uwen kunnen geen koffie zetten/' beweren vele mannen JSTIE 1 ANTWOORDT DE VROUW. stiefkind van de mode Bakvischjes in zwart-wit en in blauw ALS DE BABY KOMT Een spreitje voor de wieg Een manteltje voor zus Waar het lichaam „modern" rust :rsp n. gekleed ga§ff vac#nW00rdig nïet vee* geI(3 iene lec*ere vrouw en leder melsjé j n5; door haar kleeren zelf te uf charmant en apart uitzien. )atronen bij de Redactrice Da- de Laan van Meerdervoort 45a, de ®n u kunt er van verzekerd de»d passend model te ontvangen, hek ;iro (125025), per postwissel of an iet bijgesloten postzegels. Kos- vanl6 ct. verzendkosten, ed lan. wa als schr oudi wik ur ui „m£ can het nog leeren rcf Vgenooten beweren, dat de iwen geen goede koffie kunnen der >lfs wanneer wij getrouwd zijn, i liet nalaten evenals in hun vrij. na eni hun eigen koffie te zetten. k<}u de huisvrouw de koffie op jze bereiden dan hun echtge- fie gewend is te drinken, dan irt er Iets aan! „Suggestie" zul- '%gen, maar toch is het een feit, - ^ffie zetten vaak een belangrijk buifaitmaakt van het gesprek tus- t€ trouwen wanneer het gaat over (ke aangelegenheden. |t natuurlijk af van de waarde Velen zijn er, die de waarde niet schatten naar den prijs, hun persoonlijke smaak. De liesoorten zijn gemeleerd, dus uit meerdere kwaliteiten, in den handel te worden ^jerst worden gekeurd door de Ide £enging van b.v. zeer fijne zuur- ]anJCostarica-boonen met de krach- i der Bautemala en der Colum- ;che heste en kostbaarste koffie, ,zich kan denken. Koffie is zeer L verdient daarom raet zorg te PJandeld. rsc%isch onderzoek van koffie ge- "atis meer dan 100 jaar. Vóór 100 m men dus reeds de schadelijke jtr coffeine. Echter hoelang heeft i tfduurd eer de menschheid kon pi de coffeinevrije koffie Hag, yo maak en kwaliteit niet voor de j*.. behoeft onder te doen. Ja, meer {bij andere soorten komt het er nionet sorteeren en verder behan- boonen aan. Van groot belang is k it de boon en immer zeer fijn ge- tteiden. Hie fijner immers de boon ;t des te geuriger is de aroma en :vei r I des te smakelijker is de koffie. Om koffie te malen heeft men heusch geen speciale Turkschen koffiemolen noodig, ons molen tje zal evengoed zijn diensten verrichten. Zooals bekend drink tde Turg zijn kof- rie mèt de gemalen boonen uit een kom, en tot aan het laatste slokje zal hij zijn koffie steeds weer zorgvuldig omschudden, opdat niets van de geur der koffie verloren zal gaan. Wij, Westerlingen, geven even wel de voorkeur aan gefiltreerde koffie, waartoe wij een filtreerpapier ofwel een koffiezak gebruiken. De beste koffie bekomt men door gebruik van een porceleinen koffiekan. Men sluite het deksel goed af en ook de tuit verstopt men zoolang de koffie trekt, waardoor niets van de geur verloren zal gaan. Zoo laat men de koffie tien minuten staan. In den win ter dient men de koffiekan, alvorens haar te gebruiken, eerst eenigszins te verwar men, door lauw water in de kan te gieten. Dat maakt, dat de te trekken koffie snel ler te gebruiken zal zijn en de koffie zelf zal gemakkelijker uitzetten. De Engelschen doen gewoonlyk een wei nig zout in hun koffie. Op een normale kan koffie wordt een half theelepeltje zout ge voegd. Het filtreeren geschiedt door een dubbel toegevouwen gazen doekje. Vele Engelsche huisvrouwen zetten hun koffie ook wel in drie malen. Telkens opnieuw be giet men dan een nieuwe scheut koffie met heet water, waarbij ook weer telkens een snufje zout wordt toegevoegd. In Turkije wordt beweerd, dat koffie, getrokken door heet water, niet de fynste drank oplevert, maar koffie, welke in ge trokken uit heete melk. Vele Europeanen beweren, dat de melkkoffie der Turken lang niet slecht smaakt. Ook de z.g. Café Brulé vindt onder de Westerlingen vele vrienden. Café Brulé wordt als volgt be reidt: Men giet zes koppen sterke koffie in een verwarmde terrine en voegt hierby acht Steeds nieuw en origineel d l€,4 ir teed Ik va alle andere kleedingstukken is uid ntelpakje aan modewisseling on- 1 beweren sommige dames, dat jptt >akJe het stiefkind is van Vrouw (j< :der jaar opnieuw in dezelfden ejvigkeert. Niets is minder waar. lechts het mantelpakje van he- een Keu van )rg i een- u bezit fu De t af- et een Zij itreep. t a bont i c gepast cein- te cein~ IC bont t sei- wor- »r al- WPOO uk aoet ot urtje hebben, wil men een der de «tuur met succes dragen, want >p. rt'nu eenmaal altyd „dik". Het .jf <üt pakje is eenvoudig met één de s °pzij gegarneerd. Hiervoor kan zeer breeden overslag bezi- en tegenwoordig ook vaak wordt °odat het rokje heelemaal geen °odig heeft, alleen enkele knoo- tofp overslag op zijn plaats te hou- ir HOOFDKAAS VAN RESTEN SOEPVLEESCH. 400 Gr. (4 ons) soepvleesch, liefst niet al te mager 2 y2 d.L. water 2 Maggi's Bouillonblokjes 3 a 4 eetlepels azijn (eenigszins naar smaak) wat peper, zout, nootmuskaat, een gehakte augurk en een gehakt uitje 1% Gr. (ongeveer 5 blaadjes) gelatine. Hak het vleesch fijn en vermeng het met de fijngehakte augurk en de kruiden. Breng het water aan de kook, laat er zachtjes den gehakten ui in gaar worden, los er dan de Maggii's Bouillonblokjes en de gelatine in op en voeg er den azyn by. Meng de vloeistof door het gehakte vleesch, breng alles over in een met koud water omgespoelden steenen vorm (of kom) en zet dien op een koele plaats tot de hoofd kaas stijf is. Maak het gerecht daarom bij voorkeur reeds den vorigen dag klaar, zoo- dat het den volgenden dag gemakkelijk uit den vorm kan worden geschud. stukken harde suiker. Vervolgens voegt men er drie lange stukken kaneelpijp by, alsook een citroenschil en tenslotte zes gla zen Sherry Brandy. Dit geheele geval wordt nu op een zacht vuur verwarmd, waardoor de suiker smelt. De café brulé moet warm gedronken worden. Vermelden wy nog, dat de Amerikanen hun koffie ook wel drin ken met vermenging van een ei, hetwelk reeds voor het trekken boven de koffie werd stukgeslagen. Ook de Amerikanen maken hun koffie zeer zoet, gelyk de Turken; de suiker wordt reeds mèt het heete water in de koffie ge daan en wie de koffie nog zoeter gewend is te drinken, die kan gebruik maken van een stuk suiker. VETVLEKKEN UIT HET PAPIER Om papier te reinigen vaii vetvlekken worden verschillende middelen aangewend, alle even gemakkelijk als doelmatig. Wy laten er eenige van volgen: Men vermenge geraspte leem met ben zine tot een brij en brenge die met een perseel op de vlek aan. Als het droog ge worden is, moet het voorzichtig met mes worden afgenomen, en het papier met een zuiveren borstel worden geschuurd. Als de vlek door den eersten keer nog niet ge heel verdwenen is, kan men de proef her halen. Hierbij twee eenvoudige en toch smaak volle jurken voor onze grootere meisjes. Deze patronen, respectievelijk no. 801 en no. 802, kunnen worden vervaardigd van een soepele winterstof. Het eerste mo delletje heeft iets gekleeds, door de combi neering van zwart met wit. Deze jurk heeft en noa 802, kunnen worden vervaardigd een achterbaan en twee breede voorbanen, wat het lijfje betreft, omdat de voorpanden over elkaar heen moeten sluiten. Toch vor men deze voorpanden geen revers. 1 Het kraagje komt rond den hals te liggen en kan iets opstaand zijn, dus het behoeft niet rond te loopen. Het rokje is wat be werkelijk door de zijbanen, wel ke er apart ingezet worden. Plooien aan weerskanten zorgen noor de vereischte ruimte in den ïok. De mouwen zijn lang en smal en vallen tot op den pols, waar zij worden afgewerkt met een klein inslagje. De verdere narneering maken de groote witte knoopen op het lijfje uit. De ceintuur wordt in de japonstof gekozen. No. 802 is een jurkje van ko- renblauwe afghalaine, de stof, welke in het winterseizoen im mer zooveel wordt gebruikt, vooral voor winterjurken, omdat deze stof soepel, warm en ge makkelijk te verwerken is. Het lijfje is, zooals u ziet, gewoon recht, zoowel van voren als van achteren. Dan komt de rok, wel ke op de heupen in drie banen loopt, van voren en van achte ren één geheel vormt. Deze ba nen zijn duidelijk aangegeven, zoodat omschrijving niet noodig zal zijn. Het eigenlijk rokje be staat uit een klok, doch deze klok vormt in het midden-vóór een diepe inspringende plooi. Desgewenscht kan men een der gelijke plooi doen vervallen. De mouwen zijn lang, smal en recht naar den pols toeloopend en behoeven geen verdere af werking dan een inslagje naar binnen, gelijk bij het eerste pa troontje. Een licht kraagje aan den hals maakt het jurkje af. Een cein tuur van dezelfde jurkstof komt ter hoogte van het middel. De halsuitsnijding is heel gemakke lijk. Wanneer men deze hals opening vrij diep wilt maken, zoodat men ook iets meer te zien krijgt van de kraaggarnee- ring, dan kan men er, indien gewenscht, natuurlijk een befje onder dragen van de kleur van het kraagje. Bijgaand een aardig patroon voor een wiegespreitje. Het is een gebreid wollen wordt gebreid. Men neme gewone breiwol, dekje met een zijden boord, dat eveneens driedraads, het sterkst hiervoor. De naal- Men begint met 220 steken op te zetten. We nemen natuurlijk het patroon voor een normale kinderwieg. Op de eerste toer breidt men één steek rechts en één steek averechts tot op een lengte van 60 a 65 centemeter. U moet er wel om denken, dat u steeds den eersten steek van de pen mee- breit. Wanneer u nu de gewenschte lengte heeft, sluit u de steken af, terwijl u de laatste steken rechts en overechts langs den linkerkant afsluit. Als u deze reep af hebt, legt u het weg. Voorloopig kunt u het toch niet gebruiken. Nu neemt u de zijde, in dezelfde ofwel tegenovergestelde kleur van het spreitje. Hiervoor hebben wij fijnere pennen noodig, omdat grof zyden breiwerk te gauw ver sleten is en ook lastig te verwerken is. Nu gaat u als volgt te werk: den, welke men gebruikt kunnen misschien wel het best van been zijn, doch wanneer men liever met ijzeren pennen breidt, vraag dan pennen van 2 3 m.m. doorsne- U zet 25 steken op. Breidt één pen rechts, en één pen averechts tot een lengte van 2 meter en 20 Centimeter. Deze lengte is wel voldoende om het ge heele spreitje te omtrek ken. Wanneer 't noodig is, kan men 't boord nog altijd verlengen of ver korten, waarom het gewenscht is het boord no gniet zoo degelijk af te werken. Wanneer nu het eigenlijk spreitje ook klaar ia kan hpt boordje. er aan gepaaid Het strookje moet natuurlijk zeer neuw- keurig er aan gehecht worden. Het mag niet te wijd zitten en ook niet trekken, doordat het te smal is. Om een dergelijk spreitje te vervaardi gen, heeft u noodig: 100 gram wol (dus twee gewone knotten) en 75 gram zijde (anderhalve knot). Als afwerking hecht u een leuke groote strik op een der hoeken van het spreitje. HET KOMT VAN PAS Jodiumvlekkcn. Jodiumvlekken kunnen uit het witt beddegoed worden verwijderd door te vlekken eerst vochtig te maken en er daarna met een warm ijzer over heen te stryken. Indien noodig kan men deze proef herhalen. Om kousen frisch te houden. Wanneer de kousen goed gewasschen zijn, gebeurt het vaak, dat de kleur niet meer zoo frisch is en steeds lichter wordt, telkens wanneer men ze wascht. Hoe houdt men de kousen nu het best frisch? Haal de kousen, wanneer ze zijn gewasschen en door het schoone water ge haald, nogmaals door schoon water, doch waarin een lepel azijn wordt gedaan. De kousen krijgen door de wereking der azyn in het water hun heldere kleur weer terug en zullen ook niet verkleuren tijdens het opdrogen. Vetvlekken in behangselpapier. Vet vlekken kunt ge uit he behangselpapier verwijderen door een papje te maken van benzine met magnesius en dit op de vlek te .smeren. Als de benzine eenmaal ver- I met bontreepen No. 790 toont de lezeres een aardig win- termanteltje voor meisjes van 812 jaar.^ Het manteltje bezit drie banen, n.l. de twee voorpanden en het achterpand, dat één geheel jpormt. Het man teltje bezit geei plooien, hetgeen pok niet noodig is, omdat de panden eenigs zins worden ge- (tnipt; zoodat de pereischte iuim- te toch wel jwordt verkregen Fluweel kan yoor dit model letje heel goed worden gebezigd De mouwen loo pen gewoon recht naar den pols toe en wor den met de voe ding afgewerkt. Een tweetal kleine opgestikte pakjes houden de handen van het meisje warm. Bontgarnee- ring zal bij dit manteltje heel lief staan. Als u de teekening be kijkt, dan zultu bemerken, dat deze bontgarnee- ring slechts uit kleine lapjes be staat. Overge houden stukjes bont zouden hier dus goede diensten kunnen bewijzen. De kraag is op staand en kan des gewenscht ook aan den binnenkant worden gevoerd. Op de naad tusschen de mouw en de schouder komt eveneens een bontreepje. Hierbij een „klein maar fyn" voorbeeld van de inrichting der moderne slaapkamer. Voor haar, die niet in een moderne wo ning huizen, is een dergelijke inrichting al heel moeilijk. Immers moderne meube len moeten zich kunnen aanpassen by de geheele omgeving, maar voor haar, die wel een moderne woning bezitten, is dit voorbeeld heel geschikt. De wanden zijn, zooals u ziet, niet voorzien van talrijke groote en kleine schilderijtjes, prenten en teekeningen, neen, aan den muur hangt zelfs geen enkel schilderstukje of wat dan en heeft geen andere garneering noodig. Het zou zelfs te bont en opgesmukt staan, wanneer men tegen een dergelijk behang nog plaatjes ging spelden. Dus den muur laten wij vrij, tenminste wanneer het mo tief van het behang dit van ons eischt. Het bed, het nachtkastje en de kleerkast moeten in overeenstemming zijn. De te genwoordige huisarchitecten schrijven lage, soms wel zeer lage, meubelen voor. Velen onder ons houden wel van lage meubelen, maar er zijn er ook, die ze verfoeien. Tóch zijn zij praktisch en zeker hygiënisch. Er zullen zich in ieder geval geen stofnesten onder de lage kastjes en tafeltjes verzame len, hetgeen al een groot gemak voor de moderne huisvrouw is. Een klein modern lampje siert het nachttafeltje. In de moderne slaapkamer wordt alleen het noodige geëischt en al het andere kan achterwege blijven, dus geen overbodige stoelen, kastjes en dergelijke. Het schoonmaken van hoeden. Er bestaat een gezegde, dat een vrouw, hoe mismoedig zij ook is, door het zien, en natuurlijk nog meer door het krijgen, van een nieuwen hoed al haar zorgen vergeet. Een man, van den andeem kant houdt veel meer van een ouden hoed. Hetgeen even wel in het geheel niet zeggen wil, dat een vrouw soms ook niet sterk aan een ouden hoed kan hechten. Integendeel: een oude hoed zit altijd gemakkelijk, men voelt er zich behagelijk in. Toch ziet een oude hoed er vaak min of meer vuil uit. Hoeden kun nen ook verkleuren, maar dat is geen be zwaar ;zelf verven kan tegenwoordig ieder een. Indien men dit doet, moet de hoed eerst goed uitgeborsteld worden, terwyl men daarna den hoed kan verven volgens gebruiksaanwijzing. Een hoed van zwart stroo kan men het best met olijfolie zacht maken. Voor het reinigen van vilthoeden gebruikt men een mengsel, bestaand uit een kopje meel en een half kopje bloem en zout. Laat dit gedurende een nacht staan en borstel het dan uit. Het middel is al leen afdoende voor vilten hoeden. Even eens helpt hier goed: wrijven met een beet je petroleum, in gedoopte zemelen. Pana-

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1934 | | pagina 5