BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens Het afscheid van onzen Burgemeester. FEUILLETON Haar eer gered. 46ste Jaargang Dinsdag 27 April 1937 Nummer 4231 ABONNEMENTSPRIJS Per drie maanden 1 1.25. Buiten Breskens per drie maanden 1 1.40 Franco per post per jaar f 5 00 Buitenland per jaar I 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10.75. Iedere regel meer I0;15. Ingez. Med. 30 ct. per regel Abonnements-advertenties groote korting. Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels 1 0.40 (bij vooruitbetaling) In de Zaterdagmiddag gehouden Raadsvergadering heeft de Edel- Achtbare Heer D. H. van Zuijen officieel afscheid genomen van onze gemeente. Behalve de heer Carels, waren alle leden ganwezig, terwijl op de pu blieke tribune, behalve belangstel lenden, ook de gemeente-ambtena ren aanwezig waren. Na lezing en goedkeuring der no tulen van de vorige vergadering, werden de leden voor het Stem bureau, voor de verkiezing der leden voor de Tweede Kamer, benoemd. Als voorzitter de heer A. J. Cambier (als loco-burgemeester) en tot le den de heeren N. A. Bins en C. Tazelaar, terwijl de overige raadsle den en de heer J. A. Eekhout als plaatsvervangende leden werden be noemd. Een gedeelte grond in het Molen 53. 0 Dit, EdelAchtbare, zou op zich zelf reeds voldoende zijn, hernam Sir Joseph Jalland, als het niet drin gend noodzakelijk was, dat de vuige laster in dit vod van een krant, dit zeggende sloeg hij met zijn vuist op de „Bon Ton," openlijk als een laaghartige leugen gebrandmerkt werd, en om dien laster voorgoed den kop te verpletteren en het be wijs te leveren, dat Lady Perivale niet kolonel Rannock's echtgenoote is geweest, zal ik u de persoon laten zien, die wel met hem gereisd heeft. Kate Delmaine verscheen thans in de getuigenbank, elegant gekleed, evenals Lady Perivale, in een zwarte japon en een toque van sabelbont op het hoofd. Een gemompel van verbazing ging door de zaal en overal hoorde men opgewonden fluisteren en pra ten. In het grauwe licht van den som water zal aan het Waterschap Groot en Klein Baarzande verkocht wor den, zoodat de zich daar bevindende weg dan weer in zijn geheel op pol- dergrond ligt. Eenige leeningen worden her plaatst op gunstiger voorwaarden. Een ingekomen brief van den Commissaris der Koningin, waarin wordt medegedeeld dat aan den Burgemeester eervol ontslag is ver leend als Burgemeester der gemeen te Breskens, met ingang van 26 April 1937, met dankbetuiging voor de vele diensten door hem in die betrekking bewezen, wordt voorge lezen. Hiermede was de agenda afgehan deld. Hierna richt de Burgemeester zich tot de aanwezigen en zegt thans een van de moeilijkste werken in zijn leven te moeten verrichten, n.l. afscheid nemen van zijn Bressiaan- ders. an al de Raadsleden, die bij mijn, nu ruim 26 jaar geleden in stallatie, zitting hadden, is geen een meer aanwezig. Niemand van hen zit hier meer. En toch, het is of het den dag van gisteren was. In mijn gedachten teruggaand en een blik in het verleden werpend, denk ik aan Wethouder Weijkman, die 40 jaar lang die taak vervulde. Ook met de Hulster heb ik lang mogen samenwerken. Hulde breng ik hier nog aan de nagedachtenis van den Secretaris Niermans, met wien ik zoo lang heb mogen sa menwerken. Ook met de beide oud-Wethou ders du Burck en van de Sande heb ik prettig mogen samenwerken. Denkend aan de verwachting, bij mijn installatie uitgesproken, dat ik aan de bloei eri uitbreiding der ge meente mocht medewerken, mag ik met "dankbaarheid op de afgelegde taak terugzien. Immers, onze gemeente is in zie lental belangrijk uitgebreid en van 2200 tot 3300 gestegen, wel is hier aan debet de annexatie van een ge deelte van Groede, na werken van 10 jaar. Verder zijn er veel veranderingen en verbeteringen tot stand gekomen, waaraan het Gemeentebestuur met hun Voorzitter een werkzaam aan deel heeft gehad. Ook buiten hun werkzaamheden is veel verbetering tot stand gekomen. Ik noem hier de verbouwing der school,, de nieuwe kerk, de havenwerken, enz. Het uitbreidingsplan, waaraan Secretaris en Wethouders veel werk hebben gehad. Nu het aanhangige Streekplan, waarbij Breskens en de kust zich gunstig kunnen ontwikke len. Ook denk ik terug aan de in 1925 alhier gehouden groote Ten toonstelling van Ooft- en Tuinbouw, welke, door de prettige samenwer king, een gulden bladzij in de ge schiedenis van Breskens heeft ge grift. Voorts de gehouden Jaarbeurs, welke zoo roemvol voor onze ge meente is geweest. Voorts de ontwikkeling der ver schillende vereenigingen, zooals de Muziek, het Groene Kruis, deV.V.V. enz. Na deze veelzijdige ontwikkeling moet ik hier gewag maken van de beren Novemberdag geleek de ge tuige wel Grace Perivale's dubbel gangster. Kate Delmaine I Onder de rech ters en ook onder de toeschouwers waren er verscheidenen, die zich nog wel Kate Delmaine van vroeger her innerden een schoondochter van den eersten rang, wier betooverende glimlach menigeen het hoofd op hol had gebracht. Zij hadden haar ge zien, bewonderd en vergeten. En nu verrees zij daar voor hun oogen als de schim van hun eigen jeugd. Zoudt u mij willen zeggen, juffrouw Delmaine, vroeg Sir Jo seph met de grootste kalmte, waar li geweest bent van 7 tot 25 Fe bruari van dit jaar? In het Mekka-hótel te Algiers. Alleen "Neen, met kolonel Rannock. Waart u voor dien tijd niet op Corsica en Sardinië? Ja. Ook met kolonel Rannock? Ja. En in welke hoedanigheid reis de u met hem samen? Deze vraag verwekte onder het publiek een gesmoord gelach en de jonge meisjes wijdden plotseling al groote activiteit der tegenwoordige Wethouders. Ik geef hun de ver zekering, dat hun prettige samen werking mij steeds in aangename herinnering blijft. Ik gedenk ook de prettige samenwerking met de ambtenaren, vooral de Secretaris, met zijn buitengewone bekwaamheid, de heer Eekhout. als Ambtenaar, die het vele werk met liefde vervult, de Gemeente-Architect, die zijn, vooral de laatste jaren, zware arbeid vervult. .Allen hartelijk dank voor de groote medewerking. De Veldwachter en alle overigen, die een taak voor de Gemeente ver vullen, dank. En U allen. Raadsleden, ben ik dankbaar voor de vriendschap en prettige samenwerking, en, mochten eens scherpe woorden zijn gevallen, nu ik wegga, is het met de beste ge voelens van vriendschap. Ik laat in Breskens geen enkele vijand achter. Het zijn en blijven mijn vrienden. Ik blijf Bressiaander, zoolang ik leef. Ik hoop van harte dat het de Ge meente goed moge gaan en dat zij in groei en bloei moge toenemen. Voor het laatst wensch ik, dat U me de Breskensche typen later zal mogen laten zien, als ik eens de groote laatste reis naar Breskens moet maken, want in Breskens wil ik rusten. Hierna nam de eerste Wethouder, A. J. Cambier, het woord en sprak den scheidenden Burgemeester toe: Hooggeachte Burgemeester, Niemand onzer had kunnen den ken, toen wij U op 4 April van het vorig jaar gehuldigd hebben met Uw 25-jarig jubileum, dat wij reeds een jaar later afscheid van U zouden moeten nemen. Wij wisten allen dat ingevolge de wet Uw ambtsperiode niet lang meer zou duren, maar dit vertrek is ons toch min of meer overvallen. Het zij er evenwel verre van dat wij U dit euvel zouden duiden. In tegendeel, zijn wij er van overtuigd, dat de rust, welke U thans gaat ne men, welverdiend is, en die wordt U door ons van harte gegund. Toch willen wij U niet verhelen, dat wij U in den voorzitterszetel van dit College zullen missen. Wij zullen missen de groote erva ring welke U in 26 jaar hebt ver kregen. Wij zullen missen de grondige kennis, welke II hebt van personen hun aandacht aan hun moffen en kanten zakdoekjes. Wij reisden samen als mijnheer en mevrouw Randall, gaf Kate Del maine ten antwoord met een blik, die al de rechters uitdaagde het erg ste van haar te denken. Dus u reisde met kolonel Ran nock samen als zijn vrouw, onder den „nom de guerre" van Randall? Ja. En kunt u mij ook zeggen, juffrouw Delmaine, waar kolonel Rannock thans is? De getuige had van den beginne af aan haar verklaring op een ge jaagde en min of meer gemelijke manier afgelegd. De blos op haar wangen was een koortsblos en geen rouge, zooals de meesten in de zaal aanwezigen dachten. Haar oogen wa ren onnatuurlijk schitterend prach tige oogen, die af en toe toornig flikkerden. Zij had zich in haar volle lengte opgericht, alsof zij de verachting der wereld tartte, maar het scheen wel, dat zij te veel van zichzelf gevergd had. Zij keek we zenloos om zich heen, werd doods bleek en viel bewusteloos neer, voor zij had kunnen antwoorden op de haar gedane vjraag, die geen betrek en toestanden in onze gemeente. Wij zullen missen het jeugdig vuur en het enthousiasme dat U zoo dik wijls wist te toonen. Wij zullen missen de wijze waarop U zoo tallooze malen de raadsver gaderingen hebt geleid. Uw verdiensten als burgemeester dezer gemeente mocht ik reeds het vorige jaar in deze vergadering breedvoerig uiteen zetten, en er aan herinneren, wat U in de afgeloopen jaren hebt helpen tot stand brengen. Er is veel in die jaren gebeurd, en toch zullen wij ons allen nog le vendig herinneren, dat U voor het eerst als burgemeester voet op Bres kens' bodem zette, en door saluut schoten werd verwelkomd. En thans dit afscheid, dat onge twijfeld voor U en voor ons iets weemoedigs heeft. Het doet ons gedenken, dat ieders taak vroeg of laat een einde neemt, en een ander komt om onze plaats in te nemen. Het is mij een eer, burgemeester, U namens de raadsleden met een kort woord te mogen dankzeggen voor al het goede, dat U voor deze gemeente wist te bereiken, en de aangename en prettige omgang, wel ke wij steeds met U mochten heb ben. De Raad van deze gemeente wenscht U van harte toe, dat U nog vele jaren zult mogen genieten van de ambtlooze periode, welke U thans tegemoet gaat. Het zou ons genoegen doen, in dien U aan Uw Breskensche periode aangename herinneringen zoudt wil len bewaren, en Uw geliefd Bres kens niet geheel en al zou willen vergeten. Wij bezitten in de plaquette, wel ke beneden in de hal is aangebracht» een welkome gelegenheid, om U in onze gedachten terug te roepen. Hierna sprak de Secretaris na mens de ambtenaren: Mijnheer de Burgemeester, Gaarne wil ik namens "de ambte naren een afscheidswoord spreken en U in de eerste plaats hartelijk dank zeggen voor Uw waardeering voor ons werk. In onze herinnering zult ge als een joviaal leider voort leven. De waarheid van het woord der dichters, dat „vertrekken" altijd een beetje „sterven" is, voelen wij ook nu. Uw leven als burgemeester ein digt vandaag, maar gelukkig blijft ge voortleven als koopman en als king had op de zaak en niet gesteld had mogen worden. Een gedienstige geest kwam da delijk met een glas water aanzet ten en de getuige werd de zaal uitgedragen. De zitting werd opgeheven, om den rechters de gelegenheid tot lunchen te gunnen. Het nieuwsgie rige publiek bleef waar het was, eau-de-cologne ruikende, chocolaad knabbelend, hongerig, en geeuwend door gebrek aan frissche lucht, maar vastbesloten, den afloop af te wach ten. Het was voor de meesten een bit tere teleurstelling, toen Sir Joseph Jalland, zoodra de rechters hun vo rige plaatsen weer hadden ingeno men, den president mededeelde.dat de heer Brown Smith zich bereid had verklaard, amende honorable te doen voor het beleedigend artikel in zijn blad, en dat zijn cliënte daar genoegen mee nam. De president gaf zijn goedkeuring over dit besluit te kennen. Als Lady Perivale de aanklacht heeft ingediend, pm haar karakter van een onverdienden blaam te zui veren, heeft zij alle reden, om vol daan te zijn, en kan zij zich ook zonder bezwaar verder in dezen grootmoedig betoonen, zeide Zijn EdelAchtbare. De beklaagde zou zijn veront schuldiging laten drukken in zijn eigen blad en alle andere kranten, die Sir Joseph hem zou opgeven. Hij zou al de nog onverkochte num mers, waar het geïncrimineerde ar tikel in stond, vernietigen, en hon derd guinjes geven aan een liefda dige instelling, door de aanklaagster aan te duiden. Alleen aan Lady Perivale's ver trouwden raadsman, mijnheer Har ding, en aan John Faunce was het bekend, dat de beklaagde geen zier armer zou worden, noch door deze honderd guinjes, noch door de kos ten van het proces. Er was integendeel een aanzienlijk bedrag te zijnen behoeve bij zijn bankier gedeponeerd door mijnheer Faunce voor het smaadschrift, ge schreven door voornoemden John Faunce en niemand anders, in dezen bijgestaan door een der dames, die de causerieën in de Bon Ton schreef. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1937 | | pagina 1