BRESKENSCHE COURANT Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D. Winnifred de Pelskoningin. Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. 50895 Uityave E. BOOM-BLIEK - Breskens EERSTE BLAD. 3eweexv\e ^vesVexi^ Het probleem van de 40-urige werkweek. FEUILLETON 45ste Jaargang Vrijdag 7£Augusttis 1936 Nummer 4159 ABONNEMENTSPRIJS: Per drie maanden I 1.25. Buiten Breskens per drie maanden I 1.40 Franco per post per jaar f 5.00 Buitenland per jaar I 6 50 Alles bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEPRIJS Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer f 0; 1 5. Ingez. Med. 30 ct. per regel Abonnements-advertenties groote korting. Nlelne Advertenties tot hoogstens 5 regels I 0.40 (bij vooruitbetaling) Dit nummerbestaat uit tweebladen TARIEVEN RAAD VAN ARBEID. Ten Gemeentehuize ligt een over zicht der verlaagde premièn voor de verplichte ziekteverzekering ter inzage. 0 De laatstelijk in Juni gehouden in ternationale 'arbeidsconferentie heeft in verschillende kringen weinig be vrediging geschonken. Kon men tot dusverre voornamelijk teleurstelling over het verloop van zaken bemer ken in kringen van werkgevers, de laatste arbeidsconferenttie heeft voor al ook onder de vertegenwoordigers van de arbeidsorganisaties aanlei ding tot bittere opmerkingen gege ven. Voor een goed deel is dit te wijten aan het verloop van de dis cussies en de negatieve beslissingen ten aanzien van de invoering van een 40-urige werkweek in verschil lende bedrijfstakken. Maar naast deze materieele oorzaak, houdt de critiek zich toch ook roet de in Ge- nève gevolgde procedure bezig. De Belgische socialistische arbeidersaf- gevaardigde, de heer Mertens, heeft er bij de discussies over het rapport van den Directeur te Genève al van doen blijken; z.i. moet een groot ge deelte van de ontevredenheid aan de procedure der dubbele lezing worden geweten en hij opperde het denkbeeld om1 weer naar de metho de van de enkelvoudige discussie en behandeling van zaken in een keer terug te keeren. De Directeur van ihet Internationaal Arbeidsbureau Iheeft er bij dat de bat reeds op gewezen, dat deze ver andering van procedure de verlang 74. Roman van i- h. courth's-mahler met autorisatie uit het Duitsch vertaald door Mevr. J. P. WESSELINK-v. -Rossum 0 „Ja, beste vader, ik Tieb goed en rustig geslapen en voel mij nu weer heelemaal goed. Ik was door het avontuur wat uit mijn evenwicht ge raakt ik heb in mijn opwinding zeker allerlei gezegd, wat ik beter had gedaan te verzwijgen". Hij streek zacht over heur haar. „Heb je er spijt van, dat je je vader alles hebt toevertrouwd, wat je voelt?" Zij bloosde plotseling. „Ik vrees, dat ik u verontrust'heb of dat ik u tegen Mr. Salten heb ingenomen". „Dan kan ik je geruststellen. Je behoeft voor niets vrees te hebben. Salten was den ganschen tijd bij mij. Wij hebben over veel samen gespro ken". de uitkomst toch niet kan brengen. Weliswaar vinden in de conferentie thans herhaaldelijk dubbele discus sies twee jaren achtereen plaats, maar zulks vindt zijn oorzaak in de omstandigheid, dat men toch, alvorens een onderwerp in de alge- meene conferentie aan de orde te stellen, het oordeel van de verschil lende regeeringen wil inwinnen. Zou de meening van een groot aantal Staten bij voorbaat afwijzend zijn, dan ware het nuttelooze moeite het bepaalde onderwerp op de agenda voor een conferentie te plaatsen. En eenmiaal aangenomen, dat men "het oordeel van de regeeringen wil in winnen, zit er ntet veel anders op dan een of anderen vorm van preli minaire discussie te behouden. Wil mien de arbeidsconferentie besparen zich in twee achtereenvolgende jaren roet dezelfde discussies bezig te houden, dan zal men, naar het ad vies van den directeur, technische conferenties moeten bijeenroepen. Op het oogenblik kan men intus- schen vaststellen, dat men behalve besprekingen in z.g. technische of préparatoire conferenties bovendien nog dubbele discussies jn dei arbeids conferentie houdt; dit lijkt ons wel in hooge mate onbevredigend. Er is intusschen aanleiding om iets dieper in de procedure, die te Genève gevolgd wordt, te treden. Men is er niet rnlede af om, gelijk dh heer Mertens doet, de teleurstelling terug te brengen tot de fout van pro cedure. De oorzaak zit dieper. En juist bij de behandeling van het pro bleem van de 40-urige arbeidsweek heeft zich dit ten duidelijkste ge demonstreerd. Had men zich bij de behandeling van dit onderwerp maar tot een dubbele discussie bepaald. Maar allen, die de pogingen van Genève, om op dit gebied toch voor al iets tot stand te brengen, hebben gevolgd, weten, dat men ter arbeids conferentie wel vier- of vijfmaal het zelfde onderwerp herkauwd heeft Eerst heeft men gepoogd, het vraag stuk langs den weg van een alge- meene conventie af te doen. Toen zulks mislukte, is men den weg der afzonderlijke conventies voor bepaal de bedrijfstakken (mijnindustrie, ijzer- en staalindustrie, bouwbedrij ven, textielindustrie) opgegaan, maar nauwelijks was dit onderwerp aan de orde gesteld of uit den boezem van de conferentie kwam toch weer een voorstel voor een algemeene con „Vader u heeft hem toch om 's hemels wil niet verteld, wat ik u heb toevertrouwd?" „Neen, Winni ik heb hem niets gezegd, wat hijzelf niet wist. Ik heb zelfs niet gezegd, dat je mij iets hebt toevertrouwd. Maar ik heb met hem over zijn verleden en zijn toe komist gesproken. Wat zijn verleden betreft daarover behoeven wij ons geen zorgen te maken. Daarin is voor mij alles rein en duidelijk. Er is hem niets te verwijten". Haar oogen straalden. „O, dat wist ik. En zijn toekomst, vader? Wat heeft u daarover besloten?" „Hij zal den eersten April naar Montreal komen en in mijn onder neming een voor hem passende po sitie krijgen, die hem in staat zal stellen in onze kringen te verkeeren. Je zult hem kunnen zien en spre ken zooveel je wilt. En als je ge voelens niet veranderen, dan zal er geen hinderpaal tusschen jullie lig gen. Maar je bent nog te jong om te weten, of zulk een gevoel on wankelbaar is. Je kunt nog geen va^fe besluiten over jezelf nemen" „Ik zal nooit van gedachten ver anderen," zei zij ernstig en vast. „Nu goed, dat zal de tijd leeren. Ik verlang van je, dat je tot je twin tigsten verjaardag wacht, voordat je ventie, waarin het principe van de 40-urige werkweek, met behoud van den bestaanden levensstandaard voor de arbeiders, was neergelegd. Toen deze conventie was aange nomen, drongen de vertegenwoordi gers van de arbeiders er op aan, dat men met de behandeling van de verkorting van den arbeidstijd voor de onderscheidene bedrijfstak ken spoed zou betrachten; reden waarom zij meenden, dat de dis cussie in één enkelvoudige lezing, dat wil dus zeggen met afwijking van de in het reglement vastgelegde procedure, zou afloopen. Maar toen daartoe was besloten en de betref fende conventies het niet tot de ver- eischte meerderheid van tweederden van de uitgebrachte stemmen kon den brengen, betrad de heer Michelis, de vertegenwoordiger van de Ita- liaansche regeering, de tribune om voor te stellen, dat men nu net zou doen, alsof er niet besloten was tot enkelvoudige lezing, en dat men de discussies van dat jaar (het was in 1935) als een eerste behandeling van het betreffende onderwerp zou beschouwen. Wat tot de conclusie leidde, dat men dus het volgend jaar, d.w.z. 1936 opnieuw een en dan een z.g. tweede lezing van de conventie tot verkorting van den arbeidstijd in de betreffende in dustrie zou doen houden. Wie nu gedacht had, dat bij die tweede behandeling dit jaar toch in elk geval de discussies een einde zouden nemen, had alweer buiten den waard gerekend, want toen ook nu enkele conventies de vereischte meerderheid van twee derden niet verkregen, kwamen enkele regee- ringsvertegenwoordigers op de ge dachte om het nu maar weer eens langs den weg van technische con ferenties te gaan probeeren. Zoo aan schouwt men dan b.v. ten aanzien van de mijnindustrie deze merk waardige figuur, dat terwijl er, vóór dat de verkorting van den arbeids duur in de mijnen in de arbeidscon ferentie zelf aan de orde kwaml, een z.g. préparatoire conferentie is ge houden, men nu, na alle mislukte pogingen oml een conventie tot stand te brengen, andermaal in een tech nische conferentie het onderwerp wil gaan behandelen. Alsof dit vraag stuk nog niet van alle kanten was bekeken. Wij meenen, dat hier de hoofd oorzaak van de teleurstelling over je voor je leven bindt. Dan zal je rijp genoeg zijn voor zoo'n gewichtig besluit. Wat dan komt, zal het lot beschikken". Winnifred omhelsde haar vader „Hoe zal ik u danken, mijn ge liefde vader". „Dank mij door je in alles te schikken, wat ik heb besloten. Ben je nu geheel gerust gesteld?" „Ja, beste vader, geheel gerust en heel blij". Hij drukte een kus op haar voor hoofd. „Dan wil ik je nu naar de huiskamer dragen, je wilt toch zeker met ons eten". Hartau nam zijn dochter als een kind op zijn arm, zoo droeg hij haar naar de andere kamer. Salten stond midden in het ver trek. Hij liep snel toe om kussens tegen den rug van Winnifred te leg gen, opdat zij gemakkelijk kon zit ten. Winnifred keek naar hem op met een aarzelend lief lachje. Zij schrikte bijna van den stralenden glans in zijn oogen. Een oogenblik bleven hun oogen op elkaar gericht. Dat wekte een wederbare kalmte en blijheid in hen. Zij wisten, voel den, dat zij tot in alle eeuwigheid met elkaar verbonden waren. Daarna richtte Salten zich snel op en zei met wat bevende stem: „hoe den gang van zaken van het werk van Genève gelegen is. De heer Aalberse is de eenige re- geerfcgsvertegenwoordiger geweest, die tegen dit onophoudelijk aan de orde stellen van onderwerpen, die zelfs miet de grootste moeite de ver eischte meerderheid niet kunnen ha len, gewaarschuwd heeft. Zijn stem was die eens roependen in de woestijn. De heer Aalberse is met betrekking tot deze houding, alsmede in verband miet zijn stemmen tegen de conven ties zelve, in de radicale pers bestre den, maar De Maasbode heeft in een rustige beschouwing de onrecht vaardigheid van deze critiek aange toond. Naar onze meening zou een groot deel van de teleurstelling achterwege zijn gebleven, indien de vertegen woordigers van de arbeiders hadden begrepen, dat het lot der werkloozen den tegenstanders van de 40-urige werkweek evenzeer ter harte gaat als hunzelf. Want in werkelijkheid gaat het in Genève niet over een korteren werktijd dan 48 uren, maar over de vraag wat in een verkorte werkweek aan loon moet worden betaald. De Engelsche regeeringsvertegen woordigers hebben het herhaaldelijk uitgesproken, dat zij een verkorting van den arbeidstijd zeer gaarne zou den aanvaarden, indien maar tege lijkertijd het loonprobleemi daarbij werd opgelost. Zij konden echter naar onze mieening wel van tevo ren op hun vingers natellen, dat het opnemen van loonbepalingen in een dergelijke conventie tot de onmoge lijkheden behoorde. Wanneer dan verder de vertegen woordigers van de arbeiders te rech" ter tijd hun verlies hadden weten te nemen en niet de illusie hadden ge koesterd, dat de arbeidsconferenties, jaar in, jaar uit, groot succes voor hun onverpoosde activiteit moesten opleveren, dan zou, ook op dit oogen blik de teleurstelling over enkele verworpen conventies achterwege zijn gebleven. Wij zullen niet den arbeid van Genève niet uit het moeras komen indien mén niet eenerzijlds zich er van bewust is, dat men vooral in internationaal milieu niet verder moet springen dan zijn pols reikt en an derzijds niet den moed heeft open lijk voor zijn meening uit te komen Want dit mogen wij aan deze be schouwingen wel toevoegen, de af gevaardigden der verschillende re gaat het u, Miss Hartau?" „Goed heel goed". Haar lachje zei hem meer dam duizend woorden hem zouden hebben kunnen zeggen. Het avondeten werd opgedragen en Winnifred werd 'door de beide hee- ren bediend en zoo echt naar harte lust verwend. Salten verkeerde in een onbe schrijfelijke stemming. Hij kon het nog niet vatten en begrijpen, dat zijn lot zTch zoo wonderbaar had veranderd. Zijn oogen waren als ver heerlijkt op het gelaat van Winnifred gericht. Pas toen Salten afscheid nam en Winnifred's hand met een innig gebaar aan zijn lippen bracht, legde zij ook nog haar andere hand in de zijne en vroeg met stralende oogen naar hem opziende: „Verheugt u u een beetje op Mon treal, Mr. Salten? Vader heeft mij gezegd, dat u den eersten April daarheen zult komen". Toen keek hij haar aan, zoodat zij even beefde. „U weet het, Miss Har tau, moet het weten, hoe verlangend ik naar den eersten April zal uit zien". Toen leunde zij met een verlichten zucht terug in de kussens. „Gaat u morgen op de jacht?" „Neen, ik wil Hölderlin slechts op de afgesproken plaats treffen en geeringen spelen herhaaldelijk een politiek spel van formuleeringen en compromissen, dat de sympathie voor het werk van vergaderingen als die, welke in de hervormings- stad worden gehouden, allerminst verhoogt. Wij hebben hiermede niet alle fac toren, die het sociale werk van Ge nève bedreigen, in het licht gesteld; maar aangezien vooral de behande ling van de 40-urige werkweek en het gesol miet het reglement aan leiding zijn geweest tot groote teleur stelling, meenen wij ons voor heden tot dezen kant van de kwestie te kunnen bepalen, aldus schrijft de N. R. Crt. De hutaeigenaren en de crista* hypotheekaflossingswet. 0 De Nederlanidsche bond van huis- en grondeigenaren en bouwonderne mers heeft er in een adres aan den minister van justitie op gewezen, dat met de crisis-hypotheekaflossingswet 1936 beoogd wordt die debiteuren te beschermen, die in het algemeen aan hun periodiek wederkeerende betalingsverplichtingen van rente en overheidslasten hebben voldaan en zij, die niet in staat zijn tot verdere hem zeggen, dat de berin geschoten is. Daarna zal ik de berin in de slede naar het blokhuis brengen en uw ski's terughalen". „Voorloopig kan ik ze niet ge bruiken. Ik hoop, dat mijn voet mij niet lang in de kamer gevangen houdt". „Over enkele dagen zal de zwel ling verdwenen zijn en u weer kun nen loopen jrtaar op ski's voor- loopig niet". „Dan zorgt u er maar voor, door mdj dikwijls te bezoeken, dat ik mij niet verveel". „Met vreugde stel ik mijn gehee- len vrijen tijd ter uwer beschikking". Daarop nam Salten ook afscheid van Peter Hartau met een krach- tigen handdruk en een vasten emsti- gen blik. Toen liep hij den winter nacht in. Zijn ziel jubelde. Alle marteling lag achter hem!. Vóór hem lag een vriendelijk lichte weg, die aan het eind tot stralend geluk moest leiden. Geen twijfel kwam er bij hem op, dat Winnifred den tweejarigen proef tijd niet zou kunnen doorstaan, hij ■was even zeker van haar, als van zichzelf. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1936 | | pagina 1