Breskensche Courant 25 10 200 100 3S NI bittere erfdeel. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. it !,8 büC !ondags-vraagstuk V€k Zomer sproeten SPRUTOL aargang Woensdag 11 Juli 1934 Nummer 3948 1 '\IEMENT: :n laai f 1.25; fkens I AO. I 6,50 per far ad per kwar- NJ; en builen 0.725. Bui- 2 )p0 per jaar. r Verschijnt - iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND - Adverlentian worden aangenomen tot uiterlijk I uur nam. J. C. LE BLEU, Tel. 21 Uitgave: Dorpsstraat 35, BRESKENS Postrekening 70179 ADVERTENTIËN: van 5 regels f 0,75; iedere regel meer 15 cnl. Ingez. mededeelingen 30 cent per regel. Handelsadoertentién bij regelabonnement groote kortingTarief op aan vraag verkrijgbaar. oerzekering voor de gen ongelukken, en volgende bedragen gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken gld bij dood wm gld bij ver- bij ver- bij ver door j lies van een j(Van een lies van een een ongeluk hand of voet oog duim De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongcvallcn-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. gld bij ver lies van een wijsvinger gld bij verlies van eiken anderen vinger ieki Dord, ifenis Z. K. H. ins Hendrik. ;n id dei je. ibare Scholen zuilen op 11 Juli 1934 gesloten zijn. etarie zal dien dag geopend tot 10 en van 17 tot 18 de aandacht der landbou- i, dat zij het uitbreken van jevolge van hooibroei die- /ALI ,or^omeQ* Nalatigheid zal •rden krachtens art. 158 van ik van Strafrecht. mei" PC Burgemeester van Breskens, D. H. VAN ZUIjEN. -0- B. D. Eerdmans schrijft Vachter, maandblad van de godsdienstige liberalen isident-minister heeft on- le Tweede Kamer verklaard ;t door minister Verschuur e wetsontwerp tot herzie- eenige bepalingen van de ïitingswet, voorloopig niet deling wenscht te nemen, daring werd niet met rede eed. Algemeen is men van dat de oorzaak der weige in den tegenzin, die bij eformeerden bestaat tegen :oop op Zondag. Vooral de -50 geerde volksvertegenwoordi- buiten de Antirevolutionaire aan, plegen voor den Zon volstrekte rust op te eischen ien van arbeid, en ook wat ing en vermaak betreft. Zij let kiezervolk aan zijn ver 02 ettilleton door RGARET PEDLER. let Engelsch vertaald door küERHARD-BERKHOUT 0 lang noodig gehad om Jt bad in het meer heen te ies'f zei hij ontevreden, nadat jgen tijd over oppervlakkige .erpen hadden gepraat. ,,Als rac"fauw zorgt, dat u beter wordt log veel te lang op de pasto 'en naar den zin van mijn pie het verband tusschen die f 'fingen niet goed in," zei ze ke- 0-f?" Zijn blauwe oogen *<=- tar onderzoekend aan, uitda- m hun roekeloosheid, smee- n de ontwapenende zachtheid, absurd lange wimpers er aan ,,lk zou zoo zeggen, dat dat let kleinste verstand nogal heel ^Jelijk was. Daar ik door het lot pverkoren geworden om u te trouwen niet te schenken aan gere formeerden van anderen stempel. Zij vormen dus, ook voor de anti's, een drijvende kracht. Daarom is het voor vele midden standers, die gaarne op den Zondag wat willen verdienen bijzonder na- deelig, dat de aanhangers der Gere formeerde Staatspartij zoo weinig be langstelling koesteren voor Bijbel studie, Zij hebben op dit gebied hunne overgeleverde overtuigingen. De studie van de Heilige Schrift in den grondtekst neemt bij hen ech ter geen plaats in, althans niet voor zoover het ons mogelijk is daarover te oordeelen door het overzien van het veld der wetenschappelijke Bij belstudie. Op dit gebied zijn zij niet te speuren. Vooral in ons vaderland heeft de wetenschappelijke Bijbelstudie echter practische staatkundige beteekenis, want een belangrijk gedeelte van on ze kiezers stemt op gronden van godsdienstige sympathieën en waar- deeringsoordeelen. Indien iedere ker kelijke politieke partij nu kramp achtig blijft vasthouden aan vroeger ontworpen stellingen, bestaal er geen mogelijkheid, dat het ooit tot eene eenheid of goéde samenwerking zal komen met andere kerkelijke of bui tenkerkelijke kiezers. Zulk een vast houden is in strijd met het wezen van alle protestantsch-politiek inzicht. Voor alle protestanten toch is de grondslag van de waarheid de Bijbel Noemt men daarnaast eene Belijde nis dan doet dit in dit opzicht, niet ter zake, want voor een protestant geeft, (als het er op aankomt) de Belijdenis den doorslag niet, maar wèl de Bijbel, waarop de Belijdenis gegrondvest moet zijn. Het Zondags-vraagstuk zou er bij ons geheel anders uitzien als men den moed had tot den Bijbel terug te gaan en overeenkomstig de vet klaringen in de politieke program ma's te handelen, die Gods Woord als de basis van het staatkundig inzicht roemen. Men zou dan zien, dat nergens in den Bijbel de viering van den Zon dag wordt voorgeschreven, niet op de wijze die in gereformeerde krin gen wordt gewenscht en niet op een andere wijze. Sterker nog, men zou zien dat de Zondag een menschelijke instelling is, die niet berust op een goddelijk gebod. De Zondag is de eerste dag der week. De oudste Christenen hebben behoeden voor een vroegtijdigen dood, wachtte ik natuurlijk vol span ning op den volgenden zet in het spel". „O ja? Ik geloof niet dat er een volgende „zet" zal zijn. Waarom ook?" „Doe niet zoo onnoozel," zei iiij verwijtend. „Heeft u nooit romans gelezen? U denkt toch niet, dat het lot menschen op zoo'n merkwaardige manier aan elkaar voorstelt, alleen maar voor niets? Het is natuurlijk alleen maar de eerste stap" „In welke richting?" vroeg Her riek nederig. Het amuseerde haar om het zwaard te kruisen met dezen buitengewoon zelfverzekerden jon gen man. Hij keek haar een oogenblik zwij gend aan en vroeg toen koeltjes: „Wilt u het werkelijk weten? Ik kan het u wel vertellen, als u dat wilt". Ze schudde het hoofd. „Neen, doe geen moeite." zei ze haastig. „Het zou wel eens een on aangename richting kunnen zijn een die ik liever niet opga," zei ze met opzettelijken nadruk. „Ik vrees, dat d?,t niet het minste verschil zou maken," antwoordde hij Er was een kalme overtuiging in die bewering, die haar een beetje ver op dezen dag samenkomsten gehou den ter herinnering aan de opstan ding van Christus op den lsten dag na den Sabbat, en omdat God op den eersten scheppingsdag het licht schiep en de opstanding van Christus voor hen het sdhepjxvi van een nieuw licht was. De oude kerkvader Justi- nus de Martelaar, die dit mededeelt, doet ons dus (zien, dat de Zondag toen geen herinnering was aan een ■rustdag, maar aan een werkdag, waarop God scheppingswerk deed. In het N.T. wordt de Zondag, als dag des leeren, maar enkele maal genoemd: Dit geschiedt op een wijze, die duidelijk doet uitkomen, dat de rust van den Joodschen Sab bat door de Christenen niet op dien dag werd toegepast. Op den laatsten dag der week plachten de Joden geen zwaren ar beid te verrichten en zich te onder werpen aan eene uitwerking van het oude gebod van de wet der tien woorden „Gedenk den Sabbat" die voor hen verplichtend was. Zij moch ten b.v. niet reizen en niet schrijven. Wij lezen Hand. 20 711 dat Pau- lus op den eersten dag der week op reis ging, nog wel te voet. Een Jood mocht op Sabbat niet meer dan 1 Kilometer loopen. Volgens Openbaring I 10 en 19 ontving Johannes zijn gezichten op een Zondag, met het bevel op te schrijven wat hij zag. Naar Joodsch begrip was het schrijven van twee letters reeds een arbeid, die op den Sabbat verboden was. De strikte Zondagsheiliging, zoo als streng gereformeerden die willen, berust op eene vereenzelviging van den Zondag met den 7den dag der week, den Sabbat der Joden. Na tuurlijk is een dergelijke gelijkstel ling niet met de Schrift in overeen stemming te brengen. Doch gesteld eens, dat dit wèl zoo ware en dat er in den Bijbel stond (wat niet het geval is) dat de Christe nen op hun Zondag de rustbepalin- gen moesten toepassen, die de Joden aan den Zaterdag verbonden, zelfs dan vinden zij den Bijbel tegenover zich. Want ten aanzien van deze Joodsche bepalingen heeft Jezus ge leerd, dat zij voor Christenen niet zouden gelden. Hij trok zelf op Sab bat van plaats naar plaats. In twist gesprekken over wat op dien dag wel mocht en wat niet, stelde hij al het kleine uitspinnen van geboden ter zijde voor de uitspraak: De Sab bat is er om den mensch, de mensch is er niet om den Sabbath, zoodat het menschenkind heer is van den Sabbat. (Matth. 12 115; Mare. 27). Op grond van den Bijbel is de houding der streng-gereformeerden tegenover den Zondag derhalve te veroordeelen. Als zij zich aan de Schrift wilden houden zouden zij den Zondag moeten voorstaan als een dag waarop men zich in godsdienst oefening vereenigde. Niet omdat de Bijbel dit voorschrijft, want een ge bod om op dien dag samen te komen Wordt niet gegeven. Alleen wordt medegedeeld, dat men dit placht te doen (1 Cor. ld 2). Het in stand houden van deze oud christelijke ge woonte sluit echter niet in, dat men van godsdienstig standpunt het recht heeft van zijn medeburgers volstrekte rust te verlangen en te eischen dat des Zondags alle winkels gesloten zullen zijn. Waarom mag de winkelier, die hierin zijn voordeel ziet, dien dag niet vericoopen? Maar mag de boer wel twee maal per dag het vee gaan melken en de stallen ver zorgen mag de melk wel worden gewonnen maar niet tot verbruik worden thuisgebracht mag de banketbakker niet verkoopen als hij wil, maar moet de stoker van de mailboot den ganschen dag werken of het Zondag is of niet? Waarom? Wij juichen als godsdienstige men schen toe, dat men opkomt voor ucn z-uftdag ,il-- .„„f ccn uag van geestelijke bezinning en godsdiensti ge Overdenking. Maar wij juichen het niet toe, dat men het woord van het Evangelie, dat de mensch er niet is voor den Sabbat, in den wind slaat. Alleen studie van den Bijbel kan hier tot beter inzicht leiden. Wist ik maar een middel om de partij van dominee Kersten daartoe te brengen Vijf jaar geleden heb ik deze dingen door de radio laten hooren. Maar tot Schriftstudie en inkeer is men in het politiek-gereformeerde kamp, naar liet schijnt, nog niet gekomen. Tot nadeel van beter onderling verstaan en tot teleurstelling van hen. die er stoffelijk door worden geschaad Gelet op art. 16, onder 6, der wet van 31 December 1915 (Staatsblad no. 333), zooals dat luidt ingevolge de wet van 27 Juni 1919 (Staats blad no. 420), heeft goedgevonden en verstaan te bepalen: Art. 1. Behoudens de uitzonderin gen in art. 3 vermeld, is het een ieder verboden zich te bevinden in een strook van 1500 meter breedte langs de Nederlandsch-Belgische grens, indien en voor zoover hem het verblijf aldaar is ontzegd op den voet van art. 2. Art. 2. De jn art. 1 bedoelde ont zegging van verblijf geschiedt bij een den belanghebbende te beteeke- nen beschikking van een der Direc teurs der invoerrechten en accijnzen te Breda, 's-Hertogenbosch en Maastricht. De beschikking vermeldt den duur schrikte. Ze voelde ineens een zekere hardnekkigheid, die achter die vroo- lijke, heerschzuchtige manieren van dezen man schuilen Jcon de moge lijkheid van een verborgen, koppige kracht gesteund door een onstuimige roekeloosheid, die alles en iedereen die vijandig zijn pad kruiste, uit den weg zou ruimen. Onwillekeurig voel de ze een vagen, onbehagelijken angst opkomen en het was een wel kome afleiding, toen juist op dat moment de deur open ging om twee nieuwe bezoekers binnen te laten: Alec Fane en Barbara. Toen ze binnentraden boog Severn zich .naar haar toe en zei haastig: „Geloof je me niet? Je zult het doen eens!" En de opgewekte tegenwoordig heid van den predikant en zijn doch ter konden niet geheel het vage. angstige gevoel wegnemen, dat Gair haar bezorgd had. Toch moest ze bekennen, dat hij zeer onderhoudend gezelschap was. Met karakteristiek sangfroid had hij zichzelf tot dage- lijksch bezoeker gepromoveerd en ondanks zijn onmiskenbare arro gantie, die haar altijd opwekte tot half geamuseerde, half geprikkelde oppositie, mocht ze hem toch graag en keek ze al uit naar zjin visites. Hij was zoo vitaal, zoo onweerstaan Verblijfsontzegging verbo den strook langs de grens o De Minister van Financiën: verdwijnen spoedig door een pol Bij alle drogisten. van de ontzegging van verblijf, wel ke, behoudens verlenging, ten hoog ste één jaar bedraagt. Art. 3. Het verbod, bedoeld in art. 1, gêldt niet: a. ten aanzien van bewoners van de strook, voor zoover een in de in art. 2 bedoelde beschikking aange wezen gedeelte daarvan betreft, en deze uitzondering uitdrukkelijk in die beschikking is vastgelegd; b. ten aanzien van hen, wien in afwijking van een geldende ontzeg- niet worden toegelaten," zei ze met een droef glimlachje. „Ik weet dat Francis orders in dien geest gege ven heeft. Dat is een van zijn metho den om me te straffen me te ver nederen in de oogen van de bedien den". En Herrick, die zocht naar een verklaring van Macs wegblijven, ging van verblijf door of namens een Inspecteur der invoerrechten en accijnzen vergunning is verleend, om zich om bijzondere redenen in de strook te bevinden, doch alleen voor zoover de in die vergunning om schreven gedeelten van de strook en baar, dat zijn binnenkomen in de ziekenkamer ongeveer hetzelfde op wekkende effect had als een zee wind, verzadigd van zilte geuren En de charme van die vroolijke ba zigheid van hem viel niet te ontken nen, vooral waar hij instinctmatig wist, hoe ze te combineeren met een zekere beschermende zorg in kleinig heden, die elke vrouw onweerstaan baar aantrekt. Misschien verheugde Herrick zich te meer op zijn bezoeken, omdat iemand anders niet de minste neiging scheen te gevoelen om haar op te zoeken. Mac Kenyon, zoo vertelde Lady Bridget, had verscheidene malen la ten vragen, hoe het met de zieke ging, doch hij zelf had geschitterd door afwezigheid en Herrick was er in haar hart diep gegriefd over. Al hadden ze dan ook dien dag op het ijs gekibbeld, dan hoefde Mac toch niet zoo verstokt onverzoenlijk en onhartelijk te zijn. De eenige ver klaring, die ze er voor kon vinden, waren de gebeurtenissen op Mortlake Hall. Carol was bij haar geweest en had haar verteld van Sir Francis' onverwachte terugkeer en de gevol gen daarvan. „Natuurlijk was het allemaal voor af beraamd," zei ze somber. „Hij was nooit een oogenblik van plan geweest om in Londen te blijven dien nacht. En nu kan Jem heele- maal niet meer bij ons aan huis ko men. Als hij het probeerde zou hij kwam tot de conclusie, dat hij haar verantwoordelijk stelde voor al wat er gebeurd was en op deze manier zijn boosheid daarover toonde. De gedachte deed al de bittere gebelgd heid, die ze gevoeld had dien dag van hun twist, weer boven komen en daar het bijna altijd gebeurt, dat een vrouw als ze boos is en verdriet heeft om den- eenen man, geneigd is om aardiger veel aardiger dan gewoonlijk te zijn tegen een ander, was ze al een flink eind op weg om dikke vrienden met Gair Severn te worden, vóór ze Kenyon weer ont moette. Op zekeren middag werd hij zon der vooraf aangediend te zijn, haar kleine zitkamer binnen gelaten, waar Lady Bridget en Billy met Severn en den dominee thee zaten te drin ken. In haar hart dankte Herrick de goden dat ze niet alleen was wat heel licht mogelijk had kun nen zijn. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1934 | | pagina 1