BRESKENSCHE COURANT
Nieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D.
Winnifred de Pelskoningin
Verschijnt iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21. Postgiro 50895 Uitgave E. BOOM-BLIEK - Breskens
FEUILLETON
Een stad, door
strafgevangenen gesticht,
45ste jaargang
Dinsdag 7 Juli 1936
Nummer 4150
ABONNEMENTSPRIJS
Per drie maanden I 1.25 Buiten Breskens per drie maanden I 1.40
Franco per post per jaar f 5.00
Buitenland per jaar f 6.50 - Alles bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEPRIJS
Van 1-5 regels 10,75. Iedere regel meer I0;15. Ingez. Med. 30 ct. per regel
Abonnements-advertenties groote korting.
Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels 0.40 (bij vooruitbetaling)
Een centraal lichaam voor
vreemdelingenverkeer.
o
De Commissie inzake het Vreem
delingenverkeer heeft aan de regee
ring formeele organisatie voorge
steld.
De commissie is van oordeel, dat
de bevordering van het vreemde
lingenverkeer een zaak van groot
nationaal belang is. Zij mag niet
uitsluitend overgelaten worden aan
de wisselvalligheden van het onvol
doend gecoördineerde, doch boven
dien doorloopenid zwak gefundeerde
initiatief van „in federatief verband
werkende particuliere vereenigingen,
noch ook aan de uiteraard op eigen
voordeel ingestelde particuliere be
moeiingen der direct belangheb
bende bedrijfsgroepen.
Deze conslusie stelt dus vast, dat
gebroken moet worden met het ove
rigens loffelijk streven van de Alge-
tneene Nederlandsche Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer (A.N.
V.V.). Deze vereeniging is in 1916
ontstaan uit de samensmelting van
dien Bond van V. v. V. V. en het
Centrale Bureau voor Propaganda
voor Nederland. De organisatie heeft
een bureau in den Haag met een
directeur, een bezoldigden secreta
ris-penningmeester, vier dames en
eenig bijkomstig personeel, terwijl
daaraan levens verbonden zijn een
aantal vertegenwoordigers in het bui
tenland, die meer een kostenvergoe
ding dan salaris ontvangen. Het
hoogste orgaan is het hoofdbestuur,
waaruit zich een dagelijksch bestuur
heeft gecondenseerd. Éénmaal per
jaar wq^dt een algemeene vergade
ring gehouden. Voor haar publicaues
beschikt de vereeniging over het
maandblad „Ons Nederland".
Voorts bestaan er in Nederland
omtrent 150 plaatselijke en geweste
lijke vereenigingen voor vreemdelin
genverkeer, waarvan misschien een
twintigtal voor de A.N.V.V. van
eenig belang isi ten opzichte van
haar werk in het buitenland. Ter
wille van het contact met de plaatse
lijke vereenigingen voor vreemdelin
genverkeer schrijft het dagelijksch
bestuur af en toe bijeenkomsten uit
met de secretarissen dier organisa
ties. Enkele van deze plaatselijke
vereenigingen hebben een bezoldig
den ambtenaar in dienst.
Deze A.N.V.V. heeft sinds hare
oprichting te kampen gehad met
65.
Roman van
II. COURTHS-MAHLER
met autorisatie uit het
Duitsch vertaald door
Mevr. J.P.WESSELINK-v. Rossum
0
Hij keek haar met een uitdruk
king aan, die haar diep ontroerde
Hij kon niet spreken. Zonder iets te
antwoorden maakte hij de ski's van
haar voeten los. Toen hij dat bij
den gewonden voet deed, kromp zij
pijnlijk ineen. Maar toen hij haar
angstig aankeek, glimlachte zij dap
per. „Het is niet erg, het doet maar
een beetje pijn".
Hij wierp de ski's terzijde. „Ik
moet de laars van den gewonden
voet losmaken," zei hij schor. Eerst
stapelde hij de sneeuw achter haar
rug hoog op en legde er eenige tak
ken overheen, zoodat zij er tegen
kon leunen en beter zitten.
„Hoe lang ligt u reeds hier?"
chronisch geldgebrek. Men is aan
gewezen op subsidies van de over
heid, van andere organisaties, die
zelf veelal eveneens in geldzorgen
verkeeren, van particuliere bedrijven
op het gebied der vreemdelingen
industrie. Bijdragen uit bovenge
noemde bronnen hebben zich uiter
aard bijzonder kwetsbaar getoond in
tijden van bezuiniging. Voort-, wor
den bijdragen ontvangen van de aan
gesloten plaatselijke vereenigingen,
die gehouden zijn om 10 pCt. harer
inkomsten uit contributies aan de
A.N.V.V. af te staan, hetgeen bij el
kaar een percent of vijf van het
budget der algemeene vereeniging
pleegt uit te maken. Aan de plaat
selijke vereenigingen is het recht op
een aantal plaatsen in het hoofdbe
stuur toegekend. Daarin hebben
eveneens zitting vertegenwoordigers
van de verkeersondernemingen en
zan andere belanghebbende bedrij
ven, alsmede van vereenigingen, wier
algemeene taak aan het vreemdelin
genverkeer ten goede komt. De re
geering is in het hoofdbestuur ver
tegenwoordigd door een regeerings-
commissaris en drie regeeringsgede-
legeerden.
Wij ontleenen deze mededeelingen
aan het verslag der commissie, die
ons ook mededeelt, dat het totale
budget der vereeniging slechts
f 81,600 bedraagt. Deze organisatie
kan ook naar ons inzicht hoe
veel er ook individueel wordt ge
praesteerd niet bevredigend wer
ken: te weinig steun van boven en
veelal belemmerd in de peripheric.
Zoo komt de commissie er toe
de oprichting van een semd-officieel
lichaam noodig te verklaren.
Zij doet dit onider volle waardee
ring van al hetgeen langs de banen
der A.N.V.V., in weerwil van niet te
onderschatten moeilijkheden, toch
nog voor het algemeene belang be
reikt is kunnen worden. Niettemin
beveelt zij aan, de behartiging, de
concentratie en den verderen opbouw
van het vreemdelingenverkeer voor
taan toe te vertrouwen aan een cen
traal lichaam, dat aan de overheid
het benoodigde gezag moge ont
leenen, doch overigens die mate van
zelfstandigheid en vrijheid van actie
zal bezitten, welke vereischt is om
de bij werkzaamheden van dezen
aard behoorende methodes van het
particuliere bedrijfsleven te kunnen
toepassen.
In aansluiting aan het inter
nationale spraakgebruik zou de com-
„Niet lang u hoorde reeds mijn
tweeden roep".
Hij haalde diep adem. „Geluk-
kigl"
Voorzichtig verwijderde hij nu
slobkous, laars en kous van den ge
wonden voet. Zij voelde, hoe zijn
handen daarbij beefden. Zij klemde
de tanden op elkaar om niet van
pijn te steunen.
Eindelijk had hij den gewonden
voet ontbloot. Hij zag aan den en
kel rood en was daar sterk gezwol
len. Zorgvuldig onderzocht hij den
voet en al zijn kracht verzamelend
greep hij hem stevig bij den hiel
en bracht hem met een vasten greep
weer in 't gelid. Zij slaakte nu toch
even een kreet. Het angstzweet
stond hem op 't voorhoofd. Hij wist
dat hij haar pijn moest doen.
„Nu zal het dadelijk beter worden
Miss Hartau. Ik moest den voet
weer in 't gelid brengen, dat heeft
pijn gedaan, niet waar?"
Met witte lippen glimlachte zij hem
toe. „Wel een beetje, ja".
„Wat bent u dapper," zei hij zacht
en legde nu losse sneeuw op het ge
zwollen gedeelte. Dat verzachtte de
pijn dadelijk.
„O, nu is het al veel beter, Mr.
Salten, ik dank u. Maar hoe kom
missie aan dit centrale lichaam een
semi-officieel karakter willen toeken
nen en het willen noemen „Nationaal
Instituut voor het Toerisme," dat
te 's-Gravenhage ware te vestigen.
De bij uitstek algemeene belan
gen, welke de samenleving op di
recte of indirecte wijze bij het vreem
delingenverkeer heeft, wettigen naar
het oordeel der commissie de op
vatting, dat het aanboren van deze
bronnen van welvaart bekostigd
dient te worden uit de openbare
middelen. Zij acht daarvoor noodig
een bedrag van f 500.000 per jaar.
Hoe zal nu de leiding van dit
centraal instituut moeten zijn? De
commissie beveelt de benneming aan
van een bezoldigden commissaris-
generaal voor het vreemdelingenver
keer, die ware bij te staan door een
plaatsvervanger, wien de taak van
directeur der organisatie ware toe
te vertrouwen.
Op den arbeid van deze func
tionarissen dient toezicht te worden
gehouden door een raad van beheer,
welks leden door de regeering zul
len worden benoemd. De taak van
den raad van beheer zal zijn het
vaststellen van de algemeene richt
lijnen voor het beleid van het insti
tuut, alsmede het opmaken van de
jaarlijksche begrootingen en het af
leggen van verantwoording.
Deze raad van beheer dient naar
de meening der commissie te wor
den samengesteld uit een klein aan
tal personen, wier individueele kun
digheden en ervaring waarborg moe
ten bieden voor een zakelijke be
hartiging van dit onderdeel der na
tionale welvaart, op een zoo breed
mogelijke basis van algemeen be
lang. Met deze omschrijving wil de
commissie doen blijken van haar ge
voelen, dat dit college vooral niet
dient te zijn een weerspiegeling of
groepsgewijze vertegenwoordiging
van bepaalde belangensferen.
Ons lijkt dit goed gezien. Indien
de commissaris-generaal een man
van breede lijn is, zal hij met alle
belanghebbenden geregeld in con
tact staan. In de leiding van het in
stituut behooren echter personen te
zijn vertegenwoordigd, die door hun
beschaving, werkkring en bereisd
heid over een byeeden blik beschik
ken en die daardoor ook voor den
psychologischen kant van het vraag
stuk oog hebben.
De hier aanbevolen organisatie
lijkt ons zeer juist opgezet. Degroo
te plaats, die het rapport ook toe
kent aan buitenlandsche vertegen
woordigers van het instituut en aan
de wijze van reclame maken tot ver
over de grens is uitmuntend gedocu
menteerd.
Wij hebben den indruk, dat zoo
wel in het binnenland als in. het
buitenland nog veel voortreffelijk
werk voor het aantrekken van vreem
delingen valt te verrichten. Dat de
commissie voorstelt door eenige
districtscommissies in het binnenland
het contact tusschen het centrale
lichaam en de plaatselijke en ge
westelijke organisaties te doen leg
gen, lijkt ons in het kader van wat
de commissie overigens voorstelt en
mede in verband met wat nu een
maal al gegroeid is, uitstekend.
Maar wat wij noodig hebben om
te verhinderen, dat de vreemdelingen
van ons land wegblijven, is in de
eerste plaats te zorgen dat ons land
goedkooper en aantrekkelijker wordt.
Moge de proef tot het verkrijgbaar
stellen van versch brood bij het ont
bijt in hotels blijken dat de oogen
open gaan.
ik naar huis ik kan onmogelijk
loopen".
Hij waagde haar niet aan te zien,
geheel zijn innerlijk wezen was ont
roerd. Hij wist, dat als hij haar nu
aankeek, hij haar in zijn armen zou
nemen en zijn mond als een van
dorst versmachtende op den hare
zou drukken. Dat mocht niet gebeu
ren.
Hij sprong op en stond hoog op
gericht voor haar. Zijn oogen keken
over haar heen. „Ik zal u natuurlijk
naar huis dragen. Miss Hartau. Een
beter vervoermiddel hebben wij hier
niet. En u moet zoo vlug mogelijk
naar huis gebracht worden".
Nadat hij dit gezegd had, boog
hij zich neer naast de doode berin
en legde Winnifred's ski's er naast
Daarop stapelde hij snel eenige tak
ken. „Uw ski's halen wij morgen
met de berin," zei hij, een onver
schillige kalmte voorwendend.
Zij merkte echter zeer goed. hoe
opgewonden hij was. Toen hij, na
dat hij zichzelf weer in bedwang
had, op haar toetrad, vroeg zij, on
gerust naar hem opziend:
„U bent zeker heel boos op mij
dat ik u zooveel moeite geef".
Hij schudde slechts zwijgend het
hoofd. Daama knielde hij weer naast
Het is feitelijk geen wonder: een
kolonistenstad, welke uit een neder
zetting van strafgevangenen werd ge
boren. Daar kan men niet veel rust,
kalmte en karakter van verwachten.
Toch was ik verrast, toen ik Sydney
leerde kennen. Hoe weinig oorspron
kelijks trof ik daar aan. Ik had ge
hoopt, hier nog iets van de woest
heid der oude goudgraverssteden te
rug te vinden. Desillusie! Ik wandel
de door de kleurlooze namaak-
Amierikaansche voorstadjes. Lawaai,
trams, auto's, lichtreclame, Wool-
worthwinkels, loudspeakers, kranten-
verkoopers en drukdoende, winke
lende en zakenmenschen.
De bevolking heeft hier een zeer
zonderlinge en primitieve voorstel
ling van civilisatie. Zij kent geen
grooter ideaal, dan in taal, houding
en kleeding den Amerikaan na te
bootsen. Slechts de families der
Fransche wolmagnaten maken een
uitzondering; zij alleen blijven ori
gineel. Zij schijnen nog te leven in
een atmosfeer van Lille en Roubaix
en schijnen zich weinig op .te houden
met de Australische Amerikanen
Gisteren maakte ik een tocht naar
den Blauwen Berg, in de Australi
sche Alpen gelegen. Eindelijk, dacht
jk, zul je iets zien van het vroegere,
schoone Australië en werkelijk, mijn
tocht was de moeite waard. Doch
na twee uur moest ik weer terug
naar mijn klein hotelletje, waarach
ter een sanatorium ligt, welks pa
tiënten even goed in Davos of in het
Schwarzwald hadden kunnen lig
gen Ik vond geen romantiek
rneerl
Wie het romantisch Australië wil
leeren kennen, moet zich meer moei
te geven. In Brisbane vindt hij er
iets van .terug. De oude, vervallen
huizen spreken van een vroegeren,
meer romantischen tijd. En daar
vindt men ook de aardige winkeltjes,
waar de vreemdeling schildpaddoos
jes, paarlkettingen en andere souve
nirs kan koopen. En natuurlijk een
groot aantal café's en bars. De
ezeltjes zijn hier ook nog niet ge
heel verdrongen door de onroman
tische motor. Hier vond ik werkelijk
iets terug van hetgeen ik las in mijn
jeugdboeken.
Totaal verwesterlijkt is echter
Queensland. Queensland is het cen
trum der schapenfokkers. Het dankt
zijn ontwikkeling aan het fejt, dat
uit de 29 schapen, die door kolonis
ten in de 18e eeuw op schepen hier
naar toe werden gebracht, intus-
schen meer dan 100 millioen werden
geborenl Australië levert thans
403.000 ton wol, eèn vierde deel der
geheele wolproductie der wereld.
Toen ik het station .te Queensland
verliet, Jiad ik ongelijk, de paarden
drijvers met hun trappershoeden en
hun bruinlederen broeken, die achter
hun dieren aanjoegen, voor statisten
van teen of andere filmmaatschappij
aan te zien. Het waren cowboys, ge
garandeerd echte cowboys 1 Deze
boys moet men beter leeren ken
nen, werd mij gezegd
Den volgenden dag liet ik mij
door Mr. Harding, mijn gastheer,
naar een ranche brengen. Eerst ging
de reis door de steppen, aan wier
horizont stijle bergen oprezen. Later
doorkruisten wij een stuk Australisch
bosch. Het verwonderde mij, dat
men door dit stuk oerwoud een
compleet telegraafnet heeft kunnen
aanleggen. Inplaats van kannibalen-
dorpen te ontmoeten, zagen wij hier
en daar keurige benzinepompen op
gesteld! „Ik zal U eerst mijn koeien
laten zien," sprak mijn gastheer, die
op zijn veestapel bijzonder trotsch is.
De teelt van groot vee is in Austra-
haar neer en legde nog eens weer
versche sneeuw op den gezwollen
voet. Dat deed hij alles zonder haar
aan te zien. En zoo zei hij nu ook
„Nu moet ik uw kous en de slob
kous weer aantrekken, Miss Hartau
anders bevriest uw voet".
Zij ljet hem begaan en keek on
gerust in zijn bleek, trillend gelaat.
„U bent toch boos op mij," klaagde
zij bedrukt.
Toen keek hij haar aan, dat zij
er van beefde. „Miss Hartau
maak het mij niet te moeilijk, kalm
te blijven. Ik ik ben nog buiten
mijzelf van ontzetting, als ik be
denk, wat u had kunnen overkomen
Boos zijn ach neen hoe zou
ik dat kunnen? Indien u in mijn
hart zoudt kunnen lezen hoe ik
in zorg verkèer over u en hoe het
mij treft, dat u zich terwille van
mij in gevaar hebt begeven ter-
wille van mij".
Hij klemde de tanden op elkaar.
Hoe kon dit aanvallige, lieve kind
vermoeden, hoe het er in hem uit
zag? Zij was er zich misschien nauwe
lijks zelf bewust van, wat haar ge
dreven had, naar hem toe te snellen.
Hij greep plotseling haar handen
en drukte zijn lippen er op. „Ge
lukkig, dat ik uw roepen dadelijk
heb gehoord. Maar wij moeten
nu op weg gaan. Uw handen zijn
heelemaal koud. Waar zijn uw hand
schoenen? Hier vlug de handen
er in gestoken. Is uw voet warm
genoeg?"
„O ja ik heb een gevoel, of
hij gloeit".
Hij hing zijn geweer weer over
den schouder, nadat hij zijn ski's
weer had aangetrokken en trad op
haar toe.
„Nu moet u uw armen om mijn
hals slaan, Miss Hartau, opdat ik
u kan optillen zonder u pijn te doen".
Zij bloosde plotseling, maar deed
gehoorzaam, wat hij haar had be
volen.
Hij tilde haar als een kind op,
greep naar zijn stok, waarop hij kon
steunen en ging zoo snel mogelijk
vooruit op zijn ski's.
Het ging natuurlijk niet zoo vlug,
als hij wel wenschte. Hij haalde
zwaar en moeilijk adem. Het kostte
hem groote inspanning, kalm te blij
ven, met den lieven last op zijn ar
men. Haar lippen waren zoo dicht
bij -de zijne en het blonde haar
dat uit haar bontmuts was ontsnapt,
raakte zijn wangen. Het was werke
lijk moeilijk voor hem kalm te schij
nen.