BRESKENSCHE COURANT
Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D.
Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895
Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens
3®w®exv\e 3voe^e*
Haar eer gered.
Land- en Tuinbouw.
46ste Jaargang
Dinsdag 8 Juni 1937
Nummer 4242
ABONNEMENTSPRIJS
Per dcie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden f 1.40
Franco per post per jaar f 5.00
Buitenland per jaar f 6.50 Alles bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEPRIJS
Van 1-5 regels f0,75. Iedere regel meer f0;1S. Ingez. Med. 30 ct. per regel
Abonnements-advertenties groote korting.
Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels f 0.40 (bij vooruitbetaling)
0-
KOSTELOOZE VACCINATIE
voor kinderen beneden 1 (aar èn
kinderen ouder dan 6 jaar, op Dins
dag 15 Juni a.S.. des nam. 2 uur
(Wettelijke tijd) ten gemeentehuize te
Groede.
Trouwboekje medebrengen.
De Burgemeester van Groede.
De reorganisatie van ons
leger.
Zooals bekend werken onze hoogste
militaire instanties op het oogenblik
druk aan de voorbereiding van de ko
mende leger-reorganisatie. Het staat
wel vast, dat deze reorganisatie van
een dergelijk ingrijpend karakter zal
zijn, dat er zooals de N. R. Crt
het uitdrukt zonder overdrijving
van de vorming van een nieuw leger
zou kunnen worden gesproken. En een
nieuw leger heeft ons land werkelijk
noodlg dat is een meening, welke
men juist op het oogenblik van vele
zijden kan hooren verkondigen.
Vele bezwaren richten zich tegen
de huidige dienstplichtwet. Het Is in
de eerste plaats het stelsel van de
loting, dat Inderdaad een onrechtvaar
digheid in zich bergt en daarom ook
aan vele Nederlanders onsympathiek is.
Steeds meer wordt er in den laatsten
tijd dan ook op aangedrongen de lo
ting af te schaffen en voor hen, die
om de een of andere reden niet dienst
plichtig zijn een soort weerbelastlng
in te stellen. Een dergelijke maatregel
zou vanzelf met zich mede brengen,
dat de verschillende lichtingen de noo-
dige uitbreiding ondergaan.
Hoewel de reorganisatie-voorstellen
nog niet openbaar zijn gemaakt het
zal wellicht nog eenige maanden du
ren, eer men zoover is zal daarin
zeer zeker voorzien worden in een
verlenging van den eersten oefenings-
FEUILLETON
64.
0
De jusiitie doet verdere nasporingen."
Nog andere berichten volgden met
korte tusschenpoozen, maar de zaak
bleef even duister. Het mysterie was
niet opgehelderd.
't Is al heel vreemd! peinsde Faun-
ce, na het bericht voor de tweede maal
gelezen te hebben. Hij zette zijn stu
die in het boek voort, tot hij kwam
aan 't laatste uitknipsel uit een krant
van een paar dagen geleden, een be
richt aangaarde een ander slachtoffer
van een onbekenden moordenaar. Maar
van al die onverkwikkelijke verhalen
was er slechts éen, dat zijn opmerk
zaamheid vermocht te boeien, en dat
was het verhaal van het lijk dat ver
borgen was onder de omgekeerde boot
Hij kende Redbridge wel, een enkele
dorpsstraat, een paar huizen langs het
strand, een klein logement, een brug,
en voor de rest een wildernis, eenzaam
en verlaten, een uitgezochte plek voor
een moordenaar, om zijn slachtoffer te
verbergen en dit was blijkbaar een
geval van moord een hevige slag,
tijd. Gezien de algemeen-politieke si
tuatie in de wereld en het feit, dat
door de nieuwe technische uitrusting
van het leger de opleiding onzer sol
daten veel ingewikkelder is geworden,
zou een dergelijke maatregel niet an
ders dan toegejuicht kunnen worden.
Wij zouden dus moeten krijgen een
algemeenen dienstplicht met een lan-
geren eersten oefeningscijd, zoodat
iedere jonge Nederlander, die tot het
vervullen van zijn dientstplicht licha
melijk in staat is, van te voren weet,
dat hij onder de wapenen zal moe
ten komen. De loting met zijn vele
bezwaren is dan verdwenen en aan het
rechtvaardigheidsgevoel is voldaan.
Reeds dit zou er toe kunnen bijdragen
het leger in Nederland meer populair
te maken, dan het tot nog toe is.
En niemand zal willen ontkennen, dat
een hechte band tusschen volk en le
ger een noodzakelijkheid is. En deze
hechte band zal nimmer kunnen be
staan, indien men om een of andere
reden het leger een minder goed hart
toedraagt.
Maar er is nog meer noodig, om
de menschen te nopen het leger in
ons land een waardige plaats te geven.
Zooals bekend moet b.v. de groot-
verlofganger zijn wapens afgeven en
ongewapend naar huis terugkeeren.
Hierin is een zeker blijk van wan
trouwen tegenover den gewezen sol
daat gelegen, dat er geenszins toe
medewerkt hem aangenaam over het
leger te doen denken. Men kijke in
dit verband eens naar een ander klein
land, naar Zwitserland. Daar blijft de
dienstplichtige van zijn 20ste tot zijn
48ste jaar in het bezit van al zijn mi
litaire uitrustingsstukken met inbegrip
van de wapens en dit feit heeft er
niet weinig toe medegewerkt van ieder
Zwitser een man te maken, die respect
voor het leger heeft en met genoegen
zijn dienstplicht vervult. Zou men ook
in Nederland blijk gaan geven, het vol
ste vertrouwen in den gewezen sol
daat te stellen, dan zou dit van een
niet te onderschatten psychologischen
invloed kunnen zijn. Men bedenke
hierbij, dat de langere diensttijd ook
gelegenheid geeft, meer zorg aan de
algemeene opvoeding van den soldaat
te besteden. Zoo zal men tucht, ge
hoorzaamheid, vaderlandsliefde, saam-
hoorigheidsgivoel, enz. kunnen aan-
kweeken.
Dit zijn slechts eenige dingen, waar
mede men hopelijk bij de legerorgani-
satie rekening zal houden. Het gaat
er tenslotte om, het leger zoo te re-
verraderlijkvan achteren toegebracht.
Die enkele hevige slag duidde aan,
dat de moordenaar over groote physie-
ke kracht te beschikken had gehad.
Maar welk verband kon er bestaan
tusschen kolonel Rannock's vermeend
vertrek van Southampton, en dat lijk,
aan het strand bij Redbridge gevonden,
vier mijlen daar vandaan?
Op deze vraag wilde John Faunce
een bevredigend antwoord hebben.
Hij bracht den avond door in zijn
gezellige huiskamer te Putney, en zijn
bezigheid bestond in het bestudeeren
van het vloeiboek van mevrouw Ran
dall, dat hij niet meer bekeken had,
sinds hij het had gekregen van het
dienstmeisje in Selburne Street.
De tafel was leeggeruimd, de lamp
brandde helder en Faunce nam een voor
een de vloeibladen uit het boek en hield
ze tusschen zijn gelaat en het licht,
terwijl zijn vrouw, die in haar leunstoel
bij den haard een roman zat te lezen,
hem nu en dan vriendelijk toelachte.
Ben je weer aan je oude liefheb
berij, Faunce? vroeg zij. Ik denk toch
niet, dat je veel wijzer zult worden
door die vloeibladen. Ze zijn zoo met
inkt bemorst kijk eens, wat een vlek
ken.
Dit is ook een bijzonder ondui
delijk blad, Nancy, maar ik zal nog wel
organiseeren, dat het geheel ten zegen
zal zijn van volk en individu. Het doet
er minder toe, welke wegen men daar
bij bewandelt.
Kerkeraadsverkiezing
door het lot.
o
Een merkwaardig bericht uit
Aardenburg. Handelingen I
herleefd.
Men schrijft aan de N R.Ct.:
Doopsgezinden zijn vogels van wel
zeer diverse pluimage. Er zijn Barthia-
nen onder hen en aanhangers van de
Oxfordbeweging, piëtisten en oud-mo
dernen, kerk- en vredeleden en bewape-
naars, nationaal-socialisten en S.D.A.P.-
'ers. De vele facetten van ongeestelijk
leven, zij toonen zich ook en misschien
wel bij uitstek in het Immers zoo indivi
dualistische doopsgezinde Nederland.
Van een eigenaardige piëtistische
strooming getuigt een bericht in een der
laatste nummers van de Zondagsbode.
In de gemeente Aardenburg vond de
verkiezing van een nieuw kerkeraadslid
plaats volgens een nieuwe methode. Of
eigenlijkvolgens een heel oude methode
waarvan het oude Testament en Home -
rus in de oudste heidensche overleve
ringen al spreken. Het was namelijk
een verkiezing volgens het lot. Men
wilde volgens het bericht, de geheime
stemming die menigmaal aanleiding gaf
tot zeer onbroederlijke machinaties ver
mijden en greep daarom terug naar
Handeling 1: 23-26. Een vijftal broe
ders, die naar algemeen gevoelen zeer
goed deze functie konden vervullen
werden genoemd. Na gebed werd ge
loot en aldus werd een der broeders
gekozen verklaard.
Een nader bericht in het doopsge
zinde maandblad voor Zeeland „de
Wachter" voegt er nog aan toe, dat
in het gebed aan God gevraagd werd
een der vijf mannen aan te wijzen en
dat toen God gesproken had handge
klap deze hemelsche bestiering beze
gelde.
Een broeder uit Zaandam die toeval
lig aanwezig was, uitte zijn ontroerde
dankbaarheid deze gebeurtenis te heb
ben mogen bijwonen en zeide het als
een voorbeeld te zullen overbrengen
naar de Zaan.
Er is dus kans, al lijkt mij deze kans
voorshands zeer gering, gezien de ge
zonde nuchterheid toch ook weer van
een beter treffen. Het is inspannend
werk, maar meestal loont het wel de
moeite.
Je hebt ontzaglijk veel volharding
en veel liefhebberij in je vak.
Als ik dat niet had, zou ik er
nooit bij gebleven zijn, Nancy. Maar
het is dikwijls toch lang niet alles voor
iemand, die het nog niet zoover gebracht
heeft, dat hij er een steenen hart op
nahoudt.
Faunce was wel al een paar uur aan
het werk geweest en de belangstelling
van zijn vrouw in een bovennatuurlijk
lieve en brave romanheldin en een on-
uitstaanbaren romanheld begon reeds
aanzienlijk te verminderen, toen hij bij
een bevlekten en afgebroken regel kwam,
die zijn onvermoeid geduld beloonde.
In dat met inkt bemorste labyrinth
van regels, ontdekte het geoefd oog
van den detective het volgende:
Een dat m: 27 Maart.
Twee woorden: „wacht mij.
Eenige fiagmentarische lettergrepen:
„Sou-ton".
Drie woorden: „jou altijd liefgehad".
„Je
,uck".
Dit weinige en de inkterlge indruk
van een hand en een harige pen, was
het eenige. dat Faunce vermocht te ont
cijferen op twee vloeibladen.
vele Mennisten, dat dit voorbeeld in
andere gemeenten navolging zal vinden.
Wij spraken er reeds over, hoe in de
oudheid deze methode van beslissen en
verkiezen zeer gebruikelijk was. De
Grieken wierpen de dobbelsteenen voor
het beeld van Pallas Athene of voor
den palm van Apollo. De Arabieren,
de Babyloniërs kenden dit gebruik. In
het Oude Testament valt het lot op Jona
die bij een schipbreuk overboord wordt
geworpen. In het algemeen was het
heilige lot bij de oude Israëlieten een
geliefd mlddt 1 om den wil van Jahwe
te leeren kennen.
In het Nieuwe Testament is er dan 't
verhaal uit Matthias en die van een ze
keren Jozef genaamd Barrabas. Zij ba
den, vertelt vers 27 en zeiden: Gij Hee-
re, Gij kenner der harten van allen, wijst
van deze twee éénen aan, dien Gij uit
verkoren hebt, om te ontvangen het lot
dezer bediening en des Apostelschaps.
OEn, zoo eindigt dit hoofdstuk, zij
wierpen hunne loten en het lot viel op
Matthias en hij werd met algemeene
toestemming tot de elf apostelen ge
kozen.
Zoo viel dan 19 eeuwen later in
Aardenburg het lot op Langendijk. Wat
in het Nieuwe Testament alleen op deze
plaats verteld wordt, wat Augustinus
in het achtste boek van zijn Belijde
nissen ook nog van de christenen in
zijn tijd vermeldt, wat In piëtistische
kringen en bij de broedergemeente van
*m
'K HEB RADION VAAK
HOREN LOVEN
MAAR 'T GAAT MIJN
VERWACHTING
NOG TE BOVEN
(Ingez. Med.)
Dat laatste woordje uck was het be
langrijkste deel van zijn ontdekking.
De brief was onderteekend geworden
met mevrouw Randall's bijnaam Puck.
en Faunce redeneerde bij zichzelf, dat
zij zichzelf alleen aldus genoemd kon
hebben tegenover den kolonel, den min
naar, die haar, naar men hem verteld
had, met Puck aansprak, als hij bijzon
der in zijn humeur was.
Zij zeide, dat zij niet wist, of hij
van Southampton of Liverpool zou ver
trekken peinsde Faunce, en hier heb ik
toch het bewijs in handen, dat zij hem
verzocht, haar in Southampton te wach
ten.
Hij spoorde den volgenden dag naar
Southampton en begaf zich naar het
kantoor van de Amerikaansche stoom
vaart-maatschappij. Als kolonel Ran-
nock zijn plan volvoerd had, moest zijn
passage naar New-York daar gekocht
zijn.
Het bleek Faunce bij ingesteld onder
zoek, dat de kolonel niet naar Amerika
was gegaan met de boot, die hem daar
heen zon voeren.
Na heel wat moeite vond Faunce ein
delijk den jongen man, die kolonel Ran
nock's passage op de „Boston" geboekt
had op Vrijdag. 29 Maart, den avond
voor het vertrek der boot.
Hij kwam hier om zeven uur, toen
de Hernhutters ook later in zwang bleef,
deed hier zijn entree in doopsgezind
Nederland.
Wat wij ervan moeten denken en
zeggen 7 Het gebruik heeft toch wel
zijn bedenkelijke zijde. Allerlei machi
naties bij kerkcraadsverkiezingen knnnen
inderdaad bedenkelijk en onaangenaam
zijn, maar meestal valt dat toch wel
wat mee en komen de bekwaamsten
en geschiksten toch wel naar voren.
Acht men bij de gewone wijze van
verkiezen goddelijke leiding uitgesloten
en wenscht men deze leiding Gods uit
sluitend aan het lot verbonden te zien 7
Schuilt hierin niet een rest van magie
d.w.z. van bijgeloof 7 En wat zijn de
consequenties 7 Wanneer op dezen weg
wordt doorgegaan, waar is dan het
einde 7 Dan zullen voortaan in Aar
denburg (en elders 1) ook de predikan
ten wier werk immers nog zooveel
zwaarder verantwoordelijkheid mee-
biengt en wier keuze zooveel gewich
tiger is dan die der diakenen, bij loting
gekozen moeten worden. Dan moeten
niet door gemeenschappelijk overleg
en volgens advies van gezaghebbenden
maar door het lot de ministers, de
nieuwe dienaren van land en Kroon
gekozen worden. Dan openen zich al
lerlei perspectieven.
Het loten, schreef prof. Gressmann,
de Duitsche theoloog eens, dat in onzen
tijd als toeval wordt beschouwd, heeft
voor het denken van de primitieven en
antieken mensch overal onder goddelijke
leidiDg plaats.
Reptistinatle dus, hier in doopsge
zinden kring 7
De aardappelziekte.
De aandacht van alle belanghebben
den wordt er op gevestigd dat het
wenschelijk is, het optreden van de
aardappelziekte te voorkomen. Dit kan
geschieden door het aardappelloof te
bespuiten met Bordeauxsche pap,
Bourgondische of met andere koper-
houdende middelen
(Nadere gegevens over de bespui
ting zijn te vinden in het Vlugschrift
48 van den Plantenziektenkundigen
Dienst, dat tegen betaling van 4 ets
aldaar verkrijgbaar is).
Te meer vestigen wij dit jaar de
aandacht op het bespuiten van de
aardappelen en speciaal op die van
de vroege aardappelen (Eerstelingen)
in verband met de mogelijkheid van
het kantoor al gesloten was, deelde de
klerk hem mede. Ik was hier aan het
werk en op zijn herhaald aandringen,
maakte ik de zaak voor hem in orde.
Hij kreeg zijn verdiende loon voor zijn
slofhetd, om het nemen van zijn biljet
tot het allerlaatste oogenblik uit te stel
len, want er waren nog maar twee hut
ten beschikbaar de leelijkste van de
geheele boot. Hij pruttelde wel, maar
besprak toch een van de hutten, betaal
de zijn passage, en liet zijn hulpkoffer
achter, die den volgenden morgen aan
boord bezorgd zou wordenEn na dien
avond hebben wij nooit weer iets van
hem gehoord. Hij heeft ons geen enkel
adres opgegeven, maar wij hebben zijn
koffer en het geld van den overtocht
ligt te zijner beschikking. Hij zal dat
wel eens komen opelschen, denk ik.
Was hij alleen?
Hij was wel alleen, toen hij hier
op het kantoor kwam, maar er wachtte
hem iemand buiten in een rijtuig, en ik
geloof, dat die iemand een dame was.
Hij sprak met haar, vóór hij hier bin
nen kwam. en tk hoorde haar zeggen:
blijf daar nu niet den geheelen nacht,
Dick.
Ik dank u zeer voor uw Inlich
tingen, sprak Faunce.
(Wordt vervolgd).