Breskensche Courant
50
40
25
Frisch en fraai
De lamp in de woestijn
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
7
Raadsvergaderi ng
te Aardenburg.
o
FEUILLETON
41ste jaargang
Woensdag 14 September 1932
Nummer 3764
ABONNEMENT:
per kwartaal ,25;
buiten Breskens 1,40.
Buitenland f 6,50 per
jaar.
Zondagsblad per kwar
taal 0,65; en buiten
Breskens 0,725. Bui
tenland f3J)0 per jaar.
Verschijnt
- iederen DINSDAG- en VRIJDAGAVOND -
Advertentiën worden aangenomen tot uiterlijk 1 uur nam.
Uitgave:
J. C. LE BLEU, Dorpsstraat 35. BRESKENS
Tel. 21 Postrekening 70179
ADVERTENTIËN:
van 5 regels f 0,75;
iedere regel meer 15 ent.
Ingez. mededeelingen 30
cent per regel.
Handelsadüertentiên bij
r egelabonnement grootc
kortingTarief op aan
vraag verkrijgbaar.
GRATIS verzekering voor de s~\
abonné' s tegen ongelukken, en SI JIJ
Wel voor de volgende bedragen
gld bij ver
lies van een
gulden bij levens- 7 gld bij dood wy gld bij ver-
lange ongeschikt- JI Jl J door j lies van een
hcid tot werken een ongeluk hand of voet v oog
De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij
„Fatum"
gld bij ver
lies van een
duim
te 's-Gravenhage.
gld bij ver
lies van een
wijsvinger
1 j-. gld bij verlies
li] van eiken
anderen vinger
1932 tot het verleenen van restitutie
op diverse pachten.
4. Een besluit van Ged. Staten
houdende goedkeuring van het raads
besluit tot het aangaan van een geld-
leening.
5. Een schrijven van Zijne Excel
lentie den Minister van Economische
Zaken en Arbeid, waarbij bericht
wordt, dat de wijziging in de veror-
ning op de Winkelsluitingswet door
de Kroon is goedgekeurd.
6. Een schrijven van den Heer
Commissaris der Koningin in Zee
land waarbij de verordening op de
heffing van opcenten op de Ge
meentefondsbelasting en op de Ver
mogensbelasting voorzien van de
Koninklijke goedkeuring worden te
ruggezonden.
De VOORZITTER: B. en W.
stellen voor al deze stukken voor
kennisgeving aan te nemen.
Niemand daartegen?
Dan is aldus besloten.
Wijziging aanslag honden
belasting.
De VOORZITTER: Van Dr. J.
de Hullu alhier is een schrijven in
gekomen, waarin hij op door hem
aangegeven gronden wijziging vraagt
in zijn aanslag in de hondenbelas
ting. B. en W. meenen, dat de door
verzoeker aangegeven motieven juist
zijn en stellen voor een gunstige
beslissing te nemen.
Aldus wordt besloten.
Bijdrage voor schoolkinderen.
De VOORZITTER: Van A. L.
Gijs, wonende bij De Liter is het
verzoek ingekomen houdende aan
vraag om een bijdrage in de kosten
voor het schoolbezoek te Oostburg
voor zijn 3 schoolgaande kinderen.
De afstand van de woning tot de
bezochte school is nog niet opge
meten, waarom B. en W. voorstel
len op deze aanvraag later te beslis
sen.
Voetbrug over 't Kanaal.
De VOORZITTER: Op het eind
van den Diomedepolder wonen en
kele gezinnen, wier kinders te Sluis
de school bezoeken. Bij droog weder
kunnen die kinders langs de linker
zijde van het uitwateringskanaal naar
Sluis gaan, maar bij langdurig nat
weder en in den winter is zulks
niet te doen, dan zouden zij de rech
terzijde van 't kanaal kunnen nemen,
om dan een eind verder over de
smalle voetbrug te gaan. Deze dage-
lijksche overtocht over het kanaal
is echter niet van gevaar ontbloot,
waarom het noodig zou zijn die voet
brug met één plank te verbreeden
en er een leuning om heen te ma
ken. De kosten daarvan zullen door
Aardenburg gedragen moeten wor
den, daar het waterschap er geen
belang bij heeft.
Wanneer de brug aldus gemaakt
wordt, zullen de belanghebbende ge
zinnen afzien van het vragen van een
tegemoetkoming in de kosten hunner
schoolgaande kinderen.
Met de belanghebbenden moet in
deze zaak nog nader overleg ge
pleegd worden. Zij hebben wel reeds
toegezegd niets voor hun school
gaande kinderen te vragen als wij
de brug in orde maken, maar wij
zagen dat gaarne schriftelijk beves
tigd.
Dhr. HOLLEBRAND: Mijnheer
als een dauwdrop in de zon wordt
Uw teint door het dagelijksch gebruik
van „Zij' -Créme. In prijzen van 20
30 45/en 75 cent.
de Voorzitter is het pad langs den
rechterkanaaldijk in den winter be
gaanbaar?
De VOORZITTER: Wij meenen
van wel.
Dhr. HOLLEBRAND: Ik betwij
fel het en dan kunnen wij later toch
nog moeilijkheden krijgen.
Dhr. BLONDEEL: Wij hebben
het pad ter plaatse onderzocht; daar
de rechterkanaaldijk veel hooger
ligt, is het pad bijna altijd droog,
dus goed begaanbaar.
De VOORZITTER: Kan de Raad
B. en W. machtiging geven om deze
zaak nader met de belanghebbenden
af te wikkelen en bij gunstig ver
loop de brug te laten verbreeden?
Niemand daarover meer iets te
zeggen? Dan is aldus besloten.
Teruggaaf van te veel be
taalde pacht.
De VOORZITTER: Van J. de
Bruijne-Fonteijne alhier is een ver
zoek binnengekomen om terugbeta
ling te mogen ontvangen van door
hem over een aantal jaren te veel
betaalde huur van een perceel wei
land.
De huurder J. de Bruijne heeft
reeds gedurende een reeks van jaren
een perceel weiland van de gemeente
in huur en nu is hem voor korten
tijd gebleken, dat de oppervlakte
minder bedraagt dan is medegedeeld
bij de openbare verpachting. De
huurder heeft dus steeds te veel
betaald. Het besluit van B. en W.
is hem over ieder der jaren 1931 en
1932 een bedrag van f 50 terug te
betalen.
Dhr. DE BACKERE: Hoeveel ja
ren heeft De Bruijne reeds te veel
betaald?
De VOORZITTER: Dat weet ik
niet juist, maar de huurder heeft
geen recht op terugbetaling. In het
huurcontract komt de bepaling voor,
dat de huurders genoegen moeten
nemen met de opgegeven grootte
en geen terugvordering kunnen ei-
schen, als later blijken mocht, dat
het verhuurde perceel kleiner is, dan
opgegeven is. Dit geval doet zich
hier nu voor.
Dhr. DE BACKERE: Ik vind het
heel erg, dat je betalen moet, voor
wat je niet gehuurd hebt.
De VOORZITTER: Ja, mijnheer
De Backere, dat is zoo, maar dan
moet je zoo'n contract niet teekenen.
Mevr. VAN DEN BROECKE:
De pachter De Bruijne heeft wellicht
veel meer jaren te veel betaald dan
juist de jaren 1931 en 1932 die hem
nu teruggegeven zullen worden.
De VOORZITTER: Zeker. Maar
de huurder was wat blij, dat hij
indertijd voor den tegenwoordigen
huurprijs de wei kon inhuren.
Dhr. DE BACKERE: 't Is geen
beste wei. En de prijs per gemet
zal wel vrij hoog zijn.
De VOORZITTER: Kan de Raad
zich vereenigen met het voorstel van
B. en W.?
Dhr. HOLLEBRAND: Hoe hoog
is de pacht per gemet? Dit zou ik
gaarne vooraf weten.
De VOORZITTER: Dat kan ik
U niet zeggen, maar het zal even op
gezocht worden.
Het onderzoek wijst uit dat de
huur op f 50 per gemet komt. Zoo
als ik straks zeide: de huurders
kunnen geen terugbetaling doen vor
deren.
Dhr. HOLLEBRAND: Dat is al
goed en wel, mijnheer de Voorzitter,
maar men zal toch voelen, dat hier
iets niet in orde is. Wanneer men
een perceel grond huurt, dan moet
de oppervlakte goed zijn aangege
ven. Van een lichaam als een ge
meentebestuur zou men in de aller
eerste plaats uiterste nauwkeurigheid
in dezen mogen verwachten. De huur
van het perceel weiland is toch vrij
hoog.
Dhr. CATSMANDat laatste ben
ik niet met den heer Hollebrand
eens. De huur is niet te hoog ge
weest. Ja, nu zijn er enkele slechte
jaren; maar de huurder heeft toch
ook de beste jaren medegemaakt
en volgens 't contract heeft hij geen
recht op vergoeding.
De VOORZITTER: Kan de ver
gadering goedvinden den huurder
2 X f50 terug te betalen?
Niemand daar tegen?
Dan is aldus besloten.
Biljartbelasting.
De VOORZITTER: Van H.
Mornhout en 10 anderen is het ver
zoek ingekomen, waarbij gevraagd
wordt de tot nu toe door hen be
taalde belasting op het hebben van
een biljart in hun herberg in het ver
volg niet meer te heffen.
B. en W. stellen voor op dit ver
zoek afwijzend te beschikken op
grond, dat de belastingen in Aarden
burg reeds vrij hoog zijn en zeker
een biljartbelasting, die toch een
vermakelijkheidsbelasting is, niet in
de eerste plaats mag wegvallen.
Dhr. WIJFFELS: De belastingen
zijn wel aan den hoogen kant; maar
de herbergiers, die een biljart hou
den, worden toch dubbel getroffen:
ten eerste is de vergunning verhoogd
of opnieuw ingevoerd en nu moeten
zij bovendien nog betalen voor het
hebben van een biljart in hun on
derneming, dat vind ik nog al erg.
De VOORZITTER: Dat de ver
gunning verhoogd is van f 25 op f 40
en voor de verlofshouders als nieuw
ingevoerd is tot een bedrag van f 25
is bij de drankwet geregeld; daar
over hebben wij niets te regelen.
Dhr. WIJFFELS: Ja, maar de
herbergiers moeten toch maar be
talen.
Dhr. CATSMANWanneer de in
gezetenen dit jaar hun belastingbiljet
thuis krijgen en zij zien daarop hoe
veel opcenten er voor de gemeente
geheven worden op de gemeente
fondsbelasting en op de vermogens
belasting, dan zullen daarbij geen
blijde gezichten gezet worden. Het
heeft geen zin de belasting op bil
jarten te laten vallen.
Mevr. VAN DEN BROECKE:
Als wij nu een besluit mochten ne-
Vrijdag 9 September, des avonds
6.30 u. kwam de raad dezer gemeen
te in voltallige zitting bijeen.
Na opening worden de notulen
der vergadering van 27 Juni voorge-
lezen.
De VOORZITTER: Heeft ie
mand op- of aanmerkingen op hel
genotuleerde?
Niemand?
Dhr. CATSMAN: Op- of aanmer
kingen heb ik niet, maar ik zou
willen vragen is het in de Wet voor
geschreven, dat de notulen gelezen
moeten worden. Wanneer de notulen
wat uitgebreid zijn, zooals bijvoor
beeld deze, dan is het een weinig
droge kost, die wij te hooren krij
gen.
Laat ik er dadelijk er bij voegen,
dat ik alle respect heb voor de wij
ze waarop de Secretaris ze -opge
steld heeft en voor de vele moeite,
die hij daaraan heeft, maar wanneer
voorlezing niet wettelijk noodzake
lijk is, zou ik willen vragen, kan
de vergadering niet bekort worden
door de notulen vooraf ter inzage
te leggen voor de leden.
De VOORZITTER: Daar is geen
bezwaar tegen, maar dan moet de
raad daartoe een besluit nemen.
Mevr. VAN DEN BROECKE: Bij
mij rijst de vraag, wat het beste is,
voorlezen of ter inzage leggen. Het
valt niet te ontkennen, dat voorlezen
ook zijn goede zijde heeft. Allen
hooren dan nog eens precies, wat
er gebeurd en besloten is. Het voor
deel daarvan springt direct in 't oog.
De VOORZITTER: De raad kan
daarover nog eens nadenken en later
een besluit nemen.
Kan de raad de notulen goedkeu
ren?
Dan is aldus besloten.
Ingekomen stukken.
De VOORZITTER: Als ingeko
men stukken zijn er:
1. Een proces-verbaal van kas
opname bij den Gemeenteontvanger.
2. Een besluit van Ged. Staten
dezer Provincie waarbij goedkeuring
verleend wordt aan de begrooting
1932.
3. Een besluit van Ged. Staten
van Zeeland houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 27 Juni
9.
Uit het Engelsch van
ETHEL M. DELL
door
CATH. A. DERMOUT-VISSER
0
Maar Stella was blijkbaar te zeer
in haar eigen zaken verdiept om
zich veel te bekommeren over het
doen en laten van haar verloofde.
In 't publiek deed hij nooit verliefd,
dat kwam later, wanneer ze door
den schitterenden sterren-nacht lie
pen en afscheid namen in de don
kere veranda, terwijl Tommy in de
bungalow ongedurig op en neer liep.
Dan zou hij dat eischen als zijn recht,
dat wist ze en eens of tweemaal
onder het dansen, herinnerde zij zich
zijn manier van doen en ze rilde.
Het allerliefste zou ze vroeg zijn
weggegaan om een samenzijn met
haar verloofde dien avond te ver
mijden, maar 't was niet mogelijk,
ze moest blijven tot den laatsten
dans en terwille van den trots die
haar tot nu toe had staande gehou
den, wilde zij niet wijken voor de
onvriendelijke oogen die haar zoo
onmeedoogend gadesloegen.
Haar dans met Monck was spoe
dig ten einde en hij verliet haar met
een kort woord van dank. Daarna
zag ze hem niet meer terug.
Het overige gedeelte van den
avond ging in vroolijkheid voorbij,
waaraan zij echter weinig deel nam.
Maar misschien was dat nog beter
te dragen dan een avond in vol
slagen eenzaamheid. Ze wist, dat ze
te vermoeid zou zijn om nog lang
wakker te liggen als het tijd zou zijn
om naar bed te gaan en de nacht
zou zoo kort zijn, o zoo kort.
En ze danste en lachte en was
de vroolijkste onder de vroolijken
en toen het eindelijk gedaan was,
waren zelfs haar strengste beoor-
deelaarsters het ermee eens, dat haar
triomf volkomen was. Ze had zich
gedurende 'het heele feest als een
koningin gedragen en als een
koningin ging ze heen in een
rickshaw, getrokken door een
aantal vroolijke officieren.
Zooals ze had voorzien ging Dacre
mee. Hij was niet van plan om zich
in zijn rechten te laten te kort doen
en ten slotte joeg hij het vroolijke
troepje naar huis en geleidde haar
met een koninklijk gebaar de trap
op naar de veranda. Haar hand
zacht tegen zich aandrukkende,
bracht hij haar naar het donkerste
hoekje, trok de zachte shawl van
haar schouders en sloot haar in de
armen.
Onbewegelijk onderwierp ze zich
aan zijn liefkozingen, beantwoord
de die niet, maar trachtte evenmin
ze te ontwijken. Maar toen hij haar
in den hals kuste, huiverde ze. In
die aanraking was iets wellustigs,
dat haar tegenstond, in weerwil van
haar zelf.
„Ralph," zei ze en haar stem tril
de eenigszins, „ik geloof dat je nu
maar heen moest gaan, ik ben moe
en als ik niet rust, kom ik morgen
nooit gereed".
Hij maakte een ongearticuleerd ge
luid, dat op haar dezelfde uitwerking
had als de druk van zijn lippen.
„Schat overmorgen!" zeide hij
en hij kuste haar herhaaldelijk, wat
haar, overspannen als ze was, on
dragelijk scheen. Het deed haarden
ken aan een smulpaap, die met zijn
geliefkoosd gerecht vóór zich, met
de lippen smakt. Haar stem klonk
dan ook eenigszins wrevelig toen ze
hem van zich afschoof en zich te
rugtrok.
„Ja, ik moet nog een paar uur
rusten. Ga nu als 'tje blieft heen,
Ralph, ik ben werkelijk moe".
Hij lachte zachtjes en legde zijn
wang tegen de hare. „Och, Stella,"
zei hij, „wat was je vanavond vorste
lijk Ik heb je met de anderen be
wonderd en ik zou er wel een eed
op willen doen. dat er onder de man
nen geen enkele was die me niet
benijdde".
Stella haalde diep adem, alsof iets
haar benauwde, ,,'t Is wel aange
naam om benijd te worden," zei ze,
„is 'tniet?"
Weer kuste hij haar en zei: „Je
bent een lot rtit de loterij. Het was
maar de vraag wie de eerste zou
zijn en ik heb nooit ergens gras over
laten groeien. Ik heb de vrucht ge
plukt, terwijl anderen er nog naar
stonden te kijken. Mijn-Stella! Stella-
mijn I",
Tusschen die woorden in drukte
hij zijn lippen vurig op de hare en
onwillekeurig huiverde ze weer. Ze
kon zijn liefkozingen dien avond niet
beantwoorden.
Eindelijk liet hij haar los.
„Wat ben je koud en koel, mijn
ster uit het Noorden 1 Wat is er?
Misschien wat zenuwachtig bij de
gedachte aan morgen, na je triomf
van vanavond? Ik zal je er wel door
heen helpen, wees maar .niet bang".
Ze antwoordde hem met een stem
zóó mat en zoo volkomen zonder
uitdrukking, dat ze haarzelf vreemd
in de ooren klonk
„O neen, ik ben heelemaal niet
zenuwachitg, maar ik ben moe, dood
moei"
Hij nam haar gezicht tusschen zijn
beide handen. „Morgen om dezen
tijd ben je de mijnel Nog één kus,
dan zal ik je laten gaan. Lieve heks!
Toovenares! Ik had nooit gedacht
dat je ook Monck nog in je netten
zoudt vangenl"
En weer zuchtte ze als iemand
die onder een zwaren last gebukt
gaat.
„Ik ook niet," zei ze en plicht
matig gaf ze hem den kus, waar
om hij gebedeld had.
Hij bleef niet langer, daar hij tot
de overtuiging kwam, dat zij dien
avond niet was op te wekken.
Haar koelheid zou zelfs een min
der vurig minnaar hebben ontmoe
digd, maar hij was te zeer vervuld
van zijn zalige vooruitzichten, om
nog eenige waarde te hechten aan
haar in 'toog springend gebrek aan
overeenstemming op dat punt.
(Wordt vervolgd).