3RESKENSCHE COURANT
ieuws- en Advertentieblad voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen W. D.
De nood der tijden.
Het bittere erfdeel.
Uit den goeden, ouden tijd.
rschijnt iederen DINSDAG' en VRIJDAGAVOND. Telefoon 21.
70179. Uitgave J. C LE BLEU v|h E. BOOM-BLIEK, Breskens
Eerste Blad.
FEUILLETON
Binnenland
kkj
tra;
aak
'kr i
g<4
anc
ABONNEMENTSPRIJS:
Per drie maanden f 1.25. Buiten Breskens per drie maanden I 1.40.
Franco per post per jaar f 5.00.
Buitenland per jaar f 6.50. Alles bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEPRIJS
Van 1-5 regels (0,75. Iedere regel meer fO;15. Ingez. Med. 30 ct. per regel
Abonnements-advertenties groote korting.
Kleine Advertenties tot hoogstens 5 regels f 0.40 (bij vooruitbetaling)
nummer bestaat uit 2 bladen.
o
iinsdagavond heeft de groote op-
tot steun aan het Nationaal
sis-comité door de radio plaats
ad.
Ia een inleidend woord van den
lister van sociale zaken prof. dr.
R. Slotemaker de Bruine bracht
Hollandsch vocaal kwartet, be
ulde uit Jo Vincent, Suze Luger,
ris van Tulder en Willem Ravelli
""fage liederen uit Valerius' Gedenk -
iken ten gehoore, waarna de
oizitter van de Tweede Kamer Jh.
J. M. Ruys de Beerenbrouck een
wekkend woord sprak, ten doel
tbend het Nederlandsche volk aan
sporen met milde bijdragen het
tionaal Crisis Comité en de plaat-
ijke comité's te steunen,
fedat de Christelijke oratorium-
reeniging te Utrecht, onder leiding
Anthon van der Horst, eenige
leren hadden gezongen, sprak
nses Juliana met duidelijke stem
volgende
Jet is mij een groot genoegen, de-
avond een woord van welge-
lenden dank te kunnen richten in
eerste plaats tot al degenen, die
h beijverd hebben en samenwer-
i om deze radio-uitzending voor
Nationaal Crisis Comité vrucht-
kr te maken.
Vervolgens maak ik van deze ge-
'enheid gebruik, dat te doen tot
autoriteiten, ambtenaren, orga-
ties en instellingen, die op een
lofwaardige manier met raad
daad hun medewerking aan het
>.C. verleenen.
in dan in het bijzonder een woord
zeer waardeerenden dank aan
op wier werk het Crisis Comité
melijk steunt: aan de leden
de plaatselijke comité's, want
onderhouden en zoeken het con
:t met de personen, die ernstig
>r de crisis getroffen rijn. Leden
de plaatselijke comité's, al ko
wij niet met U allen persoonlijk
aanraking, toch wordt Uw dik
30
door
MARGARET PEDLER.
'Uit het Engelsch vertaald door
E.C. VUERHARD-BERKHOU1
0
Jaar ze geen antwoord kreeg op
ir eerste kloppen liet Herrick den
ipper voor de tweede maal vallen
probeerde tegelijkertijd of de
tr open was. De klink gaf mee
ier haar vingers, ze sjruikelde de
ine hall binnen en stond aarzelend
den drempel. Het gemompel van
®men, die van een man en een
'Uw, klonk uit een kamer aan haar
cerhand, schijnbaar had niemand
ir geklop gehoord, zelfs Mrs. Muf-
niet.
De tijd vloog om, ze had een
>rgevoel van naderend gevaar. Ze
haastig naar de kamer waaruit
stemmen klonken en gooide de
Pr open.
«Jem! Caroll" De woorden kwa-
on heftig over haar lippen: „Sir
fends komt er aan".
Ze zaten bij het vuur en dronken
hien koffie, toen ze binnenkwam.
wijls onuitputtelijke toewijding hier
op den hoogsten prijs gesteld.
Ook denk ik dankbaar aan allen,
die hier te lande of in de overzeesche
gewesten ons Comité geldelijk bij
staan, ten eerste aan diegenen, die,
ondanks misschien eigen moeilijke
omstandigheden, een deel van hun
verdiensten geregeld afzonderen. Wij
hebben legioenen van onbekende ge
vers, die ons soms op schitterende
wijze steunen.
Met groote waardeering nemen wij
steeds kennis van hetgeen tot leni
ging van crisisnood in Oost en West
plaats heeft. Het was voor het
N.C.C. steeds een vreugde, ook aan
dit werk in bijzondere gevallen eeni-
gen steun te mogen verleenen.
Nu staat opnieuw een winter voor
de deur, en het Nationaal Crisis
Comité ziet zich genoodzaakt, een
beroep te doen op de landgenooten
om opnieuw het geld daarvoor te
verschaffen. Weliswaar kan ons Co
mité, zoo al ooit, dan na een drie
jarig bestaan geen aanspraak meer
maken op het aantrekkelijke van een
onbekend en nieuw streven; maar
dat heeft er niets mee té maken
dat de noodzakelijkheid, dat het
N.C.C. bestaat, blijft. En toch
evenzeer b 1 ij f t het saamhoorig-
heidsgevoel, dat maakt, dat wij el
kanders lasten zouden willen dragen.
De crisis is groot, maar grooter
zal onze hardnekkigheid zijn, waar
mee wij haar weerstaan. Aan den
persoonlijken crisisnood van de en
kelingen oeconomisch en ookmo
reel zooveel mogelijk eenigszins
tegemoet te komen, is het streven
van het Nationaal Crisis Comité.
Om dien naar vermogen te bestrij
den, daarvoor reikt het U de be
hulpzame hand, in het bijzonder in
de komende week. Het is een gele
genheid, een steentje bij te dragen
voor den bouw van een betere toe
komst.
Nederland en de overbe'
vissching van de Noordzee
o
Men schrijft aan de N. R. Crt.
het volgende
Onlangs werd melding gemaakt
van een mededeeling van een Schot-
Op een met een wit kleed bedekte
tafel stonden de overblijfselen van
een souper, een zeer eenvoudig sou
per, zooals een man dat voor zich
zelf alleen gebruikt koud vleesch
en salade, wat vruchten en kaas.
Aan een kant van de tafel stond
een half leege koffiekan.
Herrick nam met één oogopslag
het tooneel in zich op. Haar hersens
schenen met buitengewone helder
heid te werken en ineens raade ze
de heele situatie, begreep ze vrijwel
precies wat er gebeurd was. Het feit
dat niemand haar had open gedaan
toen ze klopte, het eenvoudige sou
per, beide verrieden, dat mrs. Muf
fet uit was, terwijl Carol, gedreven
door haar verlangen om Jem nog
eens te zien, vóór hij weg ging,
ongenood en onverwacht naar hem
toe was gekomen. En Jem had haar
laten blijven had die paar uur
samen genomen. Welke man, die
lief heeft als hij, zou anders gehan
deld hebben en zou haar verstandig
naar huis hebben gestuurd?
„Sir Francis komt er aan".
Bij het geluid van Herricks stem,
scherp van bezorgdheid waren Jem
en Carol opgesprongen.
„Komt Sir Francis hierheen?"
De woorden kwamen haperend
over Carols lippen. Ze werd bleek
en keek met verschrikte, opgejaagde
oogen de kamer rond als een gevan
gen dier, dat een uitweg zoekt. Jem
schen visscherijbioloog, volgens wien
de internationale raad voor het on
derzoek der zee de invoering der
Britsche maatregelen tegen de over-
bevissching der Noordzee ook door
andere landen heeft aanbevolen.
Dezer dagen hebben de Britsche
afgevaardigden naar de jaarlijksche
vergadering van dien raad een ver
slag van het daarin verhandelde ge
publiceerd. Daaruit blijkt, dat de in
ternationale raad voor Jiet sparen
van de jonge rondvisch voorschriften
betreffende de maaswijdte van den
kuil van het treilnet en de Deensche
zeevischzegen den meest doeltref-
fenden maatregel acht. Een nader
onderzoek van deze methode is nog
noodig, maar men heeft daarmede
reeds genoeg ervaring, om het voor
schrijven van een minimum-maas
wijdte van dien kuil wenschelijk te
maken.
Ten aanzien van de platvisch staat
de zaak anders. Tot dusverre heeft
men geen praktisch bruikbare con
structie van de mazen kunnen ber
denken, waardoor men aan plat
visch, welke gespaard dient te wor
den, gelegenheid tot ontsnappen
geeft zonder dat terzelfder tijd
marktwaardige rondvisch dóór de
mazen glipt. De raad is daarom van
meening, dat het stellen van een
minimum-maat op platvischsoorten
noodig is, opdat het uitoefenen van
de visscherij op ide vischgronden,
waar vooral kleine platvisch voor
komt, minder aanlokkelijk wordt.
Eenzelfde maatregel wordt voor
rondvisch gewensciu geacht, ter ver
sterking van de uitwerking der voor
schriften betreffende de maaswijdte
van den kuil en opdat de visschers
niet in de verleiding komen, deze
te ontduiken.
Een moeilijkheid leveren de tak
ken van visscherij op, die zooals
de garnalenvisscherij in verband met
de kleine afmetingen .van de zee
dieren, waarvan zij de vangst ten
doel hebben, aangewezen zijn op het
bezigen van nauwmazige netten
Door de uitoefening van die takken
van visscherij worden op zekere
plaatsen in in zekere deelen van het
jaar groote hoeveelheden jonge visch,
vooral platvisch, vernietigd. Ten aan
zien van dergelijke netten zouden,
indien zij zonder noodzaak veel scha
de aan den vischstand toebren-
sloeg haastig een arm om haar
schouders, anders zou ze gevallen
zijn.
„Is het waar, Herrick?" vroeg hij
snel. „Hij was uit de stad en zou
pas morgen thuis komen, zei Carol".
„Ja, dat weet ik," zei Herrick.
„maar luister". En in een paar haas
tige woorden vertelde ze hem wat
Billy gehoord had en wat er gebeurd
was. „Dus Carol moet direct naar
huis gaan," eindigde ze, „Sir Fran
cis moet haar hier niet vinden".
„Maar hoe kan ik gaan?" vroeg
Carol zenuwachtig. „Jem zou me
naar huis brengen, maar zijn pony
is nog niet eens ingespannen
Ze hield op, haar mond vertrok ner
veus.
Jems gezicht had de verblufte
wanhopige uitdrukking van een man,
die weet dat hij totaal machteloos
is om de vrouw, die hij liefheeft
tegen gevaar te beschermen.
„Je kunt hier niet blijven," zei
Herrick gebiedend tegen Carol. „Je
moet met Billy terug gaan". Terwijl
ze sprak begon ze de dikke motor-
jas die ze aan had uit te trekken:
„Gauw! Hij wacht bij de achter
deur".
„Maar jij dan," protesteerde Ca
rol verward, „we kunnen niet sa
men in den zijspan".
„Ik zal hier blijven Jem kan
me later thuis brengen, maar jij moet
nu dadelijk gaan",
gen, eveneens voorschriften noodig
zijn. Dit vraagstuk nioet naar de
meening van den internationalen
aad door de betreffende landen in
verband met de plaatselijke toestan
den zélf bestudeerd worden.
Daar Duitschland ten aanzien van
ondermaatsche Noordzeevisch het
Britsche voorbeeld gevolgd heeft en
in Denemarken reeds lang een ver
bod van aanvoer van ondermaatsche
schol bestaat, zijn ons land en België
thans de eenige van de bij de Noord-
zeevisscherij betrokken landen, die
nog geen maatregelen tegen de over-
bevisscliing van de Noordzee heb
ben genomen.
Naar men weet, heeft onze re
geering verleden jaar reeds het voor
nemen te kennen gegeven, eveneens
tegen die overbevissching op te tre
den. Daarvoor is .een wijziging der
visscherij-wet noodig, waarvan, al
thans na bovenvermelde aanbeve
ling van den internationalen raad,
waarin ook ons land vertegenwoor
digd is, vertrouwd mag worden, dat
zij niet lang meer op zich zal laten
wachten.
Vorstelijke giften aan het N.C.C.
Prinses Juliana heeft aan het Na
tionaal Crisiscomité, afgescheiden van
de belangrijke maandelijksche bijdra
ge, welke hetzelve van H.K.H. mag
ontvangen, een gift ineens van
f 90.000 doen toekomen.
Voorts heeft het comité van een
grooten confectiehandel te Amster
dam een gift, groot f 10.000 ont
vangen.
Zeeuwsche Aero Club.
Te Middelburg is opgericht de
Eerste Zeeuwsche Aero Club, met
als dagelijksch bestuur de heeren
M. C. van Hall, P. F. L. J. van
der Grinten en jhr. D. van Doorn.
De nieuwe club stelt zich ten doel
de vliegsport in Zeeland te bevorde
ren en zal met de N.V. Nationale
Luchtvaartschool overleg plegen op
welke wijze aan hare leden op het
Vlissingsche vliegveld Souburg vlieg-
onderwijs zal kunnen worden ge
geven.
„O, maar dat kan ik niet doen
Herrick wendde zich dringend tot
Beresford en duwde haar mantel
in zijn armen.
„Maak dat ze het doet, Jem,'
smeekte ze. „Laat haar in Godsnaam
direct weggaan".
Hij knikte en begon Carol in den
zwaren mantel te helpen. Ze gaf
passief toe als iemand die zich in
een droom beweegt.
„Je moet gaan, liefste," zei hij
vast. „Het is de eenige kans".
„En gauw, gauw," drong Herrick,
Ze had het wel kunnen uitgillen van
spanning. Voor haar gespannen ze
nuwen klonk het kloppen van haar
eigen aderen als het geluid van
paardenhoeven achtervolgende
meedoogenlooze hoeven.
Ze wierp een haastigen blik door
de kamer en gaf een ontstelden uit
roep.
Carols eigen lichte mantel, hoed
en handschoenen lagen op een stoel.
Ze nam ze haastig op en duwde
ze Jem in de armen.
„Gauw toch, toe dan!" drong ze.
Een oogenblik later waren ze alle
drie buiten, waar de motorfiets snor
de als een levend ding, dat hijgt
van verlangen om weg te gaan. Her
rick wisselde een paar haastige woor
den met Billy en de mand met het
hondje opnemend, hield ze het vast
terwijl Jem Carol in den zijspanwa-
gen hielp en zette het toen haastig
door: Guust Aemaudts.
4.
De schaper van de Beerhofstede
onder IJzendijke had de boeren uit
het gebuurte al te veel gekoejeneerd,
dat het geen ruchtbaarheid schonk.
Uren in 't ronde ging er 'n rauwe
roep van schelle angste door 'tvolkl
'k Had er 'n vette heeste voor
over, als ge hem kondt attrapeeren,
had de boer beloofd.
Mieleke, den koeier had het in
z'n ooren geknoopt en op 'n Zon
dagochtend, dat de schaper naar de
kerk was, snolde hij 't heele kevent
af en vond er in nen hoek drie dik
ke, perkamenten boeken met gothi-
sche letters. De koeier zette zich
plat neer en begon de geschriften
te lezen. Hij zat er zoo in ver
diept, dat hij geen oog of oor meer
had voor wat er rond hem ge
beurde, en dus niet gewaar werd
dat in minder dan géén tijd den
heelen hof krioelde van kleine roode
mannekes. Overal kwamen ze op
gedoken: in 't hoenderkot, in de
lochting, in den boomgaard, in de
stallen en de huizinge. En Mieleke
las voort in de perkamenten boek
De schaper kreeg in de kerk
elmdeens 'n gevoel van groote on-
ruste. Hij vloog naar buiten en rende
naar de Beerhofstede. Ja! D'r lie
pen al zooveel roode mannekes dat
ie er met veel ruzie nog door ge-
rocht, op de piesel 'n mate met
lijnzaad vond en met 'n zwaai de
bruine schilsertjes over den erft gooi
de. „Raapt ze opl" riep ie. In min
der dan 'n minuut hadden de roode
mannekes de zaadjes opgeraapt, zoo
veel duist waren er. Den schaper
brak het doodszweet uit. Hij vloog
naar 't karnkot greep er 'n teele zoe
temelk en 'n teele karnemelk en
kletste ze tegare over de kalseide.
„Scheidt dattel" riep ie.
Dat konden de roode duivelkes
niet en de schaper was gered I
op haar schoot.
„Maak jullie je maar niet onge
rust," zei Billy's jongensachtige stem
kalm. „Ik zal haar wel veilig thuis
brengen. De keukenmeid heeft zich
vergist. Carol dineerde bij Mim op
Windycroft vergeet dat vooral
niet!"
De machine zette zich in bewe-
Iging, hobbelde over den oneffen
weg en verdween in de duisternis.
Jem snelde naar den stal en beval
Joe Westcott om de pony zoo gauw
mogelijk in te spannen, toen keerde
hij met Herrick naar huis terug.
0
XXVI.
Het onverwachte gebeurt.
„Ik zal je nooit genoeg kunnen
danken, je bent een kraan geweest,
Herrick". Jems stem was niet erg
vast toen hij, weer terug in de kleine
woonkamer ademloos tegenover Her
rick stond.
.(Wordt vervolgd).