BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. Haar eer gered. VrQdag 1 Januari 1937 Nummer 4199 rschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens EERSTE BLAD. o FEUILLETON Raadsvergadering te Breskens. o— .46ste Jaargang ABONNEMENTSPRIJS: Per drie maanden I 1.25. Buiten Breskens per drie maanden I 1.40 Franco per post per jaar f 5.00 Buitenland per jaar 6.50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer 10; 15. Ingez. Med. 30 ot. per roqei Abonnements-advertenties groote korting. Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels 0.40 (bij vooruitbetaling) Dit nummerbestaatulttwee bladen De Vorstelijke verloving, de Residentie de Feestdagen. en Donderdagavond is de eigenlijke trek naar de Residentie begonnen en hoewel gr na den teewden Kerst dag vanzelfsprekend eenige „opluch ting" in de overvolle straten van Het Haagje kwam, is en blijft het schitterend versierde paleis in het Noordeinde tot na 7 Januari het middelpunt van Nederland en zijn koloniën. Juist dezer dagen hebben wij het weer zoo goed kunnen op merken: onze landgenooten beschou wen de verloving en het a.s. huwe lijk van onze beminde Prinses met den sympathieken Prins Bernhard als een groot familiefeest. En geen Nederlander, die het maar even doen kan, wenscht van dit feest weg te blijven. Niet slechts uit Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Haarlem, Delft of Leiden, maar ook uit het hooge Noorden en van beneden de Moer dijk stroomden en stroomen de feestgangers naar de Residentie. Op den Tweeden Kerstdag b.v., toen de officieele en particuliere feestver lichtingen brandden, heerschte er in de binnenstad zulk een enorme druk te, dat men zich niet anders dan voetje voor voetje kon voortbewe gen. Het weer hielp overigens niet mee, want een dikke mist, die wei nig aangenaam aandeed, hing in de straten. Maar wat trekt men zich daarvan aan, als het harte warm is? En de vele smaakvolle versieringen leden -geenszins onder den nevel, in tegendeel, het geheel werd er nog sprookjesachtiger door. De Groen markt, een van de drukste en mooi ste gedeelten van de stad, waar o.a. de kerk en het stadhuis zijn gelegen, waarin het vorstelijk huwelijk zal worden voltrokken, had met zijn hooge lichtmast, waaraan slingers van lichtende oranjebollen bevestigd zijn, in den mist werkelijk iets bo- venaardsch. En niet minder stralend zijn de vier lichtfonteinen op den Vijverdam, die hun fonkelend licht in het water van den schoonen Hof vijver laten weerspiegelen. Waar men overigens ook komt, op het aloude Voorhout, in dedruk- 21. 0 Mijnheer Harding keek haar vra gend aan. Hij was een forsch ge bouwd man van omstreeks zestig jaar, met een breed hoog voorhoofd en een gelaat, dat bepaald eerwaar dig was geworden, sedert zijn zand kleurig haar en roodbruine baard zilverwit waren. Ik heb niets gehoord, wat u betreft, Lady Perivale, zeide hij. - Dan zal ik maar beginnen met het begin. Het is een vervelende historie, maar tevens zoo onzinnig, dat ik er bijna om zou kunnen lachen. Daarop deelde zij hem mede, welk ^en bejegening haar van de zijde h»rer kennissen ten deel was geval len bij haar terugkomst in Londen, en velk gerucht omtrent haar in omlovo was. Hij luisterde aandachtig en sciudde af en toe het hoofd. E* hebt u werkelijk niets van al die ptiatjes gehoord? Hoegenaamd niets. Mijn vrouw ke winkelstraten (Wagenstraat, Hoogstraat, Spuistraat enz.) overal raakt men onder den indruk van het schoone, dat hier gewrocht is. Ja, de Residentie heeft er werkelijk blijk van gegeven, te weten, wat het aan zijn vorstenhuis en de vele tienduizenden gasten verschuldigd is. Den Haag plukt trouwens rijke vruchten van zijn goede zorgen; in café's en restaurants wordt het geld dezer dagen met handenvol naar bin nen gesmeten. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat zitten de groote zaken tjok en tjokvol met lieden, die eens even uit willen blazen van hun tocht langs de verschillende illuminaties. Een woord van eer komt in deze dagen toe aan de Haagsche ver keerspolitie, die zich door de enorme drukte niet het minst van de wijs laat brengen en de ontzaglijke men- schenstroom aan touwtjes in de hand schijnt te hebben. En ook de Nederlandsche Spoor wegen verdienen -een pluim op den hoed. Uit alle streken van het land legde en legt men goedkoope trei nen in; voor de eerstvolgende dagen staan er weer verschillende goed koope reisjes naar de Residentie op het programma. En deze extra-trei nen vertrekken eerst 's avonds weer uit Den Haag, zoodat men ruim schoots gelegenheid- heeft om de versierde Hofstad te bekijken. Waar het minder vlot mee gaat, dat is met den verkoop van plaatsen langs den weg, die de Huwelijksstcet volgt. Waarschijnlijk vindt men over het algemeen de prijzen te hoog en nu moet worden toegegeven, dat vele plaatsenverhurende Hagenaars -erin den beginne maar een slag naar geslagen hebben en inderdaad prij zen vroegen, die in geen verhouding stonden tot de hoogte, die men als recht en billijk zou kunnen beschou wen. Onder den druk van de geringe vraag is er echter in dezen toestand al spoedig verandering gekomen en voor een -gulden of tien krijgt men op het oogenblik een goede plaats. Dit lijkt misschien nog niet zoo heel weinig, maar men moet bedenken, dat de Hagenaars vrij groote on kosten hebben gemaakt. De ver schillende tribunes die men gebouwd heeft, zitten stevig in elkaar. Daar heeft Bouw- en Woningtoezicht voor gezorgd. Ongelukken zijn dus zoo goed als uitgesloten. Maar dit alles kost natuurlijk vrij veel geld. De officieele tribunes b.v. kosten alleen en ik hebben alleen conversatie met onze naburen en in Beckenham we ten wij niet, wat er al zoo in Londen gebabebld wordt. Wij bepalen ons in ons discours voornamelijk tot plaatselijke of kerkelijke aangelegen heden. Ik spreek nooit over mijn cliënten, zoodat niemand kan ver moeden, hoeveel belang ik in u stel. En in mijn goeden naam, mijn heer Harding, die mij boven alles gaat. U moet mij in dezen raden. Wat moet ik doen? Joseph Harding keek ernstig pein zend voor zich uit. Het is een lastige kwestie, zei- de hij na een poos stilte. Heeft er iets van in de krant gestaan een of ander beleedigend bericht in de kolommen, die aan allerlei beuzelachtige personaliteiten gewijd zijn? Ik bedoel hier natuurlijk niet mee, dat ik dit op zichzelf beuzel achtig vind. Ik heb er niets van gelezen in een van de kranten. Als er iets van had ingestaan, zou mijn vrien din, die letterlijk overal komt, er wel iets van gehoord hebben. Mijnheer Harding bleef eenige oogenblikken het stilzwijgen bewa ren en streek peinzend met zijn lan- reeds aan pacht en bouwkosten f 160.000. Maar of er nu veel of weinig plaatsen verhuurd worden, een con clusie kan men uit de drukte van deze dagen reeds trekken: op 7 Jan. zal een groot deel van Nederland zich te 's-Gravenhage vereenigen om in groote eensgezindheid het vorste lijk huwelijk te vieren. En is in deze gebleken eensge zindheid aller landgenooten geen re den gelegen, om tevens het jaar 1937 met optimisme tegemloet te zien Donderdagavond vergaderde de Gemeenteraad onder voorzitterschap van den Burgemeester. Afwezig met kennisgeving de heer L. Lijk. De notulen der vorige vergadering worden onveranderd goedgekeurd. Enkele ingekomen stukken en mede- deelingen worden zonder verdere discussies aangenomen. Over het agenda-punt Personeele belasting zegt de heer VASSEUR, na ingewonnen inlichtingen bij Weth. Bins, met het voorstel van B. en W. accoord te kunnen gaan. Weth. CAMBIER: Eenerzijds had ik gedacht dat bij het behandelen ,van de post opcenten personeele be lasting de heer Vasseur zijn excuus zou aangeboden jhebben, gezien het windgepraat door (h,em gedaan in een vorige vergadering. Hij trok daarbij van leer alszou het van B. en W. de opzet geweest zijn de minder gesitueerden nadeeliger te behandelen dan de beter gesitueer den. 't welk gezegde kant noch wal raakte. Als de heer Vasseur, alvo rens met dergelijke voorstellen in den Raad ter tafel te komen, zich eens op de daarvoor aangewezen plaats op de hoogte liet stellen, dan zou veel nutteloos gepraat achter wege kunnen blijven. Is het mis schien met Jiet oog op de publieke tribune, gezien het gesprokene door den heer Vasseur, door de verslag gever der Breskensche Courant met vette letters is afgedrukt, Voor mij evenaart politiek nog altijd gelijk met de vuile wasch. Daarom ver zoek ik den heer Vasseur alvorens met voorstellen te komen zich eerst op de hoogte te stellen in welke si ge, dunne vingers door zijn grijzen baard. Hebt u kolonel Rannock al gezien of gespro-ken, sinds dit praatje de ronde doet? vroeg hij. Neen. Kolonel Rannock is in het Rotsgebergte. Zou ik hem moe ten ontvangen, als hij in Londen was? Zeer zeker niet, Lady Perivale, maar als hij binnen uw bereik was, zoudt u een afgezant knunen sturen bijvoorbeeld mij, als uw rechts geleerden raadsman om hgm te sommeeren, het lasterlijk -gerucht te gen te spreken en uw gemeenschap pelijke kennissen te verzekeren op een waardige manier, dat u niet zijn reis-genoote bent geweest. Hij zou dit niet kunnen weigeren, ook al zou hij het onaangenaam vinden om den wille van de dame, met wie hij wèl heeft gereisd -en die hij allicht daardoor zou kunnen compromittee- ren. Ik zou alles ter wereld willen geven, om te weten te komen, wie dat schepsel is, barstte Grace los. Ze moet zóó sprekend op mij ge lijken, dat wel drie of vier verschil lende menschen verklaren, dat zij mij gezien hebben mij op drie of vier verschillende plaatsen. tuatie deze verkeeren, daar ik meen dat windgepraat <och niet altijd doel- bereikend is. Wat is door den heer Vasseur niet over de begrooting 1937 ge praat en wat was het resultaat dat deze ongewijzigd met algemeene stemmen, ook die van Vasseur, werd aangenomen, met uitzondering van Weth. Bins die tegen de post ambte naar Burgerlijke Stand stemde. De heer VASSEUR kan de woor den van den heer Cambier niet kwa- lifiseeren en vindt het pijnlijk dat deze zich in de openbare vergade ring zoo Jheeft uitgelaten. Spreker is er zich niet van bewust dat zijn woorden windgepraat, dus nutteloos geweest zijn en vindt dat er toch wel iets bereikt is geworden. Bo vendien komen de raadsleden toch ter vergadering om hun meening te zeggen, ook al is die dan eens an ders dan de meening van B. en W. Men vertegenwoordigt hier de ge meentenaren en ,voor hun belangen dient men op te komen. Als men zijn mond -moest houden, kon men wel thuisblijven en zou men van dictatuur kunnen spreken. De heer ,NOTEBAART steunt den heer Vasseur, door er op te wijzen dat er wel degelijk iets be reikt is, wat Weth. CAMBIER ech ter ontkent. Alg. Politieverordening. De heer Iz. VERDUIJN heeft B. en W. een voorstel gedaan tot wijziging van de Algemeene Politie verordening, n.l.Het is verboden in een drankwetlocaliteit of in het openbaar: a. te dansen, anders dan op 1 Januari en de kermisdagen t.w. den eersten Donderdag, Vrij dag en Zaterdag in de maand Juli; b. een uitvoering, voordracht of andere vermakelijkheid of feestelijk heid te igreven, behoudens schrifte lijke vergunning. De heer VER DUIJN verdedigt zijn voorstel en wenscht paal en perk te stellen aan de uitspattingen waarin b.v. de z.g. „bals" ontaarden. HJj acht dit niet alleen van persoonlijk maar zeer ze ker ook van sociaal belang. Het geld dat de gezinnen zoo noode kun nen missen wordt'bij dergelijke ge- leg-engheden nutteloos weggesmeten. Hierom en om de naam van onze gemeente, die zoo langzamerhand, ook ver .er buiten, om dergelijke uitspattingen berucht is geworden, heeft spreker zijn voorstel gedaan. De VOORZITTER wijst er op Neen, ik ken niemand, die op mij lijkt. Mijnheer Harding blikte haar ern stig glimlachend aan. Neen, er wa ren voorzeker niet veel vrouwen als zij. Die geestige, gevoelige oogen de gouden oogen dat weelderige bruine haar, die onberispelijk ge vormde oogleden met de lange wim pers, die fijn besneden neus en korte bovenlip, de kin met dat schalksche kuiltje en die blanke, gevulde hals neen, van zulk een vrouw was niet zoo gemakkelijk de weerga te vinden. Het eerste en gewichtigste, dat ons te doen staat, Lady Perivale is den naam uit te vorschen van de dame, die men voor u heeft aange zien, sprak Joseph Harding ernstig. Ja, ja u hebt gelijk, stemde zij gretig toe. Wilt u dat voor mij doen? Dat gaat moeilijk. Met derge lijke dingen laten wij ons nooit in. Maar in zulke kiesche aangelegen heden als deze heb ik wel eens ik mag wel zeggen, al heel dikwijls met succes gebruik gemaakt van de diensten van iemand, dien ik u met een gerust hart kan recomman- deeren. Als u hem op de hoogte wilt brengen van alles en alles, zooals dat men in een havenplaats als Bres kens gelegenheid moet hebben zich te. amuseeren en verschilt van mee ning met den heer Verduijn. Er is iedere caféhouder gelegenheid ge geven één maal per jaar een bal te houden wat spreker niet veel vindt. Maar indien de Raad zulks wenscht is hij gaarne bereid deze vergunningen niet meer te verleenen. De heer VAN DE SANDE vindt het een schande, dat men het wei- nigje amusement dat er is nu nog wil verbieden. De ouders kunnen hun kinders toch verbieden er heen te gaan. Ieder is niet in de gelegen heid zijn vermaak elders te zoeken, zoodat de eigen plaats wel wat mag bieden. Hij vraagt zich af of het zoo'n zwendel is en wijst er op dat er toch politie is. De heer VERDUIJN antwoordt door allereerst te verzekeren dat de bals wel in uitspattingen ontaarden en wil liever niet in woorden (uitdruk ken wat er zoo van 1 uur tot half vier 's nachts te hooren en te zien is. En dat de ouders sterk genoeg moe ten zijn hun kinderen er vandaan te houden is heel moeilijk daar de aantrekkingskracht van dergelijke gelegenheden te groot is. Van ver schillende niet Christelijke ouders heeft Verduijn gehoord, dat zij niets liever wenschten dan op te houden met het geven van Zaterdagavond bals. B. en W. doen het volgende voor stel: De burgemeester is bereid, wan neer de raad dit Wenscht, geen dansvergunningen te geven voor Za terdagen of andere dagen wanneer daar geen bijzondere aanleiding voor bestaat. De heer VERDUIJN kan met dit voorstel accoord gaan. Het is hem er om te doen dat de ongewenschte toestanden ophouden. De heeren Ca- rels. Bins en De Kruijter steunen den heer Verduijn en wenschen ook dat er een einde aan gemaakt wordt. De heer NOTEBAART vindt stemming overbodig daar de burge meester toch vergunning tot druisen kan geven. De VOORZITTER echter stelt er prijs op de uitspraak van de Raad te hooren opdat hij zich daarnaar richten kan. De heer VASSEUR wil de oplos sing zoeken in een vervroegd slui tingsuur. Hij kan best verdragen dat degeen die dat wil doen een dansje maakt maar ook hij wil aan de her- u mij hebt gedaan, en hem zooveel mogelijk vertelt van kolonel Ran nock, zijn familieomstandigheden, eigenaardigheden, gewoonten. Ja zeker, als ik er maar vast van op aan kan, dat hjj een betrouw baar persoon is. Is hij een advocaat? Advocaten doen zulke werkjes niet. Mijnheer Faunce is een detec tive, vroeger verbonden aan Scot land Yard, maar sedert een paar jaar particulier als zoodanig werk zaam. Ik weet, dat hij onschatbare diensten heeft bewezen, in zeer ne telige familiekwesties. Hij zal uw geval stellig „con amore" behande len. Dat is juist iets voor hem. Wilt u zoo vriendelijk zijn, hem bij mij te sturen als het kan nog vanavond. Wij mopten geen uur ver loren laten gaan. Ik zal dadelijk een telegram aan hem zenden. Het kan echter best wezen dat hij niet in stad is. Hij moet veel reizen en trekken, dat brengt zijn beroep mede. Het is dus zeer wel mogelijk, dat u nog een poosje zult moeten wachten, vóór hij zich aan uw zaak kan wij den. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1937 | | pagina 1