De uitkomst Uit het Jaarverslag van de Kamer van Koophandel. Sport. Rechtszaken. van het probleem gewijd, 'hoe men op de snelste wijze het aeroCnemische wa pen, dus het gaswerpen uit vliegtuigen, kan vervolmaken. Daarbij heeft Frank rijk nu getoond de eerste plaats in nemen, doch ook Amerika zal net over- groote deel van zijn gevechtsvliegtuigen voor het gaswerpen inrichten, ja zelts drijvende vliegvelden: de groote vlieg tuig-moederschepen. zijn% geladen mei chemische voorraden, terwijl hun vlieg tuigen speciaal voor het gaswerpen en gassproeien worden omgebouwd. Zoover men weet bestaan er in Fn- geland dezelfde plannen. Waar gaat het 'neen? Daar wij ook nu nog steeds met de mogelijkheid van een toekomstigen oor log rekening moeten houden, is de tegenwoordige mensch gedwongen zijn massanoderzeHingen wederom zóó te bouwen, dat zij aan alle _techniscne eisehen voor luCntalweer voldoen. De steden moeten ruim gebouwd worden, de huizen ver van elkaar af met breede straten er tusschen. Hooge gebouwen met vele verdiepingen zijn uit den boo ze. Hoogstens twee of drie etages, welke bij het inslaan van bommen door het instorten minder scnade veroor zaken, dan de kazernewoningen. De steden zullen groote parken in het uitbreidingsplan dienen op te nemen, daar het bekend is, dat de werking van fosgeen- en grondstof van alle git- gassen- voor een groot deel vwordi geneutraliseerd door loofboomen en struiken. De groote industrie-paleizen als electriciteitscentrales, gasfabrieken enz. zullen verder in het land verplaatst dienen te worden, waar zij voor vlieger aanvallen gemakkelijk verborgen kun nen worden. Ook de bouwwijze van het huis zelf zal in groot, dichtbevolkte steden een totale verandering moeten ondergaan. Etagewoningen zal men, zooals ik reeds zei, niet meer bouwen, doch met zullen lange, platte woningen zijn aan breede wegen, met groene heggen en met veel loofboomen. Merkwaardig is het hierbij, dat deze bouwmetnode, die door den militairen technisCnen dienst van genoemde landen ter bescherming te gen het aero-cnemisch gevaar wordt voorgeschreven volkomen past in hei kader van den modernen tijd. Deze im mers eischt ook een stad, waarvan decentralisatie en beplanting de hoofd kenmerken zijn! Maar dit is alles slechts beveiligings- politiek op langen termijn. Men kan reeds nu de resultaten van de nieuwe bouweischen in verscuillende straten bewonderen. Nog sterker echter is de uitbreiding der beveiligingsvoorschrif ten, die misschien in de naaste toe komst reeds in werking zullen moeten treden. In Frankrijk is kort geleden het plan opgevat, de geheele bevolking van net 400 Km. grensgebied met gasrn .skers, zuurstofpatronen en ander gasbescher- mingsmateriaal uic te rusten. Naar mijn meening zou het verstandiger zijn, net gasbeschermingsmateriaal niet zonder meer in handen van de bevolking te beter het door vak- erzorgd en gepiepar en de eventueeie ver n tijden van nood .te directe uitreiken aan rengt slechts kosten, uitgebreide oefeningen, ontijdig on klaar worden of verloren gaan, met zich mee. Men deed er beter aan, .reddings- en politiebrigaden met maskers uit te rusten, technische adviseurs bij hen in te deelen (evenals de „gasotticieren' in ons leger) en verder schuilplaatsen te bouwen en den aftocht van de be dreigde bevolking te organiseeren. Een goede organisatie in tijden van vrede waarborgt een vrij geregelden gang van zaken in tijden van oorlog. Voor de burgers bestaat er een zoo genaamd „vluchtmasker". Dit ,tvluOnt masker", of zooals de Duitschers het noemen het „Fliengerat," bestaat uit een aosoluut luchtdicnte zak, die over het 'nootd wordt getrokken en om de neupen wordt vastgesnoerd. De Duit sche troepen gebruikten deze maskers reeds gedurende den wereldoorlog. De zak heeft buitengewoon groote kijkgla zen en bevat verder een voorraad zuur stof in briketvorm. Het geheele appa raat is even eenvoudig als een zwem gordel op een oceaanstoomer. De be volking kan rustig uit de gevaarlijke zone worden verwijderd, zonder dat men jaren lang oefeningen met gas maskers behoeft te houden. Behalve dit .«vlucntmasker" zal men ook, zooals ik reeds boven vermeldde, >gasbomvrije schuilplaatsen moeten bou wen. Het beste kan men daarvoor groo te betontunnels diep onder den grond construeeren, tunnels, die verscheidene duizenden personen kunnen opnemen en die voor gassen zijn afgesloten door meerdere scheikundige geprepareerde «iuitingen of door watergordijnen die zooals bekend is. «de gassen bijna vol komen absoroeeren. Het zal niet lang meer duren, of de groote staten zullen bepaalde vormen gaan aannemen voor he verdediging tegen het luent-gasgevaar, evenals zij zich nu nog toeleggen op de uitbreiding en ontwikkeling van hun vuur- en at- weer-miüdelen. Ook een opgave voor den modernen tijd zijn de voorschriften ten opzichte van 'net aero-chemische gevaar, bij den aanleg van spoorwe gen, havens, sluizen en groote publieke gebouwen. Alles, wat ik hier neb vermeld, is reeds door verschillende groote staten in practijk gebracht en vele staten hebben reeds bepaalde normen voor een goede beveiliging vastgesteld, in Duitschland. waar de regeering ziCn om dit vraagstuk nog met veel heett bekommerd, bestaat een vereenigïng, de „Deutsche!' Luftschutz E.V.," die dit probleem thans in studie neeit geno men. in Nederland schijnt men over het algemeen nog niet bevreesd te zijn voor de verstrekkende gevolgen van den aero-chemiscnen ooriog. in het bij zonder voor de burgerbevolking. Zou het nu geen tijd worden, eens een or ganisatie te ontwerpen om in tijden van oorlog het gasgevaar vanuit de lucht zoo veel mogelijk te beperken (Nadruk verboden). door JEAN RICHARDS. Chester keek de avondpost door. Er waren twee buitenlandsche brieven bij, geadresseerd van uit dezelfde plaats. Een van deze brieven bevatte het portret van een vrouw. De andere was een anonieme brief vol insinuaties over die vrouw. Chester scheurde den brief in stukjes en ging toen met groote, onrustige passen zijn kamer op en neer. Een hevige twijfel folterde hem. Zijn knecht verscheen. „Wilt u thuis dinee- ren of in het restaurant, mijnheer?" vroeg deze. „Hier", zeide Chester, en binnen een half uur. Zeg eens, Hendrik, ik zag zooeven aan het eind van de straat een aantal' mannen in de rij staan. Een ander stond op een kist. Wat moet dat beteekenen? „Zij hebben geen onderdak, mijn heer", zei Hendrik. De man op de kist probeert geld voor hen in te zamelen voor nachtlogies. Als er geld genoeg is, krijgen ze een bed in de volgorde, waarin ze gekomen zijn. De laatsten treffen het dus dikwijls slecht. „Tegen den tijd, dat het diner is opgediend, „zei Chestef", moet je zorgen dat een van die mannen hier is. Hij kan dan met me eten". Hij had behoefte om iets bijzonders te doen om zijn nare stemming kwijt te raken Een half uur later verscheen de man in het weelderige apartetnent. Zijn handen en gezicht waren pas gewas- schen, maar verder was de man een hopeloos wrak. In zijn oogen was een gekwelde en verslagen blik 'als bij een zwervende hond. „Mijn naam is Carsen", zei de van de straat opgeraapte man met strijd lustige stem. Ik wilde juist zeggen, haastte Ches ter zich, dat ik Chester heet. Wilt u daar plaats nemen?" Hendrik diende de hors-d'oeuvre op. „Heerlijk! barstte Carsen. Dat noem ik geluk. Ik was de drie-en-veertigste in de rij. Ik had net zooveel kans om vanavond een bed te krijgen als om de eerste minister te worden". Een uur later, na flink gesmuld te hebben, lag Carsen behaaglijk achterover in een fauteuil en keek met een weemoedigen glimlach naar Hendrik, die de koffie en sigaren bin nen bracht. Toen deze verdwenen was, vroeg hij met een zonderlinge klank in zijn stem: „Heeft u wel eens gehoord van George Carsen?" „Ja, was dat niet een schilder, die een paar |aar geleden nog al veel naam gemaakt heeft?" „Ja, zei de gast. En toen Was het opeens met zijn reputatie gedaan. Ik ben George Carsen! Het laatste portret, dat ik heb geschilderd, verkocht ik voor dui2end pond. Daarna kon ik zelfs niemand meer vinden voor wien ik een gratis portret mocht schilderen". „Hoe kwam dat?" vroeg Chester. „Ja, antwoordde Carsen grimmig, dat heb ik zelf nooit goed begrepen. Alles ging best. De 'kranten noemden mij een modeschilder. Toen kwam de kentering. Als ik een schilderij klaar had, kwamen de menschen er naar kijken en dan fluisterden zij tegen elkaar en keken elkaar vreemd aan Al heel gauw ontdekte ik, wat de oorzaak was lk had de gewoonte om in het gelaat van de geportretteerde het verborgen karakter van het origi neel te onthullen ik schilderde wat ik zag! Sommige van mijn modellen waren vreeselijk woedend en weiger den hun portretten. Ik schilderde eens een pjrtret van een zeer gevierde en bekende societydame. Toen het klaar was, bekeek haar man het met een eigenaardige uitdrukking in zijn oogen en de volgende week diende hij een eisch tot echtscheiding in. Na ver loop van tijd kreeg ik geen bestellin gen meer. De menschen hebben niet graag dat hun karakter zoo bloot wordt gegeven. Een tijdlang werkte ik als teekenaar voor een bekend weekblad, daarna werd ik retoucheur bij een fotograaf. Maar overal was het het zelfde. Als ik een portret teekende naar een foto, zag je in mijn teeke mng eigenschappen, die je op de foto niet zag, maar ik veronderstel dat het origineel ze in ieder geval had Zoo kon ik dus nergens lang blijven. Het beetje geld dat ik had. was spoedig op en zoo kwam ik in de rij te staan voor een gratis bed. Heb ik u verveeld, met mijn geschiedenis, mijn heer Chester?". „Neen neen", zeide de gastheer ernstig", integendeel. Onthulden al uwe portretten slechte eigenschappen of waren er menschen die geen schade ondervonden van uw penseel?" „O ja, er waren er wel, natuurlijk, maar niet veel". Op Chester's schrijftafel lag het portret, dat hij dien avond uit het buitenland had ontvangen. Tien minu ten later had hij het aan Carsen ge geven om er een teekening naar te maken in pastel. Krijt en papier had Hendrik in een naburige winkel ge haald. „Na een uur was het klaar. Neemt u mij niet kwalijk", zei de schilder, dat ik er zoo lang mee bezig geweest ben, maar ik kreeg er echt plezier in. Hemel, wat ben ik moe. Ik heb gis teren niet in een bed geslapen. Wat zal ik vannacht genieten! Chester liep met hem mee naar de deur en duwde een paar bankbiljetten in zijn hand. Toen hij alleen was, ging hij aar zelend naar de tafel, nam de teekening In zijn handen en bekeek die aan dachtig. Toen gleed er een eindeloos opgeluchte glimlach over zijn gezicht Dit was werkelijk het gezicht van een engel Zoo eerlijk, zacht en goed. Het was het portret van Chester's vrouw en hij wist nu, dat de brief van die andere vrouw slechts leugens bevatte. (Nadruk verboden.) Omtrent den algemeenen economi- schen toestand van 'het gebied der Ka mer kan voor het verslagjaar in afwij king met vorige jaren, de toon opti mistischer zijn. al is deze niet onver mengd, in verband met de slechtje bedrijfsresultaten welke de landbouw, het bestaansmiddel van de meerder heid der bevolking in het gebied der- Kamer, in het jaar 'heeft te boeken, niettegenstaande een oogst wend bin nengehaald zoo rijk als nooit te voren het geval was. Bestond een jaar te voren groote zorg, in verband met het toenemend aantal werkloozen in het gebied dei Kamer, thans was dit beeld geheel veranderd, en was er eer sprake van een tekort aan werkkrachten. Behalve het bouwen van de groote f abriek der Com pagnie Neerlandaise de 1' Azote te Sluiskil, die zeer veel werkkrachten vorderde, waren daarop ook andere werkzaamheden en omstandigheden van invloed, o.m. minder aanbod van werk lieden uit het buitenland. Er kwamen tijden van gebrek aan arbeidskrachten Indien er in het laatst van 'tjaar nog menschen zonder werk liepen, zal zich dat bepaald hebben tot seizoenwerk loosheid, iets dat zich altijd heeft voor gedaan, en dat, naar te verwachten is, ook altijd zal blijven voorkomen. De emigratie naar het buitenland of naar de industrie-centra kwam daardoor tot stilstand. Er kwam eer een tegenovei gestelde trek. al is het, dat het be volkingscijfer in totaal nog iets terug liep. Die vermindering was thans echter niet abnormaal te noemen het gewone vefschijtisel van den trek van het plat teland naar de steden. Het bevolkings cijfer dat op 31 December 1928 82.428 bedroeg, daalde in 1929 tot 82,297, een verschil van 131. terwijl de daling ill 1928 bedroeg 435 en In 1927 288. In de bevolking der verschillende ge meenten kwamen geen groote schom melingen voor, met uitzondering van die der gemeenten Breskens en üroede waar dit een gevolg was van grens wijziging. Iets ruimer toeneming van bevoikïng kwam voor te Ter Neuzen 208. Hulst 87 en Sas van üent 54. Er zijn gedurende de laatste jaren in de pers enkele beschouwingen ver schenen over den teruggang der bevoi king van Zeeuwsch-Vlaanderen, waar bij vooral met bezorgdheid de aandaent werd gevestigd op het terugloopen der geboorten. Het werd besproken als een verschijnsel dat zien, na vroeger lin andere deelen van het land reeds te zijn geconstateerd, zich tnans ook in ZeeuwschVlaanderen voordoet. Het vraagstuk werd in die artikelen be schouwd van de etnische zijde. Te ver moeden is ecnier, dat de economiscne toestand van het gewest nierop van invloed is. De ongunstige omstandig heden, de werkloosneid, nebben onge twijfeld het aantal huwelijken gere duceerd, terwijl de uittocht van Honder den jonge menschen die elders -een bestaan gingen zoeken, ook van invloed is geweest op een verminderd aantal geboorten. Behoudens de hierboven geschetste buitengewone omstandigheid, net stich ten van het wereldbednjt door -ee1 machtige buitenlandscjie combinatie, die voor het grootste deel bijdroeg tot opheffing der werkloosneid. hebben ook verschillende in net gebied der Kamei gevestigde ondernemers of iirma's door opbouwing en uitbreiding hunner zaken medegewerkt aan de economische ont wikkeling onzer streek en verdrijving van het spook der werkloosneid. Daar toe droeg ook zeker bij de uitbreiding van den tuinbouw. Was de toestand over het jaar 1928 in het algemeen nog zeer ongunstig, de plotselinge werkverruiming in 1929 bracht algemeene welvaart, aangezien werk en verdiensten van de arbeidende klasse ook welvaart beteekent voor den middenstand. De opleving, ook in dien stand, was zeer goed merkbaar. VRAGENBUS. Lezers hebben het recht koste loos vragen te stellen. Brieven te richten aan: N.V. Accountants kantoor „Nationaal Bureau voor Adviezen" onder Directie van P. S1EBESMA R. de VRIES, Nieuwestad 83, Leeuwarden. In spoedgevallen gelieve men porti voor antwoord in te slui ten. Men krijgt dan antwoord per brief. Vraag 31. Ik ben leeraar H.B.S. en land- en tuinbouwonderwijzer. Een cursus van totaal 40 uur begint medio April. Dus voor 1 Mei wordt verdiend 10 x het lesgeld per uur en de rest na 1 Mei. i Dat wordt echter uitbetaald in het jaar 1931. Hoe moet dat nu worden aangegeven Als land- en tuinbouwonderwijzer leest hij vakbladen en scnaft hij wel eens nieuwe boeken aan om „op de hoogte" te blijven. Mag -dit worden afgetrokken. Hij is lid van: Onderwijzersvereni ging, boerenbond enz. Mag de contri butie worden afgetrokken Kortom hij zou graag van U ver nemen, wat hij kan aftrekken. Antwoord: Het geven van een cursus is voor U een op zich zelf staande werkzaam heid. Artikel 18 Wet Inkomstenbelasting bepaalt: Op zich zelf staande werkzaamhe den blijven bij -de toepassing der artt. 12 tot en met 17 buiten aanmerking. Heeft de belastingplichtige in net laatst verloopen kalenderjaar eene op brengst van op zich zelf staande werk zaamheden genoten of een uit zoo danige werkzaamheden voortgesproten verlies geleden, dan wo.-Ji het volgens de genoemde artikelen bepaalde in komen met het zuivere bedrag ,dier opbrengst vermeerderd ot met dat ver- verminderd". Dus, wanneer U eerst in 1931 be taling krijgt, behoeft niet eerder aan gifte te worden gedaan, dan 'op 1 Mei 1932. Over beantwoording van Uw andere vragen loopen de meeningen uiteen. O.i, moogt U alle kosten, die door U worden genoemd, aftrekken als zijnde bedrijfs- en beroepskosten. i Artikel 10 Wet Inkomstenbelasting noemt als beroepskosten: kosten, noodig voor de uitoefening van een beroep of rechtstreeks daartoe betrekking hebbende. RECLAMEKUNST. Wij ontvingen een nieuw uitgeko men reclameplaat van de bekende Firma Draisma van Valkcnbmg. Zooals men weet komt de medici nale levertraan van de kabeljauw: de plaat nu slelt voor een visch, bezig een sprong uit het water te beëindi gen en illustreert de gedachte, dat levertraan „zonlicht in flesfcl c-n" is. De schakeering der kleuren is een zeer bijzondere, waaraan men den Amerikaanschen teekenaar het ont werp is van den reclame-teekenaar Martin Gambee herkent. Toch is de plaat bij nauwkeurige beschouwirg minder grillig dan ze oppervlakkig lijkt. Het schijnt ons voor een reclame plaat een zeer goed geslaagd geheel. De plaat is in Nederland (bij de Kon Drukkerij Immig te Rotterdam) gedrukt. VOETBAL. WATERLANDKERKJE. Zondag speelde H. O. V. Breskens tegen Sparta Oostburg. Onbedist. D. O. S. Waterlandkerkje tegen Juliana I ljzendijke, gewonnen Juliana 1 met 3—0. Politierechter te Middelburg. Zitting van 29 Augustus. De volgende zaak werd behandeld: C. S. d. W., 20 j., landbouwers knecht te I|zendijke, werd verdacht dat hij op 8 juli j.l. niet heeft voldaan aan de vordering van den opperwacht meester de D., om van zijn rijwiel af te stappen, toen hij in den avond met een rijwiel zonder licht reed te ljzen dijke. maar in woeste vaart is door gereden. Eisch f 15 s 15 d. h., uit spraak idem. U wilt toch óók iedere week een geïllustreerd blad thuis krijgen? Niet te duur natuurlijk, want U hebt al zooveel lectuur. Dan is voor u het aan gewezen tijdschrift ons GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD. Iedere week 16 bladz. groot formaat. Rijk geïl lustreerd, vele verhalen, keurig uitgevoerd. Abon neert U bij de Uitgevers van deze courant voor 65 ct. p. kwartaal, 95 ct. franco per post. Proefnummer gratis. Hoogwatergetij Breskens. DAGEN vm I nam Zaterdag 6 Sept. 1,25 1.49 Zondag 7 2.02 2.26 Maandag 8 2.32 2.56 Dinsdag 9 3,02 3.26 Volle Maan Maandag 8 Sept. om 4,07 Lictl£ op voo>* Rijwielen enz. (waaronder zijn begrepen wagens, karren, enz.) Zaterdag 6 Sept nam. 8.10 Zondag 7 8.09 Maandag 8 8.07 Dinsdag 0 8.0f

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1930 | | pagina 6