Breskensche Courant
50
40
25
De lamp in de woestijn
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Ons weekpraatje.
FEUILLETON
Gemengd Nieuws.
42ste Jaargang
Woensdag 7 December 1932
Nummer 3788
ABONNEMENT:
per kwarlóal 1,25;
builen Breskens l ,40.
Buitenland 6,50 per
jaor.
Zondagsblad per kwar
taal f 0,65; en buiten
Breskens 0,725Bui
tenland f 3,50 per jaar.
Verschijnt
- lederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND -
Advertentiën worden aangenomen tot uiterlijk 1 uur nam.
Uitgave:
J. C. LE BLEU, Dorpsstraat 35, BRESKENS
Tel. 21 Postrekening 70179
ADVERTENTIËN:
van I 5 regels f 0,75;
iedere regel meer 15 ent.
Ingez. mededeelingen 30
cent per regel.
Handelsadüertentiên bij
regelabonnement groote
korting. Tarief op aan
vraag verkrijgbaar.
GRATIS verzekering voor de s*
abonné's tegen ongelukken, en JI ff J
mei voor de volgende bedragen:
gld bij ver
lies van een
gulden bij levens- g gld bij dood gld bij ver-
lange ongeschikt- 1 li f door lies van een
heid tot werken een ongeluk hand of voet 'wr oog
De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij
gld bij ver
lies van een
duim
„Fatum" te 's-Gravenhage.
gld bij ver
lies van een
wijsvinger
gld bij verlies
III van eiken
anderen vinger
TWEEDE BLAD.
o
Alle menschen hebben in het le
ven hun up and downs gekend, de
perioden, waarin alles even vlot ging
en de tijden van zorg, waarin niets
wilde lukken van wat ze onder han
den namen. Daarom schamen we er
ons ook niet voor om hier te herin-
neren aan een persoonlijke ervaring
uit onze jeugdjaren. In den tijd,
waarover we spreken, hadden we in
het levensspel een open „misert" in
handen gekregen; armoe was troefI
We liepen op een mooien voorjaars
dag een buitenwandeling te maken
en de verkwikkende lente staalde
onze danig verslapte energie. Een
eind vóór ons uit reden een paar
fietsers; ook van den tegenoverge-
stelden kant naderde een peddelaar.
Toen de luidjes elkaar ontmoetten,
wisselden ze eenige woorden, stap
ten van hun karretjes af en gingen
toen op den weg aan het scharrelen
met iets, dat we uit de verte niet
konden onderscheiden. Naderbij ge
komen bemerkten we, dat ze met
kaarten aan het spelen waren en
nieuwsgierig bleven we staan kij
ken. Ze speelden het spel van één,
twee, drie klaveraas. Een dei-
spelers verloor telkens, maar die ke
rel was een stom individu, want zelf
hadden we heel goed gezien, waar
klaveraas gebleven was, maar de
man, die zijn inzet waagde, wees tel
kens de verkeerde kaart aan. Er
naderde nog een andere fietser en
die bleef ook al nieuwsgierig staan
kijken. Na een oogenblik zette hij
een rijksdaalder in en won. Nog
een riks, hetzelfde resultaat. In
eenige oogenblikken had de laatst-
aangekomene minstens 25 gulden
„verdiend". Wéér werden de drie
kaarten gelegd en ook thans hadden
we weer, duidelijker nog dan ooit,
gezien, waar klaveraas gebleven was.
„Zet mijnheer misschien óók een
rijksdaalder?" vroeg een der spelers
aan ons. We erkenden openhartig
dat we geen rijksdaalder rijk wa
ren. „Dat is niets zei de speler,
terwijl hij naar ons vest keek
je hebt toch een horloge bij je?"
We toonden ons zilveren klokje. De
man zette er vijf gulden tegenover.
„Ja, maar zoo schuchterden we
nog 'tis eigenlijk niet eerlijk,
33.
Uit het Engelsch van
ETHEL M. DELL
door
CATH. A. DERMOUT-VISSER
O
In den namiddag van zijn laat-
sten verlofdag trof hij, toen hij in
de veranda van „The Grand Stand"
thee kwam drinken, gevolgd door
zijn getrouw gezelschap, déar zijn
zuster aan, die voor de eerste maal
weer aanwezig was, door kussens
ondersteund, liggende op een rust
bed, terwijl mevrouw Ralston, die
naast haar zat, de honneurs van de
theetafel waarnam.
Ze leek wel een geest en of
schoon hij haar dienzelfden morgen
te bed had bezocht, schrikte Tom
my. „Lieve hemel!" riep hij uit,
„wat zie je er slecht uit".
Ze glimlachte bij zijn opmerking,
terwijl zijn kleine gezellin met haar
smal gezichtje de ooren spitste.
„Zien menschen er zoo uit als
ze dood gaan?" vroeg ze.
want ik weet zéker, waar klaveraas
ligt". Dat kwam er niets op aan;
mijnheer handhaafde zijn aanbod.
We hebben ons klokje gezet en een
kaart aangewezen, maar klaver
aas bleek het niet te zijn! De heeren
hebben toen niet verder gespeeld;
ze verdwenen met elkaar enmet
ons klokje.
Vóór de beschreven gebeurtenis
hebben we ons nimmer aan een bui
tensporige gokkerij gewaagd en er
na ook niet.
O
De beschreven jeugdherinnering
kwam bij ons op, toen we dezer da
gen lazen van een politioneelen in
val in een speelhol te Amsterdam.
Vijftien jonge menschen, meest men
schen, die van een daghandeltje
moeten bestaan, werden bij hazard
spel verrast en naar het bureau van
politie overgebracht, waar bleek, dat
meer dan de helft van het aantal
spelers gesteunden waren van Maat
schappelijk Hulpbetoon, dat hun van
tijd tot tijd eenig handelsgeld ver
strekte, hetwelk ze dan ten deele
in het speelhol weer kwijt raakten.
Toen we dat lazen, hebben we ge
sidderd van verontwaardiging, gelijk
ook u, lezer, dat ongetwijfeld hebt
gedaan en iedere andere brave bur
ger. Zóó worden onze dure belas
tingcentjes verbrast. Is 't geen
schande?
En toch als men even nadenkt,
vindt men ook weer iets als een ex
cuus voor de spelers. Denk eens
aan: men beweert, dat circa een
achtste deel der mannelijke Neder
landers werkloos is, maar van de
in het speelhol aangetroffen per
sonen bestond de meerderheid uit
ondersteunden. Moeten we dan aan
nemen, dat menschen met spelers
hartstochten eerder werkloos zijn dan
andere lieden? Eerder lijkt ons het
omgekeerde het geval, n.l. dat men
schen, die op den rand van den
honger leven gemakkelijker voor een
kansspelletje te vinden zijn, dan de
genen, die een min of meer ver
zekerd bestaan hebben. Wie ne
men deel aan loterijen? In hoofd
zaak zijn het de kleine luiden, voor
wie het leven nooit eens iets bij
zonders heeft gebracht en die daar
om eiken dag hongerig de trekkings-
lijsten staan te bezien in de ver
wachting, dat het domme lot ze mis
schien nog eens gunstig zal zijn.
We moeten niet te gauw en te
hard oordeelen. Duizenden werk-
„Volstrekt niet, lieve kind," zei
mevrouw Ralston kalm, „ga maar
eens naar mevrouw Dacré en ver
tel haar eens wat je hebt gedaan".
Maar Tessa bleef op één been
staan en staarde voor zich uit, totdat
Stella vriendelijk de hand uitstak
en haar op een hoekje van haar
rustbank trok. Maar ze bleef voor
zich uitstaren met haar groote, blau
we oogen, die in het kleine scherpe
gezichtje een aapachtig-slimme uit
drukking hadden.
„En wat hebben Tommy en jij
gedaan?" vroeg Stella.
„O, alleen maar een beetje ver
trouwelijk gepraat, net als moeder
en de Radjah," zei Tessa.
„Hier heb je een stuk cake," zei
Tommy, „en vertel ons nu maar eens
alles van den maki" (vosaap op
Madagascar).
„O, van Scooter! 't Is zoo'n schat.
Zal ik hem eens meebrengen?"
vroeg Tessa, terwijl ze Stella mei
haar wonderlijke onkinderlijke oogen
aankeek. ,,U zult zeker van hem
houden! Dat weet ik vast. Hij
spreekt bijna. Ik heb hem van ka
pitein Monck gekregen. Vroeger
hield ik niet van hem, maar nu wel.
Ik wilde dat hij maar terugkwam
en Tommy ook. Vindt u hem ook
geen lieve man?"
loozen worden geholpen, maar zóó
en we erkennen, dat het moei
lijk anders kan dat ze niet van
honger behoeven om te komen, maar
zich ook niets kunnen permitteeren,
dat hun het leven ook nog aantrek
kelijk kan houden. De dapperen le
ven en vechten dóór, de zwakke
ren, niet altijd de slechtsten, ko
men nu en dan in de verzoeking
om het monotone van hun ellende
te breken met een wagen van een
kans „alles of niets".
We kunnen ons zoo iets voor
stellen, maar verdedigen natuur
lijk niet.
Moordaanslag.
In de Laan van Nieuw Oost-Indië
in Den Haag, bij het Haagsche
Bosch, is Vrijdagavond omstreeks
10 uur een 22-jarig meisje met een
ernstige snijwond aan den hals op
den openbaren weg liggende gevon
den. Een voorbijganger waarschuw
de den gemeentelijken geneeskundi
gen dienst en de politie, waarna het
meisje, dat voorloopig in een
apotheek werd verbonden, naar het
gemeentelijk ziekenhuis werd ver
voerd.
Het meisje, dat eerst door haar
verwonding nauwelijks spreken kon,
vertelde later, dat een ongeveer 19-
jarige jongeman, met wien zij wel
eenigen omgang had, doch dien zij
slechts bij zijn voornaam, Koen, ken
de, haar met een scherp voorwerp
de snede aan den hals had toege
bracht, toen zij in het Haagsche
Bosch even met den rug naar hem
toe stond. Deze jongeman, onge
veer 1.70 M. lang, zou van beroep
schilder zijn en hij zou wonen in een
zijstraat van de Weimarstraat.
Het meisje is de 22-jarige G. M.
de H., uit de Sirtemastraat. Haar
toestand was naar omstandigheden
gunstig.
In verband met deze zaak is aan
gehouden de 19-jarige werklooze
kappersbediende C. E. v. F., als ver
dacht de daad te hebben bedreven.
De verdachte, die zich in gezel
schap van een meisje bevond, is
door de recherche overgebracht naar
het hoofdcommissariaat van politie.
Van F. moet bekend hebben, de
wond met een scheermes te hebben
toegebracht.
Omtrent de gepleegden moord-
„Ik ken hem niet zoo goed," zei
Stella.
„O neen? Hij is zoo kalm. Ik
dacht eerst dat hij onvriendelijk was,
maar dat is hij niet. Hij is alleen
maar verlegen, is 'tniet, tante Ma
ry?" en de blauwe oogen wendden
zich naar mevrouw Ralston, die licht
afkeurend het hoofd schudde.
„Neen maar heusch," ging Tessa
voort, „hij is een lieve man, dat
zegt Tommy ook. Moeder houdt niet
van hem, maar dat beteekent niets,
want, de menschen waar zij van
houdt, zijn bijna nooit lief, dat zegt
vader".
Tessa," zei mevrouw Ralston
vriendelijk, „daar moet je over zwij
gen. vertel ons liever wat van ka
pitein Monck's maki".
Tessa fronste een oogenblik de
wenkbrauwen: zulk een kinderachti
ge terechtwijzing was haar eer van
achtjarige te na. Maar toen ze in het
vriendelijk glimlachend gelaat van
haar gastvrouw keek, nam ze ook
de opmerking voor lief.
„Best, tante Mary, ik zal hem
morgen meebrengen en hem u laten
kijken, wil ik?" zei ze vroolijk. „Me
vrouw Dacre zal hem ook wel aar
dig vinden. Dan hebben we iets om
ons te amuseeren als Tommy weg
is".
aanslag meldt men, dat de 19-jarige
aangehouden v. F. tegenover de po
litie een volledige bekentenis heeft
afgelegd en met de grootste on
verschilligheid over de door hem
bedreven daad sprak. Als eenig mo
tief gaf hij voor te hebben gehan
deld uit haat tegenover de meisjes.
Trouwens, het 22-jarige meisje,
dat het slachtoffer is geworden van
dezen haat, kende slechts een paar
dagen den verdachte, wiens naam
noch woonplaats zij zelfs nog niet
wist.
Van F. deelde bij zijn voorloopig
verhoor mede, dat hij het scheermes,
waarmede hij zijn daad heeft ge
pleegd, heeft verborgen in zijn kost
huis aan de Celsiusstraat.
Arrestatie van bandieten te
Sjanghai.
De buitenlandsche en Chineesche
politie te Sjanghai zijn er in geslaagd
28 verdachte bandieten te arrestee
ren in verband met den moord op
een Chineeschen politieman. Deze
politieman, vergezeld van twee as
sistenten, ondervroeg in een thee
huis een verdacht persoon, toen plot
seling een andere Chinees aan hun
tafel kwam zitten, een pistool trok
en den politieman doodschoot en
diens beide assistenten verwondde.
De dader maakte van de verwar
ring gebruik om te ontvluchten. De
politie nam terstond maatregelen en
deed invallen in de internationale
en Fransche concessies en arresteer
de verscheidene bandieten, terwijl
een aantal bommen, automatische
pistolen en minutie in beslag ge
nomen werd.
Een ongeluk.
De 77-jarige mevrouw E. Key-
zerMeek te Groningen kwam bij
het uitstappen van den tram te val
len, doordat de bestuurder den wa
gen in beweging bracht op het tee-
ken van den verkeersagent inplaats
van te letten op het sein van den
conducteur. De oude dame werd op
gevangen door haar echtgenoot, die
reeds was uitgestapt. Beiden werden
eenige meters meegesleurd en ern
stig gewond. De vrouw is aan haar
verwondingen overleden.
China en Japan.
De Chineesche regeering heeft
door den Chineeschen gezant te To
kio de Japansche regeering ervan in
kennis gesteld, dat China de be-
Tommy keek zuurzoet op. „Ja,
houdt er als je blieft de opgewekt
heid in. 't Wordt saai als de jongens
weg zijn, hé, tante Mary? En Scoo
ter is een verstandig beest hij
is bijna zoo verstandig als Peter
de Groote, die iederen nacht op den
drempel van Stella's kamer de wacht
houdt alsof de boeman komen zal
om haar weg te halen. Dat wordt
zoo langzamerhand een gewoonte
van hem, hé, Stella? Pas maar opl"
Stella glimlachte flauwtjes.
„Ik vind het prettig dat hij in de
nabijheid is. Ik ben natuurlijk niet
bang, maar hij is een vriend".
„Je raakt hem nooit meer kwijt,"
voorspelde Tommy, „hij wordt een
romantisch familiestuk. Ha, daar is
zijn hoogheid met de post. Kijk tante
Mary's oogen eens schitteren, heb
je 'tooit zoo gezien? Ze verwacht
zeker dat ze een prijs getrokken
heeft I
Hij strekte den arm uit en nam
een brief van het blaadje dat de
Indiër hem voorhield. Hij was voor
mevrouw Ralston, die, toen ze hem
aannam, bloosde als een jong meisje.
„Waarom kijkt tante Mary zoo?"
piepte Tessa, die altijd alles zag,
,,'tis toch maar een brief van den
majoor] Zoo kykt moeder nooit als
1 ze een brief van paps krijgt".
staande douaneovereenkomst met Ja
pan buiten werking heeft gesteld.
Deze stap wordt gemotiveerd met
de depreciatie der Japansche valuta,
waardoor de Chineesche markt wordt
overstroomd met Japansche goede
ren zoodat beschermende tarieven
tegen den Japanschen invoer noo-
dig zijn.
Van Japansche zijde wordt hier
tegenover verklaard, dat ondanks de
koersdaling van het Japansche geld,
de Japansche uitvoer naar China niet
is gestegen doch integendeel is ge
daald. Beschermende rechten tegen
den Japanschen invoer zijn dan ook
geen economische, doch zuiver po
litieke maatregelen, waarmede de Ja
pansche regeering zich ten spoe
digste bezig zal houden.
In ijzige koude rukt de Japansche
voorhoede in Mantsjoerije op naar
de heuvels van Khingau, daarbij het
front van den Chineeschen generaal
Soe Ping-wang oprollend; de Ja
panners hebben Halosoe genomen.
Er zijn bommen geworpen op een
kamp der Chineezen en op een van
hun treinen, waarbij vele dooden en
gewonden gevallen zijn.
Diefstal van ontplofbare stoffen.
In verband met verschillende dief
stallen van ontplofbare stoffen ten
nadeele van een steenbakkerij te Ky-
nau bij Waldenburg in Silezië, waar
bij klaarblijkelijk nationaal socialis
tische elementen de hand in het
spel hadden, zijn thans baron von
Zedlitz, eigenaar van een groot land
goed te Kynau, diens huishoudster
en een boschwachter in hechtenis
genomen.
Verdronken.
Toen Donderdagavond de 28-jari-
ge schippersvrouw M. Geerling-v. d.
Heuvel, van de motorboot Morgen
ster, welk schip in de Voorhaven
te Rotterdam lag, een puts water
wilde scheppen, is zij over boord
geslagen. Schippers hebben haar met
behulp van een haak uit het water
gehaald. De levensgeesten bleken
echter al te zijn geweken.
Overreden.
De 26-jarige gehuwde couranten
bezorger R. v. D. is Zaterdagmid
dag op den Utrechtschenweg nabij
Zon en Schild te Amersfoort door
den auto van den heer P. uit Har
derwijk aangereden en gedood. Hij
stak per rijwiel plotseling den weg
over.
„Misschien zijn de brieven van
paps niet zoo belangwekkend," ver
onderstelde Tommy.
Tessa haalde de schouders op.
„Zal ik je eens wat vertellen? Ze
krijgt veel liever brieven van den
Radjah, dat weet ik zeker, want die
sluit ze weg; om die van paps geeft
ze niets I Ik begrijp niet wat de
Radjah altijd nog te schrijven heeft,
als ze elkaar zoo dikwijls spreken.
Ik vind 'tgek, jij niet?"
„Heel gekl" zei Tommy. „Ik heb
zelf het land aan brieven schrijven,
verduiveld vervelend werki"
„Misschien wil je me even excu-
seeren, terwijl ik den mijne lees,"
zei mevrouw Ralston.
Stella glimlachte. „Hé ja! Mis
schien staat er wat belangrijks in
uit Kurrumpore".
„Misschien wel nieuws van Monck,"
zei Tommy. „Die kerel schrijft nooit.
Ik weet absoluut niet waar hij is
of wat hij doet, behalve dat hij naar
zijn broer ging, ergens in Engeland.
Over ongeveer veertien dagen moet
hij terug zijn en waarschijnlijk zal ik
voor dien tijd niets van hem hoo-
renl"
„Heb je hem ook niet geschre
ven?" vroeg Stella.
(Wordt vervolgd).