nar ■aft» KBÖKntSCÏÏCSX Raadsvergadering te Breskens, Koning Kikkerdik en zijn Zoontje P2I:i a aaMr- TirtlTfÜl c e ^weekmenu KON VLAAMSCHE SCHOUWBURG, GENT. Zaterdag 7 eri Zondag 8 Mei in dag- en avondvertooningen nog slechts 3 heropvoeringen van het groot spektakelstuk: Het teeken des kruises. RADIO—CENTRALE BRESKENS. Programma's 3e station: Zaterdag. 11.20 North Regional. 12.05 Daventry. 4.35 Leuven. 7.20 Königswüsterhausen. Zondag. 10.50 Königswüsterhausen. 11.20 A 12.20 Parijs. 7.05 Straktsburg. Maandag. 11.20 Kalundborg. 4.20 Mühlacker. 5.50 Daventry. Dinsdag. 11.20 Daventry. 1.20 Midland Regional. 3.50 Daventry. 4.20 Langenberg. 5.50 Daventry. Ned. Herv. Kerk. Zondag 8 Mei 1932. Biervliet v 9,30 u ds Vrijlandt Breskens v 9 30 ds W. H. Kelder Jr. n 1,30 u Zondagsschool, n 5,30 ds W. H Kelder Jr n 7.15 Werkmansbond. Cadzand ,v 9 30 u ds Visser Groede v 9.30 u ds van Kooten ofdplaat n 2.30 u ds Snijdelaar uwvliet n 2— u ds van Kooten stburg v 10 u ds Faber ïoondijke v 9,30 u ds Snijdelaar terldk. v 9,30 u ds Huizinga ndijke v 9,30 u ds Castelein Ev. Luth. Gein. Groede. v 9,30 u ds Rust. van Utrecht. steun van ons, maar die moet gehol pen worden door de armbesturen en die doeg dat hier ook. Mevr. Van den Broecke: Ik zou toch 15 cent .per kind of per gezins lid willen geven boven het bedrag van f 0,65 per dag voor den kost winner. Dhr. Catsman: Er zijn hier toch instellingen, die kapitalen hebben om te steunen wanneer het armen zorg is niet voortkomende uit werk loosheid. Die instellingen voldoen daar ook aan. Wanneer echter de kostwinner (de. vader) niet wegge vallen is, dan hebben de hier be staande instellingen ook niet de ver plichting te ondersteunen. De Voorzitter: Artikel 6 is dus af. Dhr. Hollebrand: Neen, 'tis nog maar pas besproken. De Voorzitter: Goed, dan breng ik het in stemming. Het wordt aangenomen met de stemmen van Rijckaert en Holle- brand tegen. De inhoud is deze: aGehuwde kostwinner f 1,- per werkdag benevens f 0,15 per werk dag per gezinslid boven 2 personen. b. Voor ongehuwde kostwinners f 0,65 per werkdag. c. Voor kostgangers f 0,50 per werkdag. Dhr. Rijckaert: In art. 8 wordt gesproken van de 48-urige werk week. Hoe is dat? De Voorzitter: Wij hebben de rijksregeling gevolgd. Dhr. Hollebrand: In art. 16 wordt onder lid h. bepaald, dat steun zal worden geweigerd of zal worden in gehouden aan werkloozen, die een vergunnings- of verlofsociëteit be zoeken en aldaar gebruik maken van alcoholische of zwak alcoholi sche dranken. Wie zal dat controleeren? De Voorzitter: Het orgaan belast met de uitvoering van deze veror dening. Dhr. Hollebrand: Aardenburg Ltyas eens beroemd I Aardenburg was ook al eens berucht! Aardenburg gaat zich nu belachelijk maken. De Voorzitter: In vele andere ge meenten is een dergelijke bepaling opgenomen. Dhr. Hollebrand: Dus als nu een ondersteunde een potje bier drinkt, wordt hij uitgesloten van steun? Ik stel voor letter h. geheel te laten vervallen. Mevr. Van den Broecke: Moreel en financieel ben ik er voor; maar de 'menschen mogen toch wel in die lokalen komen? De Voorzitter: Zeker wel. En zij mogen er koffie, thee. limonade enz. nuttigen. Steunt iemand dat voorstel van den heer Hollebrand? Dhr. Rijckaert: Ja. De Voorzitter: Nog iemand? Nie mand? Dan kan het niet behandeld wor den. Iemand nog iets in 't midden te brengen over de volgende artikels? Niemand? Verlangt iemand hoofdelijke stem ming? Niemand? Dan is het reglement z.h.st. aan genomen. De kosten. De Voorzitter: Dan komt de voor ziening in de kosten der steunrege ling. Precies zijn die niet op te ge ven. IMen schat ze op f 1000 per maand. Er moet dus naar inkomen gezocht worden en dat kan niet an ders dan door belastingverhooging. De belastingen, die daarvoor in aanmerking komen zijn: le. de Gemeentefondsbelasting; 2e. de Personeele belasting en 3e. de Vermogensbelasting. Voor 1932 zijn de inkomsten uit deze belasting geraamd op f7000.-; f 6600 en f 1800. Voor 1932 kunnen wij geen op centen meer heffen op de perso neele belasting, maar op de andere wel. B. en W. stellen voor genoemde be lastingen als volgt te verhoogen: de Gemeentefondsbelasting met 15 opcenten; de Personeele balasting met 20 opcenten de Vermogensbelasting met 20 op centen. Voor 1932 krijgen wij dan meer aan inkomsten f 2730,-. Daarmede zijn wij er nog niet. Er moet nog meer komen. Wij zullen de legesgelden moeten verhoogen en bijvoorbeeld een ver makelijkheidsbelasting invoeren. Kan de Raad goedvinden dat B. en W. daarvoor een regeling gereed ma ken. Dhr. Hollebrand: Als wij die re geling maar vroeg ter inzage krij gen? De Voorzitter: Vindt fle Raad goed de straks genoemdee opcenten op de drie belastingen met de aan geduide procenten te verhoogen? Kan de Raad in principe mede gaan met verhooging der legesgel den en een vermakelijkheidsbelas ting? Mevr. Van den Broecke: Deze kan toch zooveel niet opbrengen? De Voorzitter: Er zal toch iets op gevonden moeten worden, om meer geld te verkrijgen. In de groote steden, wordt die belasting alge meen toegepast. Mevr. Van den Broecke: Ik zal mij daar nu nog niet over uitspreken. Dhr. Catsman: Mevr. van den Broecke zal toch moeten toestem men, dat er nieuwe belastingen zul len moeten komen. Mevr. Van den Broecke: Zeer ze ker. Maar ik kan dat nu nog niet overzien en dus neem ik geen beslis sing. Ik heb wel gedacht aan de straks genoemde verhoogingen op de belasting maar niet aan nieuwe heffingen. Dhr. Catsman: Mij dunkt de ver makelijkheidsbelasting komt in de eerste plaats in aanmerking. Dhr. Wijffels: Door de verhooging der opcenten worden alle ingezete nen getroffen. De vermakelijkheids belasting treft het uitgaand publiek. Daar is veel voor. De Voorzitter: Wij zullen stem men. Met 4 stemmen voor, 2 tegen en 1 blanco wordt het voorstel aange nomen. De Voorzitter: Ik geloof, dat nu de geheele agenda afgewerkt is en dus kom ik tot de Rondvraag. Dhr. Rijckaert: Mijnheer de Yoor- zitter, hebben wij nu straks een vrije steunregeling gemaakt, of wordt er subsidie voor aangevraagd? De Voorzitter: U hebt een vrije steunregeling helpen vaststellen. Dhr. Wijffels: De tegels langs den weg in de Bogaerdstraat, wat moet daarmee gebeuren? De Voorzitter: Ik weet het niet. Misschien kunnen wij er eens naar informeeren. Dhr. De Backere: De sloot bij den wagenmaker Galle is noodig gedolven. Dhr. Blondeel: Dat is besteld. Dhr. De Backere: En die achter IJsebaert? Dhr. Blondeel: Is ook besteld! Dhr. Hollebrand: Mijnheer de Voorzitter, ik zou wel gaarne inlich tingen hebben omtrent de tewerk gestelde werkloozen in de afgeloo- pen periode. Soms waren er 40 of 50 procent der georganiseerden aan 't werk en het volle aantal der niet- georganiseerden. Hoe kwam dat? De Voorzitter: U noemt daar 40 of 50 procent, vermoedelijk zijn die getallen onjuist en dan is het ver der gemakkelijk kritiek uit te oefe nen. B. en W. meenen, dat zij het goed gedaan hebben. Dhr. Hollebrand: Misschien was er te weinig werk. U hebt in een vorige vergadering gesproken van het afvoeren van een weide als werk- object. De Voorzitter: Deze weide zal geen werkobject worden; omdat zij er niet voor geschikt is. Dhr. Hollebrand: Daar weet de Raad niets van. De Voorzitter: Het is gebleken, dat men bij ook maar een weinig afvoeren dadelijk op steenpuin kwam. Afvoeren der bovenlaag zou dus ge lijk staan met het bederven der weide. Dhr. Hollebrand: Nog zou ik wil len vragen waarom de oude brand weer nog niet ontslagen is. Wanneer er nu eens brand was en die lieden kwamen allen op, wat zou er dan ge beuren De Voorzitter: Voor zoover mij bekend is, hebben allen schriftelijk bericht ontvangen. Dhr. Hollebrand: Waarom is er in Aardenburg geen crisiscomité op gericht? De Voorzitter: Is in voorbereiding. Dit is iets, wat tot de bevoegdheid van den Burgemeester behoort. Dhr. Hollebrand: Waarom hebt U deze vergadering, die door 4 leden aangevraagd was, pas op vandaag belegd? De Voorzitter: Ja, U hebt een vergadering aangevraagd en ik heb die de vorige week belegd. Dus is het in orde. Dhr. Hollebrand: De vergadering is niet gehouden binnen 14 dagen nadat zij was aangevraagd. De Voorzitter: Ik heb de vergade ring op tijd belegd, maar beleggen en de vergadering houden beteekent niet hetzelfde. Ik heb deze vergadering uitge schreven, hoewel ik er niet toe ver plicht was, omdat geen redenen wer den opgegeven, waarom de verga dering verlangd werd, maar als jo viale burgemeester heb ik het toch gedaan. Dhr. Hollebrand: Misschien hebt U gelijk, maar U zult het toch ook wel prettig vinden om met de raads leden prettig samen te werken. De Voorzitter: Ja zeker, maar de heer Hollebrand weet wellicht niet wat er aan vast zit om een raads vergadering voor te bereiden. Dhr. Hollebrand: Dan zou ik ook eerder een vergadering beleggen; dan had U zooveel werk niet tege lijk. De Voorzitter: Nog iets mijnheer Hollebrand? Dhr. Hollebrand: Dank U. De Voorzitter: Nog iemand iets? Niemand? Dan sluit ik de vergade ring. Sproeton kometjwfóeg in het voorjaar, koopdljtïig een pot alle Drogisten op Vrijdag 29 April 1932. 0 Crisis-comité. Dit vraagt een subsidie van 5 cent per inwoner. B. en W. adviseeren gunstig en stellen voor f 155,- ter beschikking te stellen. Op de vraag van dhr. Lijk, of al het opgehaalde naar Den Haag moet worden gezonden, antwoordt de Voorzitter, dat slechts 10 pCt. moet worden afgestaan. Breskens heeft er zelfs voordeel van. Zonder hoofdei, st. wordt het voor stel aangenomen. door G. Th. ROTMAN. 104. Bom! Daar dreven ze regelrecht tegen de pooten van een Maraboe, die in het water wat stond te dutten. „Hela, kun je niet uitkijken!" zei de vogel boos. Maar toen riep hij opeens: „Aha, nu begrijp ik ineens wie je bent! Kom maar mee!" 105. Hij trok met zijn snavel den em mer op den kant, zoodat Pierewiet en z'n vader er uit konden kruipen. „Ziezoo," zei hij toen, „vertel nu eerst maar eens, waar jullie vandaan komt". Pierewiet vertelde nu alles. „Ja," eindigde hij, ,,'t is alles de schuld van den ooievaar; die had beloofd, terug te zullen komen en belofte maakt schuld". „Zeg dat nog eens, Pierewietje," klonk nu opeens een andere stem. Ze keken op en daar zal, op een boomtakje, hun oude vriend de Zwaluw! BiGSD6ytsu.yKzst:.raeyE3ïZM@saMS8aBaBes*aeD Beroep Woningwet. Van I. Nieuwenburg is een be roepschrift ingekomen tegen het be sluit van B. en W., waarbij het peil voor twee woonhuizen aan het Mo lenwater was vastgesteld. Dhr. Carels: Dit schrijven van B. en W. is gedateerd op 26 April. Wanneer is het verzoek ingekomen? Voorzitter: 24 Maart. Dhr. Carels: Waarom hebben wij er dan zoo laat kennis van gekre gen. Nu hebben we geen tijd gehad om een en ander te onderzoeken. Hoever is deze zaak nu reeds ge vorderd? Voorzitter: Misschien had het iets eerder gekund. Maar er is een gron dig onderzoek noodig geweest en de zaak is in B. en W. vaak bespro ken. Den 26 April kwamen wij eerst tot een besluit. Daarna is dit u direct toegezonden. Er is veel drukte over gemaakt, terwijl de kwestie enkel is, dat zij een ander peil willen. B. en W. meenen echter, vast te moeten hou den aan het schriftelijk megedeelde peil. Dhr. Carels: Is het waar, dat hij vrijgesproken is? Vooriztter: De situatie is aldus. Er is niet gebouwd volgens de voor schriften. Daarom is een proces ge volgd. De daarbij behoorende af schriften zijn echter inplaats van door den secretaris door den ambte naar ter secretarie onderteekend. Om deze reden volgde vrijspraak. Dhr. Carels: Is het alleen daarom, dat vrijspraak is gevolgd? Want de kwestie is niet zoo eenvoudig. Ik vrees voor de gevolgen, ook finan- cieele. Kunnen er van gemeentewege ook geen fouten zijn gemaakt? Dat is toch zeker niet uitgesloten. En daar om zou ik willen aanraden, eerst ernstig te overdenken, hoe verder gehandeld moet worden. Verder wil ik er hier nog even op wijzen, dat ik trotsch ben op den naam luidspreker die men mij ge geven heeft. Het is een eer met zoo'n bijna volmaakt instrument ver geleken te worden. Ook zou ik graag nog verschil lende dingen willen behandelen, waarover in het belang der gemeente noodig eenige opheldering dient te volgen. Ik zou die punten na de vergadering wel willen bespreken. Voorzitter: Het is beter, dat nu in geheime zitting te doen. Dhr. Brand: Wat voor belang had den de betrokkenen er bij, zoo af wijkend te bouwen? Voorzitter: Een financieel belang van ongeveer f 40,- per pand. Dhr. Brand: Waarom gingen ze om zoo'n gering bedrag buiten de verordening? Voorzitter: Ik weet het niet. Maar misschien kan straks dhr. Carels ons daarover inlichten. Dhr. Notebaart: Ik vind het een moeilijk besluit. Leest men het ver zoek, dan heeft het gemeentebestuur schuid en volgens het schrijven van B. en W. zit de fout bij de belang hebbenden. Na een zeer lange geheime zit ting wordt besloten de behandeling van dit pu&t uit te stellen en een nader onderzoek te doen. Rondvraag. Mevr. Tazelaar informeert of de buitenvesten ook als vuilnisbelt ge bruikt mogen worden. Er is nil. veel tuinvuil in gebracht. De Voorzitter zal onderzoeken. Als het echter door de eigenaars is geschied zal er weinig aan te doen zijn. Dhr. De Kruijter: Is er nog werk aanwezig? Voorzitter: Voorloopig nog wel. Dhr. Brand: Is er aan de zee wering nog iets te doen of iets te bereiken Voorzitter: Niets. Verkeerslessen van den A. N. W B o 13e Les. Houd rechts in de bocht! Wat is de grondregel van het verkeer? „Hou rechts". Aan welken kant van den weg mag men niet rijden? „Aan den linker kant". Wanneer het bij inhalen noodig is, mag men wel op den linker kant van den weg rijden, maar niet langer dan noodzakelijk is. Vooral in een bocht, die soms moeilijk te overzien is, moet het voorgeschreven rechts houden ter dege in acht genomen worden en in een bocht is inhalen verboden. De wet schrijft dit uitdrukkelijk voor: „Niet inhalen in een bocht". En zeker moet men rechts houden en een ander niet inhalen in bochten, zooals op de teekening zijn afge beeld en waar een dikke boom en struikgewas het uitzicht benemen. De motorrijder rechts kan den jon gen, die heel onvoorzichtig aan de linkerzijde van den weg rijdt, niet tijdig achter het boschje zien aan komen en een botsing is onvermijde lijk. Zoo'n onoverzichtelijke bocht wordt ook wel een „blinde" bocht genoemd en daar moet je dus dubbel op letten en voorzichtig zijn. Maar ook in andere, gemakkelij ker bochten en trouwens overal op den weg, is het bepaald noodzakelijk steeds rechts te houden. Denk maar aan den grondregel van het verkeer. Het is wel eens verleidelijk, bij een groote bocht naar links op de lin kerhelft van den weg te gaan rijden, om de bocht „af te snijden," maar het is gevaarlijk en mag absoluut niet. ,t De fietser op het linker plaatje rijdt goed rechts, kijk maar naar zijn spoor in de bocht en de auto, die hem tegemoet komt, doet het.nok, zoodat ze elkaar in de bocht veilig passeeren.

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1932 | | pagina 2