wet door te glippen, moeten dan ook legio zijn. Met eenige overdrijving zou men zelfs kunnen bewereq, dat het een lot uit de loterij is, wanneer de clandestiene exploitant door de wettelijke bepalingen snel en doel treffend in zijn schadelijke activiteit gehinderd wordt. Maar dit alles wijst er ook op, dat gezien de populariteit der parti culiere zoowel der correcte als der onfatsoenlijke bedrijven de staatsloterij in haar huidigen vorm kwalijk een „model-bedrijf" kan wor den .genoemd. Wanneer, volgens de bewoordingen van het verzoek aan den Minister, de particuliere instel lingen een jaarlijkschen omzet ver- „Herinner je je wel, dat een vrouw met een wit kapje op ons kwam ver welkomen? Dat is Mrs. Bray, de oude voedster van Jim. Haar zoon Bob is hier huismeester; Judy Bray, zijn vrouw, en zij koken voor ons. Haar zuster Mattie is werkmeid. De Bray's zijn de beste, trouwste be dienden, die er maar bestaan!" Zoodra de buren wisten, dat Mrs. Blake op Claragh Lodge was, werd zij overstroomd door een heirleger bezoekers en die daar niet maar een uur of een half uur bleven, maar die zeker mee lunchten of dineerden, want de afstand een twintig a dertig mijlen dikwijls, was te groot, dan dat dit de moeite loonen zou. Het gevolg was, dat de dames ook contra-bezoeken moesten maken op 'Carramore, Summer Hil, Rosa- penna, Lackin House en Furze Hall, zoodat haar tijd aardig opgevuld was. Voor het jonge meisje, dat opeen strenge kostschool haar opvoeding had gehad en toen een tijd op de flat in Londen had doorgebracht was dit frissche, vrije, onconventioneele le ven als een openbaring. Zij had nooit te voren te paard ge zeten, maar Andy, de oude groom ïtond er versteld van, zoo gauw als toonen, zes maal zoo groot als die van de Staatsloterij, blijkt duidelijk, dat het „Staatsbedrijf" in de oogen van het publiek niet over voldoende aantrekkingskracht beschikt. Nu ligt bij de Kamer nog altijd een ontwerp-Colijn van 1925, dat op den duur geheele afschaffing van de Staatsloterij beoogt. Maar de mee ning ter rechterzijde over dit ge heele onderwerp zijn zoo verdeeld, dat het tot nog toe niet tot openbare behandeling gekomen is Men zou zich dan ook kunnen afvragen, of het niet veel beter is, in stede van haar af te schaffen, de Staatsloterij op nieuwe leest te schoeien. In ieder geval schijnt een behoorlijk en streng geregelde loterij ons verkieselijker, dan een chaos op een terrein, dat vol voetangels en klemmen is. In ander verbandbij het alcohol gebruik verklaarde nog onlangs de Regeering, dat toeneming van het legale verbruik, mits binnen matige grenzen blijvend, eerder een voor deel dan een nadeel zou opleveren. Nu kan men erover twisten, wat erger is: drankmisbruik of zich over geven aan den „speelhartstocht," welke laatste een Dostojewski waar dige betiteling, door ons aan de Me morie van Toelichting van het jaar 1905 wordt ontleend. Maar wat van dit alles ook moge zijn, een doel treffende regeling vanwege de over heid schijnt ons beter, dan het laten voortwoekeren van krachten, die het publiek belagen. Het scheppen van klare verhou dingen op dit toch reeds netelige ge bied vormt een eisch van primaire zedelijkheid. EMIGRATIE. De stagnatie in de emigratie van Nederlanders naar Zuid-Afrika als ge volg van de bepalingen der Vreemde lingenwet van 1937 heeft de sterke be langstelling voor de Unie bij werkzoe kenden wat doen verminderen. Eenige grootere ruimte van werkgelegenheid hier te lande en in Indiê heeft daar bovendien nog toe bijgedragen. Nu de permitten op ingediende aanvragen vlotter afkomen en in Zuid-Afrika im migratie vangoede Nederlandsche krach ten toch nog steeds op prijs blijkt te worden gesteld, kan het goed zijn van tijd tot tijd in ons blad weer mededee- lingen te doen over den stand van de arbeidsmarkt daarginds en van bijzon zij deze kunst aanleerde; en na en kele dagen durfde ze alleen den rit van drie mijlen te ondernemen naar het postkantoor te Killackan voor de ochtendmail, want brievenbestel lers waren er niet in dat verre Westen. In het eerst reed Narcissa onmid dellijk terug en kwam dan met een gezonden eetlust aan het ontbijt, be staande uit haverpap, versche eieren, brood en honing en gestoofde padde stoelen. Narcissa had veel hooren spreken van de armoede in Ierland, maar hdar leek het een land,Lo\ervloeiende van melk en honing. Toen ze bij langer verblijf echter had kennis ge maakt met de hutbewoners veran derde haar opvatting wel cenigszins. Van haar slaapkamer keek zij uit op een boomgaard, nu één weelde van bloeiende schoonheid. De zilte zeelucht werkte zoo heerlijk prikke lend, dat zij in minder dan geen tijd uit bed was en terwijl ze zich kleedde, steeds in het gekweel van de merels hoorde: „De O'Regan van de Rotsen! Prins van Rathifin! De O'Regan van de Rotsenl Prins van Rathifin!" (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1937 | | pagina 1